Mo. 383S Vrijdag 30 October 1931 46ste Jaargang NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Buiten L Overzicht Bij het Hoogfeest van Allerheiligen. Feiten en cijfers over School en Onderwijs VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND POSTREKENING No. 52418. FEU I LLETON. De Bedelares van Saint-Sulpico e ERIER Bureaux van Redactie en Administratie OOSTKADE 218, SAS-VAN-GËNT Telefoon 15 TelegramadresKoerier Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden, of J 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling - Advertentiën 20 cent per regelbij contract lager ZEER KOOPKRACHTIGE LEZERSKRING IT8TEKEND GESCHIKT VOOR PUBLIOITEIT Onze tegenwoordige tijd heeft geen behoefte aan groote geleerden, maar wij hebben helden noodig. Want het is als een vloek voor onze moderne tijd dat al ons geleerdheid en weten schap wel in staat is om een bekwaam, ont wikkeld soort menschen te maken, maar om heldhaftige menschen, edelmoedige zielen te vormen dat kent onze overbeschaafde wereld niet. We zijn het er allen over eens dat we thans behoefte hebben aan geweldige persoonlijk heden; we hebben groote heiligen noodig. Er wordt wel over hen gesproken: in ver schillende toonaarden kunnen wij dat heim wee naar heilige voorbeeldige menschen be luisteren, zelfs in de smaad en schimpredenen van onze arme medebroeder die socialist of communist is, komt het tot uiting. Bewust of onbewust, maar overal is die heimwee waar te nemen. Dat is de kracht waaruit nieuwe hei ligen moeten worden geboren, zooais een Sint Franciscus en een Heilige Elisabeth wier hel denmoed in de ziel van ons volk wordt aange voeld. Maar dat verlangen naar heilige voorbeel dige menschen mag niet werkeloos in ons blij ven: we moeten daarbij bedenken dat die heiligen zooals een Sint Franciscus en een hei lige Elisabeth niet uit den Hemel kwamen ge daald. Dat zijn menschen geweest, met dezelfde zwakheden en gebreken behept zooals wij, die met misschien nog veel grootere .noeielijkhe- den te kampen hadden. De heilige is niet door eigen kracht tot die hoogte gestegen maar door de genade Gods die ook binnen ons bereik ligt. Hij neeft dat heim wee naar geluk en ideaal in zich levendig ge houden, Wanneer we den loop der geschiedenis na gaan dan zien we dat overal waar dat groot verlangen geduldig werd bewaard dat daar ook juist dat geluk en ideaal in vervulling ging. En we zien ook dat iedereen daar vaak zijn klein aandeel toe bijdroeg als hij daarvoor in de gelegenheid was. Zoo moet het ook gaan met het nieuwe cp- komende geslacht van helden en heiligen. Het komt er slechts op aan dat iedereen in den kleinen kring van zijn eigen omgeving en voor zijn persoon zoo goed hij kan datgene tracht te vervullen waarnaar hij rnet heimwee verlangt. Op die manier zal de eene-kracht-cel naast de andere gebouwd worden. Zeker ieder op zich zal weinig te beteekenen hebben maar langzaam aan zullen zich in de geesten der menschen deze cellen zich aaneenrijen en juist daardoor een kracht vormen die dan op eens het wonder zal wrochten zoodat wanneer de 129) Ik zeg dat ik namens mijnheer den abbé d'A- reynes hier kom, om inlichtingen te vragen rm trent uw gewezen huurder Servais Duplat. Had me dat maar dadelijk gezegd, mijn beste mijnheer, in plaats van me zoo buiten mijzelve te brengen, want ziet ge, als ik den naam yan dien schavuit maar hoor, dan loopt mijn gal over. Gij hebt er mij den tijd niet toegelaten juf frouw. 't Is waar, ik ben een beetje driftig, daar kan fk niets aan doen, ik heb mijzelve niet gemaakt Dus gij komt namens mijnheer den vicaris? Ja. Wat een man die mijnheer de abbé d'Arey- nes. O hier in de heele buurt is hij bekend en bemind als een heilige man. Dat is nu nog eerst eens e enpriester, een echte, een ware. En welda dig dat hij is, daar is geen voorbeeld van. En wil hij nu inlichtingen hebben omtrent dien Ser vais Duplat? Nu dan is hij hier aan het rechte kantoor, ik geloof dat ik daareven al zoo eenigs zins zijn doopceel heb gelicht. O wij kennen den man wel, wij weten wat hij er voor een is, maar over zijn gedrag had ik u nu juist niet willen spreken. Waarover dan? Ik wilde alleen maar weten of hij hier nog tijden vervuld zijn, er weer helden en heiligen zullen opstaan waarin het doel van hun ziels verlangen tastbaar zal zijn. Wanneer men niet bang behoefde te zijn van verkeerd begrepen te worden, dan zou men kunnen zeggen dat alleen die tijd groote heili gen voortbrengt die hunner waardig is. De we reld moet rechtvaardigen hebben; er moeten groote figuren, helden en heiligen zijn, al wa ren het slechts de tien rechtvaardigen d:'e Abraham in Sodoma niet kon vinden. Als men echter wil weten hoezeer het heim wee en de vervulling van dat verlangen met elkaar in verband staan en op elkaar zijn aan gewezen dan moet men maar even nadenken: Wat had de wereld zonder die 4000 jaar van wachten op de komst van den Verlosser met den Christus moeten aanvangen? Zou zij er niet mee in verlegenheid zijn geraakt? De beteekenis van het feest van Allerheiligen kan dus uitsluitend hierin gelegen zijn dat bet troostend tot ons spreekt dat alle heimwee en verlangen eenmaal haar vervulling kan vinden. Maar dan komt het er sechts op aan dat wij dat verlangen naar een eeuwig onverstoorbaar geluk in ons levendig weten te houden en als een kostbare last op onze schouders door het leven dragen zooals een andere Ohristoforus. Met dien last moeten wij ons wagen m'dden in den vloed van de nooden van onzen tijd, van onze ellende en van onze vertwijfeling. Wij kunnen de nieuwe heiligen niet uit den hemel halen (wij kunnen er wel cm bidden) maar wij moeten hen ontrukken aan den su*aak van onzen tijd die hoe verward en slecht zij ook moge zijn, ons toch door God gegeven is, op dat wij ons er bij zouden aanpassen en er aan beantwoorden; Indien wij dat doen, ieder in zijn omgeving en naar best vermogen, dan breidt zich onder ons reeds de vooraf-schaduwing uit van de heiligen die zullen komen; dat schaduwbeeld zal dichter worden en juister vormen aanne men, om ten slotte zoo te zijn als Joannes, die in Christus' schaduw zijn voetstappen drukte. Wij moeten de voorloopers zijn en het komt er slechts op aan, of wij er den moed toe heb ben en of wij er nederig genoeg voor zijn. De acht zaligheden toonen ons den weg. Als het Evangelie van Allerheiligen wordt voorge lezen, dan moeten wij voelen en begrijpen, dat die woorden tot ons gericht zijn. Lavai's reis naar Amerika in hoofdzaak een mislukking De Volkenbondsraad verzoekt Japan Mantsjoerijë te ontruimen Engeland krijgt een nationaal Kabinet. De reis van Laval naar Washington kan op bet oogenblik moe'-ijk als eei succes worden aangemerkt. Als men het communiqué leest, dat Hoover en ie Fransche minister-president zoo even als resultjafc van hun besprekingen heb ben uitgegeven, dan krijgt men toch den indruk dat ze het in geen enkel opzicht eens zijn kun- woont. Ik heb u al gezegd, dat wij hem de deur heb ben uitgesmeten. Wanneer. Een week of zes voordat de roodbroeken in Parijs kwamen, tegen het einde van April. En ge weet ook waar hij toen is gaan woren? Zeker. Waar dan? In de rue Saint-Maur, maar daar zult ge hem ook niet meer vinden mijnheer. Waarom niet? Omdat het huis waar hij woonde, is afge brand en het zou mij nog wel tien sous waard zijn, als ik wist dat hij geroosterd was. Woonde hij dan op no 56 in de rue Saint- Maur? Juist En heb tgij, nadat de troepen van Versailles te Parijs kwamen, niets meer van hem gehoord Neen, en dat is gelukkig voor hem, dien schelm. Wanneer ik hem ooit had gezien dan zou ik hem net zoolang hebben nageloopen, tot dat er 'n patrouille kwam, die hem had kunnen meenemen. Raymond Schloss begreep wel dat hij niets meer van die vrouw zou te weten kunnen ko men, hij bedankte haar dus en ging teleurge steld heen. Waar zou hij thans het spoor van dien man moeten zoeken? Het huis, waarin Jeanne Rivat en Servais Du plat gewoond hadden, bestond niet meer Aan wien zou hij nu verdere inlichtingen kunnen vragen? rien worden en dat ten aanzien van de verdere schuldbetalingen van Duitschland, aan Frank rijk althans in zooverre de vrije hand is gelaten dat het een nieuw initiatief-voorstel van Ame rika zooals dezen zomer niet meer heeft te duch ten. 't Eenige wat bereikt is komt neer op een verdere samenspreking van de beide landen om den gouden standaard te bewaren. De vooruitzichten voor de ontwapeningscon ferentie van volgend jaar Februari zijn er bij de reis van Laval zelfs niet beter op geworden Frankrijk wilde wel beloven iets te doen ten aan z en der vermindering van bewapening, maar dan moet Amerika meer waarborgen geven dan in het Kellogg-pact liggen besloten Daarvoor is men in Amerika niet te vinden en zoo staat te verwachten dat we nog weer door meer te leurstellingen heen moeten eer de regeerders gaan beseffen, dat ze met al hun veiligheids waarborgen druk doende zijn, hun land naar den afgrond te leiden. Het Chineesch-Japansche conflict ziekte ver der. De Volkenbondsraad heeft een resolutie aangenomen, waarin Japan wordt uitgenoo- digd vóór 16 November het Mantsjoerijsche ge bied te ontruimen. Of dat ook zal gebeuren is zeer twijfelachtig. En wat zal de Raad dan doen? Wil hij zich niet belachelijk maken te gen een in gebreke blijvend lid van den Vol kenbond, dan zai hij verdere stappen hebben te ondernemen. Het conflict in het Oosten is voor den Volkenbond een krachtproef. Dinsdag hebben in Engeland de verkiezingen plaats gehad voor het Lagerhuis en ze hebben voor het Nationale Kabinet onder leiding van Mac Donald een overweldigende meerderheid gebracht. De labours, die in het ontbonden parlement met bijna 300 zetels de sterkste par tij waren en zelfs niet zoo heel ver van de volstrekte meerderheid afbleven, zijn eenvoudig verpletterd, tot een groepje ineengeschrompeld. Op een paar na zijn al de ministers van het labour-Kabinet verslagen, 't Is een debacle. Henderson en de zijnen hebben cp het verkeer de paard gewed. Ze hebben niet beseft, dat duizenden en duizenden arbeiders den eerlij ken, handigen en moedigen Mac Donald en den scherpzinnigen Snowden zouden volgen. De andere opposanten zijn eenvoudig weg gevaagd. De conservatieven hebben op zich ec-n groote meerderheid. Hoe zullen ze daarva,i gebruik ma ken? Mac Donald, de labour-man, is minister president. Maar er is geen denken aan, dat ze hem door een conservatief vervangen Dan ware heel de verkiezingsactie grof bedrog geweest. J Maar een andere vraag is, of Mat Donald niet in zekeren zin hun politieke gevangene zal zijn Zonder liberalen of nationale labours toch kun nen zij hun gang gaan. Zal Mac Donald dat dulden? En als hij het niet duldt, zal hij dan opnieuw een uitspraak vragen van het land om den heeren conservatieven aan het verstand te brengen dat de overwinning van Dinsdag niet Door hetgeen de portierster had verteld was, meende Raymond Schloss, nu volkomen opge helderd, hoe Servais Duplat in de kamer van Jeanne was gekomen, waar hij de kinderen had gered. Waarschijnlijk was hij thuis gekomen toen de brand uitbrak, had hij de kinderen van zijn buurvrouw hooren schreien en ze meegenomen maar waarheen? Waarom had hij ze niet op de secretarie aan gegeven? Misschien had hij het niet durven doen, uit vrees herkend en gevangen genomen te zullen worden. Leefde Servais Duplat nog? Was hij niet gevallen onder de kogels der Ver saillanen zooals de portierster 'i wenschte Terwijl Raymond zich afvroeg, was hij voort geloopen en stond nu op den hoek van de jue Saint-Maur. Er kwam eensklaps een gedachte in hem op. Als hij de koffiehuishouder eens ondervroeg die hem den vorigen dag inlichtingen had ge geven omtrent Jeanne Rivat en beweerd had alle bewoners van het verbrande huis te ken- nenn? Misschien dat hij wel aanwijzingen kon ge ven omtrent Servais Duplat. De Lotharinger aarzelde niet lang en begaf z:ch weder naar het kleine koffiehuis. Ditmaal was het er vol en de patroon had handenvol werk om zijn klanten te bedienen. Raymond Schloss liet zich weer éen glaasje cognac brengen en wachtte tot de drukte wat voorbij was en de koffiehuishouder meer tijd zou hebben op zijn vragen te antwoorden. hun maar zijn overwinning was? De taak van den sympathieken Engelschen premier blijft ontzaglijk moeilijk. in. Het aantal scholen. Het is nog nl.et zoo heel lang geleden, dat het in ons land een belangrijke vraag was of er voldoende scholen waren om de bevolking, ook die In afgelegen oorden, van het noodzakelijk onderwijs te voorzien. En thans zijn er nog tal van landen, waar de zorg voor een genoeg zaam aantal scholen behoort tot de ernstige beslommeringen van den onderwijsorganisator. Tegenwoordig is het in ons land echter ge heel anders. Een van de meest klemmende vra gen, waarvoor ieder, die zich bezig houdt met de organisatie van ons lager onderwijs, wordt gesteld, is niet of er wel voldoende scholen zijn, maar of wij er niet te veel hebben. Er zijn thans velen, die meenen, dat het ge tal scholen ver uitgaat boven hetgeen noodig en daarom boven hetgeen in deze zorgvolle tij den financieel toelaatbaar is. Wat leert de statistiek van het gewoon en uitgebreid lager onderwijs (uitgave van het Centraal Bureau voor de Statistiek te 'sGra- venhage) ons dienaangaande? Wij merken aan de hand van de daarin voor komende cijfers vooreerst op, dat de Lageron- derwijswet van 1920 een belangrijke vergroo ting van het aantal lagere scholen heeft ver oorzaakt of althans mogelijk gemaakt. Stellen wij het aantal scholen van einde 1929 tegenover dat op ultimo 1919 dan bijkt, dat in deze tien jaren niet minder dan 2115 scholen werden geopend. Voorzeker een enorm aantal voor een land als het onze. Te veel? Het is niet mogelijk dit met wiskundige zeker heid vast te stellen. Vooreerst hierom niet wijl volgens het stelsel van onze wet rekening moet worden gehouden met de godsdienstige en paedagogische richtin gen welke zich op schoolgebied openbaren. Voor uiterst geringe aantallen leerlingen woriennog openbare scholen in stand gehouden, voor een 40-tal kinderen kan (in onze kleinste gemeen ten) een bijzondere school worden gesticht. Aan een objectieven maatstaf kan de juistheid van deze minima niet worden getoetst. Of zij goed gekozen zijn kan wetenschappelijk niet worden vastgesteld. Maar dat is de eenige moeilijkheid niet. Zelfs indien in onze onderwijsorganisatie eens geen rekening werd gehouden met den voorkeur der ouders voor scholen van een bepaalden rich ting, zou het nog niet doenlijk zijn om een vasten norm aan te geven, volgens welken het juiste aantal scholen voor het geheele Rijk of een bepaalde gemeente statistisch kon worden bepaald. Immers daarvoor zou vast moeten staan welke schoolgrootte paedagoglsch en eco In een oogopslag had de goede man zijn be zoeker van den vorigen dag herkend. Hebt ge weer inlichtingen noodig, mijnheer? vroeg hij terwijl hij het bestelde bracht. Ja, mijnheer, wanneer ge zoo vriendelijk zoudt willen zijn, maar ge hebt het nu wat druk en ik heb volstrekt geen haast. Neen, neen, ik ben tot uw orders, mijn klan ten zijn bediend. Hebt ge in het huis dat tijdens de commune is afgebrand, ook een zekeren Servais Duplat gekend? De naam Servais Duplat scheen overal al een even slechten klank te hebben, want het .elaat van den koffiehuishouder betrok eensklaps. Servais Duplat, herhaalde hij. Ja dien heb ik ook gekend, tot mijn spijt. Hij was kapitein bij de communards en heeft mij voor minstens twee-honderd francs aan wijn en brandewijn afgedwongen. De „bons de requisition'' heb ik nog bewaard. O! dat was een gemeene schavuit Ik wou dat ik hem nu onder mijn handen kreeg Inderdaad, Servais Duplat stond overal even slecht aangeschreven, en geen wonder, hij had elk bestolen. En weet ge niet, waar die man gebleven is? vroeg Raymond. Neen dat weet ik niet^ maar ik denk wel dat hij gefusilleerd is, zooals hij het dan ook wel verdiend heeft, honderdmaal voor eens Gefusileerd Wordt vervolgd) t:

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1931 | | pagina 1