NOQRD-BRABANTSCHE MIJ VAN LANDBOUW SCHAPENHOUDERIJ. KORTE BERICHTEN. VEEHOUDERIJ. Van heinde en verre. NEGENDE N OORD-BIiABANTS OHE SOHAPENFOKDAG TE 's-HERTOGENBOSÖH, OP WOENSDAG 17 AUGUSTUS J.L De heer E.Dzn Govers, van Alkmaar, heeft ons welwillend: beschikbaar gesteld de gegevens over bovengenoemden fokdag, waardoor wij in staat zijn U onderstaand verslag te geven. De rij van de Schapenfokdagen is wederom ge opend. Noord-Brabant heeft in de hoofdstad zijn wolveekeurcorps weer getoond. Het was voor de negende maal, dat Den Bosch gastvrije gelegenheid tot exposeeren bood en steeds weer opnieuw blijken de Veemarkthallen ook in deze een zeer goede plaats daarvoor te zijn. Mogelijk ware de opstelling nog wat overzichtelijker te maken door een aan wijzing van de standplaats van de verschillende klassen en minder verspreid plaatsen van de dieren van een en dezelfde klasse. Hiervoor zal een vol gend jaar door het Stamboek zorg worden gedragen. Ditmaal moest met ae hokken gewoekerd worden. Een zeer groot aantal moest nog van elders worden betrokken. We hopen echter, dat de bezoekers dan ook eens een dubbeltje voor een goed uitgewerkten catalogus zullen over hebben, want waarvoor dienen anders al die aanwijzingen? De inzending was groot, zelfs te groot, want hoewel wij gaarne eiken fokdag zien groeien, en dat is met den Bosschen Schapenfokdag wel zeer snel gegaan, toch mogen de deelnemers nimmer ver geten, dat hetgeen op de gewone markt geen goed figuur slaat, allerminst op een fok dag thuis hoort. Helaas hebben enkele inzenders wat al te veel aan verkoopen gedacht en daardoor teveel meegenomen. Ruim 480 inzendingen was wel verbazend. Twee jury's hadden volop werk om op tijd klaar te komen. Het waren de heeren Ir. A. Th. Ariëns, Rijksvee- teeltconsulent, Ir. Alons, van de Ned. Wolfederatie, Ir. J. S. Swierstra, Rijksveeteeltconsulent en de al gemeen bekende heer E.Dzn Govers, van Alkmaar. Bij de oudere rammen moest de jury rekening houden met de wolproductie en werden dieren, waarvan de vacht niet aan redelijke eischen vol deed, ter zijde gesteld. In deze klasse waren twee beslist excelle erende dieren. De pas ingevoerde F 1742 van W. van Beuningen te Vucht, (bedrijfs leider A. M. Klever), imponeert door massa, beste beenen en kop. Waren de beenen van Y 201 even correct geweest en diens billen iets minder ruw, dan zou dit correct, geblokt vaderdier voor den thans met eersten prijs bekroonden F 1742 (en later tot kampioen uitgeroepen) wel eens een te zware concurrent kunnen zijn geweest. De derde, Y 317, bleef door zijn matig breed achterstel wel wat ten achter. Uit gegevens van het Internationaal Landbouw- Instituut te Rome vernemen wij, dat de tarwepro- ductle van de Vereendgde Staten op 1 Augustus 1938, geschat is op 260.182.000 quintalen. Dit is 9,4 hooger dan verleden jaar en 54,8 hooger dan het gemiddelde van de vijf daaraan vooraf gaande jaren. De Z. L. M. verleent hare bemiddeling bij den verkoop van partijen brouwgerst van goede kwali teit en sorteering. In aanmerking komen de rassen Kenia,, Saxonia, Mansholtls tweerij'Êge en Spratt Archer. Levert een monster in ter grootte van 1 kg aan het Landbouwhuis te Goes. Volgens de voorschriften van den N.A.K. mag het totaal aantal onkruidzaden in lijnzaad niet meer dan 12 per liter bedragen. Op de bladeren van clivia's ziet men soms kleine zwarte puntjes. Dit zijn de uitwerpselen van thrips. De volwassen insecten zijn kleine vliegjes, veel gelijkend op onweersbeestjes. Deze diertjes bescha digen het blad en kunnen oorzaak zijn van de gele vlekken, die men soms waarneemt. Door de planten dikwijls af te wasschen met koud water en ze op een koele plaats te zetten, kan men dit insect bestrijden. Voor de bestrijding van den Coloradokever in Duitschland, heeft men van Constanz tot de Neder- landsche grens in bijna ieder dorp een station opge richt met bestrijdingsmiddelen, o.a. auto's met pompen voor het bespuiten van besmette velden met chemicaliën. Wellicht zal de Limosa, een vroeg aardappelras, dat in 1929 uit een kruising van Eersteling en -Geeltje op den proeftuin te Berlikum (Fr.) is gewonnen, geschikt zijn voor de binnenlandsche markt. Dit ras is onvatbaar voor de aardappel- wratziekte en rijpt iets na de Eersteling. Koopt uitsluitend te velde en op partij goed gekeurd zaaigraan, voorzien van certificaat en plombe van den N.A.K. Jaarlingrammen. Hierin waren 24 deelnemers. Hiervan werden er 11 naar voren geroepen, die ook alle 11 werden bekroond. Of nu alle vierde prijzen ook aanbevelenswaardige dieren behooren te heeten, is weer een andere vraag. De jury verkoos kwali teit boven massa en plaatste de correcte, doch iets beknopte Y 321 van J. J. Dingemans te Bruchem op de eerste plaats, met daarachter de iets minder ruime Y 344 van Gebrs Deijten te Etten, als goede eerste b. De rammen van C. J. M. Rombouts te Oosteind en W. van Gammer en te Drongelen, welke beide een tweeden prijs kregen, waren forscher, doch minder typisch. De Raimlamjnereii waren al naar de grootte van de fokkerijen verdeeld in groe pen van 1, 2, 3 of 4 stuks. 'Hoewel daardoor elke fokker een behoorlijke kans krijgt om naar een bekroning te dingen, is het geheel, vooral als er veel prijzen uitgeloofd worden, niet zeer overzich telijk. Bij de drie- en viertallen behaalde de goed uitgegroeide typische groep van A. Z. Snoek te Nieuwendijk vrij onbedreigd den eerepalm, hoewel ook de in de billen iets ruwere groep van Jac. Luijben Rzn te Luttelherpt en de forsche, iets min der adellijke groep van A. Verschoor te Almkerk, goede tweede prijzen vormden. TROMP. (Wordt vervolgd.) DE BRABANTSCHE FOKDAGEN. 29 Augustus: Fokveedag Fokcentrale (Zwart bont) te Roosendaal. 29 Augustus: Varkensfokdag te Roosendaal. 8 September: Locale Rundveekeuring te Etten (Zwartbont) 9 September: Bondsfokveedag (Roodbont) te Oss. 12 September: Veedag (Zwartbont) Land- en Tuinbouwtentoonstelling Dongen. 15 September: Bondsfokveedag te Vegbel (Rood bont). 22 September: Locale Rundveekeuring te Zundert (Kwartbont). 22 September: Bondsfokveedag te Breda (Zwart bont), Veemarktterrein, Belcrumpolder. 29 September: Bondsfokveedag te Cuyk (Rood bont). 19 September: Veedag (Roodbont) te St. Oeden- rode. 20 September: Paardendag te St. Oedenrode. 20 September: Bondsfokveedag te Den Bosch (Roodbont) 13 October: Centrale Fokveedag (Roodbont) te Den Bosch. 14 October: Bondsfokveedag (Zwartbont) te Breda, (Veemarkt Belcrumpolder). Vooral bij jonge fruitboompjes moet men de zwaar geladen takken stutten. Men kan dit doen op verschillende manieren. Door in het midden van kléine boompjes een stok te zetten en daaraan touwtjes, zal men gemakkelijk en doeltreffend werken. Met alle krachten wordt in Duitschland beproefd om in het gebrek aan werkkrachten op het land te voorzien. Landarbeiders en handwerkers op het land, kunnen een huwelijksgeschenk krijgen, indien een van de echtelieden tien jaar achtereen op het land aan het werk blijft. In de vragenrübriek van het Zeeuwsch Landbouw blad worden vragen op het gebied van den land- of tuinbouw en de veehouderij,, welke van algemeen belang worden geacht, kosteloos beantwoord. De vele schieters, welke men thans in de bieten velden ziet, zijn een gevolg van den vroegen zaaitijd gepaard aan het koude weer in het voorjaar. Partijen aardappelen, waarin in den herfst door aaltjes aangetaste knollen worden aangetroffen, mogen niet direct worden goedgekeurd. Buiten-druiven die aangetast zijn door meel dauw, kunnen van deze ziekte geheel genezen worden, door ze tijdens den winter te bespuiten met Californische pap. In vele gevallen laat men aan de scheuten der buiten-druiven te veel trossen hangen. Aan de scheuten, die volgend jaar als vervanger van de nu vruchtdragende scheuten moeten dienen, mogen vanzelfsprekend nu geen trossen voorkomen. De heer L. F. Britzei, Voorzitter van de F.N.Z., zal per 1 October a.s. als zoodanig aftreden. Door een oordeelkundige bewerking van den grond' na den oogst van het eene gewas en vóór het zaaien of poten van het opvolgende, moet men trachten het onkruidzaad zooveel mogelijk tot ont kieming te brengen en de planten ervan te vernie tigen. Om het rijpen van tomaten te bevorderen, mag men de onderste bladeren die de rijpende trossen beschaduwen, wegknippen. Deelnemers aan de gewassenkeuring, die hun aardappelvelden willen doodsproeien of het loof willen afmaaien, moeten hiervan vooraf aan de keuringscommissie kennis geven. Gronden, die geregeld met superfosfaat goed gemest worden, vormen een zoodanige reserve, dat zij na jaren een veel geringer fosforzuurbehoefte vertoonen. BELANGRIJK BERICHT VOOR DE LEZERS IN WEST-ZEEUWSOH-VLAANDEREN. Het verheugt ons te kunnen mededeelen, dat het Belgische grenskantooar te Stroobrugge, gelegen tusschen Eede en Maldeghem (B.), zal worden opengesteld voor den invoer van land- en tuinbouw producten uit Nederland. ERVARINGEN VAN EEN HOLLANDSCHE BOERENDOCHTER OP HET PLATTELAND IN DEN BALKAN. Gelukkig mensch, wien 't is gegeven, Bij 't vreedzaam en onnoozel vee, Dat nooit noch kwaad noch onrecht dee, In 't veld zijn dagen af te leven! Er zijn veel meer van die aardige liedekes, waar in een boer „een nijvere landman" heet en modder „de vruchtbare akker" en waarin de boerinnetjes dansende met hun juk en emmertjes naar de wei gaan om koetjes te melken van je heisa hopsa fideldom, en die steeds door stadsmenschen z(jn gemaakt, wien waarschijnlijk alle dichterlijke aspi ratie zou vergaan als ze zelf in zweet en stof op het veld moesten zwoegen. Want in werkelijkheid heeft het boerenleven niet veel van een vroolijke operette en zéker niet in Macadonië, de Zuidelijk ste provincie van Joegoslavië. Nadat ik met mJn vriendin, de veeartse, Noord- Macadonië had doorkruist, trok ik verder naar 't Zuiden, naar Bitolj, een stadje waar Slaven, Grieken, Turken en vele andere volken in alle soor ten en maten dooreen leven en waar je zoowel mondain geschminkte vrouwen als zwartgesluierde Mohammedaansche ontmoet. Ik zocht allereerst weer een springplank om op het land te komen en bezocht daarom de ,,'Higijenski Zavod", een in stelling die den hygiënischen toestand in het land en daarmede de volksgezondheid tracht te verbete ren. Er bleken hier o.a. 3 vrouwelijke artsen te werken en hiermede was ik weldra tot een afspraak gekomen, dat ik een paar keer zou meerijden als zij een dorp zouden bezoeken. Zoo had ik op zeke ren dag weer eens een schokkende tocht langs ongebaande wegen naar Nacolce, aan het meer van Prespan, in welks golven de grenzen van Joego slavië, Griekenland en Albanië ineenspoelen. „Higijenski Zavod" heeft in het dorp een lokaal, waar eventueele zieken 1 maal per week de vrouwe lijke dokter kunnen treffen. We werden met een hoeratje begroet, daar het wekelijksche bezoek een evenement is in het dorp, dat geen enkele verbin ding heeft met de stad, waar het 10 uur te paard (enkele reis) van is verwijderd. We ontbeten eerst in het schoolportaal, waarbij: de onderwijzer ons gezelschap hield, terwijl z'n 42 leerlingen zich voor de ramen verdrongen om naar de auto te kijken. Er is 'thans 4-jarige leerplicht en in theorie kun nen nu alle jongeren lezen en schrijven; de meeste lezen echter later nooit een krant of schrijven nooit een brief, zoodat de opgedane kennis vaak weer verloren gaat. Terwijl de dokter werkte, zat ik op de stoep en praatte met de boerinnen over het weer, Holland en kousenbreien. Omdat ze dat laatste heel an ders deden dan bij ons, zat ik ook al spoedig met breiwerk in m'n handen, om hun manier te leeren en de onze voor te doen. Dat maakte ons tot goeie vriendinnen; weldra sloegen een paar vertrouwelijk hun arm om me heen en toen de dokter eens kwam kijken hoe 't mij ging, zat ik innig vastgeklemd in een troepje kwetterende vrouwen. „Oh Fraulein", zei ze, „wat zult U een vlooien krijgen". Maar ik had geen tijd om aan vlooien te denken, omdat ik nu nog zou leeren spinnen. De vrouwen hadden daartoe een stok onder den arm geklemd, waarop een bosje wol was gebonden en waaruit ze steeds een weinig trokken en het tot een draad draaiden, een heel simpele methode, waarvan ik echter niets terecht bracht, maar steevast onder algemeene vreugde den draad stuk trok, of een serie dikke knobbels fabriceerde, ook al spuwde ik op aan wijzing van m'n leeraressen nog zoo krachtig in m'n handen. De mannen stonden nu ook bij ons en plotseling vroeg er één, of ik misschien Engelsch sprak? Ja, zei ik en liet van verrassing den heelen draad in de wol vastdraaien. Er bleken 4 der aanwezige boeren die taal machtig te zijn, doordat ze jaren in Amerika waren geweest. Het droge klimaat en de magere grond maken den landbouw hier al heel weinig winstgevend, waarom de boeren meteen ook nog v'isscher zijn en in hun jonge jaren naar Ame rika gaan, waar ze door uiterst zuinig te leven ook altijd geld weten te sparen. Eén van deze 4 was b.v. na 7 jaar met 5000 dollar teruggekomen. Voor een deel daarvan had hij een tuinderij gekocht en de rest in den grond gestopt. „In den grond?" vroeg ik verbaasd. Ja, natuurlijk, dat deden ze hier allemaal, dat was het veiligst, want als je het in een bank bracht, dan sloot die op een dag en

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1938 | | pagina 3