Redactioneel Gedeelte
AKKERBOUW.
De opkweek van Kalveren.
Wet vooruitzicht, dat 1 Februari een denaturatio-
feoeolag wordt gegeven van 1VZ ct. geeft geen hulp
voor hen die vroeger moeten verkoopen, omdat zij
het geld noodig hebben en daar deze er veel zijn,
helpt de maatregel zooals hij thans is niet voldoende
om den prijs in 't najaar op minstens den productie
prijs te handhaven.
Ook de telers van voor consumptie geschikte
zandaardappelen zouden met dezen maatregel ge
baat zijn, omdat ook de prijs van hunne aardappelen
zou worden opgetrokken door den in 't najaar ver
hoogden prijs der kleiaardappelen.
Teneinde de telers van zandaardappelen te be
vredigen, zou m.i.z. kunnen worden volstaan met een
heffing voor hen van 20 per ha, tegenover 30
voor kleiaardappelen.
Daar de uitkeeringen uit het Landbouwcrisisfonds
tengevolge der depreciatie van den gulden veel zijn
verminderd, zal zulks thans zeker voor dat fonds
geen bezwaar zijn.
(Wordt vervolgd.)
MOEILIJKHEDEN BIJ DEN
AARDAPPELHANDEL.
Dat er door de Zeeuwsche Landbouw Mij. koop
briefjes worden verstrekt, weet haast elke Z.L.M.ter,
maar hoe ze er precies, uitzien vermoedelijk maar
weinigen.
Het mag dan zeker niet overbodig worden ge
acht, hier eens de aandacht voor te vragen, temeer
nu vanaf 1 December j.l. de nieuwe modellen in
omloop zijn gebracht en het geheel op een betere
basis is gebracht.
Wat toch mag de oorzaak zijn van het geringe
gebruik van koopbriefjes Hun doelmatigheid,
werd door de weinige gebruikers aanstonds erkend,
als een gemakkelijk en juist middel om het afge-
sprokene tusschen kooper en verkooper te beves
tigen.
'Het wiednige gebruik van koopbriefjes kunnen we
ook niet op rekening stellen met het motief: dat
er zich nooit moeilijkheden tusschen verkooper en
kooper of commissionair voordoen. De praktijk
leert ons wel wat anders, want de aardappel is, als
landbouwproduct, vwel het moeilijkste om te ver
handelen.
Het niet gebruiken van koopbriefjes moeten we
dan ook meer zien als een zekere sleur; een vast
houden aan oude gewoonten.
Opzien tegen het tier hand nemen van papier en
Een landbouwer, met wien we over bovenstaande
kwestie spraken, liet zich als volgt uit:
Tegenover commissionair A. met wien ik bevriend
ben acht ik het gebruik van een koopbriefje onnoo-
dig, wanneer ik er mee zou aankomen, zou hij het
als' een zeker wantrouwen beschouwen. Maar bij
commissionair B. en C., ja, daar zou ik wel een
koopbriefje willen gebruiken. Maar, hoe gaat dat,
je hebt geen koopbriefjes in vooraad en in je on
middellijke omgeving doet niemand het en wat doe
je dan maar weer?... laten loopen!
Afgezien dat de praktijk zich in dezen de moei
lijkheden die helaas maar al te dikwijls voor
komen niet voldoende realiseert, moeten we het
te meer toejuichen, dat het Dagelijksch Bestuur der
Z. L. M. de zaken scherper ziet en in samenwerking
met den handel zijn eens begonnen werk nog meer
tracht te vervolmaken, in 't belang van beide cate-
goriën; o.i. niet het minst voor de landbouwers.
Toevallig kregen we enkele weken geleden het
vakblad van de vereenigde handelaren in handen,
waarin ook over 't gebruik van koopbriefjes werd
geschreven.
•Het bestuur van de handelaars-organisatie bleek
H.
Groei- en voedervormen.
Het is wel algemeen bekend dat een dier in. de
jeugd het vlugst en het voordeeligst groeit.
Zoo is de dagelrjksche gewichtstoename b.v. in kg.
Op een leeftijd van:
1ste
4de
8ste
12de
maand
maand
maand
maand
Veulen
1.9
1.20
1.—
0.70
Kalf
0.8
0.66
0.52
0,40
Varken
0.35
0.60
0.55
0.45
De hoeveelheid zetmeelwaarde, die voor 1 kg groei
noodig is bedraagt:
1ste
4de
8ste
12de
maand
maand
maand
maand
Veuien
3.—
4.8
7.6
Kalf
3,—
4,6
7.—
Varken
1.85
3.25
4.
In de jeugd is de groeienergie (groeikracht) van
nature zeer groot. Naarmate het dier volwassen
wordt neemt deze geleidelijk af. Deze natuurlijke
groeikracht moeten we ten volle uitbuiten, omdat
zoo ingenomen te zijn met de nieuw gesloten han
delsovereenkomst met de Z. L. M., dat zij besloot
een exemplaar van de nieuwe handelsovereenkomst
met koopboekje aan haar leden als Sint Nicolaas-
geschenk te doen toekomen. Het blijkt dus ook aan
die zijde ernst te zijn en toch doet het feit zich voor,
niettegenstaande dat beide partijen het groote nut
van het gebruik van koopbriefjes erkennen, er in
de practrjk weinig van terecht komt..
W/anneer het ernst is om het gebruik van koop-
briefjes algemeen te doen worden, zal begonnen
moeten worden met een intensieve propaganda.
Op alle landbouwvergaderingen zal deze kwestie
grondig besproken moeten worden. Mogelijk kan het
vraagstuk ook door het stellen van een vraagpunt
in behandeling komen.
De organisatie zal natuurlijk in dezen leiding
moeten geven.
iEen goede voorbereide propaganda van beide zij
den en de zaak kan slagen. Moet slagen!
iZgn we goed ingelicht, dan is de Z. L. M. de
eerste landbouworganisatie die met den handel een
overeenkomst maakte omtrent het gebruik van
koopbriefjes. Het is nu aan de leden om zich spon
taan achter hun bestuur te scharen.
Wij hadden bovenstaande reeds geschreven toen
het No. van 24 December uitkwam en de „Overden
kingen" van Dixi onder de oogen kregen.
Het pleit zeker voor de urgentie van het aard-
appelvraiagstuk, dat twee schrijvers ongeveer gelijk
tijdig naar de pen grijpen.
De Zeeuwen voelen voor de afzet van pootaard-
appelen niets voor coöperatie en voor consumptie
aardappelen zeker niet, en toch moeten we aan
stonds erkennen, dat het aantal bonafide hande
laren te gering is.
De klacht door Dixi geuit, dat een boer er aan
dacht maar geen pootgoed meer te telen, gezien het
groote risico, is dan ook geenszins ongegrond.
Het is ons bekend, dat vooral kleinere 'landbou
wers dikwijls moeilijk van hun materiaal afkunnen
om niet te spreken van bij den neus genomen
worden.
Bij dit alles merken we op, dat de schuld niet al
tijd gezocht moet worden aan de zijde van den han
del, verre van dat.
De sorteering van consumptieaardappelen b/v. is
al iets waar vele landbouwers mank aan gaan. Want
wanneer zal de tijd eens tot het verleden gaan be
haoren, dat de wagens uren moeten wachten op een
losplaats, niet omdat de aanvoer zoo groot is, maar
omdat één of meer collega's het maar weer eens
wagen om ongesorteerd aan te voeren.
Gezien de groote belangen die er op het spel staan
komt het ons zeer gewenscht voor, dat in 1937 de
aardappelvraagstukken, ditmaal van commercieele
zijde, eens nader onder 't oog worden gezien.
De belangrijkheid van de aardappelcultuur in
onze provincie wettigt dit alleszins.
TEELTPLAN AKKERBOUW 1937.
De Minister van Landbouw en Visscherij heeft
thans voor die akkerbouwgewassen, waaromtrent
zijn beslissing nog niet was bekend gemaakt, het
teeltplan voor 1937 vastgesteld. In het algemeen
komt dit principieel overeen met dat voor 1936.
Ten aanzien van de prijzen is er rekening mede
gehouden, dat door de depreciatie van den gulden
de productiekosten in den akkerbouw iets zijn ge
stegen. Volgens berekening bedraagt deze stijging
voor de akkerbouwgewassen 3 In het alge
meen zijn dan ook de richtprijzen met dit percen
tage verhoogd. Dit werd noodig geoordeeld, om
dat de richtprijzen zoo scherp zijn gesteld, dat zij
geen verlaging, zij het dan een indirecte, konden
ondergaan. Bij de afzonderlijke gewassen, hieron
der genoemd, zijn de nauwkeurige bedragen en ver
dere bijzonderheden vermeld.
Tarwe. Met instandhouding van de regeling ten
aanzien van den richtprijs, zooals die dit jaar geldt,
zal de richtprijs van de tarwe voor den oogst 1937
gesteld worden op ƒ9,25 per 100 kg. Dit wil dus
wat in de jeugd verzuimd werd later niet meer is
goed te maken en omdat deze jeugdroei het minste
kost.
Hoe staat het nu met de jeugdontwikkeling van
ons rundvee tot op een leeftijd van 1Vz jaar?
Over veel gegevens van wegingen van jongvee
beschik ik niet. De hier volgende tabel zal echter
zeker niet ver van de werkelijkheid afblijven.
Leeftijd
Kg
Licht
Gemiddeld
Vrij zwaar
Geboorte
31
38
45
1 maand
50
62
74
2
68
85
102
3
86
101
128
4
102
127
152
5
117
146
175
6
133
166
199
7
147
184
221
8
161
201
241
9
172
215
258
10
182
228
274
11
192
240
288
12
202
252
302
13
211
264
326
14
220
276
340
15
229
288
353
16
238
300
365
17
247
310
375
18
256
320
384
zeggen, dat voor tarwe van gemiddelde kweiitek,
afgeleverd op 1 September 1937 9,25 zal worden
betaald. De beperking van den tarweverbouw is
vervallen.
Rogge. De richtprijs voor de rogge zal gesteld
worden op een gemiddelde van 7,75 per 100 kg.
De juiste uitvoeringsmaatregelen zullen nader wor
den bekend gemaakt. Vermoedelijk zal, teneinde
de regelmatige afdorsching en inlevering te bevor
deren, een met het seizoen oploopende prijs worden
vastgesteld, bijv. van 7,25 tot 8,25. Zoo als reeds
bekend gemaakt is, ligt het in de bedoeling, den
denaturatietoeslag en de daarmede overeenkomen
de heffing aan de grens zoodanig vast te stellen,
zoo noodig iedere week, dat de voor het bepaalde
tijdvak geldende richtprijs zooveel mogelijk wordt
benaderd.
Gerst. Voor gerst is de richtprijs vastgesteld van
7 tot 8,25. Het ligt vooralsnog niet in het voor
nemen, den dorschtoeslag wederom in te voeren.
Vóór den oogst zal bekend gemaakt worden, welk
systeem in verband met het marktVerloop in deze
precies zal worden gevolgd.
Haver. De maximumheffing op haver zal voor
het volgend jaar bedragen 3 per 100 kg. De
haverprijs zal dus maximaal kunnen stijgen tot 3
boven den wereldmarktprijs. Mocht de prijs even
wel stijgen tot ƒ7, dan zal de heffing verlaagd kun
nen wonden, totdat deze het peil van de algemeene
heffing op granen heeft bereikt.
Peulvruchten. Voor erwten zal de prijs gebracht
wonden van 9,25 tot 10,25 onder dezelfde voor-
waanden als dit jaar.
Voor veldlboonen zal de prijs met 0,25 per 100 kg
worden verhoogd. De wijze van uitvoering zal
nader worden bekend gemaakt. In het algemeen
ligt het in de bedoeling, hiervoor een denaturatie
toeslag in te stellen en dus den dorschsteun af te
schaffen, waardoor voorkomen wordt, dat boonen,
die den steun eigenlijk niet behoeven, in het ver
volg nog gesteund zullen worden. Nadert zal wor
den bepaald, of hier met een vasten prijs, dan wel
met een oploopenden prijs met 9,25 als gemiddelde,
rekening zal worden gehouden.
Aardappelen. Voor dit product wordt geen prin-
cipieele wijziging gebracht in de regeling van het
vorige jaar. Het ligt in de bedoeling, dat diege
nen, die vrijstelling krijgen voor de kleine opper
vlakten, die dezelfde zijn als het vorige jaar, daar
voor geen teeltvergunning meer zullen behoeven aan
te vragen. Bij het totaal toe te wijzen oppervlak
zal met deze oppervlakten natuurlijk rekening wor
den gehouden. Het ligt in de bedoeling maximaal,
alles inlbegrepen, de oppervlakte consumptie-aard
appelen te stellen op 100.000 ha. De juiste cijfers
voor de denaturatie-vergoeding zullen nader worden
bekend gemaakt. Voorloopig kan worden medege
deeld dat, tenzij de economische verhoudingen dit
meebrengen, het niet in het voornemen ligt, de be
staande denaturatievergoeding te wijzigen.
Suikerbieten. De richtprijs voor suikerbieten zal
worden gesteld op 10,25. Het ligt niet in het
voornemen boven de hoeveelheid van 1540 millioen
kg bieten nog een specialen toeslag te geven voor
bieten, welke tot veevoeder worden verwerkt. De
in de Wieringermeer te verbouwen bieten zijn in de
genoemde hoeveelheid niet begrepen.
Vlas. De maximum-oppervlakte zal worden ver
hoogd tot 18.000 ha. De teeltpremlie wordt ten
hoogste ƒ85 per ha.
Cichorei. De regeling van het vorige jaar blijft
bestaan.
Spinazie- en radijszaad. De steunmaatregelen
zullen voor het volgende seizoen worden inge
trokken.
Koolzaad. De regeling voor 1937 is reeds be
kend gemaakt. Het ligt in de bedoeling voor 1938
den richtprijs te brengen op 14,50 per 100 kg.
Aan de proefzuivelboerderij te Hoorn wogen een
groot aantal stierkalveren bij de geboorte gemiddeld
42 kg en de vaarskalveren 38 kg.
Bij een kalveropfakproef in Friesland was het
gewicht van 50 vaarskalveren op een leeftijd van
194 dagen (6V2 maand) 201 kg.
Hieruit blijkt dat redelijk goed opgekweekte kal
veren vlot de gemiddelde gewichten moeten halen.
Best opgepaste kalveren, uit goede veestapels, en
stierkalveren moeten de hoogere gewichten uit de
tabel zeer goed kunnen halen.
Wanneer we een rantsoen op juistheid willen con
troleeren, vergelijken we het met de voedernormen
die voor dien bepaalden leeftijd en gewichtsklasse, op
grond van proeven en praktijkervaringen, zijn vast
gesteld. De voeding van jonge, nog groeiende dieren
is voornamelijk gebaseerd op praktijkervaringen.
En deze moeten zeer zeker van de grootste beteeke-
mis blijven. Er zijn echter, ook voor de opkweek van
jong rundvee, normen vastgesteld die ter algemeene
contróle van de rantsoenen van waarde zijn.
De normen, die wij hier vermelden voor opkweek
van vaarzen voor toekomstig melkvee zijn ontleend
aan den Zweed Nils Hansson. Ze zijn aan de sobere
kant vastgesteld.
Wie stukkig vee heeft en zeer melkrijke dieren,
mag bij het leggen van 't fundament wat royaler
aijn. Wij geven in overweging dan 10 20 bovon