Redactioneel Gedeelte Een Technisch Kwartiertje. ECONOMIE. bedoelde bedrijven. De hoop werd uitgesproken, dat terzake van het ver voederen van aardappelen spoe dig de vrijheid van handelen worde hersteld. Be sloten werd deze aangelegenheid te bespreken met den Directeur-Generaal van de Voedselvoorziening. Bindtouw. De aanmaning aan landbouwers, die bindtouw verbruikt hebben voor het binden van hun oogst, om het bij het machinaal dorschen vrijkomende bindtouw niet verloren te laten gaan, doch het zorgvuldig in te zamelen en te bewaren, dreigt wegens de daaraan verbonden moeite en kosten niet tot het beoogde doel te leiden. Ook van de mededeelingen, dat de hoeveelheid ingezameld bindtouw mede als maatstaf zal dienen voor het verkrijgen van bindtouw voor den volgen den oogst en dat het in de bedoeling ligt voor het ingezamelde touw een redelijke vergoeding te geven, schijnt ten deze onvoldoende invloed uit te gaan. De vergadering oordeelde het daarom wensche- lijk, dat van overheidswege zou worden gepubliceerd hoeveel gebruikt bindtouw zal moeten worden inge leverd om in aanmerking te kunnen komen voor de levering van bijv. 1 kg bindtouw voor oogst 1941. Voorts werd de aandacht gevestigd op de groote prijsstijging van bindtouw, welke ongeveer 200 zou bedragen. Aangedrongen werd op het doen van stappen ten gunste van het stellen van een maxi mumprijs voor bindtouw. Besloten werd een en ander met de bevoegde in stanties te bespreken. Runderhorzelbestryding. Besproken werd het advies, dat ontvangen is van de Veterinaire Gezondheidscommissie, welke, zoo als bekend, is samengesteld uit de vertegenwoor digers van de drie Centrale Landbouw-Organisaties, den Algemeenen Nederlandschen Zuivelbond en de Maatschappij voor Diergeneeskunde, inzake de run- derhorzelbestrijding. Genoemde commissie neemt het standpunt in, dat, naar de ervaring heeft geleerd, een vrijwillige be strijding nimmer tot het beoogde doel leidt, omdat er dikwijls veehouders zijn, die niet mei: deze be strijding wenschen mede te doen. Hun vee blijft altijd een bron van besmetting voor het vee der vrijwillige bestrijders. Daarom zullen er slechts dan bevredigende resultaten met de runderhorzel- bestrijding kunnen worden verkregen, indien de veehouders door wettelijke maatregelen verplicht worden hun vee te onthorzelen. In verschillende andere landen heeft men dan ook deze wettelijke verplichting reeds ingesteld. De vergadering kon zich met het advies vereeni gen en besloot zich uit te spreken voor verplichte runderhorzelbestrijding. Beperking van den varkensstapel. Met het oog op de ingrijpende beperking van den varkensstapel gaf men uiting aan zijn beduchtheid voor- den fokvarkensstapel, waarvan instandhouding zoowel in het belang van de varkenshouderij als van de voedselvoorziening moet worden geacht. IVeel voeder behoeft aan een zooveel mogelijk in tact houden van den fokvarkensstapel niet ten koste te worden gelegd, aangezien oude fokzeugen met een weinig ondermelk, kleine aardappelen, kuilvoer en onkruidzaden door den winter kunnen worden gebracht en in het voorjaar weidegang reeds vroeg mogelijk is. Het verdient daarom aanbeveling de „Wij schrijven, zoo sprak het, al krinklend af hetgeen onze Meester, weleer, ons makend en leerend, te schrijven gaf". Gezelle. In het begin van ons vorig artikel hebben we er op gewezen, dat er twee soorten electrische stroo men bestaan, n.l. gelijkstroom en wisselstroom. We hebben ons toen speciaal bezig gehouden met gelijkstroom en o.a. gezien, dat met behulp van een accu een gelijkstroom verkregen kan worden en dat de stroom door een draad met een bepaalde door snede niet boven een zekere grens mag worden opgevoerd, omdat anders de verwarming van ge noemde draad te groot wordt en er gevaar bestaat dat brand uitbreekt. Dit laatste geldt ook bij wis selstroom; daarbij mag evenmin de stroomsterkte door een draad willekeurig groot genomen worden, om precies dezelfde reden. Daarom treft men ook bij wisselstroom steeds in het begin van een leiding smeltveiligheden aan. Wat betreft de toelaatbare stroomsterkte en de constructies en grootte der smeltveiligheden, kan ik dus geheel verwijzen naar iiet vorig artikel. Spanningsverlies. Behalve de verwarming is er nog een tweede reden waarom de leidingen voor sterkere stroomen dikker moeten zijn dan de leidingen voor kleinere stroomen. Wij bedoelen hier het optreden van spanningsverlies. Wat is dit? Men zal dit het beste kunnen inzien met het volgende eenvoudige voorbeeld. Een electrische lamp wordt door middel van twee draden aangesloten op een stopcontact. Laat ons aannemen dat de spanning bij het stopcon tact, dus de z.g. netspanning, gelijk is aan 220 volt; bovendien nemen we aan, dat de lamp zeer ver van het stopcontact verwijderd is, b.v. 150 m. Elke draad naar de lamp is dus 150 m en heeft een door snede van b.v. 2,5 mm2; zoo'n lange draad biedt varkensfokkers in de gelegenheid te stellen een paar fokvarkens boven hun toewijzing aan te hou den, zonder dat de voedertoewijzing wordt verhoogd. Besloten werd dit punt te bevoegder plaatse in be handeling te brengen. Varkenspryzen. Opnieuw werd de klacht vernomen, dat de offi- cieele varkensprijzen onder de tegenwoordige om standigheden te laag zijn, om aan de varkenshou ders redelijke inkomsten te verschaffen uit dat be drijfsonderdeel. Vooral voor de kleinere boeren bedrijven, welke bij dien bedrijfstak naar verhouding zulk een groot belang hebben, is dat nadeelig. De inkomsten der varkenshouders uit de varkens houderij ontvangen, staan in geen verhouding tot die welke de slagers trekken uit den verkoop van het product aan de verbruikers. Indien men naast de beperking van den varkens stapel lage varkensprijzen noodig zoude achten om het voederen van producten, die voor menschelijk gebruik onmisbaar zijn, tegen te gaan, dan zou zulks beter kunnen geschieden door daartegen strenge straffen te bedreigen. Pachtaangelegenheden. Door een der aangesloten organisaties werd er de aandacht op gevestigd, dat pachters, die een pacht- contract hebben afgesloten op basis van mobiele pacht, in moeilijkheden dreigen te komen als de te bepalen pachtprijs geheel afhankelijk is gesteld van den gemiddelden prijs van één bepaald product, bijv. melk. In dat geval toch wordt geen rekening ge houden met de stijging der onkosten en de daling der productie. Het afgekondigde pachtopdrijvingsbesluit 1940 voorziet daarin ni&. Aan de bezwaren der pachters op basis van de mobiele pacht zou kunnen worden tegemoetge komen, door voor het bepalen der pachtsom uit te gaan van den prijs der betreffende producten op 1 September 1939 of wel van den gemiddelden pry's over het tijdvak Mei 1938Mei 1939. Daarvoor is echter aanvulling van het pachtopdrijvingsbesluit 1940 c.q. uitvaardiging van een nieuw besluit noodig. Voorts wordt er op gewezen, dat het pachtopdrij vingsbesluit 1940, dat openbare grasverkoopingen verbiedt, nog geen rem aanlegt aan een te hoog op drijven der prijzen. Immers in de plaats van de publieke grasverkooping komt de verkooping bij gesloten briefjes, wat evenzeer tot prijsopdrijving leidt. De regeling, volgens welke zonder goedkeuring van den secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en Visscherij, de pachtprijs niet 'hooger mag zijn dan de op 1 September 1939 gel dende, is niet van toepassing op de grasverkoopin gen. Een oplossing zou zijn te vinden, indien ook de grasverkoopingen onder het pachtopdrijvingsbe sluit werden gebracht. In dat geval zou echter de op 1 September 1939 geldende pachtprijs niet als basis van vergelijking kunnen dienen. Daarom ver dient het aanbeveling de grasverkoopingen boven dien nog onder de Pachtwet te doen vallen, daar dan de paebtkamers of pachtbureaux er op kunnen toezien, dat geen buitensporige prijzen worden besteed. Met het oog op het voorgaande, doch ook in het algemeen is het gewenscht, dat de Pachtwet wordt gewijzigd in dier voege, dat de pachtkamers c.q. natuurlijk een behoorlijke weerstand aan de elec trische stroom. Er bestaat een formule om den weerstand van den draad uit te rekenen; deze for mule leert ons, dat de weerstand van een draad gelijk is aan 't product van den soortgelijken weer stand en de lengte, gedeeld door de doorsnede van den draad (onder de „soortgelijke weerstand" ver staat men den weerstand van 'n stuk draad van één meter lengte bij één vierkante mm doorsnede deze verschilt van soort tot soort en is b.v. voor koper 1/oo en voor ijzerdraad In ons geval is dus de weerstand van één draad gelijk aan Veo X 150 1 Ohm 2,5 Wet van Ohm. Nu bestaat er een bekende wet, de wet van Ohm, die zegt, dat de spanning welke noodig is om een stroom door een weerstand te sturen gelijk is aan de stroomsterkte maal de weerstand. Uit deze wet volgt omgekeerd, dat de stroomsterkte gelijk is aan de spannig gedeeld door den weerstand. Wat is de weerstand in ons voorbeeld? Er zijn twee draden, elk met een weerstand van één Ohm, en bovendien de lamp zelf,, die b.v. een weerstand van 438 Ohm heeft, zoodat de totale weerstand gelijk is 1 438 1 440 Ohm. De stroomsterkte zal dus gelijk zijn aan de span ning (220 volt gedeeld door den weerstand (440 Ohm), dat is een halve ampère. Deze stroom moet echter, alvorens hij de lamp bereikt, eerst geperst worden door den weerstand van den heengaanden draad dat is 1 Ohm; daarvoor is noodig een spanning X 1 volt. Boven dien moet, na de lamp, de stroom nog door den teruggaanden draad gedreven wordt, waarvoor eveneens een spanning van X >1 V2 volt noo dig is. Deze beide spanningen van een halve volt komen niet aan de lamp ten goede; ze gaan „ver loren" in de verbindingsdraden van de lamp met het stopcontact. In ons voorbeeld bedraagt dus het totale spanningsverlies pachtbureaux de bevoegdheid verkrijgen den in het pachtcontract overeengekomen pachtprijs te ver lagen. Thans missen zij deze bevoegdheden; zij kunnen een pachtcontract goedkeuren of vernieti gen, wijziging is niet geoorloofd. In verband hier mede zou de term „buitensporig" in de Pachtwet dienen te worden vervangen door „redelijk". Levering slachtvee. Volgens het persbericht van het Departement van Landbouw en Visscherij, betreffende de levering voor den slacht bestemd rundvee, worden by leve ring op eenige met name genoemde ontvangstplaat sen de prijzen voor vette koeien, ossen, stieren en vette kalveren met 2 cent per kilo levend gewicht verhoogd. Deze maatregel, welke waarschijnlijk is genomen met het oog op het vervoer van de runde ren naai- de groote consumptie-centra, wordt in landbouwkringen onjuist geacht. Men meent dat de thans tusschen verschillende markten bestaande verhoudingen zooveel mogelijk moeten worden ge handhaafd en dat de verschillende marktplaatsen te dezen opzichte gelijk moeten worden behandeld. Besloten werd dit punt in de vergadering met den DirecteurnGeneraal voor de voedselvoorziening aan hangig te maken. OPGAVE VAN VEREENIGINGEN EN STICHTINGEN. Het Verordeningenblad bevat een verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederland- sche gebied, houdende bepalingen ter verkrijging van een overzicht (Erfassung) van vereenigingen van personen en stichtingen zonder economisch doel. Hierbij is in artikel 1 bepaald, dat alle vereenigin gen van personen vereenigingen, bonden, organi saties en soortgelijke instellingen), alsmede alle stichtingen in het bezette Nederlandsche gebied, zonder economisch doel, binnen 20 dagen na het in werking treden van deze verordening moeten wor den opgegeven bij den bevoegden procureur-gene raal, fungeerend directeur van politie. Een vereeniging van personen wordt geacht geen economisch doel na te streven, wanneer haar doel niet in de eerste plaats gericht is op het verkrygen van op geld waardeerbare voordeelen ten behoeve van de vereeniging of van haar -leden. Omdat uit bovenstaande verordening niet duide lijk is op te maken, welke vereenigingen de bedoelde opgave moeten inzenden, hebben wij ons telefonisch om inlichtingen gewend tot het Nederlandsch Land- bouw-Comité te 's-Gravenhage. Men deelde ons mede, dat volgens door het N.L.C. ingewonnen in formaties, alle rechtspersoonlijkheid bezittende ver eenigingen, die niet beoogen het behalen van winst, opgave moeten doen. Daaronder zouden dus o.a. vallen alle coöperatieve -landbouwvereenigingen, die haar rechtspersoonlijkheid hebben verkregen, door dat de acte van oprichting notarieel is verleden en voorts alle landbouwvereenigingen, wier statuten koninklyk zijn goedgekeurd en daaraan haar rechts persoonlijkheid ontleenen. De rechtspersoonlijkheid V2 V2 1 volt. De spanning bij de lamp is daardoor slechts 220 1 219 volt. Om het spanningsverlies klein te maken zit er niets anders op dan de draden naar en terug van de lamp behoorlijk dik te maken; hun weerstand is dan klein en er is dan weinig spanning noodig om den stroom er door heen te drijven. Spanningsverlies by motoren. In bovenstaand voorbeeld is het spanningsverlies nog betrekkelijk klein. Wanneer het gaat om motoren, die veel sterkere stroomen dan een lamp opnemen, is het over het algemeen van meer doorslaggevenden aard. Laat ons b.v. eens aan nemen, dat men met dezelfde draden van 't boven behandelde voorbeeld een motor zou aansluiten, die b.v. 20 ampère stroomsterkte opneemt. Dón zou het spanningsverlies 2 X 20 X 1 40 volt bedragen; de spanning bij de motor zou dan slechts zijn 220 40 180 volt. Dat is véél te laag; een gelijkstroommotor loopt dan veel te langzaam. Daarom heeft ook hier de electriciteitsmaatschappij regelend ingegrepen en voorgeschreven, dat men de draden zóó dik moet kiezen, dat het spanningsverlies hoogstens 5 van de netspanning mag bedragen. In ons voorbeeld dus hoogstens 5 X 220/ioo 11 volt- Btf een maxi- mummotorstroom van 20 ampère mag dan de weer stand der leidingen (h^en- en terug samen) niet meer dan U/20 0.55 Ohm bedragen. Men zal dikkere draden moeten kiezen; de weerstand die eerst van de heen- en terugleiding samen 2 Ohm bedroeg, moet ongeveer vier keer zoo klein worden, hetgeen men kan bereiken door de draden elk vier keer zoo dik te kiezen. Dus de doorsnede behoort in plaats van 2,5 mm2 te worden 10 mm2. We moeten opletten dat we thans niet in botsing

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1940 | | pagina 5