t Bieten j g z z z 23 23 e VEEHOUDERIJ. n. waarvan 2 super 18 ontvingen naar 500 kg/ha eu 2 geen fosforzuur-mest kregen. Tijdens den groei werden geen verschillen opge merkt. Gerooid en gewogen 14 November. Tarra 10 Netto opbrengsten in kg per are: Bemesting Gem. Verh. Loof en kop Gem. Verh. Suiker Zonder super 519) 438, Zonder 526,5 100 434,5 100 14,8 super 534 431 Met 500 kg sup. 18 530, 451 1 Met 500 kg 534,0 101,5 456,5 105 15,0 sup. 18 538 462 Het verschil in wortelopbrengst is gering, slechts 1.5 ten gunste van de super veldjes; het verschil in opbrengst aan kop en loof is iets grooter. Stikstof proefveld op bieten by den heer J. E. van Gorsel te Tholen. (Z. '346.) Grondsoort: Kleigrond, 33 afslibbaar; pH. 7.2; CaCO;t 0.16 c/r en 2.7 humus. Indeeling en bemesting: 8 veldjes van 1 are, twee parallellen van vier, die met opklimmende hoeveel heden stikstof werden bemest in den vorm van kas, en wel naar 100, 120, 140 en 160 kg N. p~r ha. Andere kunstmeststoffen op alle veldjes g GewasBieten. Door een misverstand bij het zaaien werd de ééne parallel geheel bezaaid met de var. Hilleshög, ter wijl van de andere' parallel een strook van 7 m met 'Hilleshög en de overige 13 m met Klein Wanzleben werd bezaaid. Op ieder veldje 2 is al^en Hilleshög, op ieder veldje 1 zijn beide var. gezaaid. De opbrengsten van beide parallellen zijn dus goed te vergelijken in hun onderlinge verhouding, doch de overeenkomende veldjes op beide parallel len niet; de Milleshög-veldjes komen in opbrengst steeds boven die met gemengd zaad uit. Opbrengsten in kg per ha: ft bJ3 <v -M m bfl G Gehalte O*" 00 vq 1n V in V V Verh. 100 101 109,5 119,5 Gemidd. 403,5 407,0 442,75 482,75 Loof en kop 397,5 409,5 418,0 396,0 439,5 446,0 464,0 501,5 Verh. 100 103.5 103 102 Gemidd. 521,75 538,5 536,25 533,0 Bieten 500,5 543,0 512,0 565,0 522,5 550,0 514,0 552,0 No. «m c-J 1 rs rs 2 05 T3 03_i 3 O 0 0 0 O T 10 <u ca Uit dit overzicht blijkt, dat de eerste 20 kg zuivere stikstof boven 100 kg zich nog goed betaald maakt (meeropbrengst pl.m. 1700 kg bieten), doch dat de beide laatste giften van 20 kg stikstof de bieten-opibrengst niet meer omhoog voeren, integen deel deze iets drukken. Daarentegen gaat de op brengst aan loof en kop stijgen met de hoogere stikstofgift. Het zal duidelijk zijn, dat de grootere oogst aan kop en loof de hoogere onkosten van de zwaardere stikstofbemesting niet goed kan maken, als de wortelopbrengst niet meer stijgt. De meest voordeelige stikstofbemesting blijkt hier 120 kg zuivere stikstof te zijn. Stikstofproefveld op suikerbieten by den heer A. Wisse te N. en St. Joosland. (Z. 344.) Grondsoort: Zware klei (52 afslibbaar), met 4.34 CaCOa en 2.2 humus; pH 7.6. Indeeling en bemesting: 8 veldjes van 1 are in 2 parallellen van vier, bemest met opklimmende hoe veelheden stikstof en wel van 100, 120, 140 en 160 kg zuivere N. per ha, in den vorm van kas. Andere kunstmeststoffen op alle veldjes in gelijke hoeveel heden. Gewas: Suikerbieten (var. KI. Wanzl.);-1 voor vrucht: vlas, met geringe groenbemesting. Groei: Het gewone verschil in bladontwikkeling (meer loof. naarmate meer N. werd gegeven) trad ooft hier op. hoewel de verschillen niet sterk in het oog liepen. Opbrengsten in kg' per are: 100 120 140 160 kg N kg N kg N kg N Bieten (netto) le par. 591 595 574 585 m 2e 565 574 568 558 Gemiddeld 578 584.5 571 571,5 Verhouding 100 101 99 99 Loof en kop le par. 322 328 353 331 2e 300 330 323 345 Gemiddeld 311 329 338 338 Verhouding 100 106 108,5 108,5 Gehalte 16.8 16.1 15.8 15,5 Ook hier geeft de hoogste stikstofgift niet het beste resultaat. De eerste 20 kg jN. boven 100 kg geeft nog een meer-opbrengst van 650 kg bieten en 1800 kg kop en loof, zoodat de hoogere he mes tings kosten wel worden goedgemaakt, maar met de twee volgende verhoogingen is dat niet het geval: de bieten-opbrengst loopt zelfs terug tot beneden die van 100 kg N., wat echter eeniger- mate vergoed wordt door de iets hoogere opbrengst aan kop en loof. AARDAPPELEN STOOMEN. In een vorig artikel zetten we uiteen, dat de Zeeuwsche aardappelteler op de grootere bedrij ven, wat den afzet -van voeraardappelen betreft, af hankelijk is van de vraag uit Holland en in normale tijden uit België. De gebruiksmogelijkheden in het eigen bedrijf en elders in Zeeland, zijn thans be perkter dan mogelijk zijn zou, wanneer ruime en geschikte conserveeringsmogelijkheden voor groote hoeveelheden aanwezig waren. Allereerst stellen we nog eens de vraag hoe het zit met de eigen gebruiksmogelijkheden. Varkens kunnen groote hoeveelheden aardappelen met voordeel verwerken. Hiervoor moeten ze beslist gestoomd of gekookt worden. Aan varkens kan men, mits de rantsoenen ver standig samengesteld zijn, de volgende hoeveelheden gestoomde aardappelen verstrekken. 1. 2. Van 20 tot 110 kg Van 20 tot 150 kg Maximale giften 800 kg 1500 kg Half aardappelen 600 kg 1100 kg Als men bedenkt, dat er in Zeeland per jaar 50.000 varkens gemest worden meerendeels tot 175 kg en een deel tot 125 kg, dan volgt hieruit, dat [daarvoor maximaal Tö mill, en vlot 60 mill, kg aard- appelen te benutten zijn. Deze dienen echter te worden gestoomd of gekookt en het zou daarvoor noodig zijn, dat de varkensmesters hun tekort 'bij de groote verbouwers aanvulden en dan lieten stoomen. Ook het rundvee kan met voordeel veel aardappe len verwerken. Een melkkoe tot 15 kg per dag en dieren boven het jaar 6 tot 10 kg per dag. Hier is rauw Voeren, tot de bewaringsverliezen te groot worden, dus ongeveer Maart het voordeeligst. Ze vervangen dan vooral bieten en kuilvoer en iets graanvoer. Als men ze gedeeltelijk stoomt voor het rundvee heeft men het voordeel van een altijd be schikbare voedselreserve. Gestoomd zijn ze minder gevaarlijk en men kan meer graanvoer uitsparen. Aan flink melkgevende koeien wordt wel tot 20 kg per dag gegeven. Het product werkt gunstig op de melkgift. Ook bij mestvee op stal kan men met dit voer heel wat krachtvoer sparen. Als men per rund boven het jaar gedurende 160 staldagen eens 5 kg aardappelen rekent, zou men in Zeeland 60.000 X 160 X 5 kg 48 mill, kg aan het rundvee kwijt zijn. Aan paarden kan men rauwe aardappelen in be perkte hoeveelheden geven. Liefst als ze niet wer ken, dus bijv. van half Dec. tot begin Maart. Ze vervangen dan een deel der bieten. Geeft men alle paarden boven ll/2 jaar 2y2 maand 6 kg per dag, zoo zou men in Zeeland kunnen vervoeren 25000 X 75 X 6 kg 11% mill. kg. De gekookte of gestoomde aardappel kan het ge- heele jaar door in het rantsoen der paarden worden gebracht. Dit spaart graankrachtvoer en bieten. Men kan zeer goed tot 10 kg per dag gaan. Wan neer we eens aannemen, dat alle paarden boven 1% jaar, gedurende 6 maanden per dag 6 kg gestoomde aardappelen kregen zou daarvoor noodig zijn 25000 X 180 X 6 kg 32 mill, kg aardappelen. De mo gelijkheid tot gedeeltelijke aardappelvoeding aan paarden is op elk bedrijf aanwezig. Het zou dus zeer wel mogelyk zijn bij bescheiden rantsoenen aan den Zeeuwschen varkens-, rundvee- en paardenstapel per jaar: 35 4- 48 11 -f 32 126 mill, kg aardappelen te vervoeren. Hiervan gestoomd 80 mill, kg en rauw 46 mill. kg. Natuurlijk is zooiets gemakkelijker te verwezen lijken op Waltheren met veel vee tegenover weinig aardappelen dan op Noord-Beveland waar tegen veel aardappelen weinig vee ataat. Deze cijfers bedoelen globaal slechts aan te geven dat er in Zeeland werkelijk een ruime mogelijkheid is om voeraardappelen zelf te benutten. Wanneer deze mogelijkheid wat meer sytematisch georgani seerd werd zou de afzet van voeraardappelen zeker een gezonder fundament krijgen. Men zou dus niet meer gedwongen zijn alle prijzen te accepteeren, vooral niet in het late voorjaar na groote oogsten en slechte prijzen en export. Kon men overal in Zeeland vrij groote hoeveel heden voeraardappelen conserveeren, zoo werd men onafhankelijk ten opzichte van den handel in voer aardappelen. Bovendien was men in staat voer- reservee aan te leggen, die in de tegenwoordige tijden dubbel welkom zijn. Voor Zeeland, waar het weiland het in Juli/Sept. zoo dikwijls laat zitten, zijn ze echter altijd zeer waardevol. De goedkoopste en beste manier om aardappelen te conserveeren bestaat in het stoomen daarvan. Sedert eenige jaren zijn hiervoor zeer geschikte, verplaatsbare stoomketels met stoomvaten in den handel. Ze zijn in de praktijk beproefd en voldoen aan hooge eischen wat betreft gering brandstofverbruik, gemakkelijke behandeling, capaciteit en duurzaam heid. Ze zijn niet moeilijk te behandelen. Verplaatsbare machines voor het stoomen van aardappelen zijn al lang in gebruik in Duitschland. Op grond van ervaring zijn ze steeds verbeterd. De laatste jaren hebben een viertal fabrieken in Neder land zich gespecialiseerd op dit gebied. Alle toe stellen bestaan uit een stoomketel, verplaatsbaar opgesteld op een wagen met luchtbanden. Hierop is ook plaats voor 2 of 3 metalen of houten vaten waarin de aardappelen gestoomd worden. Boven dien is er een tweewielig hef wagentje bij, waarmee men het vat gestoomde aardappelen naar de kuil rijdt. De meeste toestellen hebben een capaciteit van 1000 tot 1200 kg per uur. Grootere capaciteiten bestaan echter ook. De volgende firma's leveren toestellea die in de praktijk bevredigende resultaten gaven. Machinefabriek „JDnsink" te Hilversum. Merk ,,Wageningen" van Prof. Visser. Fabriek Ter Borg en Mensingen te Appingedam, merk ,,Borga". Fabriek G. Bosch te Nijverdal, merk „Fabo". Fabriek N.V. Gebroeders Stork Co's Apparaten- fabriek, Boorstraat, Amsterdam. Vorig jaar was het mogelijk deze stoomers met subsidie van de Regeering aan te schaffen. Er zijn er toen twee in Zeeland gekomen, n.l. te Waarde en te Oud-Vosmeer. Nu heeft de Regeering aan genoemde vier firma's opdracht gegeven meerdere apparaten të bouwen en de prijzen vastgelegd. De volledige installaties kos ten 1600 tot 2000. Ook het Centraal Bureau te Rotterdam geeft voor haar leden bemiddeling bij aanschaffing van aard- appelstoominstallaties. Wie er een wil aanschaffen doet verstandig' met omschrijving van zijn wenschen en omstandigheden, te schrijven aan Ir. P. v. d. Ban te Wageningen, die gratis advies geeft over de meest geschikte instal latie. Als exploitatiekosten moet men per 100 kg ge stoomde aardappelen globaal rekenen op de volgen de kosten: 5 tot 8 cent aan brandstof. 4 tot 6 cent voor den stoker. Naast den stoker is nog een tweede hulpkracht noodig, die geleverd word door het bedrijf waar men stoomt. Dan zijn er de verplaatsingskosten met paarden of wieltrekker. Tenslotte rente en afschrij ving en het onderhoud. Rekent men 4 en afschij- ving in 5 jaar van 2000 en 75 onderhoud, zoo wordt dat 555 per jaar. Of bij het stoomen van Va mill., 1 mill, en 1^ mill, kg resp. 11,1 ct., 5,5 ct. en 3.7 cent per 100 kg gestoomd product. In Waarde zijn door den loonstoomer Weststrate in 1938/39 totaal 750.000 kg gestoomd. Met een vergoeding van 20 ct. per hl, is 28.5 ct. per 100 kg, kwam men goed uit. De installatie kwam franco op de hofstede en men leverde voor die 28.5 ct. den stoker en de brandstof. Voor verdere werkkrachten zorgde het bedrijf. Het komt me voor, dat het zeer zeker aan te bevelen ware te bevorderen, dat we in Zeeland ongeveer per 600 700 ha aardappelen over een stoominstallatie kunnen beschikken. De aardappel cultuur en de rationeele en goedkoope veevoeding zouden er van profiteeren. Gewenscht is, vooral als men ze ook voor paarden gebruiken wil, goed schoone aardappelen te stoomen. Men make ze goed gaar. Ze moeten steeds direct warm in den put. Koud krijgt men ze moeilijk stuk. Men kan inkuilen in betonbakken, in een leeg var kenshok of in een grondkuil. Men make de grond- kuil niet te breed en niet te diep. Het is n.l. ge wenscht bij het voeren, eiken- dag een dik stuk te gebruiken. De kant aan de lucht wordt zwart en minder lekker. Maak de kuil dus 1 1% voet diep en k 1 m breed. Wanden recht en glad. Het voer er met de klompen goed vast intrappen. Op den bodem een dun laagje kaf. Een flinke kop boven den grond. Mooi rond afwerken, boven glad en plat slaan. Of een dun laagje kaf er over, óf openge sneden zakken öf den grond er zoo boven op. Voor 1000 kg aardappelen is na stoomen 1 m-"? ruimte noodig. Hoe lemiger en dichter grond hoe beter. Goed afsluiten en waterdicht, dus de grondlaag niet te

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1939 | | pagina 7