Uit de Afdeelingen.
KORTE BERICHTEN.
De Pachtwet.
De bestelbon wordt door den Prov. Voedsel commis
saris of Ned. Meelcentrale ingehouden omdat telers
dit document niet noodig hebben.
In die gevallen, waarin de eene teler van den
anderen teler bovengenoemde producten wil over
nemen voor zaaidoeleinden, kan de kooper bij den
plaatselijken bureauhouder een vervoerbewijs halen
voor de gekochte partij.
DISTRIBUTIE KUNSTMESTSTOFFEN.
Voor een gewone toewijzing van kunstmeststof
fen komen in aanmerking de volgende verbruikers
van kunstmeststoffen:
1. zij, die een land-, tuin- of boschbouwbedrijf
uitoefenen
2. zij, die 10 are cultuurgrond of meer bewer
ken om daarop gewassen te teelen, uitsluitend voor
eigen genot of gebruik.
De aanvragen die hiervoor op 27 Januari 1940 in
ons bezit waren, zijn alle behandeld en hiervan
kunnen de toewijzingen in de week van 4 t/m 10
Februari bij de plaatselijke bureauhouders worden
afgehaald.
Dit geldt ook voor de aanvullende toewijzingen.
Er zijn echter eenige aanvragen overgebleven die
niet behandeld konden worden, omdat het adres
ontbrak of onduidelijk was.
Het is daarom van groot belang, dat de kunst-
mesttoeavyzingen in bovengenoemde week alle wor
den afgehaald, omdat dan bij eventueele teleurstel
ling', nog onmiddellijk een aanvrage voor kunstmest
bij den Provinciaal Voedseloommissaris kan worden
ingediend.
Voor een gewone toewijzing komen niet in aan
merking:
a. personen die minder dan 10 are cultuurgrond
bewerken;
b. volkstuinders en zij, die school- of volks
tuinen exploiteeren.
Uitsluitend ten behoeve van deze onder a en b
genoemde personen kunnen, zonder dat daarvoor
kunstmestbonnen van hen in ontvangst genomen
behoeven te worden, stikstof-, phosphorzuur- of
kalihoudende kunstmeststoffen, elk tot hoeveel
heden van 25 kg worden afgeleverd door:
1. handelaren, die regelmatig aan die groepen
van personen afleveren;
2. stichtingen of vereenigingen, welke school-
of volkstuinen exploiteeren of in beheer hebben en
in dat verband de kunstmeststoffen aan de gebrui
kers van deze tuinen leveren.
Deze twee groepen van leveranciers moeten
daartoe in het bezit zijn van een detaillistenvergun
ning die door den Provinciaal Voedselcommissaris
op aanvraag verleend kan worden en waarbij hen
een toewijzing met bijbehoorende kunstmestbonnen
zal worden Verstrekt.
Bjj deze aanvragen moeten uitsluitend die "hoe
veelheden worden opgegeven, welke de aanvrager
in het vorige bemestingsjaar geleverd heeft. resp.
dit bemestingsjaar zal leveren aan de onder a en b
genoemde personen, welke niet voor een gewone
toewijzing in aanmerking komen.
Bij deze aanvragen behoeven niet te worden op
gegeven hoeveelheden kunstmeststoffen van spe
ciale soort of van speciale verpakking, welke door
het Kunstmest-Distributie-Bureau te 's-Gravenhage
zijn vrijgesteld van de distributieregeling, die nog
nader zullen worden bekend gemaakt.
Voor de toewijzing wordt de gewone retributie
berekend, welke bij in ontvangstname van de toe
wijzing met kunstmestbonnen bij den plaatselijke
bureauhouder moet worden voldaan.
De aanvraagformulieren zijn bij de plaatselijke
bureauhouders verkrijgbaar gesteld, en moeten na
invulling en onderteekening daar weer worden in
geleverd.
Fijngemalen Kainiet.
De handelaren, die voor 27 Jan. aanvragen voor
een toewijzing van fijngemalen kainiet ten behoeve
van hun afnemers bij den Provinciaal Voedselcom
missaris. hebben ingediend, kunnen in de weck van
4 t/m 10 Februari de daarvoor bestemde bonnen
tegen de gewone retributie bij hun plaatselijke
bureauhouders in ontvangst nemen.
Voor alle verdere aanvragen kunnen de toe
wijzingen steeds 14 dagen na het indienen der aan
vrage bij den plaatselijken bureauhouder worden
afgehaald.
VERSLAG
der vergadering van den Ring „West-Brabant"
van Vereenigingen van Jonge Land- en Tuin-
boufwers, gehouden op 16 Jan. 1940, in Hotel
Punt te Fijnaart.
Ondanks het ongunstige weer, was toch een flink
aantal belangstellenden in de zaal aanwezig, toen
de voorzitter de vergadering opende met een harte
lijk welkom tot allen en speciaal tot den heer Ir.
P. A. van den Ban, te Wageningen, den spreker
voor deze vergadering.
Vei*volgens kreeg de heer Van den 'Ban het woord
en hield een inleiding over het onderwerp:
De kosten van trekkerwerk in verhou
ding tot die van paardenarbeid.
Het zou teveel plaatsruimte vergen om deze in
leiding in haar geheel te plaatsen, en moeten wij
volstaan met een kort résumé.
Uit landbouwboekhoudingen blijkt, aldus spreker,
dat een paard per jaar ongeveer 200 tot 300
kost! Deze cijfers zijn natuurlijk gebaseerd op
schattingen, en men zou kunnen rekenen, dat een
kostencijfer van ongeveer ƒ300 Vooral in aanmer
king komt voor bedrijven, waar de paarden zwaar
ploegwerk moeten doen en in 't algemeen hard
moeten werken. Er moet dan meer gevoerd worden
en de paarden zijn eerder versleten. Men bedenke
in ieder geval, aldus spreker, dat de bier genoemde
kosten van een paard geenszins vaststaan, doch van
allerlei omstandigheden afhankelijk zijn. Als basis
voor vergelijking zijn zij echter wel te gebruiken.
Berekent men vervolgens de kosten van rente
en afschrijving van een rupstrekker met toebehoo-
rende werktuigen, dan kan mén daarvoor nemen
15 van- 6000 aanschaffingswaarde, dus ongeveer
900 per jaar.
Voor een goeden wieltrekker met toebehooren
komt men aan rente en afschrijving op 15 van
ƒ4000; dus op rond 600 per jaar.
Daarbij komen dan nog de bedrijfskosten. In het
algemeen kan men zeggen, dat de Diesel-rupstrek
kers ongeveer 30 cent per uur aan brandstof en
smeerolie kosten. Rekent men daarbij dan nog
25 cent onderhoudskosten, dan komt men op onge
veer 60 cent per uur. Voor de petroleum-wieltrek-
kers komt men op een iets hooger bedrag.
In het algemeen kan men wel zeggen, dat een
Diesel-rupstrekker op een bedrijf rendabel kan
worden aangewend, wanneer men daardoor 4 paar
den kan afschaffen. Voor de grootere typen wiel-
trekkers moet men 3 paarden kunnen afschaffen
ten voor de kleinere 2 paarden.
Houdt men dezen gedachtengang vast, dan heeft
men een'tamelijk goede leiddraad.
Men moet er bij aanschaffing van een trekker
altijd goed om denken, dat men daarmee zijn be
drijfsvoering voor een aantal jaren vastlegt. Men
kan zonder groote verliezen zoo maar niet na één
of twee jaren weer veranderen.
Spreker gaf Verschillende practische gegevens,
waarmede de aanwezigen hun nut konden doen.
Na afloop der inleiding hebben nog verscheidene
aanwezigen den heer Van den Ban 'vragen gesteld,
welke deze op duidelijke wijze beantwoordde.
Tenslotte dankte de voorzitter den inleider voor
zijn rede en sloot hij de vergadering.
De Ring „West-Brabant" kan op een geslaagde
vergadering terugzien.
VERSLAG 4e PRAATAVOND VAN DE
AFDEELING WERKENDAM DER
NQORD-BRABANTSCHE MIJ VAN LANDBOUW.
De heer De Wlaard opende de vergadering met de
aanwezigen welkom te heeten, in het bijzonder den
heer Dekker.
Mededeeling werd gedaan, dat door den Minister
de garantieprijs der bieten op 12,50 gesteld is.
Deze is veel te laag Voor de huidige omstandig
heden als we zien hoe de prijzen voor kunstmest
omhoog gegaan zijn en de kosten voor arbeid enz.
ook stijgen.
In verband hiermee zullen ook de pryzen der
andere producten herzien moeten worden.
De nieuwe Districtscommissie voor District 45 is
benoemd. Uit Werkendam hebben zitting de heeren
A. J. Konings en Arie Hakkers D.Cz.
Na deze mededeelingen kreeg de heer Dekker
gelegenheid tot het houden van zijn lezing o'ver „De
selectie van suikerbietenzaad". Deze lezing werd
gevolgd door een bedrijfsfilm van de firma Kühn
en Co. te Naarden, waarna als toegift een aardige
teekenfilim.
De heer De Waard dankte den inleider voor het
gebodene en hoopte hem nogmaals eens te kunnen
uitnoodigen.
Hierna volgde sluiting.
H. P. VAN 'DONGEN, Secretaris.
VEREENIGING VAN JONGE LAND- EN
TUINBOUWERS TE RAAMSDONK.
Onze Vereeniging hield onlangs haar Januari
vergadering, waar o.m. een kascommissie werd
gekozen, welke de boeken van den secretaris-pen
ningmeester heeft nagezien. Alles werd in orde
bevonden. Vervolgens bracht de penningmeester
het financieel verslag uit.
Alvorens tot verkiezing van bestuursleden over
te gaan, werd met algemeene stemmen besloten een
wijziging te brengen in het Huishoudelijk Regle
ment, in dien zin, dat daarin thans wordt opgeno
men, dat de bestuursleden bij hun aftreden herkies
baar zullen zijn. Bij de daarna gehouden stemming
over de verkiezing van voorzitter en penning-
mester, die beide aftredend waren; werden beiden
herkozen.
Door de behandeling der verschillende huishou
delijke zaken, was het reeds laat geworden, zoodat
geen inleiding meer werd gehouden.
Nadat de voorzitter had meegedeeld, dat de vol
gende vergadering zal worden gehouden op 15
Februari a.s., werd de vergadering gesloten.
De Secretaris, JOH. DE ROOY.
Er zal een inventarisatie der aanwezige aard-
appelvoorraden per 12 Februari a.s. worden gehou
den. Telers, die een oppervlakte van niet meer dan
50 Are met aardappelen hebben verbouwd, worden
buiten beschouwing gelaten.
Het ligt in de bedoeling de verplichte stieren
keuring in Zeeland in de tweede helft van Februari
te beginnen.
Door de slechte weersomstandigheden in het
najaar is in Zeeland belangrijk minder wintertarwe
uitgezaaid dan voorgaande jaren.
In verband met het gereedmaken van het zaai-
plan is het noodzakelijk, dat de Regeering spoedig
mededeelt, welke prijsverhouding tusschen de pro
ducten van oogst 1940 zal worden vastgesteld.
Aangifte van wintergewassen (wintertarwe,
wintergerst, winterrogge) is opnieuw opengesteld
tot 1 Maart a.s.
Het verdient aanbeveling de volle aandacht te
schenken aan het op peil houden van het aardappel
gewas door toepassing van de stamselectie.
Blijkens gegevens, ontleend aan de maandstatis-
tiek van den in-, uit- en doorvoer, bewerkt door het
Centraal Bureau voor de Statistiek, werden in 1939
uit ons land uitgevoerd 119.922 ton pootaardappelen
ter waarde van 6.394.000 tegen 153.175 ton ter
waarde van ƒ7.855.000 in het voorafgaande jaar.
In 1940 zal de Dienst voor de kleine boeren
speciaal aandacht besteden aan het te verstrekken
zaaizaad en aan 'de voorbereiding van de verbete
ring van goed jongvee voor de kleine boeren.
Aan telers -van bloembollen, die hun met dit
product te betelen oppervlakte met 50 hebben
moeten verminderen, zal teeltvergunning voor be
paalde tuinbouw- of landbouwgewassen worden
verleend.
Een grondeigenaar in Spanje, die zijn bouwland
ondanks een opmerking van het Departement van
Landbouw had later verwaarloozen, heeft een boete
van 10.000 peseta's gekregen. De Regeering zal al
het geschikte braak land onteigenen en het zelf in
cultuur brengen.
Er is weder een uitspraak gevallen van de Pacht -
kamer van het Hof te Arnhem, die wel van zoo
groot belang is, om deze even te bekijken.
Het gaat hier weder over artikel 5 en 7 dei-
Pachtwet, n.l. over de pacht voor een bepaalden
tijd en^iver de bevoegdheid van den pachtrechter om
een pachtcontract wegens buitensporige verplich
tingen, den pachter opgelegd, of te hoogen pacht
prijs, nietig te verklaren.
Het geval lag aldus:
Verpachter A verpacht aan pachter B een drietal
perceelen weide- en hooiland voor den tijd van
ongeveer 9 maanden, ingaande April 1939 en ein
digende December 1939.
Pachtcontracten, slaande op los land, kleiner dan
ha, waarvoor de pachtprijs minder is dan 50,
behoeven niet ingezonden te worden en dus kunnen
we gerust aannemen, dat hier het gepachte grooter
was dan ha, en de prijs meer dan 49,99, want
dit contract werd wèl ter goedkeuring ingezonden.
Nu bepaalt art. 5, dat een pachtovereenkomst by
uitzondering immers de Pachtwet bepaalt, dat
pachtovereenkomsten gelden voor onbepaalden tijd
voor een bepaalden tijd en wel voor ten hoogste
een jaar kan worden aangegaan, indien uit den aard
van het gepachte of de bijzondere omstandigheden,
waaronder verpacht wordt, een korteren duur der
overeenkomst redelijkerwijs voortvloeit.
Nu kan de verpachter, die voor een jaar of korter
voornemens is te verpachten, den rechter vooraf
verzoeken te verklaren, dat de aard of de bijzondere
omstandigheden meebrengen pacht voor een jaar
of korter.
Men lette nu wel hierop, dat er staat, dat de ver
pachter dit kan verzoeken, dus is hij niet verplicht
dit verzoek te doen, terwijl dit verzoek gedaan
moet worden, voordat de overeenkomst gesloten
wordt, want er staat: de verpachter, die voornemens
is te verpachten.
Dit slaat dus op verpachtingen voor ten hoogste
een jaar, men kan, doch is niet verplicht, vooraf de
rechterlijke verklaring te vragen.
Vroeger heb ik al uiteengezet, dat het altijd ge-
wenscht is voor verpachtingen voor bepaalden tijd,
altijd deze verklaring vooraf te vragen, daar men
anders voor allerlei verrassingen komt te staan,
indien na verloop van den bepaalden tijd de pachter
beweerd, dat pacht voor onbepaalden tijd is.
Wil men echter voor langer dan een jaar ver
pachten, dan moet men de rechterlijke verklaringen
verzoeken, dat men b.v. voor 2 of ten hoogste 3
jaren mag verpachten.
In ons geval was verpacht voor 9 maanden, zon
der dat de verpachter een verzoek gedaan had om
voor een ,jaar of korter te mogen verpachten.
Het Pachtcontract wordt ingezonden en partijen
worden opgeroepen en nu gaat de Pachtkamer dit
contract vernietigen, omdat volgens de Pachtkamer
de verplichtingen van den pachter, uit dit contract
voortvloeiend, als buitensporig moeten worden
beschouwd, omdat de pachter genoegen heeft moeten
nemen met een pacht van 9 maanden.
Hoe wist deze Pachtkamer, dat de pachter „daar
mede genoegen heeft moeten nemen" De pachter
kan best zelf bedongen hebben deze pacht voor 9
maanden.
Maar bovendien laat de wet Volkomen toe ver
pachten voor een jaar of korter, zonder rechterlijke
tusschenkomst.
Nu geen verzoek gedaan was, om voor een bepaal
den tyd, n.l. 9 maanden te mogen verpachten, was
de Pachtkamer niet bevoegd, op dien grond het