KORTE BERICHTEN.
De voedselvoorziening in oorlogstijd.
Mestkaivereri tiiVin
Ander mestvee (geen mestkalveren) 7 kg
Vrouwelijk jongvee, jonger dan één jaar
onder de 80 kg wegende, niet behoorende
^tot één der vorige categorieën 7 kg
Paarden. per ^ier p 4 weken.
Werkpaarden 3 jaar en ouder, niet tot de
volgende categorieën behoorende:
a. van bedrijven met 50 tot 100 bouw
land 56 kg
b. van bedrijven met 5 tot 50 bouwland 56 kg
o. van bedrijven met minder dan 5
bouwland nikil
Manége- en stalhouderspaarden max. 126 kg
Politiepaarden max. 126 kg
Sleeperspaarden max. 140 kg
Venterspaarden max. 56 kg
Jonge paarden, 1 tot 3 jaar (geen hengsten) nihfl
Veulens beneden 1 jaar nihil
Hengsten van 1 tot 3 jaar 56 kg
Hengsten boven 3 jaar max. 140 kg
Met ingang van 20 April 1940 is het niet meer
mogelijk, dat toewijzingen voor haver voor paarden
worden verstrekt.
per dier p. 4 weken.
10 kg
Varkens:
Biggen van 30 kg
Varkens tot 95 kg, mestvarkens boven 95
kg, fokzeugen (geen sterzeugen), dek-
bëeren (geen stamboekbeeren)
a. op bedrijven, welke als zwaarmesters-
bedrijven kunnen worden aangemerkt 87 kg
b. voor de overige bedrijven 67 kg
met dien verstande, dat de per 4 weken te ver
strekken hoeveelheid maximaal gelijk is aan 50
der varkenstoewijzing, vermenigvuldigd met de
hiervoor vermelde normen van 87 kg of 67 kg.
Wordt minder dan 50 van de toewijzing ge
bruikt, dan wordt het opgegeven aantal varkens
met den betreffenden norm vermenigvuldigd.
Voor een zwaarmestersnorm van 87 kg kunnen
in aanmerking komen varkenshouders, woon
achtig in de provinciën Noord-Holland, Zuid-Holland
en Utrecht, wier aantal varkens boven 90 kg, dat op
de registratiekaart voor de periode van 13 Novem
ber tot 11 December staat vermeld, ten minste 50
bedraagt van het totale aantal varkens boven 30 kg.
Pokzeugen en dekbeeren blijven daarbij echter bui
ten beschouwing.
Het is niet gewenscht, dat streng aan de opgave
van de registratiekaart wordt vastgehouden, zoodat
dus iemand, die nooit zwaarmester is geweest, maar-
toevallig op de registratiekaart meer dan 50 vari
het totale aantal varkens boven 30 kg bezit, niet
voor de zwaarmestersnorm in aanmerking komt,
terwijl omgekeerd ook specifieke zwaarmesters, die
op de registratiekaart toevallig niet aan de gestelde
eischen voldoen, krachtvoeder .volgens de zwaar
mestersnorm kunnen ontvangen.
Afgezien van het voorgaande vormen de varkens
houders met een toewijzing van 3 of minder varkens
een categorie op zichzelf en ontvangen als zoodanig
volgens onderstaande tabel een krachtvoedertoe-
wijzing:
Varkens- Aanwezige Krachtvoeder
toewijzing varkens per 4 weken
1 1 56 kg
2 1 67 kg
2 2 112 kg
3 1 67 kg
3 2 112 kg
3 3 112 kg
Deze normen gelden voor alle varkenshouders
met een varkenstoewijzing van 1 t/m 3. Onder
scheid tusschen zwaarmestersbedrijven en andere
bedrijven wordt daarbij dus niet gemaakt. Hoewel
de zwaarmestersnorm van 87 kg in het algemeen
slechts voor varkenshouders uit de provinciën
Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht kan gelaen,
wordt nochtans de mogelijkheid geboden om in spe
ciale gevallen ook varkenshouders buiten die pro
vinciën hiervoor in aanmerking te doen komen.
Den betreffenden provincialen voedselcommissaris
dient dan echter overtuigend bewezen te zijn, dat de
varkenshouder, wien hij de zwaarmesterstoewijzing
wil verleenen, inderdaad als zwaarmester kan wor
den aangemerkt, tot welke categorie dan uitsluitend
gerekend dienen te worden de varkenshouders, die
het grootste gedeelte van hun varkens regelmatig
tot een gewicht van minstens 150 kg afmesten.
Voor boventallig toegewezen varkens kan met
eerder een krachtvoedertoewijzing worden gedaan
dan nadat de „gewone" toewijzing voor 100 is
gebruikt. Voor elk varken, dat echter boven die
aangegeven 100 wordt gehouden, kan 28 kg per
dier per periode worden toegewezen. De sterzeugen
en stamboekdekbeeren vallen geheel buiten deze
regeling en zullen steeds een toewijzing van 67 kg
per dier per periode ontvangen.
Schapen.
Deze dieren ontvangen over de periode 29 April
tot 27 Mei 1940 geen mengvoeder meer.
Geiten: p. dier p. 4 weken.
Melkgeiten geboren in 1939 of vroeger 14 kg
Dekbokken 7 kg
Lammeren, geboren in 1940 31/2 kg
Pluimvee: p. dier p. 4 weken.
a. Hoenders van fok- en vermeerderings-
bedrijven voor 100 van he£ door de
Nederlandsche Centrale voor Eieren en
Pluimvee toegestane aantal 3.1 kg
b. Hoenders van alle overige bij de land
bouwcrisis-organisaties georganiseerde
pluimveehouders voor zoover daarvoor
geen krachtvoeder wordt ontvangen door
middel van de sectie Bijzondere Diergroe-
pen van het Rijksbureau voor de Voedsel
voorziening in Oorlogstijd te Beekbergen
voor ten hoogste 60 van het begin
September geïnventariseerde aantal 3,1 kg
Eenden van fok- en vermeerderingsbedrij-
ven voor ten hoogste 100 van het dooi
de Nederlandsche Centrale voor Eieren en
Pluimvee toegestane aantal aan gemengd
graan 3.1 kg
Eenden van alle overige bedrijven, voor
zoover de houders daarvan geen toewij
zing ontvangen door middel van de ge
noemde sectie voor ten hoogste 60 van
het begin September geïnventariseerde
aantal aan gemengd graan 1,7 kg
Kalkoenen aan gemengd graan 4 kg
Kalkoenenkuikens 1 kg
Ganzen van georganiseerden bij de land
bouwcrisisorganisaties voor zoover zij
geen krachtvoeder krijgen toegewezen
door middel van de genoemde sectie voor
het opgegeven aantal 2,8 kg
Ganzenkuikens 1 kg
Voor kippenkuikens, jonge hennen en jonge
hanen, alsmede voor eendenkuikens, jonge
eenden en jonge woerden, waarvoor
copie-bestelbonnen aanwezig zijn voor ten»
hoogste de helft van het aantal kuikens,
dat op den copie-bestelbon is genoemd 2 kg
Kuikens, jonge hennen en jonge hanen, ver
kregen door eigen natuurlijk broeden
voor ten hoogste 15 dieren, of zoo het
aantal kuikens, dat door natuurlijk broe
den mag worden verkregen, volgens ver
klaring van de Nederlandsche Centrale
voor Eieren en Pluimvee grooter is dan
30 stuks, tot ten hoogste 50 van het
aantal kuikens 2 k-^
Kuikenvoeder kan over het algemeen worden ver
kregen vóórdat de kuikens aanwezig zijn. Iemand,
die gesexte kuikens ontvangt en b.v. een bestelbon
heeft voor 200 kuikens, mag voor maximaal 100 ge
sexte kuikens voeder ontvangen.
Volgens de vastgestelde norm van 15 gram per
dier per dag tot de periode, waarop de kuikens op
de registratiekaart zijn vermeld.
Op de proefmesterij te Giessen-Nieuwkerk namen
de premiewaardig verklaarde varkens 1 kg in
gewicht toe met 3.75 kg voeder eenheid. De niet-
premiewaardigen hadden voor 1 kg gewichtstoe
name 4.04 kg voedereenheid noodig. Voor onge-
selecteerde varkens is nog meer voeder noodig.'
Op 13 proefvelden in Gelderland werd haver
(Adelaar) op verschillende Tydstippen gezaaid,
loopende vanaf 27 Febr. tot 6 Mei. Algemeen was,
ondanks slecht weer, de eerst gezaaide het hoogste
in opbrengst.
Ook bij het telen van erwten op gescheurd gras
land, zal men voor deel der opbrengst meng
voeders kunnen bekomen.
Het is opvallend, dat in Zeeland bij het.poten .zoo
weinig gebruik wordt gemaakt van een aardappel-
pootmachine, terwijl in andere akkerbouwgebieden
de pootmachine uitstekend voldoet, ook voor aard
appelen met kiemen.
Span bij afzetting met prikkeldraad' vooral de
draden niet te laag, daar jonge paarden, die veel
staan te klauwen, er dan gemakkelijk met de pooten
over slaan.
Tot 1 Mei a.s. bestaat de gelegenheid klei-con-
sumptie-aardappelen, behoorende tot de rubriek A,
ter overname aan den voedselcommissaris aan te
bieden.
In Groningen zijn voor de derde maal bijeenkom
sten gehouden van vertegenwoordigers van land
bouw, industrie èn handel, om door een periodiek
contact tot beter onderling begrip van eikaars be
langen te komen.
Een draineerbuis is te kort om als eindbuis dienst
te kunnen doen. Deze buizen kunnen niet ver ge
noeg naar buiten worden gestoken, ter voorkoming
dat ze gemakkelijk kunnen overgroeien of onder
de aarde raken. Een meter eindbuis van beton
verdient alle aanbeveling.
Uw moederschapen bepalen het aantal lammeren
en niet het vaderdler. Het Friesche melkschaap,
dat dikwijls 4 lammeren krijgt, werpt deze ook
bij verschillende rammen. Immers, de ram ver
andert niets aan de fokeigenschappen van het
moederdaer, maar brengt wel eigenschappen over op
de lammeren.
Door de koude lente hebben we weer ter dege de
voordeelen kunnen constateeren van goede stikstof-
bemesting en stalbemesting. Dat waren weer uit
stekende weilanden voor jong vee en schapen. Het
is een grotot voordeel om in de lente de stalling te
bekorten.
In een brochure van den Landbouwvoorlichtings-
dienst meldt Ir. A. Hylkema, dat het voeren van
pers-voer aanleiding kan zijn voor een kuilsmaak
aan de melk en een hoog boterzuurgehalte. Bij een
uiterst zindelijke behandeling is echter een goéde
melkwinning zeer zeker toch mogelijk.
Met veel schoffelen en wieden brengt men suiker
in de bieten en zetmeel in de aardappelen. j
Bij Koninklijk Besluit van 1 April j.l. is een com
missie ingesteld, die den Minister van Sociale Zaken
van advies zal moeten dienen over de verplichte
sociale verzekering van de z.g. kleine zelfstandigen.
Noch tegen verzekering, noch tegen de regeling van
den landbtouwarbeidsduur, noch tegen sociale lasten
zou bezwaar bestaan als de landbouwer bij machte
was deze jaar in jaar uit te betalen. 'Helaas is het
nog verre van dat.
'Bij veldboonen geldt als regel hoe grooter de
variëteit van boon, hoe minder stroo. Vroeg zaaien
werkt de peulvorming in de hand en de stroovor-
ming tegen.
Mais verkiest hooge, droge, zonnige gronden.
Overigens is het een dankbaar, veel opbrengend
gewas, ook voor lichte gronden. Een proef ver
dient alle aanbeveling.
In de „Mededeelmgen van de coöperatieve Aan- en
Verkoopvereeniging Centraal-Bureau uit het Neder-
landsch Landbouw-Comité" G.A. van 11 April 1940
komt een artikel voor handelende over Voedsel
voorziening in Oorlogstijd". In dit artikel Wordt te
ennen gegeven, dat, hoewel men zich met het stel
sel als zoodanig kan vereenigen, er bij de uitvoe-
rmg zooais deze geschiedt, nog heel wat te wenschen
overblijft, ja, dat de regeling, vooral in haar uitwer
king en toepassing, het rustig voortwerkon der
coöperaties schaadt. Vooral wat betreft den verkoop
distributie der aangekochte artikelen door
middel van de Nederlandsche Akkerbouw-Centrale
en de Nederlandsche Meelcentrale.
Het tonnenstelsel" is gebaseerd op vrije uitwis
seling d.w.z., dat de houder van een „witte" bon
gerechtigd is de bon ter levering van het daarop
vermelde voeder aan een coöperatie of handelaar-
naar zijn vrije keuze aan te bieden; de houder van
een „blauwe" bon (grondstoffenbon voor de meng
voeder-fabrikanten) is geheel vry om zijn bon in te
zenden aan zijn eigen coöp. inkoopcentrale, aan een
grossier of een handelaar.
En hier nu juist komen de moeilijkheden. Als de
vrijheid van de bon niet een leuze zal zijn, maar een
realiteit, dan beteekent het, dat de Regeering er
lorë"en heeft> dat degenen, die de blauwe
0 rondstoffenbon van een mengvoederfabrikant ont-
I«nêh 'i f°°i *Ver de daaroP vermelde grondstoffen
beschikt, dus tot levering in staat is.
Bij het door de Regeering gekozen bonnenstelsel
moet elke afgegeven bon gehonoreerd worden. De
Regeenng heeft den plicht aan dengene, aan wien
rechtmatig en vrijwillig de „blauwe" bon is ingezon
den, de daarop vermelde hoeveelheid grondstof te
leveren. Hieruit volgt logisch en consequent dat
degeen, die over bonnen beschikt, ook de toewijzin
gen moet krijgen en de artikelen van de Regeering
of de fabrikanten moet kunnen koopen. Een ver-
Snw€€n qUOteerin- is met het geheele gekozen
stelsel (vrije inwisseling) in volkomen tegenspraak.
anneer blijkt, dat iemand die over bonnen be-
pSle Je6n, voeder kan krijgen, terwijl iemand
anders over toegewezen voer beschikt en geen bon
nen heeft, dan is dit een absurditeit.
Zoolang de Minister bonnen laat afgeven geldie-
voor een zeker aantal kilogrammen voer, heeft geen
enkele der uitvoerende organen, dus nóch Akker-
bouwcentrale, noch Meelcentrale, het recht aan den
rechtmatigen bezitter van dien bon het daarop ver
melde voeder te onthouden. Nu is er op enkele pun
ten den laatsten tijd verbetering gekomen vooral
voor die artikelen, ressorteerende onder de Akker
bouw-Centrale.
Veel grooter zijn de moeilijkheden met de artike
len, ressorteerende onder de Meelcentrale. Dat zijn
dus de buitenlandsche en binnenlandsche kracht-
voerartikelen tarwe- en rogge-afvalartikelen enz.
Wat de buitenlandsche artikelen betreft, moet het
„Centraal Bureau" zich voor het verkrijgen van ge
ïmporteerde lijnkoeken, cocoskoeken, grondnoten-
koeken soyakoeken en soyaschroot enz., wenden tot
de Meelcentrale. Daar kan men echter niet koopen
n00dig heeft' daar krijgt men „toege-
hekPnni lP WGlke Wij2e zulks geschiedt, is niet
hoeverre en op welke manier hier de
billijkheid betracht wordt, kan men slechts gissen
Het vermoeden bestaat, dat bij de „toewijzing" ge
bruik gemaakt wordt van de gegevens over de con-
tingenteenng, waarbij dus vermoedelijk de hoeveel-
f j-Van de destiJds bestaande consenten als maat
staf dienen. Hierbij kunnen zich echter ongewensch-
te verschijnselen voordoen. Door den oorlog is de im
port van verschillende artikelen uit meerdere landen
zeer moeilijk geworden, soms zelfs onmogelijk. Dit
heeft tot gevolg, dat wanneer als maatstaf de des-
tijas bestaande consenten dienen, de verwerkers en
te kom enS artikelen dreiSen in het gedrang
Ook bij de binnenlandsche veekoeken, tarwe-afval-
len enz. doen zich dezelfde verschijnselen voor. Ten
behoeve van de binnenlandsche olie- en veekoeken-
ïndustrie, worden er door het Graan-Inkoop-Bureau
der Ned. Akkerbouw-Centrale oliezaden aangekocht
die door de Meelcentrale onder de bestaande olie
slagers worden gedistribueerd. Van bepaalde landen
kan weinig of niets worden gekocht; van andere lan
den en dikwijls ook in andere artikelen worden veel
meer grondstoffen aangevoerd dan vroeger. Men
krygt dus een zekere verschuiving. Hierbij kan het
gebeuren, dat ruim voorhanden artikelen in handen
komen van olieslagers, tevens mengveederfabrikan
ten, die geen belang hebben bij honderden molenaars
en coöperaties (enkelvoudige mengbedrijven)die
zelf mengen, doch die slechts één belang kennen, dat