Hei Wiegekind
No. 3731
Maandag 16 Februari 1931
45ste Jaargang
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
mmiENme mma. Kameroverzicht
Ascbwoensdag.
Binnenland
Buitenland.
Uit ome Oost.
VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
FEUILLETON.
De Bedelares van
Saint-Sulpice.
DE ZEEUW
Bureaux van Redactie en Administratie
OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT
Telefoon 15 Telegramadres: Koerier
Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden,
of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling
Advertent iën 20 cent per. regelbij contract lager
ZEER KOOPKRACHTIGE
LEZERSKRING
UITSTEKEND GE8CHIKT
VOOR PUBLIOITEIT
Aschwoensdag Met een ceremonie van
ontróerenden ernst begint dan de j aarlijksche
tijd van boete en versterving. De kerk wijdt
de asch, waarmede zij onze hoofden bestrooit.
In de dagen toen het geloof der Christenen
nog sterker was dan in onzen tijd, legden zij
zich grootere boetplegingen op en toen begon
met Aschwoensdag de zware Kerkelijke boete
tijd, waarin de zondaars van de godsdienstige
gemeenschap bleven uitgesloten en in zak en
asch aan de kerkdeur moesten staan. Zoo had
ook immers de Heer zelf onze zondige voor
ouders uit het Paradijs gedreven en over hen
het oordeel uitgesproken: „Gij zijt stof en tot
stof zult gij wederkeeren". En al nam Hij ons
in Zijne oneindige liefde door den dood van*
zijn Zoon wederom in zijn genade aan, de weg
der boete bespaart Hij ons niet. En A heeft,
de Kerk die boeteoefeningen in den loop dei-
eeuwen heel wat verzacht, één ding kan zij
ons, zondaars, niet toegeven: wel behoeven wij
onze kleeren niet te verscheuren, maar ons
hart moet vermorzeld zijn, zoodat wij nederig
onze schuld bekennen en boete en kruis op
ons nemen; het kruis van den lichamelijkcn
dood en al het leed dezer aarde. Daarom huigen
wij op dezen dag ons hoofd, dat wij maar al
te vaak in zondigen trots omhoog hielden, en
wij laten het met asch bestrooien. De donkere
vlek, die de asch op ons voorhoofd maakt,
heeft den vorm van een kruis, het teeken van
verlossing en vergeving, die God aan geen tn-
kel rouwmoedig hart weigert.
Daarom klinkt ook de Introïtus van Asch
woensdag steeds weer als een triomflied. „Gij
ontfermt u over allen, o Heer, en verafschuwt
niets van hetgeen Gij gemaakt hebt en ziet
de zonden der menschen voorbij nm wille dei-
boetvaardigheid en Gij spaart hen, omdat Gij
de Heer onze God zijt". (Introïtus van Asch
woensdag).
Een eigenaardige gedrukte stemming
heerscht in deze dagen over ons land, ja over
de geheele wereld. Gelukkig de volkeren, die
de beproevingen aannemen en vrijwillig den
weg der boete en van het kruis willen gaan.
De aanstaande vastentijd zij tenminste voor
ons een tijd van rouwmoedige boete en op
offerende versterving, waarin wij niet alleen
voor eigen schuld voldoening brengen, maar
ook Gods genade verkrijgen voor de dwalende
broeders. Vóór alles zij onze Vasten gelijk aan
dien, welke de Profeet Isaïas in het Epistel
van Vrijdag na Aschwoensdag het volk Gods
voorschrijft: „Is dit niet veeleer een vasten,
dat ik verkies. Maak los de kwellingen der
goddeloosheid, ontbind de drukkende banden,
laat degenen, die verbrijzeld zijn, vrij, en ver
breek eiken last. Bied den hongerige uw biood
en breng behoeftigen en zwervelingen in uw
huis. Als gij een naakte ziet, kleed hem én
versmaad niet uw eigen vleesch".
24)
Juist toen hij dit bericht over geseind had
en Raoul en Raymond van het perron af zijn
kantoor binnentraden, rende van den anderen
kant een compagnie Uhlanen in volle vaart op
het station aan.
Raymond Schloss balde de vuisten van wcede
O mijn karabijn, had ki mijn karabijn maar
hier, bromde hij tusschen de tanden.
De abbé d,Areynes greep hem bij de hand.
Geen onvoorzichtigheid,mijn vriend, fluister
de hij hem toe, wij moeten voor alles Fenes
trates bereiken, denk daar aan.
Deze woorden deden de woede van den op
perwachtmeester bekoelen, hij zweeg.
De Uhlanen maakten zich meester van het
station, dat door niemand werd verdedigd.
Tegelijkertijd stoomde een trein van Gagny
het station binnen, met een regiment Beieren.
In een oogwenk werd het station bezet, de
telegrafist werd van zijn toestel gejaagd en
een Beiersche kapitein vroeg op ruwen toon
aan de beide reizigers:
Wat moet gij hier?
Tot antwoord haalde Raoul den brief aan
den koning van Pruisen en den aanbevelings
brief voor den graaf Von Bismarck uit den
binnenzak van zijn ambtsgewaad en vertoonde
deze brieven aan den kapitein, die de adres-
(Van onzen parlementairen medewerker.
Het crediet aan de aardappelmeelindustrie.
Wel soepel maar niet renteloos. Het vraag
stuk der werkloosheid. Een communist en een
socialist aan het woord.
Het wetje tot het verleenen van een crediet
van vier millioen aan de aardappelmeelin
dustrie is met algemeene stemmen, óp die der
twee communisten na, door de Kamer aange
nomen. Zooals we verwacht hadden, hield mi
nister Ruys de Beerenbrouck ten aanzien van
de kwestie dat een rente zou moeten worden
vergoed, voet bij stuk. Een volslagen rente
loos crediet zou al te noodlottige gevolgen voor
de schatkist na zich kunnen sleepen. Toen de
Minister had verklaard, dat hij het voorstel
niet in stemming brengen zou, wanneer een
amendement, beoogende het crediet renteloos
te verstrekken, zou worden aangenomen, werd
dit amendement ingetrokken. Overigens zegde
de Minister toe, dat de terugbetaling van het
crediet in redelijk verband zou worden ge
bracht met den prijs die voor het aardappel
meel zou kunnen worden gemaakt.
De beide laatste dagen van -de week heeft de
Kamer zich bezig gehouden met de lastige ma
terie van de werkloosheid. Twee interpellaties
waren hierbij gelijktijdig aan de orde; een van
den communist De Visser en één van den so
ciaal-democraat van den Tempel.
Bij de debatten bleek, dat het aantal werk-
loozen zoo ongeveer tusschen de 150.000 en
200.000 ligt, een getal waarin heel wat zorge
lijkheid ligt besloten.
De communist had een aantal middelen te
gen het werkloosheidsspook bij de hand. wel
ke, het hoeft nauwelijks gezegd, niet au
serieux kunnen worden genomen. Hij moest er
eens mee in Rusland komen, waar heelemaal
geen werkloozensteun meer bestaat, en de
werkloozen tot dwangarbeid worden wegge
stuurd honderden kilometers van hun woon
plaats.
De heer v. d. Tempel vatte de zaak rustiger
en ernstiger op. Hij bepleitte verhooging tot
een beperkt bedrag van de Steunuitkeering en
kwam er vooral tegen op, dat de vrouwen van
uitkeering zijn uitgesloten. Van verschillende
zijden werd hij, vooral in het laatste bijge
vallen.
Minister Ruys beleefde een soepele toepas-
iDgezontien Meoedeeling (10)
Moeders, geneest de gesmette I
deelen met Purol en houdt het I
huidje altijd droog I
met Purolpoeder I
nv/M Bdde ar,,kelen
sen las en nauwkeurig de zegels bekeek.
De vicaris van Saint-Ambroise zeide daarop:
Mij is een zending opgedragen voor den
Rijkskanselier van Pruisen, zooals gij ziet. Na
mens de leden van het Corps Diplomatique te
Parijs, moet ik deze missive zoo spoedig moge
lijk aan den graaf Von Bismarck ter hand
stellen. Wees zoo goed mij te zeggen, waar op
het oogenblik het hoofdkwartier van den ko
ning is.
De Beiersche officier voldeed niet aan het
verzoek van Raoul, maar vroeg, terwijl hij op
Raymond wees.
Wie is hij?
Mijn bediende.
De kapitein keek Raymond vol wantrouwen
aan, daarna wenkte hij een sergeant.
Deze naderde.
Breng die twee Franschen bij den generaal,
luidde het bevel.
De sergeant gaf een teeken aan de reizigers
en beval:
Volgt mij.
Raoul en Raymond volgden den sergeant
naar een der lokalen van het station, waar de
bevelhebber over de troepen, die Gagny bezet
ten, zijn kwartier genomen had.
Ook aan dezen deelde Raoul het doel van
zijn reis mede.
De generaal antwoordde
Het hoofdkwartier is te Meaux, daar zult ge
Zijne Excellentie graaf Von Bismarck en Zijne
Majesteit Koning Wilhelm vinden.
Maar, vroeg de abbé, zou ik, uit onderschei
ding voor de politieke zending, waarmee ik be
sing van de. regeling en zegde toe, dat wat
steunuitkeering aan vrouwen betreft we
hebben nog wel een 60.000 vreemde dienst
meisjes in het land elk geval op zich zou
worden bekeken.
Nog werd er op aangedrongen, dat voor zoo
ver de steunuitkeering hier en daar nog het
karakter van armenzorg draagt, dat karakter
er aan zou worden ontnomen.
De debatten zijn nog niet tot een einde ge
bracht. We weten nu eenmaal: werkloosheid
is een chapiter waarop ieder graag >:ijn richt
laat vallen.
Een verkeersdag ook in ons land.
Door den Bond van Vrijwillige Verkeersin-
spectiën in Neflerlgito}."'xrp Zaterdag 6 Juni
a.s. een algemeene*J^srkèersdag worden ge
houden. Deze dag zaHgeWfld zijn aan de be
vordering van een veilig verkeer in ons land.
H. M. de Koningin en de Prins aan het sterf
bed van een Kamerdienaar.
Te 's-Gravenhage overleed op 74-jarigen
leeftijd in het R. K. Ziekenhuis de heer J. C.
Moors, Kamerdienaar bij de Hofhouding van
H. M. de Koningin. Daags vóór zijn sterven
brachten Koningin Wilhelmina en Prins Hen-
Curtiss-vliegveld geslaagde proeven genomer
met een vliegtuig, dat zijn vleugels r.utoma-j
tisch in den vereischten stand brengt.
De piloot steeg zeven maal met dit toestel op
zette in de lucht den moter af, en liet. de ma-j
chine geheel aan haar" lot over. Het vliegtuig
daalde dan rustig op het landingsterrein.
De Paus in Nieuw-Zeeland gehoord.
De redevoeringen van den Paus en van Mar
coni zijn Donderdag in Nieuw Zeeland goed]
hoorbaar ontvangen.
Geweldige sneeuwval in Oostenrijk.
Vrijdagnacht is te Weenen zooveel sneeuw ge
vallen, dat het geheele verkeer erdoor ont
wricht werd. Twee-honde?d4èn-en-twintig
sneeuwploegen en duizenden sneeuwruimers
zijn Zaterdagochtend tewerk gesteld.
In de buitenwijken was het tramverkeer ge
heel stopgezet.
Ten gevolge vail den sneeuwval waren ver
schillende bovengrondsche elé-ithsche' leidin
gen soms geruimen tijd zonder stroom.
De spoorweg naar het Zuiden en naar Stier
marken is tot ver in beneden Oostenrijk drie
meter hoog dichtgesneeuwd. Op sommige plaat
.sen komen zelfs de sneeuwploegen niét voor
uit.
De sneltrein, na^vWoijae en Venetië en de
sneltrein Briëst^^lyn-jgghsedert Zacerdag-
morgen vijf uur ing&^EfflW De gdèSeren-
drik aan den trouwen dienaar nog een be- .v*
i treinen kunnen in hel géheel met rijden. In
het Noorden en op den Frans Josef-spoorweg
is men er.tot-nog toe in geslaagd, het verkeer
zonder groote storingen intact ie houden. Eeist
tegen den middag is de sneeuwval opgehouden
Hongersnood in Arkansas.
w urruii «v. De gouverneur van Arkansas heeft per .adio
personen zich naar de zaal waar de heer Moors een beroeP gedaan op de milddadigheid dei-
verpleegd werd. Om het bed schaarden zich I Amerikanen, om een millioen menschen, die
met de vorstelijke personen de echtgenoote en j ^egens droogte in hongersnood verkeeren, te
helpen.
zoek. De „Rbd" meldt hieromtrent de volgende
bijzonderheden:
De vorstelijke personen, die geheel onopge
merkt de stichting betraden, werden aldaar
door den geneesheer-directeur dr. ten Berge
en door de Eerw. Moeder Overste ontvangen.
Onmiddellijk daarop begaven de Vorstelijke
den zoon, fr. Moors S.J., benevens de parochie
pastoor de Z. E. heer J. A. Annegarn, die toe
valligerwijze aanwezig was.
Alhoewel zich bij den zieke cle teekencn van
een naderend einde begonnen te vertoonen,
heeft deze H. M. de Koningin, die hem op de
meest hartelijke wijze toespraak, nog goed kun
nen verstaan en begrijpen.
In ontroerende taal heeft H. M. de Koningin
den trouwen dienaar gedankt voor alles wat
de heer Moors aan wijlen H. M.'s vorstelijken
vader gedurende diens ziekte had gedaan en
ook voor de trouwe diensten am H. M. per
soonlijk bewezen.
De sympathieke woorden van de Lands
vrouwe tot haren stervenden dienaar gericht,
maakten op alle aanwezigen een diepen in
druk.
Het bezoek van de beide vorstelijke perso
nen duurde ongeveer een kwartier.
Een vliegtuig dat niet verongelukken kan.
Naar Reuter uit New-York seint, zijn op hel
last ben geen gebruik mogen .naken van een
snelle reisgelegenheid?
Ik zal u machtiging verleenen om plaats te
nemen in den trein, die ons hier gebracht
heeft en die naar Meaux terugkeert om nieuwe
troepen te halen.
XIV.
Een half uur later reed de ledige trein terug
en nam den abbé d'Areynes en Raymond
Schloss mee naar Meaux. Daar moesten zij zoo
spoedig mogelijk trachten een vrijgeleide te
krijgen voor hun reis naar Fenestranges.
In het spoorwegstation te Meaux moesten de
jonge priester en zijn reisgenoot een scherp
verhoor ondergaan, voordat hun vergund weid
het stationsgebouw te verlaten en zich naar
het stadhuis te begeven, waar het hoofdkwar
tier zich gevestigd had.
Straten en pleinen waren afgezet door infan
terie en cavalerie en overal zag men kanonnen,
fourrage- en ambulancewagens.
Op alle punten van de kleine stad, aimers
zoo stil en rustig, heerschte een groote drukte.
Niet dan na veel moeite bereikten Raoul en
Raymond het stadhuis, want telkens werden
zij op hun weg door schildwachten aangehou
den en moesten zij op de vragen van luite
nants en onderofficieren antwoorden.
Voor het stadhuis bleef Raymond Schloss
eensklaps staan tegenover een man, die de
uniform droeg van officier van gezondheid.
Deze maakte eveneenshalt en"toen hij den
opperwachtmeester aanzag kon hij een gebaar
Hij verklaarde, dat onmiddellijke hulp drin
gend gewenscht is, om te voorkomen, da.t velen 1
van deze menschen van den honger sterven.
De toestand is allerverschrikkelijkst. Het vee
sterft langs de wegen en de gezinnen zijn zon
der voedsel.
Tot nog toe werden 7716 duizend dollar voor
het Roode Kruis-fonds geschonken.
Vliegtuig met vijf inzittenden vermist.
Het toestel van de K. N. I. L. M. yan den
dienst Batavia-Medan vertrok norm lal uit
Palembang, doch arriveerde niet te Pakan Ba-
j roe, terwijl na passeering van de hoofdplaats
Djambi, hetwelk op groote hoogte geschiedde,
geen bericht werd ontvangen. Piloot van het
vliegtuig is de heer Schott, mecanicien de heer
Veen. Het toestel vervoert drie passagiers nl.
de heeren Middelkoop, burgemeester van Pe-
kalongan, Hovestad, hoofdopzichter van Gou-
vernements Bedrijven en Lettinga die te Medan
op de mailboot zou stappen.
van verwondering niet onderdrukken.
Ik vergis mij niet! riep de Lot ha ringer uit,
de officier van gezondheid, dokter Blasius
Wulff
Een gij, antwoordde de Beier, die hem even
eens herkende, zijt de opperwachtmeester \an
den graaf d'Areynes, dien ik op het kasteel
Fenestranges heb behandeld.
De vicaris bleef ook staan en zag .>rol be
langstelling naar den officier van gezondheid.
Juist dokter, antwoordde Raymond Schloss.
Hoe komt gij hier te Meaux? is de graaf
d'Areynes dood?
Toen ik van Fenestranges vertrok leefde
mijn geëerbiedigde meester nog en op, zijn be
vel ben ik naar Parijs vertrokken er zijn
neef, mijnheer den abbé Raoul d'Areynes, vi
caris van Saint-Ambroise te gaan afhalen,
dien hij wilde spreken.
Raymond Schloss wees naar dep jongen
geestelijke, die den dokter beleefd groette.
Nadat Blasius Wulff den groet van Raoul be
antwoord had, zeide deze:
Alvorens ik naar Fenestranges kan gaan
waar mijn oom mij wacht, moet ik aan den
graaf Von Bismarck een brief ter hand stellen
van den pauselijken nuntius, in naam van het
Corps Diplomatique te Parijs en om mij van
deze zending te kwijten, begaf ik mij naar het
stadhuis te Meaux.
Maar de graaf Von Bismarcx is niet te
Meaux, mijnheer de abbé, zeide de officier van
gezondheid.
(Wordt vervolgd).