AKKERBOUW. VEEHOUDERIJ. - De eerste dag van de excursie had een goed ver loop en de deelnemers waren allen zeer voldaan. Dinsdagmorgen 20 Jftni om 9 uur werd de tocht naar den Wieringermeer voortgezet, waar 10 uur de terp werd bereikt. Hier werd het gezelschap door den heer Ir. A. Ovinge, Inspecteur van de Wieringermeerdirectie ontvangen. In de eerste plaats werd een kijkje genomen op de terp, vanwaar men een prachtgezicht over den polder heeft. Daarna begon de autotocht onder leiding van den heer Ovinge door den polder. De heer Ovinge heeft ons zoowel de goede als de min der goede gronden van den polder laten zien; verder hebben wij: enkele bedrijven bekeken die momenteel al onder leiding van den heer Ovinge staan. Op een van deze bedrijven zijn wij het veld in geweest, wij zagen hier o.a. prachtig karwij, prima vlas, bieten, uien en erwten, vooral schokkererwten stonden prachtig en behoeven zeer zeker niet voor het oude land onder te doen. Na den koffiemaaltijd werd nog een zuiver weide- bedrijf bezocht; de slooten in het weidegebied wor den steeds door water inpompen op peil gehouden, 25 cm beneden het maaiveld, dit is zoet water, dus het vee kan uit de sloot drinken. Inmiddels was het uitgangspunt Wieringerièerf weer bereikt en hier werd ons welwillend door mevr. Ovinge de thee aangeboden. Om 3 uur werd afscheid van den heer en mevr. Ovinge genomen. De Voorzitter dankte hen harte lijk voor het genotene. Daarna werd via Amsterdam naar de lage landen van Zeeland gereden. Het behoeft zeer zeker geen betoog, dat alle deel nemers hoogst voldaan waren en dat de thuisblijver)? veel gemist hebben. Zierikzee. De Assistent, M. MURRE. DRAAIHARTIGHEID BIJ KOOL. HET IS NU DE TIJD OM POOTGOED AAN TE KOOPEN. MOND- EN KLAUWZEER. Staat van het mond- en klauwzeer, in Nederland voorgekomen gedurende de week van 11 -18 Juni 1939: Provincies. Aantal Boerderijen. Gemeenten. •Groningen Friesland 3 3 Drenthe 1 1 Overijssel 73 11 GeldJrland 53 11 Utrecht 4 3 Noord-Holland 1 1 Zuid-Holland 4 3 Zeeland 1 1 Noord-Brabant 7 4 Limburg 5 3 Totaal 152 41 Da-. Leefmans deelt mede, dat wederom koolgal- muggen verschenen zijn en dat hij het raadzaam acht vooral op die terreinen waar het vorige jaar matige tot ernstige schade door draaihartigheid is opgetreden tot nader bericht te spuiten met nicotine Vio of pyridine 2 met bijvoeging van iy2 zachte zeep. Dit geldt zoowel voor sluitkool als voor bloemkool. Het is nog maar betrekkelijk kort geleden, dat we de poters aan de aarde toevertrouwden en weer opnieuw komen we voor 't feit te staan: hoe komen we voor 1940 aan goed plantgoed. (Het aantal selecteurs, die in eigen behoefte kun nen voorzien, zijn in onze provincie nog maar betrek kelijk klein. Het meerendeel moet dan ook jaarlijks een gedeelte aankoopen. Het spreekwoord „het beste is maar net goed genoeg", wordt helaas door de massa nog onvol doende verstaan. Dat velen dit voorjaar C plantgoed en zelfs onge keurd maar natuurlijk van een best veld van buurman afkomstig hebben geplant, behoeft eigenlijk niet vermeld te worden, het resultaat spreekt voor zichzelf; we kunnen het dagelijks waar nemen. Nu het wéér te laat is hoort men ze klagen en roepen ons toe „ik zou dit voorjaar nog wel A- poters gekocht hebben maar ik vond ze te duur". Maar nu zien ze, dat die z.g.n. goedkoope poters 10 k 20 en soms nog meer procenten zieke planten geven, waardoor de opbrengst belangrijk daalt. De bestaande toestand is voor vele landbouwers en daardoor ook voor de pootgoed^leveranciers in ons gewest nog verre van gezond, ook al mogen we Vooruitgang constateeren. Het gaat nog maar te langzaam! We hebben dit voorjaar kunnen constateeren, dat groote kwantums A-pootgoed voor belachelijk lage prijzen naar 't buitenland zijn verkocht, om nog maar niet te spreken -van wat er gedenatureerd is. Op zichzelf genomen is tegen den verkoop van A- poters naar 't buitenland geen enkel bezwaar in te brengen, integendeel deze poters zullen een reclame zijn voor het Hollandsche pootgoed. Maar zoolang er voor A-poters in eigen provincie nog zooveel plaats is, betreuren we het feit, dat de selecteurs gedwongen worden ze naar 't buitenland af te zetten. Doordat vele telers dit voorjaar met een gedeelte van hun A's z.g.n. zijn blijven zitten, zal de animo om nu weer maar een. flink kwantum voor den han del te rooien, niet groot zijn. En toch is het een algemeen belang, dat in 1940 veel A's worden uitgeplant en om dit nu te helpen bevorderen adViseeren we de landbouwers reeds nu een flink gedeelte van hun pootgoed in A-klasse te bestellen. De verkooper kan er met het rooien dan rekening mee houden. iZeer velen hebben ongetwijfeld nieuw pootgoed noodig, stel dus niet te lang uit met Uw aankoop. De kunstmest koopt U toch ook niet meer even voor het zaaien? Door 't koopen van A-poters bent U, uitzonderin gen daargelaten, verzekerd van een goed en zuiver veld in 1940. En zij die aan de keuring meedoen, kunnen al moeilijk anders doen dan uitgaan van A-poters, ge zien ook de verscherpte keuringseischen. In de week van 13 tot en met 24 Juni werd in het district Zeeland(West Noord-iBrabant mond en klauwzeer geconstateerd: Zeeland: 1 geval te Nieuw en St. Joosland. Geen sterfgevallen. West Noord-Brabant: Geen. Sterfgevallen in Nederland tengevolge van het mond- en klauwzeer. Vark. en Rund. Kalv. Biggen Schapen Geiten week van 11—17 Juni '39 12 19 nagekomen op gaven gem. Die penveen 12 Mei- 10 Juni 1939 17 21 11 10 VERSLAG VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN HET VEEVOEDERBUREAU VOOR DE PROVINCIE ZEELAND OVER 1938—1939. I. Bestuur. «M. de Bruine, Cadzand, Voorzitter. Aangewezen door: de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij. A. W. Oevaal, Grijpskerke. Aangewezen door idem. C. J. M. Klompe, Dreisohor. Aangewezen door idem. A. van den Dries, Heinkenszand. Aangewezen door: L. T. B. W. van' Hoeve, ©irjansland. Aangewezen door: C. B. T. B. Th. Kegelaer, Nieuw-Namen. Aangewezen door: N. C. B. P. L. Mangnus, Biervliet. Aangewezen door: Ohr. Boerenbond dn Z.-Vl. (W. D.). <C. Zwagerman, Middelburg, Adv. lid Rijksveeteelt- consulent. C. den Engelsen', Middelburg, Secretaris. Ir. J. D. Donst, Goes, Penningmeester. De heeren A. W. Cevaal en A. van den Dries, die aan de beurt waren van aftreden, werden op nieuw als vertegenwoordigers hunner organisaties in het Bureau aangewezen. H. Vergaderingen. Het Bureau vergaderde éénmaal, n.l. op 3 Juni 1938 te Goes, teneinde werkplan en begrooting voor 1938'1939 vast te stellen. IH. Bevorderen doelmatige voeding van melkvee. Evenals vorige jaren omvatte het verstrekken van advies inzake een doelmatige voeding van melkvee een der belangrijkste werkzaamheden van het Bureau. Behalve de gelden door het Bureau voor dit doel beschikbaar gesteld, ontving de Rijksvee- teel tconsulent een bijzonder crediet ten behoeve van het geven van voorlichting op het gebied der vee voeding. Teneinde meer efficiënt te kunnen werken, hebben het Rijksv eet e e ltconsule nits chap en het Bureau in dezen samengewerkt. De algemeene werkwijze was de volgende: Een 28-tal melkcontröleurs en 2 oud-leerlingen van landbouwscholen, over de geheele provincie ver spreid, bespraken met de veehouders de voeding van melkvee en namen bij die veehouders die daarvoor voelden, het rantsoen op van melk- en eventueel ander vee. De verstrekte rantsoenen werden nauw keurig gewogen en vervolgens op, door het Bureau daartoe beschikbaar gestelde, formulieren in drie- voud ingevuld en naar het Rijksveeteeitconsulent- schap in Middelburg gezonden. De rantsoenen wer den aldaar door een, speciaal daartoe in dienst ge nomen, administratieve hulp berekend en onder leiding van den Consulent door den Secretaris van het Bureau van een advies voorzien. Een exemplaar van het advies werd rechtstreeks naar den betrokken veehouder gezonden, terwijl den controleur die het rantsoen opnam een afschrift werd verstrekt. Dit gaf aan de controleurs meer aanknoopingispunten bij het bespreken van het advies met den betrokken veehouder bij hun volgend bezoek aan het bedrijf. De Secretaris van het Bureau bezocht eenrlge malen de controleurs en met dezen ook verschil lende veehoudër9, teneinde de controleurs beter op de hoogte te brengen met (hun werk. In tegenstelling tot vorige jaren werd op elk bedrijf slechts eenmaal een rantsoen opgenomen. Bij uitzondering werd hiervan evenwel afgeweken. Hoewel een tweede advies in een winter zeer zeker van beteekenis is, overwoog het Bureau, dat met slechts éénmaal advies te geven een grooter aantal veehouders kon worden Ibereikt. Het aantal adviezen, dat werd verstrekt, is als volgt over 'de verschillende gebieden verdeeld: aantal aantal aantal andere adviezen koeien adviezen Schouwen-Dudveland 117 571 7 Tholen 121 ,651 2 Zuid-Beveland' 219 1144 12 Walcheren 326 2120 24 West. Z.-Vlaanderen 274 982 9 Oost. Z.-Vlaanderen 271 907 11 De provincie 1328 6375 65 Het totaal aantal adviezen is kleiner dan vorig jaar. Hierdoor was het mogelijk meer zorg aan de adviseering te besteden. Het totaal aantal melk koeien dat dezen winter bij de adviseering betrok ken was, bedraagt c.a. 25 van alle. Wat de resultaten van dit werk betreft, kunnen grootendeels dezelfde opmerkingen worden gemaakt als vorig- jaar. Al komt er imeer begrip voor voe- d'ingsvraagstukken, toch maken zeer vele veehou ders nog belangrijke fouten. Vele veehouders be schikken over ruime voorraden afvalproducten van het bouwland, welke niet steeds het meest oordeel kundig worden vervoederd. Vooral oudmelksche en droogstaande koeien worden vaak belangrijk ruimer gevoederd dan noodig en voordeelig is. Aan nieuw- mellksche koeden daarentegen wordt niet zelden on voldoende verstrekt om dergelijke koeien in staat te stellen een hooge melkgift voldoende op peil te houden. De meest belangrijke fout, welke gemaakt wordt, is dan ook, dat onvoldoende verschil wordt gemaakt 'in voeding naar de plas melk die de koeien geven. Weer andere veehouders meenen extra veel te moeten: voederen. Daardoor worden de rantsoenen niet alleen duur, maar worden de koeien ook ver schillende malen overvoedend. Heel vaak is een verminderde vruchtbaarheid van het vee op te ruime voeding terug te brengen. Ten onrechte wordt de rundveehouderij: in' Zeeland nog te veel als een bijzaak dn het bedrijf beschouwd. De achtste raadgeving, wellke op de achterzijde der firmulieren is gedrukt moge hier nog eens speciaal worden onderstreept. Deze luidt als volgt: „Uw veehouderij is geen byzaak, doch een zeer belangryk onderdeel van Uw bedrijf." Verschillende veehouders hebben door een advies een belangrijk voordeeliger exploitatie van hun melk vee verkregen: Zie hier een paar voorbeelden: 1Zeer ruime voeding op bedrijf (met 6 koeien. Rantsoenen bij de controle in 1938: Aantal koeien 11112 Melkgift in kg 30 >25 20 15 droog kg weidehooi 12 12 12 12 15 kg witteboonstroo 3 3 3 3 6 kg voederbieten 40 40 40 40 40 kg krachtvoer 11 9 8 7 Het krachtvoer bestond uit: soyameel; grondnotenmeel en paardeboonmeel. Rekenen we hooi a 2, stroo k 1.2, bieten k 0.5 en krachtvoer k 8 cent per kg, dan kosten deze vijf rantsoenen per koe en per dag resp.: 1,36, ƒ1,20, 1,12, ƒ1,04 en 0,57. Totaal voor 6 koeien ƒ5,86 bij een dagelijksche melkproductie van pl.m. 90 kg. Voederkosten per kg melk 6.5 cent. De koeien verkeerden in vette conditie. Over- voederen kwam nu en dan voor. Bij de voedercontróle dit jaar werd gevoerderd': Aantal koeien 1 1 2 2 Melkgift in- kg 30 20 15 droog kg weidehooi 9 9 9 kg wit teboorust roo 4 4 4 9 kg graanstroo en -kaf 3 3 3 6 kg voederbieten 45 45 45 40 kg krachtvoer 5 4 2% Het krachtvoer bestond uit: 40 soyameel, 40 paardeboonmeel, 18 grondnotenmeel en 2 mineralenmengsel. Hoewel deze rantsoenen niet geheel aan de nor men voldoen, zijn zij; toch vrij goed te noemen. Tegen dezelfde prijzen berekend, kosten deze rantsoenen per koe en per dag resp.: 0,89, ƒ0,81, 0,69 en 0,38 of totaal voor de 6 koeien 3,84! Bij een gemiddelde dagelijksche melkgift van c.a. 80 kg bedragen de voederkosten per kg melk 4.8 cent. De conditie der koeien was dit jaar ook best. Deze veehouder beweert zelf minstens ƒ50,per koe en per jaar met de meer oordeelkundige voeding te besparen. Opmerkelijk is, dat de melkproductie der koeien bij dezen veehouder geenszins minder is dan vorig jaar. Een der koeien die 4 December 1937 voor de 4e en 15 December 1938 voor de 5e maal kalfde, gaf gedurende de wintermaanden berekend op 110 dagen in 1937—'38 1938—'39 Gemiddelde dagopbrengst 29.47 kg 28.27 kg Gemiddeld vetgehalte 2.92 3.39 Vetopbrengst in 110 dagen 94.7 kg 105.4 kg 2. Zeer ruime voeding op een bedryf met 5 koeien. Een andere veehouder voederde zijn vijf melk koeien vorigen winter alle een gelijk rantsoen be staande uit:

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1939 | | pagina 7