NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD
Zaterdag 3 Februari 1940
No. 1672 31e Jaargang
WAARIN OPGENOMEN HET
Officiéél Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z.L.M.)
de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Vereenïginger»v
Z. L. M.-VERGADERINGEN.
ALGEMEENE VERGADERING AFD. LEWE-
ALGEMEENE VERGADERING KRING AXEL
ZITDAGEN
WEEKOVERZICHT.
Keuringsdienst ZEELAND.
LANDBOUW-CRISISMEDEDEELINGEN
ZEELAND.
Maatregelen in verband met de
voedselvoorziening.
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Dit blad verschijnt eiken ZATERDAG. Overname
slechts geoorloofd met duidelijke vermelding van bron.
Leden van de Z. L. M. ontvangen het blad gratis.
ABONNEMENTSGELD: voor leden der Nd-Br. M. v. L.
1,75 per jaar. Voor niet-leden der Z. L. M. of Nd-Br.
M. v. L. ƒ5,per jaar.
Redactie
Secretariaat der Z. L. M.
Landbouwhuis, Goes - Telef. 2345.
ADVERTENTIETARIEF: 1—6 regels ƒ1,—; elke
regel meer 20 cent.
Regelabonnementen tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentiën aan de Uitgeefster, N.V.
v/h Firma P. J. VAN DE SANDE te Ter Neuzen, of
aan het Landbouwhuis te Goes.
DORP DER Z. L. M., op Maandag 5 Februari
a.s., des namiddags 2 uur, in het Café van den
heer J. de Laat te Nieuwdorp.
ALGEMEENE JAARVERGADERING Vereeniging
van Oud-Leerlingen der R.L.W.S. te Goes, op
Dinsdag 6 Februari 1940, des vóórmiddags
10,30 uur, in de Bioscoopzaal van de Melksalon
„De Landbouw", Groote Markt, te Goes.
DER Z. L. M., op Woensdag 7 Februari 1940,
des namiddags om 2 uur, in „Hotel Centraal"
te Terneuzen.
(Zie elders in dit blad.)
Boekhoudbureau
en
Accountantsdienst
Z. L. M.
MIDDELBURG: Donderdag 8 Februari a.s., in „De
Eendracht".
ST. MAARTENSDIJK: Donderdag 8 Februari a.s.,
in „De Gouden Leeuw".
In den laatsten tijd is in verschillende bladen ge
klaagd over den
hoogen prys der bruine boonen.
De klacht gaat vooral tegen het feit, dat de Regee
ring dit product voor 17 per 100 kg van den teler
overneemt, doch voor een belangrijk hoogeren prijs
ter beschikking van den handel stelt. Slechts een
klein deel van dit prijsverschil dient tot vergoeding
van de gemaakte kosten. Deze in- en verkoop van
peul-vruchten geschiedt door bemiddeling van de
Ned. Akkerbouwcentrale.
Naar aanleiding hiervan zijn in de Tweede Kamer
de volgende vragen gesteld:
„Is het juist, dat de Ned. Akkerbouwcentrale
Zeeuwsche bruine boonen en Mansholt-capucijners
van de producenten koopt voor den prijs van resp.
17 en 18,50 per 100 kg en deze beide producten
aan den handel levert voor ƒ23,30 per 100 kg, zoo
dat een bruto-winst gemaakt wordt van resp. 6,30
en ƒ4,80 per 100 kg?
Is het voorts juist, dat de bruto-winst, die de
Akkerbouwcentrale maakt op het artikel witte
boonen 7,80 per 100 kg bedraagt
Indien dit juist is, wil de Minister dan maat
regelen nemen teneinde deze sterke prijsverhooging
tegen te gaan?"
Volgens de vraagsteller zou de Akkerbouwcen
trale dus den prrjs van bruine boonen verhoogen met
6,30 en die -van witte boonen met 7,80 per 100 kg.
Deze bedragen zullen vermoedelijk, na aftrek van
de noodzakelijke kosten, terecht komen in het pas
gestichte Fonds van de economische verdediging,
waarin het Landbouwcrisisfonds is opgenomen.
Het is ons echter niet duidelijk, waarom een
dergelijke
hooge toeslag
op de bruine boonenprijs moet worden gelegd. Aan
den boer komt deze monopoliewinst niet ten goede;
nog steeds zijn de richtprijzen voor de peulvruch
ten aan den lag^n kant vastgesteld.
Bovendien ligt het in de bedoeling van de Regee
ring de eerste levensbehoeften zooveel mogelijk aan
een prijsverhooging te onttrekken. Het ligt voor
de hand, dat dit doel niet wordt bereikt door de
overnameprijs met een aanzienlijke marge te ver
hoogen.
Mogelijk ziet men hierin, naast het verkrijgen
van inkomsten voor het Fonds van de economische
verdediging, tevens een middel om de prijzen te
kunnen controleeren door de marge hooger of lager
te stellen al naar gelang van de omstandigheden.
Wat hiervan ook zij, vast staat, dat in de prak
tijk lang niet zoo'n nauw verband bestaat tusschen
de prijzen der voedingsmiddelen en de prijzen van
de landbouwproducten als men veelal wil doen
voorkomen. Wiij wezen er reeds in een vorig week
overzicht op, dat de prijzen der voedingsmiddelen
in hooge mate beinvloed worden door de arbeids-
loonen en de distributiekosten, welke in die prijzen
zijn verdisconteerd.
Thans is geblekert, dat de door de (Ned. Akker
bouwcentrale berekende marge tusschen den prijs,
die de teler ontvangt en de prijs, waarvoor het
product aan den handel beschikbaar wordt gesteld,
eveneens prijsverhoogend heeft gewerkt.
Hoe hoog de
distributiekosten van bruine boonen
zijn, wordt meegedeeld door het Algem. Weekblad
,9voor den Middenstand. 'Hierin wordt ten aanzien
an de prijsvorming van bruin,e boonen de volgende
berekening opgezet.
De richtprijs is ƒ17, komt by aan onkosten en
vervoer ƒ1,30, komt bij aan toeslag ten behoeve
van de Akkerbouwcentrale 5, komt bij winst voor
den grossier ƒ2,70, komt bij ƒ1 voor de distributie
aan winkeliers via inkoopvereeniging, is tezamen
ƒ27 per 100 kg.
Tot zoover het Algem. Weekblad.
Zooals bekend, is de winkelprijs voor bruine
boonen 36 cent per kg. De winst vafi den grossier
bedraagt dus 2.7 cent, die vdn den winkelier 9 cent
per kg.
Men ziet hieruit, welk belangrijk bestand
deel van de bruine boonenprrjs gevormd wordt door
de distributiekosten.
Eenige maanden geleden is in een persbericht
bekend gemaakt, dat aan hen, die
vrijwillig weiland scheuren,
een grootere toewijzing krachtvoer zal worden ver
leend, mits op het gescheurde weiland granen wor
den verbouwd. Voorts zal hetgeen hierop aan aard
appelen en ander ruwvoer wordt geteeld, voor eigen
gebruik worden gelaten.
Thans is een officieele mededeeling verschenen,
waarin bovenstaand bericht nader wordt toegelicht.
Zij, die na 1 September 1939 blijvend grasland
hebben gescheurd of nog zullen scheuren, hebben
volgens deze mededeeling de keus om of een derde
-van de granen, die op dit gescheurde grasland zijn
geteeld, voor eigen gebruik te behouden óf een toe
wijzing te ontvangen van een extra hoeveelheid
mengvoeder, welke hiermee overeenkomt.
Tevens wordt bevestigd, dat men het op ge
scheurd grasland geteeld ruwvoer voor eigen ge
bruik mag aanwenden.
Uitdrukkelijk wordt in dit verband vermeld, dat
alleen die landbouwers op bovenvermelde regeling
aanspraak kunnen maken, die:
le. na 1 September 1939 hun grasland hebben
gescheurd en hierop de goedkeuring van den
productiecommissaris hebben verkregen, en
2e. geen nieuw grasland ter vervanging van het
gescheurde weiland hebben aangelegd.
De goedkeuring van den productiecommissaris
wordt blijkbaar vereischt om te voorkomen, dat
weiland wordt gescheurd, dat door ztjn aard en
ligging niet als bouwland geschikt is. Voorts mag
men o.i. uit bovenstaande toelichting concludeeren,
dat het voorloopig niet in de bedoeling van de
Regeering ligt scheurplicht op te leggen.
Het bouwplan 1940 is nog steeds niet volledig
bekend gemaakt. Zoo staat o.m. voor wat betreft
de aardappelteeltregeling voor 1940
nog niets vast. Verschillende telers hebben ons de
vraag gesteld of dit jaar wederom een teeltheffing
zal moeten worden betaald.
Afschaffing van de teeltheffing zou kunnen wor
den verdedigd op grond van het groote belang, dat
de aardappelverbouw thans voor on3 land heeft.
De Regeering heeft dit destijds erkend door in een
persbericht te wijzen op de wenschelijkheid, dat de
aardappelteelt in 1940 wordt uitgebreid.
Bovendien is de toestand geheel anders dan vóór
de mobilisatie. De Regeering streeft er thans meer
dan ooit naar de prijzen van het veevoer laag te
houden. Het ligt voor de hand, dat ook de prijzen
van de voeraardappelen den invloed van dit streven
ondervinden.
Met het oog hierop zou het alleszins gerecht
vaardigd zijn, indien ten behoeve van de aard
appelverbouw een grootere bijdrage uit het Fonds
voor de econ. verdediging werd geput dan voor
heen uit het Landbouwcrisisfonds is geschied.
Wij zouden ons dan ook met de afschaffing van
de teeltheffing kunnen vereenigen. Daartegenover
staat echter, dat algeheele afschaffing tot gevolg
zou hebhen, dat eveneens de denaturatieregeling
zou verdwijnen, waardoor vele zandbedrijven in een
moeilijke positie zouden geraken.
In verband hiermee heeft het Landbouw-Comité
zich uitgesproken voor het behoud van een niet al
te hooge aardappelteeltheffing. Genoemd werd een
heffing van 30 per ha. Wij kunnen hiermee in
stemmen, mits voor de klei-consumptie-aardappelen
een doeltreffende prijsregeling wordt ontworpen.
De
voedernormen van 5 Febr.4 Maart
zijn één dezer dagen in de bladen gepubliceerd. Ver
geleken bij die voor de thans geldende periode, zijn
de normen ten aanzien van rundvee, varkens en
pluimvee ongewijzigd gebleven.
Daarentegen zijn de voedernormen voor land-
bouwwerkpaarden van bedrijven met meer dan 5
bouwland verdubbeld en- gebracht op 56 kg per dier
per 4 weken. Ook voor stalhouders- en sleepers-
paarden kunnen de normen in bijzondere gevallen
worden verhoogd.
Tenslotte is de norm voor fokooien van 7 kg ver
hoogd tot 14 kg en die voor melkgeiten, geboren,
vóór 1940, van 7 tot 10 kg per dier per 4 weken.
i Red.
ZAAIEN VAN PEULVRUCHTEN.
Landbouwers, in Zeeland woonachtig, die bruine
boonen, Walchersche witte, capucijners en grauwe
erwten willen betrekken voor den zaai van een
handelaar, coöperatie of een anderen teler, moeten
zich vervoegen bij hun districtssecrétaris of op het
Secretariaat van den Keuringsdienst Zeeland, p/a
Landbouwhuis te Goes.
Aan hen wordt dan een bestelbon met aan
gehecht geleidebiljet verstrekt. De bestelbon met
geleidebiljet moet worden opgezonden naar den
handelaar, coöperatie van wie zij deze zaaipeul-
vruchten willen betrekken, waarna de verzending
kan plaats hebben.
GEWICHTSGRENZEN KALVEREN.
Zooals bekend, zullen tot nader order op de toe
wijzingen 1940 geen kalveren of ossen worden
geschetst.
In verband hiermede is de onderste gewichts-
grens voor de maand Februari 1940 van 160 kg tot
180 kg verhoogd.
Alle kalveren, welke in deze maand minder dan
180 kg wegen mogen dus zonder Identiteitsbewijs
worden aangehouden.
Er zij op gewezen, dat op de toewijzing van ossen,
tot een gelijk aantal, stierkalveren mogen worden
aangehouden, met een gewicht beneden 250 kg. Bij
het bereiken van dit gewicht dienen deze kalveren
echter gecastreerd te zijn.
GELDIGHEIDSDUUR VEEVOEDERBONS.
De Prov. Voedselcommissaris voor Zeeland maakt
bekend, dat de veevoederbons, welke vóór 11
December 1939 zijn uitgereikt, met ingang van 5