Zaterdag 30 Juli 1938
No. 1893 30e Jaargang
WAARIN OPGENOMEN HET NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD
Officieel Orgaan van de Zeeuwsche. Landbouw Maatschappij (Z.L.M.)
de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Vereenigingen*
ZITDAGEN
Vrijwillige en verplichte loonarbitrage
op Zuid-Beveland.
De uitspraak van dezen arbiter is er o.m. op
gericht om te bevorderen, dat de arbeiders
zooveel mogelijk het geheele jaar door op het
bedrijf worden gehouden en de bedrijf-
uitkomsten een loonsverhooging uiterst moeilijk
laten dragen.
Zeeuwsche Landbouw-Maatschappij.
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Dit blad verschijnt eiken ZATERDAG. Overname
slechts geoorloofd met duidelijke vermelding van bron.
Leden van de Z. L. M. ontvangen het blad gratis.
ABONNEMENTSGELD: voor leden der Nd-Br. M. v. L.
1,25 per jaar. Voor niet-leden der Z. L. M. of Nd-Br.
M. v. L. 5,per jaar.
REDACTEUR
Ir J. D. DORST,
Secretaris Z. L. M.
Landbouwhuis Goes, Telef. 150.
ADVERTENTIETARIEF: 15 regels ƒ1,—; elke
regel meer 20 cent.
Regelabonnementen tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentiën aan de Uitgeefster, N.V.
v/h Firma P. J. VAN DE SANDE te Ter Neuzen, of
aan het Landbouwhuis te Goes.
Boekhoudbureau
en
Accountantsdienst
Z. L. M.
MIDDELBURG: Donderdag 4 Augustus, in Café
„De Eendracht".
ZIEREKZiEE: Donderdag 4 Augustus, in Hotel
,;Huis «van Nassau".
De bepaling van het loon der landarbeiders
vond, vóór het in werking treden van regeerings-
maatregelen ten behoeve van den landbouw,
in Zeeland nagenoeg uitsluitend plaats door
mondeling overleg van werkgever en werk
nemer. Deze wij'ze van loonbepaling heeft ech
ter in de crisisjaren hoe langer hoe meer plaats
moeten imaken voor een systeem, waarbij het
loon wordt vastgesteld door de'vakorganisatie
der landarbeiders eenerzij-cis en vereenigingen
of groepen van werkgevers anderzijds, zooals
reeds in vele bedrijven buiten den landbouw
veel wordt toegepast. De landarbeider, althans
de vakorganisatie der landarbeiders, is op dit
terrein in Zeeland krachtig werkzaam -geweest
en, gelet op het aantal looncontracten, dat in de
laatste jaren in Zeeland is afgesloten, niet zon
der resultaat. De landarbeidersbonden hebben
bij hun actie op dit terrein een krachtigen steun
ondervonden, eerst, zij het dan ook gelukkig,
door de Tarwewet 1931 en later op grond van
de bepalingen van de Landbouwcrisiswet 1933,
waarbij de Minister de georganiseerden van een
landbouwcrisisorganisatie tot arbitrage kan ver
plichten. Vast staat dan ook, dat de actie der
landarbeidersbonden voor looncontracten door
de bedoelde bepalingen zeer is bevorderd en
dat zonder htulp der overheid op (dit gebied veel
minder zou zijn bereikt.
Voor deze Verplichte arbitrage, die op grond
van de Landbouwcrisiswet 1933 den werkgevers
in den landbouw wordt opgelegd, hebben wij
weinig bewondering, terwijl het o.i. nog zeer
de vraag is of ook de belangen van de land
arbeiders hierbij zoo zijn gediend als vaak wordt
voorgewend. Verplichtingen van bovenaf opge
legd, brengen nu eenmaal met zich mede, dat
hiertegen van werkgeverszijde een zeker ver
zet ontstaat, hetgeen nog in de hand wordt
gewerkt, omdat niet met de eigenlijke land
arbeiders, doch met de z.g. vrijgestelden wordt
onderhandeld. Actie geeft nu eenmaal reactie.
Het verzet der werkgevers komt o.m. tot uiting
in een afnemend aantal arbeiders op de bedrij
ven, vooral in perioden dat er weinig werk is.
De feiten hebben in Zeeland geleerd, dat het
aantal vaste arbeiders op de bedrijven in de
laatste jaren beduidend is afgenomen en dat
wij langzaam maar zeker in onze provincie
arbeidsverhoudingen zien ontstaan, welke aan
die in vele deelen van de provincie Groningen
herinneren, hetgeen o.i. ten zeerste is te
betreuren.
Het dag- of uurloon van de landarbeiders
moge in Zeeland lager zijn, het is voor ons nog
zeer de vraag of door verhoudingen zoo men
die in Groningen kent, de belangen van boer en
arbeider uiteindelijk zijn gediend. Het gaat hier
o.i. bovendien niet alleen om het dag- of uur
loon, doch veel meer om het jaarloon dat op de
bedrijven wordt verdiend.
Een beroep op arbeidstoestanden, zoo die
vroeger wel waren, heeft o.i. weinig belang, de
verhoudingen zijn in dit opzicht te veel gewij
zigd, dat een vergelijking mogelijk is. Men
heeft er thans rekening mede te houden, dat de
landbouwers niet ongenegen zouden zijn een
hooger loon te betalen, indien de financieele
uitkomsten van het bedrijf dit ook mogelijk
zouden maken. Deze bedrijfsresultaten laten
echter nog zeer veel te wensóhen over. De uit
komsten over het afgeloopen jaar zijn in Zee
land teleurstellend en het oogstjaar 1938 laat
zich evenmin gunstig aanzien, getuige de
huidige prijzen van b.v. tarwe, gerst en aard
appelen.
Het georganiseerd overleg tusschen werk
gevers en werknemers in den landbouw hebben
wij onder de gegeven omstandigheden te aan
vaarden, en wij dienen er van te maken wat er
van te maken is. Wij voor ons geven bij z.g.
loanconflicten in het landbouwbedrijf en
deze zijn tegenwoordig aan de orde van den
dag aan vrijwillige arbitrage de voorkeur
boven de verplichte door den Minister opge
legd. De laatste brengt o.m. met zich mede, dat
arbiters kunnen worden aangewezen, die met
de landbouwtoestanden ter plaatse onvoldoende
bekend zijn om in een zoo moeilijke materie een
juiste beslissing te nemen, terwijl wij het tevens
onjuist achten, dat veelal arbiters worden
benoemd, die met alle waardeering overigens
voor hun persoon op politiek terrein een rol
van beteekenis vervullen.
Dit voorjaar was er op Zuid-Beveland een
loongesohil, hetgeen ertoe heeft geleid, dat de
partijen, neen aantal werkgevers uit 9 ge
meenten op Zuid-Beveland en de drie land
arbeidersbonden, overeenkwamen, het geschil
aan vrijwillige arbitrage te onderwerpen, waar
bij de heer Prof. Gerbrandy als arbiter werd
uitgenoodigd, die deze benoeming ook aannam.
Deze arbiter stelde de volgende loonregeling
vast.
Een uurloon voor gewoon werk van 24 cent,
met een minimum vanaf 1 Juni31 Augustus
van 2,25, van 1 Sept.30 November van
2,15, en van 1 December28 Februari van
2,-— per dag. Het uurloon voor zwaar werk
werd vastgesteld op 27 cent, met een minimum
van 2,50 per dag, en voor overwerk op 30
cent.
Deze uitspraak komt hierop neer, dat een
arbeider, die 9% uur per dag werkt, zooals in
de betrokken gemeenten het minimum is, 2,28
per dag verdient. Deze loonen zijn zelfs eenigs-
zins hooger dan de eischen, die de landarbei-
der^bonden voor de gemeenten Rilland en
Kloetinge hadden gevraagd, n.l. een verhooging
tot 2,25 per dag voor de zomermaanden bij
den bestaanden arbeidsdag d.i. de tien-urigen
arbeidsdag.
Alzoo de uitspraak van den arbiter, waarbij
partijen zich hebben neer te leggen. Dooh het
loongeschil op Zuid-Beveland behoorde hier
mede niet tot het verleden, want voor de
overige werkgevers op Zuid-Beveland, waar
het evenmin onmogelijk bleek tot overeenstem
ming te komen, werd door den Minister ver
plichte arbitrage opgelegd, waarbij als arbiter
werd aangewezen de heer Chr. van den Heuvel,
lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
die de volgende uitspraak deed:
Het geheele jaar door voor een arbeider, die
gedurende het geheele jaar wordt te werk
gesteld een loon van twee gulden per dag;
voor zwaar werk 2,50, en voor losse arbeiders
in het tijdvak 1 Mei1 October 2,25 per dag.
Door deze uitspraak is er op Zuid-Beveland
op arbeidsgebied een geschil ontstaan o.i. in
wezen nog veel grooter dan de geschillen die
door vrijwillige en door verplichte arbitrage z.g.
werden opgelost. Op een en hetzelfde eiland
en voor soortgelijke bedrijven is de uitspraak
van twee arbiters, die het geschil zouden
beslechten, verschillend en de argumentatie, die
tot deze beslissingen hebben geleid, evenzoo.
Wij hebben thans op Zuid-Beveland zelfs het
merkwaardige feit, dat in een en dezelfde
gemeente een werkgever, die aan het vrijwillige
overleg heeft medegewerkt 2,28 per dag en
per arbeider betaalt en een werkgever, die van
vrijwillige arbitrage niets wilde weten, 2 per
dag en per arbeider, al is hij dan ook verplicht
den betrokken arbeider het geheele jaar door
werk te geven.
Voor ons staat vast, dat na deze uitspraken
in de toekomst voor de vrijwillige arbitrage op
Zuid-Beveland en daarmede ongetwijfeld ook
elders in Zeeland, weinig meer zal worden
gevoeld.
Het moge dan al waar zijn, dat, als men niet
aan het touw rukt waarmede men gebonden is,
men gelooft vrij te zijn, doch de echte vrijheid
die op 1 Maart 1939 komt, zal er o.i. toe leiden,
dat de werkgevers zich niet meer vrijwillig
zullen binden. D.
HET DÉFILÉ VOOR H.M. DE KONINGIN.
Zooals reeds eerder in ons blad werd mede
gedeeld, zal op 6 'September a.s., ter gelegenheid!
van het 40jarig regeeringsjufoileum van H.M. Ko
ningin Wilheimina, voor het Koninklijk Paleis op
den Dam te Amsterdam een groot défilé worden
gehouden voor de Koninklijke Familie.
!Het is ten zeerste gewenscht, dat ook de Zeeuw
sche land!- en tuinbouwende bevolking zooveel
mogelijk in het Zeeuwsche costuum, daarbij op
waardige wijze vertegenwoordigd is.
De opstelling van de Zeeuwsche groep, te midden
van de andere provincies, is zeer gunstig, zoodat de
deelneemsters en deelnemers van een behoorlijke
plaats in 'het défilé verzekerd zijn.
Deelneemsters of deelnemers, die zich voor dit
défilé willen opgeven, worden verzocht, zich zoo
spoedig mogelijk op te geven aan het Secretariaat
der Z. L. M., Landbouwhuis te Goes.
De kosten van de reis naar Amsterdam, die ge
zamenlijk wordt 'gemaakt, komen voor rekening der
deelnemers, doch hierin zal door de Z. L. M. voor
een klein deel kunnjen worden bijgedragen.
Spoedige opgave is dringend gewenscht.