MOOBO-MMBflMTSCHE M»MH LAMDBÜUW
wm
LANDBOUW-CRISISMEDEDEELINGEN
NOORD-BRABANT.
NOTULEN
KORT VERSLAG
van de vergadering- van het Dagelijksch Bestuur
der Noord-Brabantsche Mij van Landbouw,
gehouden op Vrijdag 14 Juli 1939 te Breda.
Voorzitter: P. M. Sneep te Dinteloord.
Secretaris: C. G. de Jong te Almkerk.
Op deze vergadering werden o.m. de vegende
punten behandeld:
Militaire verloven.
De 3 C. L. O.'s verzochten den Minister van
Defensie de in uitzicht gestelde verloven van een
maand zoo spoedig mogelijk te willen verleenen,
zulks met het oog op het seizoen. De landbouwende
bevolking kan in dit seizoen moeilijk van het bedrijf
worden gemist.
iHet werd toegejuicht, dat een dergelijk schrij
ven is verzonden.
Ondermelkvraagstuk.
Het is in den tegenwoordigen tijd moeilijk de
ondermelk tot waarde te brengen. Daarom stemt
het tot verheuging, dat de Centrale Landbouw-orga-
nisaties aan den Directeur-generaal voor den
Landbouw verzochten zijn medewerking te ver
leenen voor het maken van propaganda voor het
gebruik van dat product. Met instemming werd
kennis genomen van het antwoord van den Direc
teur-Generaal, meedeelende, dat hij tot medewer
king bereid is.
Zijn desbetreffende consulenten zullen opdrachten
in dien zin krijgen.
Invoerrecht op landbouwtractors.
Indertijd is door de organisaties gevraagd, het
invoerrecht op landbouwtractors te verlagen. Naar
aanleiding daarvan werd bericht ontvangen, dat de
Minister van Economische Zaken bereid is dien
aangaande overleg te plegen met den Minister van
Financiën.
Waterleiding-Maatschappij West Noord-Brabant.
Eenige jaren geleden verleende onze Maat
schappij zijn bemiddeling door den aanleg van
waterleiding naar boerderijen onder Dinteloord en
Steenbergen. Thans heeft onze Maatschappij zich
nogmaals tot de Waterleiding-Mij gewend, om
inlichtingen te verkrijgen over de kosten van aan
leg. Het schijnt niet uitgesloten te zijn, dat door
medewerking van de zijde van het Werkfonds en
door uitvoering in werkverschaffing, aanzienlijke
besparingen kunnen worden verkregen op deze
kosten van aanleg. De zaak zal nader worden
onderzocht en mededeelingen zullen daarover t.z.t.
aan de afdeelingen worden gedaan.
Propaganda voor de Boerencoöperaties.
Van den Brabantschen Zuivelbond werd een uit-
noodiging ontvangen tot bijwoning van een ver
gadering, waar besproken zal worden, op welke
wijze propaganda kan worden gevoerd voor
versterking der boeren-coöperaties. In dezen
tijd, waar op allerlei gebied getracht wordt, door
samenwerking, prijsregeling enz. de exploitatie zoo
loonend mogelijk te maken en de winsten zeker te
stellen, is het toch ten zeerste gewenscht, dat de
landbouw zorgt, dat voldoende rekening met hem
wordt gehouden.
Hij heeft een verweermiddel in den vorm der
coöperaties op verschillende terrein. Het bestuur
stemt volkomen in met het doel der vergadering.
De Mij zal vertegenwoordigd worden door de
heeren J. Snoek, vice-voorzitter en C. G. de Jong,
secretaris.
Electrische weide-ajzetting.
Een brochure werd ontvangen over een systeem
van afzetting door middel van een draad, die ge
regeld onder electrischen stroom komt te staan.
Reeds vaker is de aandacht voor deze nieuwe wijze
van afheinen gevraagd. Aan de Werktuigencom
missie wordt opgedragen, dit systeem te bestudee-
ren en eventueel ermede te demonstreeren.
Vereeniging tot ontwikkeling van den landbouw
in het Rentambt Niervaart.
Deze vereeniging vestigt de aandacht op het
proefveld. Zooals in den geheelen Westhoek en ook
daarbuiten bekend is, bestaat er voor dat proef
veld in den regel groote belangstelling en zeker
niet onverdiend. Er is op velerlei gebied heel wat
interessants en leerzaams te zien.
De excursie- en proefveldgids, welke werd ont
vangen, zal dan ook zeker van nut zijn. Een bezoek
aan het Proefveld te Klundert kan warm aan
bevolen worden.
Controle op mengvoeders.
Er blijken plannen te bestaan, om van de zijde
Van den georganiseerden landbouw aan te dringen
op de instelling -van een controledienst op de ver
vaardiging van mengvoeders. Zooals bekend, bestaat
er reeds jaren een controledienst van de Centrale
Landbouw-OrganisatiesDoor dezen dienst wordt
de samenstelling der mengvoeders gecontroleerd,
welke in het algemeen door de boerencoöperaties
worden bereid. Deze mengvoeders zijn daardoor
zeer vertrouwd. Men weet, wat men koopt en kan
zelf nagaan, of zij niet te duur zijn.
Het zou zeer in het belang van de landbouwers
zijn, wanneer ook de particuliere fabrikanten bij de
mengvoeders de samenstelling vermelden zouden.
Bij de bespreking van deze kwestie in het Land-
bouw-Comité zal er op aangedrongen worden, die
richting uit te gaan.
Kantoorpersoneel
Besloten werd tot aanstelling van een klerk voor
het Bureau der Maatschappij te Zevenbergen.
Jaarverslag der Maatschappij.
Waar het verslagjaar thans ten einde is, kan het
jaarverslag volledig worden opgesteld en gedrukt
worden. Met den meest mogelijken spoed zal daar
aan worden gewerkt, opdat het verslag tijdig kan
verschijnen.
Centraal Bureau uit het Nederlandsch Landbouw-
Coïnité.
Deze coöperatie bestaat binnenkort 40 jaar. Zeker
een reden, om even daarbij stil te staan.
Het Centraal Bureau heeft zich in de voorzie
ning der bedrijfsbenoodigdheden een zeer voorname
plaats weten te verschaffen en zal zich zeker ook
in de toekomst weten te handhaven en uit te
breiden. Een gelukwensch met dit 40-jarig bestaan
is hier zeker op zijn plaats.
Aan de tarwetelers, georganiseerd in de Stichting
Gewestelijke Tarwe-Organisatie voor Noord-Bra
bant, wordt bekend gemaakt, dat op Maandag 31
Juli 1939/, 's namiddags 3 uur, in het Oranje Hotel
te Breda, de derde algemeene vergadering der Stich
ting G. T. N. zal worden gehouden.
De tarwetelers, die er belang in stellen deze ver
gadering bij te wonen, zullen hiertoe in de gelegen
heid worden gesteld. De agenda voor deze vergade
ring is door het Bestuur der G. T. N. als volgt
vastgesteld.
1. Opening. Presentielftst.
2. Notulen der 2e algemeene vergadering van
de Stichting G. T. N., gehouden op 12 Augus
tus 1938.
3. Mededeelingen.
4. Verslag der werkzaamheden van de Stichting
G. T. N. over het oogstjaar 1937.
5. Financieel verslag over den oogst 193
6. Rondvraag. Sluiting.
VORST SCHADE AARDAPPELEN.
Het bestuur der L.CjO.N. doelt telers van late
aardappelen mede, dat ontheffing of restitutie van
berekende teeltheffing op late aardappelen mogelijk
is, indien bij controle blijkt, dat de opbrengst der
door hen met aardappelen beteerde oppervlakte
door een andere oorzaak dan hagelslag minder dan
5000 kg per ha bedraagt en het slechte beschot niet
kan worden gecompenseerd door een hoogere gelde
lijke opbrengst.
Indien een teler meent voor restitutie of onthef
fing op grond van bovenstaande in aanmerking te
komen, moet hij 'n verzoek daartoe indienen, min
stens 14 dagen voor het rooien op speciale formu
lieren, welke bij de Districtssecretarissen verkrijg
baar zijn. Tevens moet een bedrag van 2,50 worden
gestort op postrekening 240961.
Dit bedrag wordt bij toekenning van het verzoek
terugbetaald, bij afwijzing echter verbeurd ver
klaard.
EXCURSIE WERKENDAM.
Op Vrijdag 14 Juli j.l. maakten de Oudleerlingen
van den landbouwwintercursus in combinatie met de
Vereeniging van Jonge Land- en Tuinbouwers een
excursie naar Wageningen, onder leiding van den
heer Z. Wijnands, landbouwonderwijzer te Nieuw-
land.
Ongeveer half negen arriveerden we in Wagenin
gen, waar eerst den inwendigen mensch werd ver
sterkt in het ,,Hof van Gelderland". Daarna werd
een bezoek gebracht aan den „Plantenziektenkun-
digen dienst".
Daar werden we ontvangen en rondgeleid door den
heer Adema. Eerst werd het museum bezichtigd.
Daarna werd een rondgang gemaakt over de proef
velden, waar we verschillende ziekten konden opmer
ken. In de aardappelen werd bijzondere aandacht
geschonken aan het z.g.n. „Y-virus", dat eigenlijk
neg een nieuwe ziekte is. Ook werd nog een bezoek
gebracht aan de poterbewaarplaats. Des middags
werd de reis voortgezet naar het „Instituut voor
Plantenveredeling". Ook hier was veel te zien en
te leeren, vooral wat betreft de wintervastheid van
de verschillende tarwerassen. Alles bij elkaar geno
men is het een zeer leerzame dag geweest en we
willen langs dezen weg den heer Wijnands nogmaals
hartelijk dank zeggen voor zijn aangename leiding.
A. G. IBPEL, Secretaris.
NEDERLANDSCHE BOND VAN BOERINNEN EN
ANDERE PLATTELANDSVROUWEN.
Dinsdagavond 18 Juli, werd in het Landbouwhuis
te Klundert een vergadering gehouden, bijeen
geroepen door de Noord^Brab. Mij van Landbouw,
óm te komen tot oprichting van een afdeeling Klun
dert van den Bond.
Een 24-tal dames had aan de uitnoodiging
gehoor gegeven. Nadat de heer G. Maas, ass.-
secretaris der Maatschappij, het streven van den
Bond uiteengezet had, heeft Mej. G. Neleanans, Pro
vinciaal Secretaresse en Propagandiste voor Noord-
Brabant, een heldere uiteenzetting gegeven van het
werk, dat er voor den Bond en zijn Afdeelingen
is te doen.
Na deze inleiding gaven zich 18 dames op als lid
voor een Afdeeling Klundert.
Vervolgens werden 3 bestuursleden gekozen, t.w.
Mevr. Snijders—Dees, Mevr. Portengen en Mej. A.
den Ehgelse. Op de eerste ledenvergadering, waar
zeker nog meer dames zich als lid zullen willen
aanmelden, kunnen dan nog 2 bestuursleden worden
gekozen.
Het is een verheugend feit, dat thans ook in
Klundert een Afdeeling van den Bond is gevestigd.
Wij mogen van deze plaats, allen die aan de tot
standkoming hebben medegewerkt, wel onzen harte-
lijken dank betuigen.
van de Algemeene Vergadering der Noord-
Brafoantsche Maatschappij van Landbouw,
gehouden Dinsdag 11 Juli 1939, 's voorm.
10 uur in hotel Van de Merbel te Dinteloord.
(2. Slot.)
Hierop deelt de Voorzitter mede, dat het jaar
verslag 1938/1939 in druk is en evenals verleden
jaar aan alle leden en genoodigden voor deze ver
gadering zal worden toegezonden.
Hij geeft thans het woord aan den heer Ir. F. P.
Huisman, directeur der Landbouw-Crisis-Organisa-
tie voor Zuid-Holland te 's Gravenhage ter inleiding
van zijn onderwerp: „Het verbindend en onverbin
dend verklaren van bedrijfsregelingen in den land
bouw."
De aanleiding, dat Uwe vereeniging, aldus inlei
der, over dit onderwerp een inleiding wil hooren,
zal wel zijn te zoeken in het thans bij de Tweede
Kamer aanhangige wetsontwerp Landbouwbedrijf-
regelingwet".
In dit ontwerp wordt de mogelijkheid geopend om
bedrijfregelingen ten behoeve van den landbouw
verbindend of onverbindend te verklaren.
Deze regelingen moeten worden voorgesteld door
organen, waarin de bedrijfsgenooten op genoeg
zame wijze zijn georganiseerd.
Onder bedrijfsgenooten is niet alleen de boeren
stand in engeren zin te verstaan, doch ook de tuin
dersstand, de handel en industrie van landbouw
producten.
Het ontwerp maakt het mogelijk, dat de land
bouwproducent georganiseerd een regeling ontwerpt
en daarop bindendverklaring vraagt; het maakt
ook mogelijk, dat de handel in een of ander product
zulks doet of de industrie, terwijl ook gedacht is aan
de mogelijkheid, dat de producent, de handel en de
inustrie in één bedrijfsregeling samenwerken.
Het is aan het oordeel van den Minister over
gelaten, of in het orgaan, dat verbindendverklaring
vraagt en de regeling dan ook zal uitvoeren, de
bedrijfsgenooten, welke direct bij de regeling zijn
betrokken er op bevredigende wijze in zijn vertegen
woordigd.
Om de beteekenis van dit wetsontwerp en van de
bindendverklaring van bedrijfsregelingen in den
landbouw goed te kunnen begrijpen, is het nood
zakelijk de maatschappelijke geschiedenis der laat
ste jaren in onze herinnering terug te roepen. Deze
geschiedenis is op economisch terrein en dit geldt
zoowel voor ons land als voor andere landen, geken
merkt door het vaarwel zeggen van de vrije con
currentie, het bemoeilijken en regelen van den in-
en uitvoer, het georganiseerd optreden van het
bedrijfsleven inzake loonen en prijzen het in toe
nemende mate deel hebben in deze organisatie van
de Overheid.
Spreker wil bij deze geschiedenis niet al te lang
stilstaan en verwijst zijn gehoor naar het rapport
van het K.N.L.C. „Ordening en landbouw'1', waarin
een uitvoerige schets wordt gegeven van den om
vang der loonsverstarring, de Organisatie-vormen
van industrie en handel in trust en kartel, alsmede
van de wetgeving op het gebied der maatschappelijke
ordening. Spreker bespreekt in het kort de wetten
betreffende de bedrijfsraden, de algemeen verbindend
en onverbindend verklaring van ondernemers-over
eenkomsten (industrie), de wet tot het algemeen
verbindend of onverbindend verklaren van collec
tieve arbeidsovereenkomsten, de vestigingswet van
het kleinbedrijf, de bedrijfsvergunningenwet en de
wijziging in de grondwet, waardoor het mogelijk
wordt gemaakt organen van beroep en bedrijf te
stichten.
Uit deze wetgeving, zoowel als uit de maatschap
pelijke werkelijkheid, kan spreker geen andere con
clusie trekken, dan dat de landbouw thans niet voor
de keus wordt gesteld te werken in een wereld van
vrije concurrentie of in een wereld van ordening of
geleide economie, doch dat zij zonder meer voor dit
laatste zal hebben te kiezen, wil zij niet de eenige
groep in de samenleving zijn, waarvoor behoudens
de crisismaatregelen, de vrije concurrentie zal blijven
gelden.
Het indienen van het wétsontwerp bedrijfsregelin
gen in den landbouw, moet men zien als een onder
deel van de politiek van de Regeering om de maat
regelen ten behoeve van den landbouw in het raam
te brengen, dat reeds voor industrie, handel en
middenstand bestaat. Aan de Landbouwcrisismaat-