(WORP-BBftBflWTSCttE M"MN lAHDBOUW
Voedselvoorziening In oorlogstijd.
(V. V. 0.) Noord-Brabant.
Verordening betreffende het beperken van
werk, de z.g. „Ontslagverordening".
VEREENIGING TOT VERBETERING VAN DEN
WOLHANDEL IN NOORD-BRABANT.
De schapenhouders, die hun wol nog niet hebben
afgeleverd, worden alsnog hiertoe in de gelegenheid
gesteld. Zij moeten deze franco zenden aan de Til-
burgsche Wolwasscherij, Groenewoudstraat 2 Broek
hoven te Tilburg, waar zij door onze Vereeniging
zal worden overgenomen. Aan ondergeteekende
moeten zij van deze verzending mededeeling doen.
Hun duidelijk adres moet op een kaart in den zak
en een kaart aan den zak worden vermeld, om
abuizen te voorkomen.
Bij degenen, die hun wol niet afleveren, zal deze
worden gevorderd, terwijl ze de op de vordering
vallende kosten moeten betalen.
Het is dus in het belang van de schapenhouders,
die hun wol nog hebben, direct na het lezen van dit
bericht, hun wol op te zenden.
De Secretaris,
C. G. DE JONG, Almkerk.
WENKEN VOOR DE VEEVOEDING.
Te snelle doorgang van het voedsel door de dar
men uit zich in te dunnen mest. Dit beteekent onvol
ledige en onvoordeelige voeding, alsmede slechte
kwaliteit van melk en boter.
In het najaar, met het bijvoederen in de weide van
stoppelgewassen, mangel-blad en peeloof, wordt de
mest ook meestal te dun. Voer daarom in het laatst
van den weide-tijd ook stroo bij.
Vlak voor den staltijd moet op elk bedrijf een zoo
nauwkeurig mogelijke inventarisatie van het eigen
ruwvoer plaats vinden. Vraagt zoo noodig voor
lichting aan de diverse adviseurs. Ook de Stalvoe-
dercontróleurs der Zuivelfabrieken kunnen hierbij
helpen.
Denk vooral aan het bijvoeren van stroo in het
laatst van den weidetijd. Dit .zal den mest vaster
maken en geeft minder verlies en betere melk.
Het jongvee blijft langer in de weide, ook als de
kwaliteit en de hoeveelheid van hét gras minder ge
worden zijn. Ook bij deze dieren moet dan zeker
flink stroo gevoerd worden in de weide.
Op meerdere bedrijven worden de koeien reeds
's nachts opgestald. Het bijvoeren van stoppelge
wassen moet dan op stal geschieden, dan wordt min
der vermorst.
Echter ook weer eerst stroo voeren of nog beter
een voertje hooi vooraf, dan het groen en daarna
stroo.
Ga zoo spoedig mogelijk na, hoeveel ruwvoer U op
het eigen bedrijf hebt (hooi, stroo, mangels, stoppel
knollen, -wortelen, mergkool, peeloof enz.). Bepaal
dan welk deel van de stoppelknollen of ander
groenvoer moet worden ingekuild.
Wil men nog laat in den winter versch peeloof
voeren, dan mag het blad niet te veel geleden heb
ben. Daarvoor een gedeelte van het peeloof bij huis
op latten, sparren of een weide dun uitspreiden. Dan
blijft het beter droog en rot he$ blad niet zoo
spoedig.
Bij de laatste suikerbieten is het blad misschien al
minder goed. Men kan dan beter dit blad afslaan
en koppen snijden. Deze koppen kunnen langer
versch bewaard worden. ARIËNS.
AANVRAGEN VAN KUNSTMEST-
TOEWIJZINGEN VOOR BEMESTINGSJAAR VAN
1 JULI 1940 TOT EN MET 30 JUNI 1941.
Gewone toewijzingen:
Aan belanghebbenden wordt medegedeeld, dat de
aanvragen voor kunstme*ttoe wijzingen (bemes
tingsjaar 19401941) voor land- en tuinbouwbedrij
ven en voor hen die minstens 10 are grond bewer
ken voor eigen genot of gebruik, vóór 1 Noveimber
a.s. bij den Provincialen Voedsel commissaris voor
Noord-Brabant, Afd. Kunstmest, te Tilburg moeten
zijn ingediend. De hiervoor bestemde aanvraagfor
mulieren zijn bij de plaatselijke bureauhouders ver
krijgbaar gesteld. Degenen, die bedoelde aanvrage
reeds hebben ingediend, mogen niet voor de tweede
maal voor hetzelfde bedrijf een aanvrage doen.
Aanvragen voor eventueele verhooging van toe-
wijïzing in verband met uitbreiding van bedrjjf of
anderszins, behooren per brief of per briefkaart te
geschieden, met duidelijke opgaaf van redenen en
dus niet op een aanvraagformulier.
Particulieren:
Verder kunnen particulieren, die minder dan 10
are cultuurgrond in gebruik hebben, daarvoor zon
der kunstmestbonnen kunstmest betrekken van een
handelaar of coöperatie, die in het bezit is van een
daartoe strekkende detaillistenvergunning, tot hoe
veelheden van ten hoogste 25 kg stikstof-, fosfor-
zuur- of kalihoudende meststoffen.
Detaillistenvergunningen
Voor een detaillistenvergunning komen in aan
merking
le. handelaren, die regelmatig aan genoemde
particulieren kunstmest afleveren;
2e. stichtingen of vereenigingen, welke school-
of volkstuintjes exploiteeren of in beheer hebben en
in dat verband de kunstmeststoffen aan de gebrui
kers van die gronden leveren.
Deze vergunning moet bij den Provincialen Voed
selcommissaris aangevraagd worden op een daar
voor bestemd aanvraagformulier, dat bij den
plaatselijken bureauhouder verkrijgbaar is. Bij het
verstrekken van deze detaillistenvergunning ont
vangt den detaillist een bepaald aantal kunstmest
bonnen, waarvoor hij van de betreffende hoeveel
heden kunstmest, uitsluitend aan bovengenoemde
particulieren mag afleveren in hoeveelheden van
ten hoogste 25 kg stikstof-, fosforzuur- of kalihou
dende meststoffen, zonder daarvoor van hen kunst
mestbonnen te ontvangen.
Fijngemalen kainiet:
Een aanvrage om toewijzing van fijngemalen
kainiet moet geschieden via den leverancier. Coöpe
raties en handelaren kunnen dan namens hun
afnemers een verzamelaanvraagformulier indienen
tot het betrekken van extra kalibonnen (gemerkt
met F-K) voor fijngemalen kainiet. Deze aanvrage
mag nooit hooger gaan dan de werkelijke behoefte
van den afnemer. Het model-verzamel-aanvraag-
formulier, dat gebruikt moet worden, is destijds
(seizoen 19391940) aan den kaligroothandel ver
strekt, welk model algemeen gebezigd moet worden.
Verhoogde kalinorfti:
De kalinorm is thans zoodanig verhoogd, dat deze
in het algemeen wel bevredigend mag worden ge
acht. Degenen, wier toewijzing reeds was uitge
schreven volgens den vroegeren (lageren) kalinorm,
krijgen te zijner tijd een aanvullende toewijzing
volgens dien verhoogden kalinorm, voorzoover zij
kali heoben aangevraagd. Hiervoor behoeft dus niet
opnieuw te worden aangevraagd.
Verder ontvangt men van alle toewijzingen, welke
door den Provincialen Voedselcommissaris worden
uitgegeven, schriftelijk kennis van den plaatselijken
bureauhouder, waar en wanneer en tegen welk
retributiebedrag de kunstmesttoewijzing met bon
nen in ontvangst kan worden genomen.
NIET GOEDGEKEURDE ZAAIROGGE
ALS ZAAIZAAD.
Daar de beschikbare hoeveelheid N.A.K. goedge
keurde winterzaairogge niet toereikend blijkt te
zijn, is het verhandelen van niet goedgekeurde zaai-
rogge als zaaizaad toegestaan, met dien verstande,
dat de handelaar voor het aankoopen van niet ge-
gekeurde rogge overleg dient te plegen met den
Provincialen Voedselcommissaris.
De Provinciale Voedselcommissaris beslist, of
aankoop noodig is en tot welke hoeveelheid.
Het verhandelen van niet gekeurde winterrogge
als zaaizaad is alleen toegestaan van handelaar
naar handelaar (e.v. coöperatie) en van handelaar
naar teler, dus niet tusschen telers onderling.
ZITDAGEN PLAATSELIJKE BUREAUHOUDERS
Vanaf heden zijn voor district 55 (Roosendaal)
de zitdagen vastgesteld als volgt:
Roosendaal: Burgerhoutschestraat 3, Maandag
van 912 uur en van 13.3016 uur, overige werk
dagen van 912 uur;
Sprundel: W. Broeren, B 144, Maandag van 9'12
uur en van 13.30j16 uur, Woensdag van 912 uur
en van 13.3016 uur.
'Schijf: A. Struys, D 24, 'Dinsdag van 9.3012 uur;
Zegge: P. Jongeneelen, C 47, Dinsdag van 14
17 uur;
Rucphen: Gemeentelijk distributiebureau, Donder
dag van 912 uur en van 13.3016 uur.
VAN INLEVERING VRIJGESTELDE
PRODUCTEN OOGST 1941.
De Provinciale Voedselcommissaris voor Noord-
Brabant maakt bekend, dat van de producten van
oogst 1941 vrijgesteld is van inlevering:
1. een gezamenlijke hoeveelheid granen, zaden of
peulvruchten van elke soort, ter keuze van den
teler, van 25 kg voor den teler en van 25 kg voor
iederen persoon behoorend tot zijn gezin of in
wonend personeel.
2. Een gezamenlijke hoeveelheid tarwe of rogge
voor eigen gebruik van den teler en zijn gezin oi
inwonend personeel van ten hoogste 100 kg per per
soon of 50 kg per kind beneden den leeftijd van
4 jaar.
Deze vrijstelling wordt slechts verleend, indien de
betrokkene aantoont, dat hij zijn broodbonboekje of
half broodbonboekje aan het desbetreffende distri
butiekantoor heeft ingeleverd en tot 20 October
1941 geen aanspraak maakt op nieuwe broodbon-
boekjes.
Van inlevering is tevens vrijgesteld een hoeveel
heid granen, zaden of peulvruchten, waarvan de
teler aantoont, dat deze bestemd is voor zaaidoel-
einden.
INNAME VAN GRANEN.
In de landbouwbladen van 7 September 1940 zijn
gepubliceerd de namen van de opzichters, welke be
last zijn met de inname van granen, peulvruchten
en zaden in de daarvoor aangewezen pakhuizen en
bij wie tevens de kaarten „aanvrage vervoerbewijs"
konden worden bekomen.
In deze opgave komen enkele wijzigingen, welke
in werking treden op Maandag 28 October a.s. en
wel als volgt:
a. Voor de pakhuizen, gelegen in district 1, kon
den vervoerbewijzen worden aangevraagd bij op
zichter J. W. van 'Houts te Deurne, doch met ingang
van 28 October a.s. dient zulks te geschieden bij
den opzichter P. F. v. d. Straaten, E 13, te Deurne.
b. Voor de pakhuizen in district 55 (Roosendaal
en Nispen), konden tot voorheen de vervoer bewij
zen worden aangevraagd bij opzichter M. van
Koulil te Sprundel, doch met ingang van 28 Octo
ber a.s. dient zulks te geschieden bij opzichter J.
Schoenmakers, Molenstraat 104 te Roosendaal.
Wij verzoeken den landbouwers van het boven
staande goede nota te nemen en in voorkomende
gevallen hun vervoerbewijzen voor levering in de
pakhuizen in de districten als 'bovengenoemd, aan
te vragen bij de heeren v. d. Straaten te Deurne en
Schoenmakers te Roosendaal.
LEVERING VAN BROUWGERST.
Aangezien op onverklaarbare wijze in de land
bouwbladen van 7 September j.I. abusievelijk werd
vermeld, dat brouwgerst ook kon worden geleverd
bij de C. H. [V. te Steenbergen, deelen w,ij den telers
van brouwgerst nogmaals mede, dat de levering
van brouwgerst uitsluitend kan plaats hebben in de
navolgende opslagplaatsen, t.w.
Coöp. Handelsver. N.C.B., Nijmegen, Bottelstr. 10;
Coöp. Handelsver. N.C.B., Roosendaal, O. Haven-
dijk;
Fa A. L. van Eek Zn, Moerdijk, C 63;
Fa N. G. J. Schouten, Giessen, Burchtstraat 54;
Fa Joh. Vogelaar, Dinteloord, B 83.
Wij verzoeken den telers van brouwgerst hiervan
wel goede nota te willen nemen en hun brouwgerst-
partijen dus uitsluitend af te leveren in een der vijf
bovenvermelde opslagplaatsen.
HUISSLAOHTINGEN.
Ten aanzien van de regeling betreffende het ver
richten van huisslachtingen wordt nader mede
gedeeld, dat onder geslacht gewicht wordt verstaan
het warme geslachte gewicht van het geheele var
ken, waaruit bij slachting de volgende deelen zijn
verwijderdhart, long, darmen, darmvet en bloed.
Op het aldus vastgestelde gewicht wordt 2 in
mindering gebracht, zijnde gemiddeld het verschil
tusschen warm en koud gewicht, welk laatste ge
wicht bij de verrekening met den betreffenden
distributiedienst in aanmerking wordt genomen.
Voorts wordt nog onder de aandacht gebracht,
dat voor huisslachting bestemde varkens, welke
niet meer van een metalen oormerk zijn voorzien,
niet opnieuw behoeven te worden gemerkt.
Op de desbetreffende aanvullingsformulieren
dient dan onder oormerknummer te worden inge
vuld: ontbreekt.
De bedoeling van de verordening is het tegengaan
van het zonder meer en onnoodig ontslaan van per
soneel, waardoor de steunverleening wordt overbe
last, misbruik wordt gemaakt van de steunverlee
ning en niet te vergeten het tegengaan van de
werkloosheid.
Paragraaf 1 is voor ons van belang en behandelt
het verbod van leiders van ondernemingen of hun
plaatsvervangers, om:
le. het werk tijdelijk of voorgoed stop te zetten;
2e. den werktijd in te korten tot minder dan 36
uur per week;
3e. werknemers te ontslaan, tenzij dit ontslag
goedgekeurd is door de Arbeidsinspectie en/of (ten
zij) art. 1639 van het Burgerlijk Wetboek van toe
passing is.
Dit artikel slaat op ernstige misdragingen van
den arbeider en ontslag kan dan ook gegeven wor
den zonder daarvoor vergunning aan te vragen.
Toch moet men hiermede niet te vlug werken. Het
Burgerlijk Wetboek geeft 12 voorbeelden, maar het
zijn alle dringende redenen.
Paragraaf 2 is voor ons ook van belang en be
handelt de kwestie van de toepassing der verorde
ning, maar dat zullen we hier laten rusten, daar dit
straks toch omschreven wordt.
Paragraaf 3 behandelt de strafbepaling van de
verordening, waarvoor bij overtreding ervan met
een hechtenis van 3 maanden of een geldboete van
ten hoogste 3000 gestraft kan worden.
In deze verordening wordt gesproken van een
onderneming en wat een onderneming is, zegt een
arrest (uitspraak) van den Hoogen Raad (het hoog-