No. 3723 Woensdag 28 Jannari 1931 45ste Jaargang NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Eerste Blad. Het Communisme of Socialisme. POSTREKENING Ho. 52419. F E U I L L E T O N. De Bedelares van Saint-Sulpico. Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN. DE ZEEUWSCHE KOERIER Bureaux van Redactie en Administratie OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT Telefoon 15 Telegramadres: Koerier Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden, of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling - Advertent iën 20 cent per regelbij contract lager ««R.kKW°.NO',^ht"I VERSCHIJNT ELKEN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND VOOR PUBLIOITEIT Tusschen communisme en socialisme be staat slechts verschil van methode, van de manier, waarop het doel moet worden bereikt. Beider doel is gelijk. Zij staan op het stand punt van de menschelijke gelijkheid. Op dien grond willen zij alle goederen maken tot eigendom van de gemeenschap. De gemeenschap regelt dan de voortbrengst en den arbeid en geeft ieder naar behoefte. Dit stelsel berust op eene materialistische of bloot-stoffelijke opvatting der geschiedenis. De redeneering is deze alles is stof en dus vergankelijk. Dit stoffelijke is in voortdurende beweging of ontwikkeling. Het verandeit ook de geestelijke gesteldheid, de begrippen van den mensch. Zijn opvattingen zelfs over den godsdienst. Het verwekt en vernielt de op elkaar volgende vormen van volkshuis houding, waarin verschillende klassen in voortdurenden strijd verkeeren. Hiervan moeten de menschen bewust worden gemaakt. Vooral de misdeelden, die men zoo sterk mogelijk moet vereenigen, om hen sterker te doen staan in dien klassen strijd en dus het ontstaan te verhaasten van een volkshuishouding op den grondslag van gemeenschappelijk bezit. De socialisten willen dit geleidelijk er, zooveel mogelijk met wettige en normale middelen bereiken. Zooveel mogelijk; want onder bepaalde omstandigheden willen zij geweld niet uitsluiten. Maar de communisten verwachten slechts heil van de revolutie. Vandaar dat zij ook fel moeten ingaan tegen de socialistische organisaties en werkwijze, die zij beschouwen als hinderpalen op hun weg. De socialisten, die hun standpunt moeten verdedigen, staan natuurlijk even fel tegen de communisten. Natuurlijk niet allen. Nu de communisten er in geslaagd zijn, een grooten staat als Rusland te veroveren en, vandaaruit geleid en gesteund, ook sterker zijn geworden in andere staten, brengen zij een deel der socialisten deze noemen zich links-socialisten* in hun vaarwater. Het communistische of socialistische stelsel wordt nu dus toegepast in Rusland. Reeds meer dan 12 jaren lang. Men kan er nu over oordeelen. Gemakkelijk toe te passen is dit stelsel niet. Dit staat reeds vast. In die 12 jaren 16) Vrees niets, oom, Henriette is een d'Areynes, het bloed van een geheel geslacht eerbare vrou wen vloeit door haar aderen en dat oloed ver loochent zich niet. Gij zijt een optimist, Roual. Ik heb het leven bestudeerd, ik ken de harts tochten, het ongeluk, de overdrijving de dwaas heden en de ondeugden zoowel als ik 't geluk en de deugden ken. Welnu, ik geloof niet dat een meisje uit een eervol geslacht, die het hart hoog draagt en wier gemoed rein is, kan wan kelen, zelfs nfct uit onvoorzichtigheid. Ik heb u gezegd wat ik te zeggen had, beste oom, het is thans aan u te handelen. Met deze woorden eindigde het gesprek. De abbé d'Areynes verwijderde zich en liet den graaf zeer slecht geluimd en in eene ern stige verlegenheid die de liefde van Henriette hem veroorzaakte achter. Het verleden van Gijlbert Rollin scheen hem verdacht toe, hoe wel hij het slechts oppervlakkig kende. Hij liet Henriette roepen en sprak openhar tig met haar. Het meisje, dat van haar neef het een en ander had vernomen voordat deze het paleis Verliet, was op dit gesprek voorbereid en maak te er zich niet ongerust over. DE IJSOOGST. Groote brokken natuurijs worden uitgehakt om voor den komenden zomer te worden geconserveerd. zijn immers reeds verschillende manieren beproefd en mislukt. Het plan, waaraan men nu bezig is, is nog maar drie jaren oud, en nu reeds wordt van verschillende zijden bericht, dat ook dit plan mislukken moet. Voor den arbeider ts het stelsel ook geen «verlossing» gebleken. Integendeel. Het geheele stelsel moet natuurlijk berusten op arbeidsdwang. Zooals de arbeid van één centraal punt uit geregeld wordt, moet hij ook worden uitgevoerd. De vrije keuze van arbeid kan maar tot zekere hoogte worden gehandhaafd en vrije keuze van werkgever is er niet meerwant alleen de staat is werkgever. In vele opzichten kan men in Rusland gunstig werken. Men heeft er grondstoffen in eigen bodem men kan ook profiteeren van de nieuwste uitvindingen, men beschikt over het geheele kapitaal der gemeenschap Zij lu^terde naar haar oom en haar gelaat teekende meer ontroering dan zij in werkelijk heid gevoelde, want zij wist zeker, dat haar oom ten slotte wel zou toegeven. Toen de graaf langen tijd gesproken had. gaf zij slechts dit antwoord: Ik bemin hem. Weet ge wel eens of hij verdien: bemind te worden? .Hij verdient het, omdat ik hem bemin. Mijn hart kan mij n\et bedriegen. Gilbert Rollin heeft allerlei dwaasheden be gaan. Hij heeft gedaan wat alle jongelui doen, wan neer zij niemand hebben, die hen leidt. Hij heeft een losbandig leven geleid. Des te beter. Waarom? Omdat hij dan eerst recht het kalme leven aan de zijde van eene echtgenoote, die hem liefheeft, naar waarde zal kunnen schatten. Hij heeft het vermogen, dat zijn vader hem heeft nagelaten, tyi korte tijd verkwist. Dwalingen van het verleden zijn een waar borg voor de toekomst. Zonder twijfel heeft mijnheer Rollin misstappen begaan, maar die zijn vergeeflijk, daar ze zijn eer onaangetast gelaten hebben. Gij kunt niet ontkennen, dat hij een man van de wereld is, een man die zich weet voor te doen en die in niets gelijkt op de jongelu'/ van tegenwoordig die op hun twin tigste jaar er al als grijsaard uitzien en wier geest even zwak is als hun gezondheid. Mijh- heer Rollin, ten minste, is flink en verstandig. en sluit de grenzen voor alle voortbreng selen uit het buitenland, die in eigen land kunnen worden vervaardigd. Indien het stelsel, ondanks al deze voor- deelige omstandigheden, toch mislukt, dan is het wel duidelijk bewezen, dat het niet houdbaar is. Dit was te voren ook wel te voorzien. Het uitgangspunt van do gelijkheid, is reeds valsch. De menschen zijn nu eenmaal niet gelijk, noch volgens de krachten van het lichaam, noch volgens de krachten van den geest. Mede hierom moet ook een alge- meene leiding der productie volgens een be paald systeem, en uitgevoerd door ambtenaren van den staat, vanzelf tot gevolg hebben, dat le niet alle menschelijke krachten tot haar volle recht komen en dikwijls worden onder drukt en 2e dat er ontstaat iets was men neemt „bureaucratie" eene ontzaglijke schrijverij). Zoo b.v. is reeds bekend, dat groots geesten, die de welvaart van Rusland hadden kunnen bevorderen, over de grenzen jijn gejaagd of vermoord, zelfs bij duizenden, omdat zij zich niet wilden of konden onderwerpen aan minder bekwame, soms geheel onbekwame leiders. En ook is bekend, dat nu reeds in het gesociali seerde landbouwbedrijf van Rusland, niet min der dan ruim 200,000 kantoorbedienden zijn, niet om landbouwarbeid te verrichten, maar om voor dien arbeid te schrijven, te rekenen en te cijferen! Dat zijn dus even zooveel men schen meer, die nu eten moeten van de op brengst der landbouwvoortbrengselen. En zco gaat het dan in ieder bedrijf. Dat kan dus nooit een voordeel zijn voor de arbeiders en voor de gemeenschap. H. Waartoe heeft hem dat gediend, daar hij nooit van zijn kracht en zijn verstand gebruik heeft willen maken? vroeg de graaf. Hij heeft ten minste ondervinding opgedaan. Trouwens, ik ben geen kind meer, ik zal mijn echtgenoot weten te leiden. Met teedere, vleiende stem voegde Henriette er bij, terwijl zij de armen om den hals van haar oom sloeg en -hem op beiden wangen kuste: En dan ik bemin hem, mijn lieve, beste oom, ik heb hem mijn hart, mijn liefde geschonken, zonder hem zou ik ongelukkig zijn en gïj wilt mij toch niet ongelukkig maken want gij hebt mij bief, zooals mijn vader mij zou liefgehad hebben. Welk karakter, hoe standvastig dan cck, zou aan die liefkoozing weerstand kunnen bie den? Het misnoegen van den graaf d'Areynes ver dween onder de kussen van Henriette. 't Is goed, 't is goed, zeide hij met aangedane stem. Ge zijt een kleine heks en ge doet met mij al wat ge wilt. Wanneer het verkeerd af loopt dan wasch ik mijn handen in onschuld. Ik zal mijnheer Rollin ontvangen. X. Drie dagen na het familietafereel, dat wij hel- ben meegedeeld, liet Gilbert Rollin, die op de hoogte was gesteld van hetgeen er tusschen den vicaris van Saint-Ambroi.se en den graaf d'Areynes, tusschen Henriette en haar oom be- Een vooruitstrevend middenstander leest DE MAASBODE. sproken was, zich in het paleis in de rue de Vaugirard aandienen, ten einde aanzoek te doen om de hand van Henr otte d'Areynes. Graaf Emmanuel, wien de de gedachte aan het vertrek van zijn nicht, na het vertrek van zijn neef, waardoor een leegte om hem zou ont staan en hij zijn laatste jaren in eenzaamheid zou moeten doorbrengen, zeer ongelukkig maak te, die bovendien zeer ongerust was over het geluk en de toekomst van het meisje, ontving Gilbert met een verlegenheid en een koelheid die hij niet trachtte te verbergen Nadat het gesprek eerst over eenige alleröaagsche be leefdheidsvormen had geloopen, hoorde hij hoofdschuddend het aanzoek van den jobgen man aan en deed daarna eensklaps, bijna zon der inleiding, de ernstige vraag, welke waar borgen hij kon geven voor de toekonïst van Henriette, zonder daarbij te vet helen dat het onstuimige verleden van den jongen man hem ongerust maakte over het lot van Henriette. Gilbert had deze ontvangst verwacht en er zich dus op voorbereid. Hij boog het hoef i met inderdaad treffend berouw, onder den stort vloed van verwijten, waarmee de graaf d'Arey nes hem overstelpte en hij wist met zooveel behendigheid te antwoorden, erkende zijn mis slagen zoo openhartig zonder te pogen die te verzachten en toonde zooveel schijnbaar op rechte spijt, dat graaf Emmanuel zijn toorn voelde bedaren en dat de bittere woorden eens klaps op zijn lippen bestierven. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1931 | | pagina 1