wordt door kunstmatige afkoeling tot 5°
C het nitraat neergeslagen, terwijl een
moederloog met zeer gering nitraat-gehalte
achterblijft.
Het alidtas verkregen product ziet er ©enigs
zins anders uit dan het vanouds bekende;
Ihet is ml. witter van kleur en fijner ge
kristalliseerd. waardoor het ietwat lijkt op
het synthetische zwavelzure ammoniak.
Eëii é'n ander kan -vóór den bóer eenreden
zijn om het te waartr00wdft-,v dóch dit be
hoeft ÏÉfèt. In dè eerste 'plaats iél' een: ón-der-
zoèk te Maastricht teren, dót dé stikstof
in dien salpeter vorm (en niet in den arnmó-
makvorm) aanwezig is, en verder is het
product op die volgende wijze te herken
nen: het heeft den kenmerkenden reuk van
chili; met gebluschte kalk gemengd ontwijkt
er geen ammoniak uit.
Het stikstof gehalte en daar gaat 'het
,om zal eerder hooger dan lager zijn dan
dat van het geiwone chilisalpeiter. (Er zijn
analyses genomen, die schommelen tusschen
15.9 en 16.3 N.)
Er schijnen reeds verscheidene ladingen
te zijn aangevoerd; doch door tegenzin tegen
het nieuwe product moet de afzet ervan met
moeilijkheden gepaard gaan.
De Badi'sche Aniline- en Sodafabrieken
brengen wéder een nieuwe meststof aan de
mérkt, onder den naam van nitrophoska I. G.
als een uitmuntende volledige mestistof voor
wintergraan met stikstof, phosphorzuur-en
kali. Er wordt van gezegd: le. dat het den
planten gelijktijdig stikstof, phosplhorzuur en
kali biedt in gemakkelijk opneembaren vorm,
en vooral geschikt is als hexfstbemesting der
wintergranen;
ten 2e. idait het tengevolge en op grond
van zijn samenstelling een bijzonder snelle
en krachtige ontwikkeling der planten ver
zekert;
ten 3e. dat het het voordeel biedt, dat alle
drie voedingsstoffen in één omgang uit
gestrooid kunnen worden; hierdoor worldt
het herhaald uitstrooien van twee of drie
meststoffen na elkander op hetzelfde perceel
vermeden en arbeidsbesparing verkregen;
ten 4e. dat bij het gebrtuik van Nitrophos
ka I. G. in alle gevallen, waarin tot dusver
menging van meststoffen plaalts had, deze
arbeid bespaard wordt.
Njitrobhoska 1. G. is in drie wormen te
verkrijgen, nl. Nitrophoska 1. G. niét mins
tens 17 stikstof, 12.7 phosphor zuur en
21 1 kali; idem I. G. II met resp. 14.7,
111 en 25.6 idem I. G. III met resp.
16.5, 16,5 en 20 De voedingsstoffen
verhouden zich in deze verschillende vor
men tot elkander als 1 24 1 XA of als 4
3 5; als 1 IK of als 4 3 7; als
1 1 1J4 of als 4 4 5.
Men ziet, dait de vormen I en 111 slecints
Weinig verschillen; alleen door hun gehalte
aan plhosphorzuur.
Op gronden met een bijzonder groote be
hoefte'aan kali is het merk I. G. II boven
de anldere merken te verkiezen.
Eindelijk wordt van Nitrophoska I. G.
nog getuigd, dat alle vormen zich evengoed
voor' overbemesting leenen.
Omtrent de aanwending zij medegedeeld,
dat bij wintertarwe in den herfst van no. I
of no. Ill 75 tot 1000 KG kort voor het
zaaien wordt gegeven en vroeg in het voor
jaar nog 225—300 KG 'bij het vernieuwen
van den groei als overbemesting. Bij winter-
gerst geve men van I. G. I of III 60 a 80
KG kórt vóór het zaaien; nog 170—270 KG
na den winter als overbemesting. Bij kool
zaad wordt van I. G. I of III ^0—150 KG
kort vóór 't zaaien en nog 250325 KLr als
overbemesting na den winter.
Op de landbouwtentoonstelling te Leeu
warden is vanwege „het Prov. Electr. Be
drijf in Friesland" een proeve gedemon
streerd van „hooi winnen, zonder zon
waardoor dus het Engelsdhe spreekwoord:
make hay while the sun shines, ongeldig
zou worden gemaakt.
Het vroegtijdig gemaaide en uitgespreide
gras wordt,' nadat 'het winiddroog is gewor
den, opgestapeld rondom groote houten
kdkérs, waardoor prét béhulfr van een venti
lator lucht door de BfassaA'gdper&t-wordt.
Hierfeif heeft ihen. te zongeh, '-dat dé dikte van
de graslaag, horizontaal en verticaal in de
koker afgemeten, niet grooter wordt dan
25 meter. Eerst laat men de temperatuur
oploopen tot 55° C.; daarna zet men den
ventilator open en wordt met het ventilee-
ren zoo lang doorgegaan, tot de temp. tot
40° C. is gedaald, In 't begin moét mins
te urep pey dag den stapel
worden geperst. Dit woxdlt zoo lang voort
gezet, tot het product volkomen droog is
geworden, waarvoor 4 a 5 weken worden
gerekend. Op die manier krijgt men- puik
hooi en wat 't mooiste is men is veel
onafhankelijker van het weer. Of de Duit-
sche professor, die beweert dat op deze wijze
gewonnen hooi geen vitamine C zou bevat
ten, -gélij'k heeft, zal moeten blijken, stellig
weten we echter dit, dat slecht gewonnen,
hööi weinig.voedingsstoffen in het, algerrféen
bevat.' nH'
R. M.
Wat er zoo al voorviel.
Het rijden met aaneen gekoppelde voer
tuigen op de Rijkswegen.
Behalve idoor den heer W. v. d. Sluis zijn
oiver bovengenoemde aangelegenheid zie
vorig nummer ook nog vragen tot den
Minister van Waterstaat gericht door het He
Kamerlid1, den heer Weiltikamip.
Door dezen is n.l. gevraagd:
Welke motieven hebben den Minister er
fcoe geleid om zonder vergunning het rijden
of laten rijden op den Rijksweg met twee of
meer aaneenjgekoppelide voertuigen te ver
bieden
Ligt het in de bedoeling om de vergun
ning onder beperkende voorwaarden te ver-
leenen
Zoo ja, welke'voorwaarden zullen dat zijn
en zullen deze zoo zijn gesteld, dat practisch
iedere weggebruiker er aan zal kunnen vol
doen
Is de Minister bereid in een dergelijke
voor den landbouw gewichtige aangelegen
heid in het vervolg eerst met de landbouw
organisaties overleg te plegen
Aan de antwoorden op de vragen van
beide heeren door den Minister gegeven, zij
ontleend, dat Zijne Excellentie meent aan de
bij de landbouwers gerezen bezwaren groo-
tendeels tegemoet te zijn gekomen, door de
opdracht o.m. aan de betrokken hoofdamb
tenaren van den Rijkswaterstaat verstrekt,
om, geheel in den geest der reglementsbepa
ling, van zijnentwege de bij die bepaling be
doelde vergunningen in ruime mate te ver-
leenen.
in afwachting van de uitkomsten van de
bovenvermelde wijze van handelen, moet hij
bezwaar maken, om reeds thans te bevorde
ren, dat ide bepaling zoude worden gewijzigd
en dat een stelsel zoude wiorden aanvaard,
dat belangrijk afwifkt van dat, hetwelk in
de meervermelde bepaling is vervat.
De gedachte, die aan de bepaling ten
grondslag ligt, is déze, dat het der regeering
mogelijk moet zijn, om, zoowel in verban,d
met de vrijheid en de veiligheid van het ver
keer op de rijkswegen, als met het ooq op
de instandhouding en de bruikbaarheid dier
wegen, ten aanzien van het rijden met twee
of meer aaneen gekoppelde wagens op de
rijkswegen de noodige voorziening te tref
fen, terwijl het daarbij gewenscht is, die
voorziening zooveel mogelijk aan te passen
aan de gesteldheid van den weg en den
aard van het verkeer.
Met het oog op den g-evraagiden en ook
inderdaad gewenschiten spoed is voorshands
aan de betrekken hoofdambtenaren opdracht
gegeven, om slechts in de gevallen, waarin
dit ter bescherming van den weg of ter be
veiliging van 'het verkeer daarover volstrekt
noodzakelijk zal wezen, aan de bedoelde
vergunningen voorwaarden te verbinden en
deze in ieder geval zoo min mogelijk bezwa
rend te doen zijn.
De voorwaarden zullen van geval tot ge
val nogal uiteen kunnen loopen, zoodat op
dit punt een algemeene regel, die overigens
met -het stelsel van afgifte van vergunningen
ook niet geheel strookt, bezwaarlijk zal zijn
te geven. Aangezien die voorwaarden uit-
teraard zoo min mogelijk bezwarend zullen
zijn-, zal wel mogen worden verwacht, dat de
weggebruikers daaraan zullen kunnen vol
doen.
De Minister zegt verder gaarne bereid te
zijn ter zake ook overleg te plegen met de
landbouworganisaties.
Voorts wordt nog medegedeeld, dat de
regeling nopens het vervoer van vrachten
met andere dan mechanisch voortbewogen
voertuigen een voorwerp van onderzoek uit
maakt bij de commissie inzake het vervoer
van zware vrachten over de wegen.
Aan de hand van het rapport, dat ter zake
van 'dié commissie zal worden ontvangen,
zal aan de onderhavige aangelegenheid bij
zondere aandacht worden1 geschonken-; de
commissie wordt door den Minister inmid
dels uitgenoodigd, omtrent dit punt spoedig,
zoo noodig bij afzonderlijke nota, haar mee
ning te doen kennen.
Uit heit antwoord van den Mind ster aan
de Coöp. Suikerfabriek „Zeeland", halén
we ten slotte nog aan, dat aanvragen om
vergunningen, door belanghebbenden gericht
kunnen wón deh tót dén betfókkèh Hóófd -
ingeni'eur-Directótirvan <ïen Rijks-Water"-
staat.
Wel zoo eenvoudig zou het o.i. zijii én
voor de belanghebbenden èn voor de be
trokken regeexingsaimbtenaren, indien van
wege de landbouworganisaties ten behoeve
har er leden, die er voor in. aanmerking ko
men, een gezamenlijke vergunningsaanvrage
kon worden ingediend.
Waar -de Minister voornemens is de be
doelde vergunningen in ruime mate te doen
verleenen - en de bezwaren dus blijkbaar
niiet zoo overveel te beduiden hebben
ware het misschien noig rationeeler, dat voor
streken, waar het aan een koppel en van land
bouwvoertuigen als regel voorkomt, eenvou
dig dispensatie van, het bewuste artikel werd
verleend, na met de landbouworganisaties
daaromtrent overleg te hébben gepleegd:.
De Hollandsche Mij van Landbouw 80 jaar.
Vorige week herdacht onze zusterinstel
ling voor de beide Hollanden, de Holland
sche Maatschappij van Landbouw haar 80-
jariig bestaan, bij gelegenheid waarvan eene
landbouwtentoonstelling te Ridderkerk is
géh ouden.
Ook -de Boll. Mij mag in de rij der zuster
instellingen met eere worden genoemd. Ze
mag zich in een toeneemenden bloei verheu
gen, waarop o.m. het feit wijst, dat in het
afgeloopen jaar een 490tal nieuwe leden tot
haar toetraden.
In belangrijke mate heeft zij tot den bloe-i
van dé Hollandsche landbouw in den ruini-
sten zin. het hare bijgedragen en verschil
lende instellingen op landbouwgébied zijn
dank zij hare bemoeiingen tot stand ge
komen.
We noemen hiervan met name haren ge
wassen-keuringsdienst, die na die van de
Friesche Mij de omvangrijkste' in ons land is.
Met recht kan van' de 80jarïge wonden
gebuiigid-, dat ze de teekenen van haar tijd -be
grijpt en Steeds op de bres is voor de belan
gen barer leden.
Emigratie naar Frankrijk.
In de vorige week gehouden algemeene
vergadering der Geldersch-Overijsselsche
Mij' van Landbouw is -door den Voorzitter,
Mr. A G. A. Ridder van Rappard, tóen deze
in zijn openingsrede o.m. de bevolkings
aanwas van ons land ter sprake bracht, er
op gewezen, dat verschillende boerenzoons
naar -een anderen werkkring zullen moeten
uitzien of naar elders moeten gaan emigree
rden. In verband .daaane-de vestigde hij de
aandacht op emigratie naar Frankrijk, spe
ciaal naar het Z.-W. deel, dat het jneest
van ontvolking te lijden heeft gehad, -waar
idus plaats voor velen is, bodem en klimaat
gunstig zij-n en als onze boeren op Neder-
iandsch intensieve wijze zouden werken, de
cultuur goede resultaten moet opleveren.
Melkveehouderij, uitgeoefend in de nabij
heid van de groote steden, levert nu al gun
stige resultaten op 'bij opbrengsten van
slechts 1800 a 2000 L.
Varkens- en pluimveehouderij vormen
ginds een belangrijke, bron van inkomsten,
'de grondprijzen zijn laag en ook de deel-
padht is mogelijk.
-In de Gers levert een boerderij van 40
50 HA een netto winst van 2400f 3000
op, zoodat de deelbouwer hiervan 1200
1500 ontvangt; voor een dergelijk bedrijf
is een familie van 3 a 4 werkende leden
noodig. Een Nederlandsch gezin, dat wer
ken wil, krijgt een goedé kans vooruit te
komen. Voor gezinnen, -dié zelf iets in het
bedrijf kunnen steken, achtte de heer Van
Rappard de toekomst verzekerd, 'Mits op
yruchtbare gronden. Wat betreft het;geven
van voorschotten aan emigranten, hebben de
Franschen zeer aannemelijke voor-stelléii ge
daan. De spreker kon niet anders doen dan-
flinke arbeidersgezinnen en kleine energieke
boeren, dlie het hier niet kunnen:''plooien,
aanxadén, hun geluk in het rijke vruchtbare
land te gaan beproeven. De Nederlandsche
regeeringscommissie waarvan de heer
Van Rappard deel uitmaakt is bereid tQt