VEEHOUDERIJ.
VRAGENRUBRIEK.
TUINBOUW.
In de tekst werd vermeld, dat in 1936 40 ha
Joncquoistarwe in Zeeland was verbouwd; dit moet zijn
400 ha.
In de tabel was de oppervlakte op juiste wijze aan
gegeven.
KOOL ALS VEEVOEDER.
Nu er vanwege de Crisis-Organisatie een scherpe
controle wordt gehouden op de met tuinbouwproducten
beteelde oppervlakte, is het ons gebleken, dat enkele
verbouwers in overtreding zijn ten opzichte van het
Crisis Tuinbouw Besluit 1936.
Want wat is het geval? Sommigen hebben n.l. een
kleinere of grootere oppervlakte met kool of wijnpeen
beteeld, waarvoor zij geen teeltvergunning hebben. De
één heeft de kool tusschen de bieten, die te dun ston
den, geplant; een ander op klaverstoppel omdat zijn
mangels verongelukt waren en hij toch nog graag wat
veevoeder wilde hebben.
Maar als de controleur komt, is Leiden in last.
„Ik teel deze kool niet in bedrijf", zegt de teler dan,
„ze is voor myn koeien".
Daar dit evenwel niet kan worden gecontroleerd,
houdt de Crisisorganisatie hiermede geen rekening, zoo
dat voor die gevallen een tuinbouwteeltvergunning
noodig is.
Waarom deze moeilijkheden niet voorkomen en merg-
kool geplant? Hiermede bereikt men beter resultaat
en de teelt hiervan is vrij.
Mergkool.
Hoewel het tlhans reeds te laat is om nog mergkool
te planten, willen w-ij, in verband met bovenstaande, in
't kort iets mededeelen over den verbouw van merg
kool. Een ieder waarop het bovenstaande toepasselijk
is, onthoude dit dan voor het volgende jaar.
Het zaad van mergkool zaait men einde Mei of begin
Juni op een plantbed, dat beslist vrij moet zijn van
knolvoet en onkruid. Bij zuiver zaaien, zoodat het ge
was zich krachtig kan ontwikkelen, krijgt men van
1j_y2 ons zaad voldoende planten voor een halve ha.
Begin Augustus kan men dan na alle vroegrijpende
gewassen, b.v. vroege aardappelen, erwten of in een
vroege stoppel de planten poten. Men poot de planten
met de schop of achter den ploeg op een afstand van
50 X 50 of 50 X 40 cm.
iMergkool stelt ongeveer dezelfde eischen aan den
grond als voederbieten, de grond mag in geen geval te
zuur zijn en de kool vraagt veel kali en stikstof.
Bij mergkool is het niet zoozeer om de bladeren te
doen, maar om de armdikke stengels, die gevuld zijn
met een zacht merg, waarvan de smaak aan witte kool
doet denken. De stronken leveren ±70 van de
totale hoeveelheid droge stof, de bladeren 30 Samen
leveren ze een groote hoeveelheid groenvoeder van uit
stekende samenstelling en verteerbaarheid. Ook heeft
men goede ervaringen opgedaan met het inkuilen van
mergkool.
Als navrucht kan men van de mergkool per hectare
gemakkelijk 30.00035.000 kg oogsten. Het gemiddeld
percentage verteerbaar ruw eiwit bedraagt ongeveer
2,20 (stengel en blad). Met dit percentage en een
opbrengst van 35.000 kg wordt per hectare niet minder
dan 770 kg verteerbaar ruw eiwit gewonnen, wat men
met een ander stoppelgewas zeker niet zal bereiken.
KALKREMESTING.
Hoewel kalk behoort tot de onmisbare plantenvoe-
dende stoffen, komt het slechts zelden voor, dat er in
den grond uit een oogpunt van plantenvoeding een
tekort aan bestaat. Ben kalkbemesting wordt dan ook
meestal met een ander doel gegeven, bijv. structuur
verbetering of ontzuren van den grond.
In de meeste Zeeuiwsche gronden komt wel voldoende
kalk voor, vooral in de jonge polders. Hier vindt men
dan ook een gehalte aan koolzure kalk van 610
en soms nog hooger. Naarmate de polders ouder worr
den, daalt het kalkgehalte. Deze daling verloopt niet
overal even snel. Men ziet vaak, dat op de minder
goed ontwaterde gronden, de daling het langzaamst
geschiedt. Wanneer men dan ook in een reeds betrek
kelijk ouden polder nog een hoog kalkgehalte vindt,
kan dat wel een gevolg zijn van een minder goede ont
watering.
Wlanneer het gehalte aan koolzure kalk nog meer
dan 1 bedraagt behoeft men zich in 't algemeen nog
niet om een kalkbemesting te bekommeren, althans
wanneer de structuur van den grond goed is.
Is er totaal geen koolzure kalk meer aanwezig, dan
is er waarschijnlijk nog wel wat kalk in anderen vorm
voorradig, maar men zal dan toch goed doen eens
proeven met bekalking te nemen. Vooral op perceelen
waar de structuur minder goed is zal dit gewenscht
zijn.
Of er nog voedende koolzure kalk in den grond zit,
kan iedere landbouwer zelf nagaan door er wat ver
dund zoutzuur over te gieten. Bij een behoorlijk op
bruisen is het met de kalk wel in orde. Volgt geen
opbruising dan is wellicht een kalkbemesting ge
wenscht.
Men moet intusschen rekening houden met de moge
lijkheid, dat het opbruisen van den grond wel kan ver
oorzaakt worden doordat er stukjes schelp in voor
komen die, al bestaan ze hoofdzakelijk uit koolzure
kalk, in groven toestand geen waarde hebben.
■Een hoog kalkgehalte op kleigrond, speciaal op
zware klei, werkt in het algemeen niet schadelijk. Dit
kan wel het geval zqn op zandgronden waar men zeer
voorzichtig moet zijn met te groote hoeveelheden kalk,
waardoor ziekteverschijnselen bij de gewassen optre
den, evenals dit het geval is bij een te zuren grond.
In oude Zeeuwsche polders, die men b.v. in de kernen
der eilanden vindt, komt het ook wel voor, dat er geen
koolzure kalk meer in den grond voorkomt en dat hij
min of meer zuur is. 'Hiermede dient men bij de be
mesting rekening te houden. Men kieze dan bij voor
keur basisch werkende meststoffen, terwijl wellicht een
kalkbemesting op zijn plaats 'kan zijn.
Sommige gewassen willen voldoende kalk, zooals
verschillende vlinderbloemigen en bieten. Bieten wil
len in zuren grond dikwijls niet best groeien. Bij aard
appels daarentegen kan een kalkbemesting nadeelig
werken door het sterker optreden van schurft. Gewoon
lijk bemerkt men dat nog niet in 't eerste jaar doch
pas in de volgende jaren.
Er komen ook wel kleigronden voor, die veel kalk
bevatten doch waar deze blijkbaar moeilijk tot oplos
sing komt. Hier kan soms een kalkbemesting toch
nog nuttig werken.
Een slechte structuur in zware kleigrond is vaak
te verbeteren door een bekalking, waardoor deze meer
losser en kruimelig wordt.
Hebben de lichte kleigronden een slechte structuur,
zijn ze wat men noemt slempig, dan is bekalking hier
niet 'steeds afdoende. Men moet dan trachten het
humusgehalte wat op te voeren, door veelvuldig ge
bruik te maken van stalmest en groenbemesting ten
einde een betere kruimelstructuur te krijgen. Dat de
grondbewerking hierbij ook een rol speelt spreekt van
zelf.
Bij structuurverbetering van zware klei worden soms
groote hoeveelheden 'kalk gebruikt bijv. 40005000 kg
kluitkalk en soms nog veel meer per ha, of eenzelfde
hoeveelheid in anderen vorm.
Is het doel een grond die reeds eenigszins zuur
reageert, wat te ontzuren, dan doet men wellicht goed
niet een groote hoeveelheid in één keer te geven, maar
bijv. eerst een hoeveelheid van 1500 a 2000 kg én dit
later nog eens of tweemaal te herhalen.
Men kan verschillende kalkmeststoffen bezigen.
Kluitkalk is wel goedkooper dan de tegenwoordig veel
gebruikte in papieren zakken verpakte poederkalk,
doch deze laatste kan men gemakkelijk regelmatig
uitstrooien.
Schuimaarde is zeer geschikt als het transport van
de suikerfabrieken niet te duur wordt. Voorts worden
ook in den handel gébracht bijproducten van de indus
trie als Silicakalk, waar de kalk aan. kiezel'zuur ge
bonden is wat eveneens voor een deel het geval is bij
Kencica, dat ook nog enkele procenten kali bevat.
Bij aankoop van kalkmeststoffen dient men bij het
aangegeven percentage er op te letten hoe het gehalte
wordt uitgedrukt.
Men strooit de kalk liefst in den herfst en werkt
ze dan behoorlijk in den grónd. 'bijv. licht onderploegen,
ineggen of mét de cultivator .nwerken.
DE RIJKSLANDBOUWCÜN SULENT
VOOR ZEELAND.
MOND- EN KLAUWZEER.
Gedurende de week van 613 September 1936 kwa
men geen gevallen van mond- en klauwzeer voor in
Nederland.
In de week van 13 tot en met 19 September j.l. werd
in Zeeland en Westelijk Noord-Brabant geen mond- en
klauwzeer geconstateerd.
DERDE TENTOONSTELLING EN MARKT
TE OOSTBURG.
De regelingscommissie samengesteld met als voor
zitter de Secretaris der gemeente Oostburg en verder
bestuursleden van de verschillende Landbouworganisa
ties in W. Z.-VI aan deren, Slagersvereeniging Oostburg
en Omstreken, Bond van Veehandelaren Kring W.
Z.-Vl., Fokcentrale voor W. Z.-Vl., Varkensstamboek en
Geitenfokvereenigingen, besloot, gezien de gunstige re
sultaten in beide voorgaande jaren, wederom op de
laatste Woensdag in September, n.l. 30 September a.s.,
de 3e Tentoonstelling en Markt van Vetvee, Fokvee,
Handelsvee, Varkens, Geiten en Schapen te organi-
seeren.
Dat deze dag aan een behoefte in de streek voldoet,
kan men wel zien aan het aantal inschrijvingen, n.l. 285.
De aangegeven collecties bestaan uit Vetvee 67
stuks rundvee en 8 inzendingen varkens, Fokvee 90
stuks, 61 stuks Handelsvee, 12 inzendingen Varkens,
37 Geiten en 10 inzendingen schapen.
Het is algemeen bekend, dat W. Z.-Vl. een zeer
goede veestapel heeft wat fokvee betreft, doch ook wat
vetvee en handelsvee betreft mag dit gezien en verge
leken worden met de beste streken in ons land.
Ook de varkens, geiten en schapen mogen gezien
worden.
De Tentoonstelling en Markt wordt gehouden op de
Zuidizandsche straat.
Een ieder die gaarne een prima collectie dieren wil
zien, zoowel vetvee, fokvee en handelsvee, kome dien
dag naar Oostburg.
Vraag 43. ONTSMETTING POOTGOED.
Ik zou Zeeuwsche Blauwe zetpoters willen ontsmetten
met Aretan tegen Rhizoctonia, maar daar ik geen
kiembakken meer heb, wilde ik U vragen, wanneer ik
ze op de dorschvloer laat drogen en dan inkuil, of dat
niet hindert.
G. te St. M.
Antwoord,. De Plantenziektenkundige Dienst deelt
ons mede, dat aardappelen, behandeld met Aretan tegen
Rhizoctonia, mits ze goed droog zyn aan de kuil be
waard kunnen worden.
Het verdient echter aanbeveling de beschadigde en
ontvelde knollen vooraf te verwijderen en de kuilen
niet te dik te maken en voorloopig dun te dekken.
Nog beter wordt het evenwel geacht de behandelde
aardappelen in bakken te bewaren. Red.
Vraag 44. TOEWIJZING OSSEN.
Mij is een schets voor een os toegewezen. Mag ik
hierop ook een vaars laten schetsen?
D. te S.
Antwoord. Op de door U bedoelde schets mag uit
sluitend een os worden geschetst, welke door U als
z.g. extra-reservekalf wordt aangehouden.
Deze schets kan dus niet voor het schetsen van een
vaarskalf worden gebruikt.
RED.
Vraag 45. SUBLIMAAT OF ARETAN?
Ik wil mijn aardappelen ontsmetten tegen Rhizoc
tonia, aan welk ontsmettingsmiddel geeft U de voor
keur, Sublimaat of Aretan.
B. te O.
Antwoord. In het vorig no. van dit blad is een be
richt van den Plantenziektenkundigen Dienst te Wage-
ningen opgenomen over het ontsmetten van pootaard-
appelen tegen Rhizoctonia. In dit bericht worden
beide middelen genoemd, zonder de voorkeur te geven
aan één der beide middelen. De temperatuur van het
te gebruiken water mag in geen geval lager dan 5° C.
zijn. De werkzaamheid der middelen mag dus op één
lijn gesteld worden. De wijze van gebruiken of de
kostprijs zou dan de doorslag kunnen geven. De kost
prijs kan men als volgt berekenen, wanneer men te
werk gaat zooals in bovenvermeld bericht is aange
geven. Gaat men uit van 12 mud pootaardappelen
dan heeft men daar voor noodig 210 gram Aretan h
4,75 per kg 0,9975 wanneer men Aretan koopt
in kleine verpakking, koopt men groote verpakking
dan kost dit ƒ0,94* of 8,3 tot 7,8 cent per mud.
Maakt men gébruik van Sublimaat dan heeft
voor het ontsmetten van 12 mud aardappelen
Sublimaatpastilles a 1 gram noodig," koopt men di&e h.
het groot dan bedraagt de prijs ongeveer 62* cent en-
in het klein ƒ1 per 100 stuks, per mud bedragen de
kosten dan 10 tot 16 cent.
Voor het ontsmetten met sublimaat mag men geen
metalen vaatwerk gebruiken. Aretan tast ijzer niet
aan, zink echter wel. Het onde''dompelen der aard
appelen in een Aretan-oplossing dient 20 tot 30 minu
ten te duren, terwijl dit in Sublimaat iy2 uur duurt.
Men moet er rekening mede houden dat zoowel
Sublimaat als Aretan zeer giftige stoffen zijn.
P.
Vraag 46, TEELTPLAN 1937.
Ts er reeds iets bekend over het teeltplan en de
richtprijzen voor het oogstjaar 1937? In verband met
het vaststellen van het zaaiplan is het toch wel zeer
gewenscht, dat hierover spoedig nadere mededeelingen
worden gedaan.
101 K.
Antwoord. Reeds meermalen is er door den ge-
organiseerden landbouw bij den Minister van Landbouw
en Visscherij op aangedrongen om het teeltplan 1937
spoedig bekend te maken. Met den steller van boven
staande vraag zijn we van oordeel, dat het dringend
noodig is, dat de 'boer weet waar hij aan toe is.
Slechts het volgende kan aangaande het teeltplan en
de richtprijzen voor den oogst 1937 worden medege
deeld. De uitzaai van koolzaad is vrij, terwijl de richt
prijs een gulden per 100 kg hooger is gesteld als het
vorige jaar. Ten aanzien van de tarwe staat het niet
vast of de beperking van den uitzaai tot een derde van
het bouwland ook voor 1937 gehandhaafd zal worden.
Uiteraard heeft deze beperking in verband met den
richtprijs van 9 per 100 kg geen praktische beteeke-
nis. Volgens de toezegging van den Minister zal nog
deze maand de tarwerichtprijs voor oogst 1937 békend
worden gemaakt.
Voor gerst en rogge is het vorige jaar bepaald, dat
een richtprijs tusschen zeven en acht gulden per 100 kg
voor drie jaren zal gelden, m.a.w. ook voor den oogst
1937.
Over dè andere producten van het akkerbouwbedrijf
kan nog niets met zekerheid worden medegedeeld.
RED.
OVERZICHT VEILINGEN.
De redelijk goede uitkomsten in de fruitteelt van de
laatste jaren, heeft velen verleid om een boomgaard
aan te leggen. De naam fruittuin zou beter op zijn
plaats zijn, omdat de laatste jaren dichte en zelfs zeer
dichte beplantingen toegepast worden.
Wanneer men echter van huis uit niet in de fruit-
I