Redactioneel Gedeelte
KORTE BERICHTEN.
ECONOMIE.
AKKERBOUW.
regeien kleeft het groote nadeel, dat zij volkomen-
gecentraliseerd en ambtelyk worden uitgevoerd en
de Minister tot in de kleinste details verantwoorde
lijk kan worden gesteld. De bedoeling van de
Regeering- is door de overname van de Landbouw
crisismaatregelen en door dit wetsontwerp aan de
bedrijfsgenooten in den landbouw gelegenheid te
geven zooveel mogelijk deze maatregelen, en des
noods ook andere, zelf uit te voeren.
Bij de Industrie kent men reeds de wet, zooeven
genoemd, tot bindend-verklaren van ondernemers-
overeenkomsten.
De individueele ondernemers gaan onderling een
overeenkomst aan; om zich te wapenen tegen onder
kruipers wordt deze overeenkomst dan bindend
verklaard. De Regeering heeft hierbij de taak een
en ander aan het algemeen belang te toetsen. Om
nu bij den landbouw denzelfden toestand te krijgen als
bij de rest van het bedrijfsleven, heeft de Regeering
het voornemen gelegenheid te geven, de Landbouw
crisismaatregelen over te nemen, terwijl daarnaast
op grond van de bedrijfsregeling-wet de landbouw,
met inbegrip van handel en industrie, gelegenheid
krijgt bedrijfsregelingen verbindend te laten ver
klaren. Ten behoeve van de overname van land-
bouw-crisismaatregelen zal wellicht de landbouw-
crisiswet en zeker het Crisis-Organisatiebesluit
hier en daar worden gewij'zigd, zoodat in plaats van
Landbouw-Crisis-Organisaties, organen kunnen
worden gesticht, die dan wat meer bevoegdheden
zullen hebben. De regeling blijft dan op de Land-
bouw-crisiswet gebaseerd, de Regeering houdt de
touwtjes in handen, doch bepaalt zich daarbij zoo
veel mogelijk tot goedkeuring van de groote lijn.
De saneeringsregelingen bij de bloembollen zullen
door de bedrijfsgenooten worden overgenomen en
het eerste voorbeeld van een zoodanige regeling
zijn. Wij krijgen dan dus bij dezen toestand, dat er
landbouw-crisismaatregelen zullen zijn, zooals wij
ze thans kennen op grond van de Landbouw-crisis-
wet, waarbij de Regeering de centrale verantwoor
delijkheid volledig draagt. Daarnaast kunnen van
die maatregelen, die een blijvend karakter hebben,
worden overgedragen aan organen uit het bedrijfs
leven opkomende, waarbij de Regeering zich in
meerdere mate als bij de crisismaatregelen terug
trekt, doch waarbij de regeling op de landbouw-
crisiswet blijft berusten en de rechtspraak een
tuchtrechtspraak zal zijn, zooals wij deze bij de
crisismaatregelen kennen. Daarnaast zal dan op
grond van de bedrijfsregelingswet het mogelijk zijn
maatregelen te treffen met blijvend karakter door
vrijwillig te stichten organisaties, die dan bindend-
verklaring bij. de Regeering aanvragen.
Door zoo'n bindendverklaring wordt zoo'n be
drijfsregeling geldig voor alle bedrijfsgenooten, die
bij die regeling betrokken zijn. Die bedrijfsgenooten
behoeven echter geen lid van het orgaan te worden.
Dit is dus een principieel andere regeling dan bij de
Landbouw-crisiswet, waar indirecte verplichting tot
aansluiting bestaat. De rechtspraak zal bij de be
drijfsregeling bovendien in handen zijn van den
civielen rechter en van den strafrechter, zooals dat
ook bij de bindendVerklaring in de industrie het
geval is. Onder deze bedrijfsregelingswet kunnen
zoowel crisismaatregelen worden gebracht, waarvan
men aanneemt, dat ze hun crisis-karakter hebben
verloren en van blijvenden aard zijn, men zou b.v.
kunnen denken aan de consumptie-aardappelrege
ling en aan de tarweregeling, doch ook heel andere
regelingen, die met de crisis niets uitstaande
hebben. Te denken is b.v. aan de conventie in de
groenten-conservenindustrie, aan de consumptie-
melkregelingen enz.
De mogelijkheden van de Landbouwbedrijfsrege-
lingswet nader besprekende, wijst spreker er op,
dat de organisatievorm, welke daarin is gekozen,
aanpast bij de groote moeilgkheden om in den land
bouw tot organisatie te komen. Een overeenkomst
van individueele ondernemers moet in den landbouw
in zeer veel gevallen onbereikbaar worden geacht.
Een regeüng door een organisatie te treffen, is ge
makkelijker te verwezenlijken, ofschoon men hier
de vraag kan stellen, of vele bedrijfsgenooten tot
zoodanige vrijwillige organisatie zullen toetreden,
indien niet inplaats van crisis-politiek een wel-
vaartspolitjek wordt gevolgd, die betere perspectie
ven biedt. In de critiek van industrieele en handels
zijde op deze lajidbouwbedrijfsregeling uitgeoefend,
komt vooral de vrees naar voren, dat de landbouw
producent in zoodanige regelingen de belangen van
handel en industrie zal overheerschen. Spreker is
precies van de tegenovergestelde vrees vervuld en
wel op verschillende gronden. De landbouwprodu
cent kan in het algemeen op het gebied van produc
tie en prigs niets uitrichten zonder handel of indus
trie, doch de handel en industrie zijn volkomen in
staat regelingen te treffen, waar de producent
buiten staat. Bovendien is het in vele gevallen voor
industrie en handel eenvoudiger, vooral als het aan
tal bedrijfsgenooten belangrijk minder is dan die
De export van Duitschland naar Nederland
bedroeg in het eerste kwartaal van 1939 98 millioen
Rijksmark tegen 109,2 millioen mark in hetzelfde
tijdsverloop van 1938.
Naar aanleiding van den uitzaai van in 1940 te
oogsten koolzaad wordt ons van bevoegde zijde
medegedeeld, dat de telers voor den koolzaadoogst
1940 wederom kunnen rekenen op een richtprijs van
15 per 100 kg boerenschoonzaad.
van de landbouwproducenten, tot vrijwillige orga
nisatie en tot het ontwerpen van een bedrijfsrege
ling te komen. De kans is dus niet uitgesloten, dat
zich op grond van deze wet de groep, die zich
tusschen den landbouwproducent en den consument
bevindt, zal weten te organiseeren, terwijl de produ
cent daar buiten staat. Het is echter voor de kosten
van levensonderhoud, dus voor den consument zoo
wel als voor den producent, een dringende eisch,
indien deze groep voor een lage marge werkt.
Spreker acht het dan ook noodzakelijk, dat uit
drukkelijk wordt verklaard, dat op het gebied van
de landbouwVoortbrengselen geen regelingen wor
den getroffen, zonder dat de producent daarin ver
tegenwoordigd is. Voorts acht spreker het nood
zakelijk, dat de landbouwproducent het recht ver
krijgt den afzet van zijn product te centraliseeren
en te organiseeren, als tegenwicht tegenover de
organisaties, die zich bij de verwerking en afzet van
zijn product vormen. Ook is het noodzakelijk, dat
doof deze bedrijfsregelingen aan den groei van de
coöperatieve samenwerking geen halt wordt toe
geroepen, integendeel, vooral nu machtige lichamen
zich op ons terrein begeven hebben, is het noodzake
lijk voor het belangen-evenwicht, dat de overheid
de coöperatieve samenwerking der producenten
stimuleert. Spreker ziet in de strekking van de
regeeringspolitiek echter eerder een tegengestelde
tendenz. Zoo' stelt spreker zich de vraag, of door de
bindendverklaring van de conventie bij de groenten-
conservenindustrie het aan de tuinders en veilingen
niet onmogelijk is gemaakt, zich langs den weg van
samenwerking op dit terrein te begeven. Bij de bin
dendverklaring van overeenkomsten in de industrie
is steeds de fabrikant, de producent dus, primair.
De belangen van hen, die zich met den afzet van
zijn artikel bezig houden, zijn secondair. Bij den land
bouw dreigt juist het omgekeerde en is de kans
aanwezig, dat de landbouwer en tuinder als produ
cent in een secondaire positie worden gedrongen,
terwijl de handel en industrie, die de producten ver
werken en afzetten, hun positie zullen weten te ver
sterken en den groei der coöperaties den kop zullen
weten in te drukken.'Het moet dus duidelijk zijn,
dat ook op het gebied van de coöperatieve moge
lijkheden een heldere uitspraak van regeeringszijde
door den landbouw ten zeerste op prijs zal worden
gesteld.
Geen ordening op ons terrein, zonder dat de
producent, die een enorm belang heeft ook bij de
verwerking en den afzet van zijn product, een
behoorlijke medezeggenschap verkrijgt. Al ziet
spreker weinig perspectieven, dit neemt niet weg-,
dat naar zijn oordeel, zoolang overal elders in het
bedrijfsleven denzelfden weg wordt gegaan, de
boerenstand gedwongen is zijn belangen met behulp
van de wetgeving te organiseeren.
Nadat de spreker zijn rede beëindigd heeft, krijgt
de vergadering gelegenheid tot het stellen van
vragen, waarvan gebruik wordt gemaakt door de
heeren Ir. Krugers en Mr. P. Dieleman. Nadat deze
door den spreker zijn beantwoord, dankt de Voor
zitter hem hartelijk voor de wijze, waarop hij dit
onderwerp heeft besproken. Hij hoopt, dat hij later
nog wel eens weer gelegenheid zal kunnen vinden
om voor onze vergadering te komen spreken.
Waar geen vraagpunten door de Afdeelingen zijn
ingediend stelt de Voorzitter thans de rondvraag
aan de orde, waarvan door enkele heeren wordt
gebruik gemaakt.
De heer Mr. P. Dieleman dankt voor het hartelijk
woord van welkom tot hem en den heer Ir. Dorst
gesproken en wijst op de verschillende manieren,
waarop door onze organisaties wordt saamgewerkt.
Hij hoopt, dat deze samenwerking in de toekomst
neg hechter moge worden in het belang van onzen
landbouw.
De heer Dudok van Heel geeft een uitvoerige
uiteenzetting van de proeven, die op het bietenproef
veld, dat tijdens de excursie, welke na de vergade
ring wordt gehouden, zal worden bezichtigd, worden
genomen in verband met de kruisbestuiving.
De heer A. M. Nelemans, Voorzitter der Afdeeling
Noord-Brabant van het Nederlandsche Tuigpaard-
stamboek dankt voor het woord van welkom tot
hem gericht en zegt met genoegen te hebben ver
nomen, dat de Maatschappij als lid-begunstiger tot
zijn organisatie wenscht toe te treden. Wederkee-
rig kon zijn Afdeeling meedeelen, dat zij tot de
Maatschappij als lid-vereeniging kon toetreden.
De heer A. van Campen, Burgemeester van Din-
teloord, dankt eveneens namens het college van
B. en W. voor het toegeroepen welkom. Hij spreekt
een woord van waardeering voor de gedegen voor
bereiding dezer vergadering en hoopt., dat de Voor
zitter nog lange jaren den Voorzittershamer zal
mogen hanteeren.
Daarna is het uur van sluiting gekomen. De
Voorzitter dankt allen voor hunne aanwezigheid en
medewerking tot het slagen der bijeenkomst en
sluit de vergadering.
Invoer van pootaardappelen in Zwitserland is
slechts toegestaan, wanneer een veterinaire verkla
ring wordit overgelegd, dat het product afkomstig
is van een landbouwbedrijf, waar op het oogenblik
van verzenden geen mond- en klauwzeer heerscht
en sedert tenminste 6 maanden niet geheerscht
heeft.
In de praktijk is gebleken, dat op land, dat in den
winter van 1937 op 1938 diep gespit is, dit jaar
de gewassen een veel beteren stand vertoonen.
Hieruit blijkt de groote waarde van een diepe
grondbewerking voor de watenvoorziening der
planten tijdens den zomer.
De wederinstelling van een ministerie van land
bouw is noodzakelijk vanwege het eigen karakter
van den landbouw.
De groote jaarlijksche bijenmarkt' te Veenendaal
heeft weer plaats gehad. De aanvoer bedroeg iets
minder dan vorig jaar, n.l. 1500 korven.
In de week van 1118 Juli zijn ruim 26 millioen
kippeneieren uitgevoerd. Hiervan gingen naar
Duitschland ruim 4 millioen. en naar Engeland ruim
21 millioen.
De regeering heeft een crediet van 30 millioen
gulden gevraagd voor werkverruiming ten behoeve
van het oprichten van centrale werkplaatsgebouwen
voor kleine industrieele bedrijven.
De regeering heeft hierbij alleen de groote steden
op het oog. Het gemeentebestuur van Diepenheim
heeft verzocht dit bedrag in de eerste plaats ten
voordeele van de werkverruiming ten plattelande
aan te wenden daar genoemd bestuur meer concen
tratie der bevolking in de groote steden niet een
eerste levensbehoefte acht.
In een op 14 Juli j.i. gehouden vergadering van
de vereeniging van strookartonfabrieken, is een
nieuwe prijs- en productieregeling tot stand geko
men voor den tijd van 3 jaren. De productiebeper
king zal op dezelfde wijze geschieden als op het
oogenblik het geval is.
Weet U waarom de kippen op een boerderij zoo
gaarne in de op het erf staande boomen slapen?
In vele geVallen is de luis, die bij warm weer zich
zoo snel vermenigvuldigd, daarvan de oorzaak.
Wie nu nog boonen wil zetten, neme daarvoor
sterke variëteiten als Wagenaar, Zwartjes, enz. De
boonen moeten zeker vóór 1 Augustus zijn gezet.
Kijkt U eens naar de mozaïkziekte in Uw boonen
gewas. Koopt liever voor een volgend jaar goed
zaaizaad dan Van Uw eigen gewas maar steeds
zaaizaad te winnen.
iFruitboomen, die een volgend jaar sterker dan de
andere boomen gesnoeid moeten worden, dient men
nu reeds te merken.
Laat Uw tulpen en andere bloembollen niet in
den grond zitten. Hierdoor krijgt U volgend jaar
een mooier gewas.
EXCURSIE KON. NEDERL. LANDBOUW-COMITÉ
11—19 SEPTEMBER 1939 NAAR ZWITSERLAND
EN NOOED-ITALIË
Het Secretariaat van het Koninklijk Nederandsch
Landbouw-Comité deelt ons mede, dat verschillende
personen zich reeds opgaven voor deelname aan
bovenvermelde excursie.
De kosten van deze excursie bedragen bij vol
doende deelname 122 bij reizen in de lie klasse en
111 bij gebruik van Ille klasse trein.
Een kort reisprogramma is reeds gepubliceerd en
wordt op aanvrage gaarne toegezonden door het
Secretariaat van het K.N.L.C., Z. O. Buitensingel
234a te 's Gravenhage, waar men zich ook voor
deelname kan opgeven.
ZOEKT NAAR DEN COLORADO-KEVER!
De Plantenziektenkundige Dienst richt zich nog
maals tot allen, die aardappels telen, dus zoowel
tot de land'- en tuinbouwers, die dit als bedrijf doen,
als tot hen, die op kleine perceeltjes aardappels voor
eigen gebruik verbouwen, met het dringende verzoek
zeer nauwkeurig op him gewas toe te zien, opdat
elk geval van aanwezigheid van den Colorado-kever
of van larven van dit insect, wordt opgemerkt en
gemeld.
Wij staan er in ons land, met betrekking tot den
Colorado-kever, dit jaar tot nu toe gunstiger voor
dan in 1938. Het insect is wel op verschillende
plaatsen gevonden, maar het aantal vindplaatsen en
het aantal kevers of larven op elke vindplaats is
geringer. Het verspreidingsgebied is ongeveer gelijk
aan dat van het vorige jaar en omvat de provinciën
Limburg, NoordjBrabant en Zeeland en het Zuidelijk
deel van Zuid-Holland, Utrecht en Gelderland.
De Flantenziektenkundige Dienst heeft de over
tuiging, dat als alle aardappelverbouwers hun plicht
doen en den Colorado-kever in hun gewas opsporen
en de vindplaatsen melden, wij het met de uitroeiing
van het insect dit jaar zeer ver zullen brengen. Hij
doet daarom een dringend beroep op allen, om hun
medewerking te verleenen en daardoor er toe mede
te werken om de nadeelige gevolgen, die de aan
wezigheid van het insect voor onzen uitvoerhandel
van aardappelen, groenten en andere producten met
zich brengt, in belangrijke mate te verminderen.
De bespuiting met loodarsenaat van alle aard
appelvelden in het gedeelte van ons land ten Zuiden
van den Rijn, de Lek en de Nieuwe Maas heeft
hierbij ongetwijfeld gunstig gewerkt en dit effect
zal verhoogd worden als de derde bespuiting, die in
de periode van 1122 Juli valt, ook zorgvuldig
wordt uitgevoerd. Maar daarnaast blijft het noodig,
overal nauwkeurig op het aardappelgewas toe te
zien en van elke aanwezigheid van kever of larven
onmiddellijk aangifte te doen, opdat daar ter plaatse