Voor de Vrouw.
Landbouwproefvelden.
VRAGENRUBRIEK. o "o
UIT DE KRINGEN EN AFDEELINGEN.
KRING SCHOUWEN EN DU IVELAND
DER Z. L. M.
Gaarne wekken wg nogmaals de landbouwers van
Walcheren op om hun zonen als leerlingen va^i deze
vakschool te doen inschrijven.
Opgave van leerlingen kan plaats hebben en
inlichtingen worden verstrekt door het hoofd der
school den heer J. K. Voogd te Oost- en West-
Souburg en de leden van de Commissie van Toe
zicht.
Programma wordt op aanvrage gratis toege
zonden.
KanariezaaOprtK'fveld op het Landhouwproefbedrijf
te Wilhelminadorp (Z. 382).
Verbouwd werden: Spaansch en Turksch kanarie
zaad.
Grondsoort: Zware klei.
VoorvruchtMaas.
Bemesting: Tegen 400 kg sup (20 200 kg
K40 en 250 kg kas.
Gezaaid: 13 Maart met de kleine machine tegen
25 kg- per ha op een rijenafstand van 20 cm.
Aantal par.: 2, elk van 0.65 are.
Ontwikkeling: Aanvankelijk was er tusschen
beide rassen niet veel verschil, later werd Turksch
iets bladrijker en slapper, terwijl de aren wat spit
ser toeliepen.
StroolengtenVan .Spaansch 95 en van Turksch
100 om.
In beide rassen werd eenige roest waargenomen.
Gemaaid: 28 Juli.
De gemiddelde opbrengst bedroeg van 't Spaansch
25 kg en van 't Turksch 24.8 kg per are, zoodat er
practisdh geen verschil bestond. Ook de kwaliteit
van 't zaad was dezelfde.
Bruine boonenproefveld op het Landbouwproief-
bedryf te Wilhelminadorp (Z. 388).
Verbouwd werden Ceka en een landras uit
Schouwen.
Grondsoort: Middelmatig zware klei.
Voorvrucht: Koolzaad.
Bemesting: Tegen 400 kg sup (20 200 kg
K40 en 200 kg kas.
Zaaien: 23 Mei met de houweel ingehakt. In
eik kuiltje kwamen twee boonen te liggen.
■Rijenafstand: 33 X 33 cm.
Aantal par.: 3, elk van 0.65 are.
Ontwikkeling: In 't begin was weinig verschil te
bespeuren. Later bleek dat Ceka iets grooter groei
de, dat het Landras een lichtere bladkleur had en
een paar dagen vroeger in bloei kwam. De stand
voor beide rassen was zeer goed.
PlantenziektenIn beide rassen kwam vrijwel
evenveel Vetvlekkenziekte voor, doch het Landras
vertoonde meer Mozaïek.
Rijp en opgetrokken: 9 October.
De gemiddelde opbrengst van Ceka bedroeg per
are 41.3 kg en van 't Landras 40.4 kg, zoodat
het verschil onbeteekenend genoemd kan worden.
Ceka gaf grover zaad dan 't Landras, doch de
kwaliteit van dit laatste was aanmerkelijk beter.
Afstan(Lsproef met Voederbieten op het Landbouw-
proefbedryf te Wilhedfminadorp(Z. 426).
GrondsoortZware klei.
VoorvruchtErwten.
RasGroeningia
Rgenafstand en aantal planten per ha: 40 X
50 cm: 50.000 planten; 40 X 41.6 cm: 60.000 plan
ten; 40 X 35.7 cm: 70.000 planten; 40 X 31.4 cm:
80.000 planten; 40 X 26.6 cm: 90.000 planten.
Op de kruispunten, die met behulp van een mar-
keur verkregen waren, konden op den juisten af
stand de zaden gelegd worden.
Aantal par.: 3, elk van 1 are.
Bemesting: Tegen 400 kg sup (20 200 kg
K40, 400 kg kas en 200 kg ks per ha.
Ontwikkeling: Bij de wijdere afstanden kwam
per plant wat meer loof voor en" waren de bieten
over 't geheel wat grooter. Voor en gunstige ont
wikkeling was een gedeelte van den zomer te droog.
Voorts werden de planten in erge mate geteisterd
door de vergelingsziekte, wat ongetwijfeld van in
vloed is geweest op de wortelopbrengst en op
droge stofgehalte. O
Gerooid en gewogen: 10 November.
Gemiddelde opbrengsten per are:
Object
Bieten
kg
droge
stof
Totaal kg
droge stof
Loof
(droog) k<
50,000 planten
833
13,1
109.1
69
60,000
913
14,7
134,2.
83
70,000
982
15,4
151,2
91
80,000
986
14,0
135,5
101
90,000
1028
14,6
150,1
104
De grootste wortelopbrengst werd hier dus ver-<r
kregen bij de nauwste standruimte, terwijl de veld
jes met 70.000 bieten per ha het wonnen, zoowel in
droge stofgehalte als in totaal droge stof. Dit laat
ste cijfer verschilde echter niet noemenswaard van
dat der veldjes met 90.000 planten per ha. Vooras
werd bg de kleinste standruimte het minste en bij
de grootste het meeste loof geoogst.
Vraag 105. LEVERING UIEN.
Ik heb 28 December 1939 een voer ajuin ver
kocht, dewelke 3 Januari '40 geleverd moest wor
den. maar daar het van 1 op 2 Januari zoo hard
had gevroren, was er geen doen aan die ajuin te
leveren en van dien tijd af kon men niet meer be
ginnen om te leveren. Nu ben ik verleden week
begonnen klaar te maken, ben ik nu verplicht die
ajuin te leveren of is er geen aanspraak meer op
die uien? v. te O.
Antwoord: Vrager heeft een voer ajuin verkocht
op 28 December 1939, welke geleverd moest wor
den 3 Januari 1940, maar van 1 op 2 Januari 1940
had het zoo hard gevroren, dat van levering geen
sprake kon zijn en door de vorst kon men toen
langen tijd niet meer leveren. De overeenkomst
bestaat dus nog, maar kon door overmacht niet
nagekomen worden.
De kooper heeft blijkbaar tot heden niets van
zich laten hooren nu wel geleverd kan worden en
zal dus wel niet meer op levering gesteld zijn, doch
hiervan moet vrager zekerheid hebben. Hij moet
dus beginnen met aan den kooper te schrijven, dat
hij thans, nu de vorst voorbij is, kan leveren en dat
hij bereid is te leveren, doch de kooper hem den
dag van levering moet opgeven, en dat hij zich van
zijne verplichtingen ontslagen acht, indien de
kooper hem niet per keerende opgeeft den dag
van levering welken dag binnen een zekeren termijn
gesteld moet worden.
Reageert de kooper niet, dan zou ik, als ik vra
ger was, mij bevrijd achten; streng genomen zou
de vrager den kooper moeten sommeeren om op
een bepaalden dag aanwezig te-zijn om te leveren
en dan zou vrager op dien dag met het voer ajuin
naar de leveringsplaats moeten gaan in tegenwoor
digheid van getuigen en daarna zou hij, zoo nie
mand kwam om de ajuin in ontvangst te nemen,
den kooper moeten dagvaarden tot ontbinding al
of niet met schadevergoeding.
Intusschen zal de prijs wel gedaald zijn, daar de
kooper blijkbaar niet op levering gesteld is! ware
hij er wel op gesteld, dan had de kooper vrager wei
gesommeerd tot levering. Mr. Z.
Vraag 106. jPOOTGOEDVER WISSELING.
Staat het onomstootelijk vast, dat wanneer men
aardappelen niet steeds op dezelfde gronden ver
bouwt en zijn poters af en toe uit een geheel andere
streek betrekt, reeds alleen daardoor het gewas ge
zonder wordt! Gaan ook in het algemeen de selec-
tiebédrijven met hun eigen teelt door? L. te W.
Antwoord. De vebfiV Ier stelling, dat pootgoed,
uitsluitend door verbou^pp anderen grond gezonder
kan worden, is onjuisf ^yïruszieke plantën kunnen
nooit gezond worden, k,-.'ünen Wel een besmettings
bron voor andere aardappelplanten vormen. Poot-
goedverwisseling kan een beter resultaat geven,
indien de gezondheidstoestand van het aangekochte
pootgoed beter is dan van het in eigen bedrijf ge
wonnen pootgoed.
Uit de uitslagen van de veldkeuring, waarin ook
de herkomsten van het pootgoed worden vermeld,
kan men opmaken, dat vele selectiebedrijven in
Zeeland steeds hun eigen gewonnen pootgoed als
uitgangsmateriaal met succes aanwenden. Red.
Vraag 107. DENATURATIE POOTAARDAPPE
LEN.
Ik heb gelezén, dat met ingang van Maandag j.l.
de gelegenheid is opengesteld voor het denatureeren
van goedgekeurde Bintjes. Is ook bekend wanneer
voor de andere aardappe'lsoorten goedgekeurd poot
goed kan worden gedenatureerd? C. te W.
Antwoord. Wij hebben te bevoegder plaatse ge
ïnformeerd, doch men deelde ops daarbij mede, dat
een beslissing nog niet genomen was. Wij achten
het waarschijnlijk, dat per 1 April ook voor andere
rassen de denaturatie van goedgekeurde pootaard-
appelen zal worden opengesteld, waarbij echter de
mogelijkheid niet uitgesloten is, dat voor enkele
consumptie-rassen andere maatregelen zullen wor
den getroffen, of dat de datum van ingang dezer
denaturatie tot een later tijdstip wordt opgescho
ven. Wij verwachten binnenkort nadere publicaties
omtrent deze aangelegenheid. Red.
Vraag 108. VOORWAARDEN POTERSTEUN.
Deze week ontving ik de circulaire, waarin onder
meer wordt gezegd, dat de hoeveelheid goedge
keurde pootaardappelen, welke gedenatureerd
wordt, hoogstens 15 naar boven of beneden mag
afwijken van de hoeveelheid waarvoor denaturatie
wordt aangevraagd. Hoe kan ik daaraan voldoen,
ingeval ik nog een gedeelte kan verkoopen. Moet
ik dan betalen voor hetgeen ik niet denatureer?
Ik kan mij ook voorstellen, dat denaturatie wordt
aangevraagd over een bepaalde partij en dat die
wordt afgekeurd. De aanvrager kan dan ook niet
aan zijn verplichting voldoen. Tenslotte meen ik er
nog op te moeten wijzen, dat men gemakkelijk meer
dan 15 mis kan schatten. Hoe staan de contro-
leerende ambtenaren daartegenover? W. te N.
•Antwoord. Het door den vraagsteller aange
haalde punt uit de regeling kan ons ook niet be
vredigen. Wij hebben ons daarom tot de bevoegde
instanties gewend. Wij vermoeden, dat het in het
eerste en tweede geval niet zoo'n -vaart zal loopen
met toepassing van de boete-clausule". Omtrent
het derde geval konden wij nog geen uitspraak
verkrijgen, zoodat het aanbeveling verdient de hoe
veelheid zoo nauwkeurig mogelijk op te geven. Wij
zullen nogmaals hiervoor een bevredigende rege
ling bepleiten. Recj
Vraag 109. TEELT VAN ZAAJÖMAIS.
Is het geoorloofd in 1940 zonder teeltvergunnmg
zaadmais te telen en zoo ja, mag ik deze dan in
eigen bedrijf vervoederen? A. te P.
Antwoord. Totdusver zijn voor de teelt van
zaadmais geen beperkende bepalingen getroffen,
zoodat de uitzaai van dit product vrij is.
Zelf geteelde mais van den oogst 1939 mag in eigen
bedrijf worden vervoederd. De vervoederde hoeveel
heid wordt echter in mindering gebracht op de
v e evo eder toe wijzing.
Of deze bepaling ook voor oogst 1940 zal gelden,
is ons niet bekend. Red.
NED. BOND VAN BOERINNEN EN ANDERE
PLATTELANDSVROUWEN
(Provinciale Af deeling Zeeland).
Algemeene Voorjaarsvergadering
op 2 April 1940, in de Melksalon „De Landbouw",
Groote Markt, Goes. Aanvang 11 uur.
Agenda
1. Opening.
2. Notulen, ingekomen stukken en mededee-
lingen.
3. Verslag Secretaresse.
4. Verslag Penningmeesteresse.
5. Verslag kascommissie.
6. Benoeming kascommissie.
7. Verslag Algemeene Najaarsvergadering van
den Ned. Bond, in October 1939 te Utrecht
gehouden.
8. Benoeming afgevaardigde naar Alg. Voor
jaarsvergadering van den Ned. Bond.
9. Benoeming redactrice van ons nieuw
maandblad.
10. Aftreding bestuurleden. Aan de beurt van
aftreden zijn: voor het gewest St. Philips-
land: mej. Vogelaar; voor het gewest Noord-
Beveland: mevr. Verburgde Regt.
11. Rondvraag.
12. Sjuiting der vergadering.
Gezamenlijke koffiemaaltijd.
Na afloop der vergadering zullen de heer en
mevrouw JansCammaert beide een inleiding
houden. De heer Jans zal spreken over: „Woning
inrichting", waarbij verschillende lantaarnplaatjes
worden vertoond. Mevrouw JansiCammaert zal
een causerie houden over: „Huiselijke beleefdheid".
Het Bestuur is er van overtuigd, dat het een
goeden dag zal worden en rekent op veel bezoek
uit de verschillende gewesten.
Misschien is er door het organiseeren van een ge
zamenlijke reis naar Goes in deze veel te bereiken.
'HET BESTUUR.
P.S. Zangboekjes meebrengen.
Algeméene vergadering
°pIZaterdag 23 Maart a.s., des voormiddags te 9.30 uur
in de bovenzaal van het „Huis van Nassau", te Zierikzee
Agenda
1. Opening.
2. Notulen en mededeelingen.
3. jaarverslag Kring en Slachtveeverzekering.
4. Rekeningen Kring 1939 en Slachtvee 1938-1939, met
Verslag Financiëele Commissies.
5. Begrooting 1940.
6. Verkiezing Hoofdbestuursleden, wegens periodieke
aftreding van de heeren S. J. Gast en A. C. de Oude;
idem van de plaatsvervangende Hoofdbestuursleden,
de heeren W. J. Boogerd en J. Klompe (allen
herkiesbaar).
7. Verkiezing Bestuurslid en Commissaris Slachtveever
zekering, wegens periodieke aftreding, respectievelijk
van de heeren J. C. van Langeraad en L. J. Mol
(herkiesbaar.)
8. Verkiezing lid Financiëele Commissie, wegens perio
dieke aftreding van den heer J. Romeijn C.Ozn
(niet herkiesbaar.)
9. Lezing van den heer Ir J. D. Dorst. Onderwerp
„Indrukken van den Landbouw in Denemarken".
10. Rondvraag. (De heer Dorst zal tevens eventueele
vragen de Voedselvoorziening rakende, beant
woorden.)
11Sluiting.
Het Bestuur,
H. C. VAN DE ZANDE, Voorzitter.
F. C. HANSE, Secretaris.
Algemeene vergadering
op Zaterdag 23 Maart, van de Onderlinge Verzekerings
Maatschappij tegen Hagelschade, van den Kring Schouwen
en Duiveland der Z.L.M., na afloop van de Kringver
gadering, in het „Huis van Nassau" te Zierikzee.
Agenda
1. Opening.
2. Notulen en Mededeelingen.
3. Rekening boekjaar 1939, met Verslag Financiëele
Commissie.