UIT DE R.K. STAATSPARTIJ.
DE R.K. KAMERFRACTIE
GEREHABILITEERD.
Mo. 3859
Woensdag 16 December 1931
46ste Jaargang
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
"zERsKSTA'fiHT'0I I VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
POSTREKENING li. 52410.
FEU I L LET ON.
De Bedelares van
Saint-Sulpice.
ONDERSTAANDE MEDEDEELINGEN, DOOR DEN FRACTIE
LEIDER, PROF. Mr. AALBERSE, GEDAAN IN DE JONGSTE VER
GADERING VAN DEN PARTIJRAAD, WORDEN AAN ALLE
KATHOLIEKE KIEZERESSEN EN KIEZERS DRINGEND TER
LEZING AANBEVOLEN
DE ZEEÜWSCHE
ERIER
Bureaux van Redactie en Administratie
OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT
Telefoon 15 Telegramadres: Koerier
Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden,
of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling -
Advertentiën 20 cent per. regelbij contract lager
ria ^w... - r. - I
(Slot).
trent het aftreden van het zittend kabinet en
het intreden eener langdurige Regeeringseri-
sis. Over zoo'n crisis wordt wel eens wat lucht
I
Zoo stonden de zaken bij de stemming over
de motie-Marchant, welke motie een veel ver
der reikende strekking had dan cene stem
ming over de voorgestelde salaris-korting zon
der meer. Daarmede had men rekening te hou
den en daarmede heeft de Katholieke Kamer
fractie, in het volle besef harer zware veiant-
woordelijkheid, terdege rekening gehouden. En
hare beslissing heeft zij waarlijk niet lucht
hartig genomen. Zij heeft daarvoor vier dagen
vergaderd, eer de eindbeslissing viel en voor
dat alles kon worden overzien. Gevallen is die
beslissing dan nog op het allerlaatste oogen-
blik, na het laatste mondelinge ï.ntwoord van
de Regeering. Toen is namens de geheele frac
tie, geen enkel lid uitgezonderd, de bekende
verklaring afgelegd, aan welker letterlijken
tekst de meeste leden bovendien nog vooraf
hunne goedkeuring hebben gehecht, en die luid
de:
„De nadere mededeeling van de Regee
ring, omtrent het tijdstip, waarop de voor
genomen korting op de ambtenaarssalarissen-
zal ingaan, hebben wij met voldoening verno
men. De bezwaren, welke sommige van mijn
politieke vrienden ook thans nog hebben te
gen de orde, welke de Regeering bij haar
maatregelen tot dekking van het geraamde
tekort heeft gemeend te moeten volgen, zijn
daardoor echter niet ondervangen. Evenwei
meppen ook zij rekening te moeten boude.
met de gevolgen, niet alleen op politiek, maar
vooral op economisch gebied, welke de aan
neming van de motie-Marchant niet on
waarschijnlijk zou hebben- Waar wij dus ook
hier staan voor de onvermijdelijke keuze tus
schen een kleiner en een grooter kwaad voor
ons geheele volk en ook voor de ambteharen,
kunnen wij onzen steun aan de motie niet
geven".
Een enkel woord ter toelichting op deze ver
klaring moet thans nog gezegd worden over ae
mogelijke, en zelfs zeer waarschijnlijke politie
ke en economische gevolgen, welke het aan
nemen der motie-Marchant zou hebben gehad.
Wat de politieke gevolgen betreft, bestond er
geen twijfel, ook niet bij de voorstellers, om-
147)
En mijn moeder, ging de ongelukkige vrouw
voort, en moeder Veronica, allen die ik gekend
heb, die ik heb lief gehad? Zeventien jaren,
zeventien jaren!
Zij snikte.
Dat duurde zoo eenige minuten, toen kwam
zij allengs weer tot kalmte en de begeerte om
alles te weten ontwaakte opnieuw in haar.
Zij hernam:
Gij hebt gezegd dat men mij gered heeft
uit het huis waar ik woonde en dat in brand
stond; wie heeft dat gedaan, aan wien heb ik
het leven te danken, weet ge dat?
Aan een priester.
Een priester? herhaalde Jeanne met fonke
lende oogen.
Ja, dezelfde priester heeft uw indentiteit
vastgesteld in het hospitaal de la Pitié, waar
gij herkend werd door een zijner vrienden.
En kent gij den naam van dien priester,
mijnheer?
Ja.
O! zeg het mij, zeg mij hoe die brave man
heet!
Hij heet de abbé d'Areynes.
Het bleeke gelaat van de zieke begon te
stralen van innige vreugde.
De abbé d'Areynes! riep zij uit, de vicaris
hartig gedacht. Men meent dan dat er spoedig
genoeg de noodige liefhebbers voor die goed be
taalde ministerpostjes kunnen gevonden wor
den. Dit nu behoort tot die lichtvaardige op
vattingen, welke geheel en al buiten de werke
lijkheid staan!
Dat de op die wijze uitgelokte crisis et-n 2eer
langdurige beloofde te worden, stond oovtn-
dien bij de ingewijden vast, en dit kon ook
moeilijk anders, gezien den inhoud van het
reeds genoemde V.V. van Hoofdstak I der Rijks
begrooting, waaruit de mogelijkheid van het
vormen eener Regeeringsmeerderheid aller
minst bleek. Men bedenke daarbij in het bij
zonder de huidige positie van de S.D.A.P., wel
ke partij in steeds meerdere mate wordt ge
noopt revolutionnaire tonen te doen hoeren,
genoopt door den opdringenden linkervleugel
dier partij, waarin naar stellig vermoeden com
munistische cellenbouwers aan het werk zijn.
Hoe men zich daar de verantwoordelijkheid
voor die links georiënteerde politiek voorstelt
en hoe men de aldus ougeroepen radicale
geesten straks denkt te bezweren, mag met
zorg worden afgevraagd. Daarbij komt nog, dat
een samenwerking onzerzijds met die partij
thans practisch ook daarom reeds is uitgeslo
ten, omdat de meest doctrinaire vrijhandels-
denkbeelden juist in die kringen verdediging
vinden.
Dan zijn er die meenen, dat een ander kabi-
net-Colijn zou kunnen gereed staan r.m ons
met krachtige hand uit den nood te helpen.
Zouden de ambtenaren daarmede meer tevie-
den zijn geweestafgescheiden dan nog
van de overweging, dat de vereeniging van Mi
nister-president en Minister van Financiën in
één persoon (die van den Heer Oolijn) staats
rechtelijk eigenaardige bezwaren oplevert en
zeker geen aanbeveling verdient?
Hoe dit alles ook zij, de waarschijnlijkheid
van een zeer langdurige kabinets-crisis stond
onder de gegeven omstandigheden vaster dan
ooit en juist daarmede hing ten nauwste sa
men de zware verantwoordelijkheid op dat
moeilijke oogenblik om mede te werken aan
van Saint-Ambroise! Oj God zij geloofd ep ge
dankt. Als de abbé d'Areynes mij gered heeft,
d^n heeft hij ook mijn kinderen gered, che
zal hij niet aan haar lot hebber* overgelaten.
O! ik ken hem goed, hij is de edelste, de braaf
ste man van de wereld. Hij heeft mij met Paul
gehuwd, hij zal ook medelijden gehad hebben
met mijn twee kinderen
Eensklaps vertrok het gelaat van Jeanne
weer.
Maar het is al zeventien jaar geleden, her
nam zij moedeloos. Wie weet of de abbé d'A
reynes dood is? Wie weet of mijn twee kleine
lievelingen nog in leven zijn?
De weduwe van Paul Rivat liet het hoofd op
de borst zinken en haar tranen vloeiden rijke
lijk.
Moed houden, vrouw Rivat, zeide de dokter,
die zelf ook ontroerd was, moed houden. Niets
bewijst dat die twee meisjes dood zijn, integen
deel, 't is mogelijk, waarschijnlijk zelfs, dat ge
nog wel eens het geluk zult smaken haar te
omhelzen. Gij kunt aan den abbé schrijven en
wat nog beter is, zelf onderzoek doen als gij
genezen zijt
Ja, ja, ik zal schrijven, ik wil alles weten,
zeide Jeanne, die zich krampachtig aan de
hoop vastklemde, die haar werd voorgespiegeld.
Gij moet jnij genezen, mij zeer spoedig gene
zen, dokter, ik moet dit gesticht verlaten zoo
dra het maar mogelijk is. Gij zult wel begrij
pen, dat ik haast heb om naar Parijs terug te
keeren, om er mijn kinderen op te sporen; zij
moeten nu al groote meisjes geworden zijn,
wanneer zij nog leven.
't veroorzaken van stagnatie in crisiswetgeving
en crisisbestuur, die voor onze volkshuishou
ding niet minder dan een ramp zou hebben be
teekend. En dan met welk resultaat? Dat een
nieuw kabinet zou optreden, waarvan men toch
ten goede noch ten kwade niets, maar dan ook
heelemaal niets afwist! Terwijl thans allerlei
maatregelen zijn genomen en worden genomen,
welke den moeilijken tijd ten minste verlich
ten.
Al deze overwegingen hebben bij de Katho
lieke fractie tot het laatste tpe gegolden, rijn
in dagenlang beraad nauwlettend van alle zij
den bezien en doordacht, en hebben tenslotte
op het allerlaatste moment geleid tot de moei
lijke doch eensgezind genomen beslissing van
onze 29 vertrouwensmannen in de Kamer de
Heer van Wijnbergen was wegens ongesteld
heid afwezig die toch practisch de situatie
in de Kamer in handen hadden. Het spreekt
vanzelf, dat er onder hen waren, die deze stem
met moeite hebben uitgebracht, en men mag
juist hen om dit verantwoordelijkheidsbesef
voor de nationale zaak met recht prijzen.
Wanneer men zoo het geheele complex van
verhoudingen, feiten en omstandigheden voor
oogen heeft en deze in volle eerlijkheid en on
bevangenheid naar waarde schat, dan wordt
een afkeuring van dit beleid op redelijke gron
den haast ondenkbaar, en dan blijft onze Ka
tholieke fractie, die zich ter voorkoming van
erger, achter impopulaire regeeringsmaatrege-
len gesteld heeft, op het volle vertrouwen van
ons volk aanspraak maken. Ter voorkoming
van erger, men weet nu wat dit beteekent: ter
voorkoming van een Regeeringserisis. die een
economische schier onvermijdelijk achter zich
zou hebben gesleept.
Wij leven op dit oogenblik in de geheele we
reld in een vertrouwenscrisis, ook vandaag den
dag nog en ook bij ons, doch ten onrechte, oor
zoover onze gulden op het oogenblik veilig
staat, veiliger zelfs dan de dollar. Un nu mag
men in die omstandigheden niet buiten be
schouwing laten, wat het beteekenen zou, wan
neer de Minister van Financiën, die nu een
maal groot vertrouwen geniet in de Neder-
landsche financieele kringen, tot aftreden zou
zijn gedwongen. Om ook hier te lande de ver
trouwenscrisis acuut te maken, is waarlijk niet
veel noodig. En daarom is het ook niet te veel
gezegd, dat onze fractie er trotsch op kan gaan.
dat zij op dat moeilijke oogenblik als één man
deze opvatting heeft gehad van haar ernsti-
gen plicht, en dat zij dien plicht ook heeft ge
daan.
Dat zelfs na deze uitvoerige uiteenzetting en
verklaring, welke in volle openhartigheid en
met voorondersteld wederzijdsch vertrouwen
werd gegeven, nog moeilijkheden te maken en
te weerleggen overblijven, mag niemand ver
wonderen.
Zoo is de beduchtheid uitgesproken, als zou
de onze fractie zeker na de gevallen beslissing
machteloos tegenover de Regeering ft? an, ook
in de naaste toekomst.
Daartegenover staat echter de nadrukkelijke,
Ik zal u behandelen met alle middelen die
de wetenschap te mijner beschikking stelt, her
nam de directeur-geneesheer, en bovendien
hebt gij in dit lieve meisje een verpleegster,
die zoo goed voor u zorgt alsof zij uw dochter
was.
De dokter wees op Rose, die stil bij het bed
stond, met tranen van aandoening in de oogen
Het meisje kwam nu terstond een stap na
der.
Ja, ja, moeder Jeanne! riep zij uit op har
telijke toon. Ja, ik zal u verzorgen en u lief
hebben als een dochter, mijnheer de directeur
zal u genezen en dan kunt ge uw kinderen gaan
opsporen.
Jeanne trok Rose tot zich, nam haar hoofd
tusschen de handen en drukte een kus op het
voorhoofd, maar nu was ook haar kracht ten
einde.
Geheel uitgeput sloot zij de oogen en zonk be
wusteloos in de armen van de verpleegster die
een kreet van angst slaakte.
Wees niet bevreesd, mijn kind, haastte de
dokter zich te zeggen, ik had deze onmacht
I voorzien. Ik zal een geneesmiddel voorschrij-
ven, dat ge haar moet ingeven zbodra zij bij-
komt. Waak goed over die arme vrouw, Rose,
zij heeft zooveel geleden, dat zij ons medelijden
wel verdient.
O! mijnheer de directeur, hernam het meis
je, het is niet uit medelijden, het is uit liefde
dat ik deze patiënte verzorg alsof zij mijn
moeder was.
XVI.
Gedurende verscheidene dagen leed Jeanne
waarschuwende verklaring van den fractielei
der, in het mondeling debat tot de Regeering
gericht, dat deze van hare betrekkelijk sterke
positie geen misbruik moet maken, zoodat zij
óók in dat opzicht een eensgezinde Katholieke
fractie tegenover zich weet.
Prof. Aalberse verklaarde bij die gelegenheid:
Alleen zou ik willen opmerken, dat door de
omstandigheden en door de eigenaardige poli
tieke verhoudingen in ons land dit Kabinet
zelfs een zeer sterke positie heeft, maar het
heeft die, naar mijn meening, alleen ;>p deze
voorwaarde, dat het daarvan geen misbruik
maakt".
En daarom waarschuwde hij de Regeering:
.Niet alleen de Kamer, ook het Kabinet kan
een crisis uitlokken".
Daaruit blijkt al weer eens het groote be
lang eener eensgezinde fractie, die bij derge
lijke gewichtige kwesties practisch de situatie
in handen houdt. De verhouding is thans deze,
dat de Regeering weet wat zij aan onze fractie
heeft; zij kent onze grieven en weet.opze gren
zen, binnen welke haar bestaan, voorzoover
het van ons afhangt, veilig Is. En zij is ook
kennelijk geneigd rekening te houden met wat
ook in onze fractie leeft. Zou zij echter buiten
die grenzen treden, dan wete men, dat er om
standigheden denkbaar zijn, dat niet de: Kamer,
doch de Regeering zelf, een Regeeringserisis
veroorzaakt. Voor het oogenblik bestaat daar
omtrent geen reden tot bezorgdheid.
Een ander ernstig bezwaar is van verschil
lende, en vanzelfsprekend, van de m.eest daar
bij betrokken zijde ingebracht tegen het feit,
dat de beslissing met betrekking tot de salaris
korting de belanghebbenden en hunne organi
saties eigenlijk heeft verrast, omdat er. bij het
gepleegd overleg tusschen die organisaties en
eene delegatie uit de fractie indrukken waren
gewekt, dat de fractie het kortingsvoorstel als
onaannemelijk zou afwijzen. Veel leed-en veel
kwaad had kunnen worden voorkomen, indien
de thans gegeven motiveering eerder aan de
betrokkenen ware bekend geweest.
Aangenomen dat bedoelde indruk bij. dat over
leg inderdaad gewekt is al is daarpij toch
de reserve van „zoo denken wij er op het oogen
blik over" gemaakt dan moet toch steeds
worden bedacht, dat het wel eens meer voor
komt, dat een delegatie of een gedelegeerd lid
uit een organisatie zijn zending overschrijdt of
zich sterker uitdrukt dan die organisatie zou
willen onderschrijven. Juist blijft dan nog al
tijd de verklaring, dat de geheele fractie op dat
oogenblik er niet anders over dacht <}an die
delegatie toen meedeelde. Men voert daar te
gen aan: waarom heeft men ons dan niet tij-*
tig gewaarschuwd dat men van inzicht ver
anderd was?
Doch dan bedenke men wel, dat het karak
ter van die samensprekingen tusschen fractie
en organisaties die vroeger in het geheel
niet bestonden, doch die ongetwijfeld tot be-
riog aan hevige koortsen, maar de dokter maak
te daar zich niet bezorgd over.
De geweldige ontroeringen, die op den terug
keer van het verstand volgden, waren er de
natuurlijke oorzaak van.
Rose verpleegde haar met onbegrensde toe
wijding.
Dag en nacht waakte de jongs verpleegster
aan haar sponde."
Zij voelde zich als instinctmatig tot r.ioader
Jeanne aangetrokken en dikwijls zeide zij tot
den dokter:
Wanneer ik vrij over mijzelve kon beschik
ken, dan zou het mijn grootste geluk zijn ge
heel mijn leven aan haar te wijden.
Langzamerhand nam de koorts van Jeanne
af en hield ten slotte geheel op.
De wonde der operatie was reeds gesloten.
De genezing maakte snelle vorderingen.
Dokter Bordet zorgde er voor, dat zijn pa
tiënte ruimschoots voorzien werd van verster
kende middelen, koud vleesch en ouden Bor
deaux.
Rose zag dan ook, dat zij onder deze liefde
rijke behandeling van dag tot dag, bijna van
uur tot uur in krachten toenam.
De band der liefde werd tusschen deze twee
vrouwen voortdurend nauwer aangehaald.
Jeanne Rivat bewonderde en liefkoosde het
meisje, dat een weinig vreugde bracht in haar
anders zoo droevig bestaan.
Met de krachten keerde ook het geheugen
terug.
(Wardt vervolgd)