De Zeeuwsche Koerier ilfosiisdag 3 Dqc. 1930 Tweede Blad. Landb en Deeleelt Het Geheim van den Voddenraper. FEU I LLETON. van *5e üaargang. No. 3700 Wat elke maand te doen geeft. (Ie helft December) In moes- en bloemtuin, kelder en keuken. Nadruk verboden. Indien de vorst het niet verhindert dan wor sen in den laasten tijd, waar de grond het toe laat, daartoe niet te nat is. vruchtboomen ge- >lant, misschien wel een heele boomgaard aan gelegd. In 't laatste geval is 't noodig dat een radica- e grondbewerking voorafgaat, d.w.z. dat de ge heele oppervlakte gediepspit of diep geploegd vordt. Is it gedaan dan behoeven we nu de plantgaien slechts zóó groot te maken, dat do wortels van de ie planten boornen er in opge- lomen kunnen worden. Bij het plaatsen van de erste rij nemen we weer de noodige org voor ien juisten afstand in acht; alle andere af tanden toch zullen uit deze eerste rij bepaald worden. Behalve dat we op den juisten afstand etten, zorgen we er voor, dat de boom na cle planting niet dieper komt te staan, dan hij :^n de kweekerij gestaan heeft. Aan eiken boom is vrij gemakkelijk te zien, hoe diep hij oorspronke ijk stond. We maken den bodem van het plant- at in het midden een weinig hooger dan aan de kanten, en plaatsen den boom juist midden p d'je verhevenheid waardoor het ons mogelijk wordt de wortels naar alle zijden gelijkelijk te verdeelen. Bij het inbrengen van den grond zor gen we er voor, dat deze vooral goed tusschen 'e wortels komt; holten tusschen de wortels mogen in geen geval gelaten worden. Door den •oom voorzichtig te schudden, zonder deze ech er daardoor naar boven te trekken, komt de rond gemakkelijk tusschen de wortels Zser verkeerd is, het, om indien we bij het aanvul- on van het plantgat bemerken dat e boom te cleip zal komen, deze dan omhoog te trekken. Hoe regelmatig we ook de wortels verdeeld heb ben, door dit optrekken brengen we vooral de lunnere wortels naar elkaar toe, waardoor ze n veel minder gunstige conditie komen. Nadat het plantgat aangevuld is, wordt de aarde rond clen boom aangetrapt, we brengen daardoor de wortels in innige aanraking met de aarde, die ze omgeeft In den bloementuin vooral m kleine tuinen, de we vanuit onze woonkamer geheel of voor het grootste gedeelte overzien, zijn de kale perken 'swinters dikwijls hinderlijk voor iet oog. Hoeveel genot de met bollen beplante vakken ons ook in het voorjaar beloven, gedu rende den winter zijn en blijven het voor lan gen tijd plekken van zwarte aarde. Zelfs de Silenen, Vergeetmijnieten,, madeliefjes en der- •elijke vroege bloemplantjes zijn, eenmaal op oeden afstand uitgeplant, nog zoo klein, dat :e het perk bij lange na n et vullen. Men be rgt vaak de bollenperken met sparretakken. Pen aardiger aanzien nog krijgen dergelijke akken, als wij er de takken, en dan niet te root, rechtop in steken. Ook Hulsttakjes loe ien zich hiervoor uitstekend. Op paden en ooral op breedere wegen, waar gereden wordt, vormt zich bij vochtig regenachtig weer een modderige laag, die het loopen onaangenaam naakt. Dezen modder schrappen we zorgvul- g af, en brengen het vuil op een hoop. Droog eworden, is het een uitstekend materiaal, om 143) Naar het Fransch van RAOUL DE NAVERY. Gedwongen boetedoening. Sinds den dag, waarop Aurillac aan Nerval zijn waren naam bekend gemaakt had alsme- io de straf waartoe hij hem veroordeelde, had er een geheele omkeer in de manieren van den fabrikant plaats gehad. Hij vertoonde zich nog wel in zijn fabriek gelijk voorheen, maar stelde geen belang meer in de werkzaamheden en het het beheer van alles geheel aan de meester knechts en de opzichters over. De eerste ongelukkige, dien Nerval, op last van Aurillac moest bijstaan, was Christiaan Moureau. Nerval gaf de vergunning hem zoo dikwijls in de fabriek toe te laten, als hij zou verkiezen en hem dn alles zijn gang te laten gaan. Op zekeren morgen bracht Regina, zijn doch ter, hem er heen, toen de werklieden reeds lang begonnen waren. De arme zinnelooze dwaalde overal rond, elk voorwerp met een zekere kinderlijke nieuws gierigheid beschouwende en aan den hem ver gezellenden opzichter vragend, waartoe het moest dienen. Van lieverlede scheen er een DE RUÏNE. Tengevolge van een verzakking in den spoordijk is de sneltrein Parijs-Nantes, bij Oudon, ontspoord, waardoor de locomotief, de bagagewagen en eenige personenwagens in volle vaart in de Loire st ortten. OPEN VOOR HET SNELVERKEER. De openingsplechtigheid van den nieuwen auto-weg voor snelverkeer, hoog boven de straten van New- York West, met politie-parade en muziek. flauwe her.',tinering bij hem te ontwaken. Op verzoek van Regina liet men den zinne looze alleen zijn wandeling voortzetten, terwijl het meisje hem in het oog hield. Langzamer hand scheen hij de voorwerpen te herkennen, waarvan hij zoolang gescheiden was geweest; hij haalde papier, potlood en zinken wieletjes uit zijn zak en begon weder met zijn bereke ning en schetsen, alsof vijftien jaren lijden zijn studiën niet onderbroken hadden. lederen dag werd hij naar de fabriek ge bracht en was daar blijkbaar gaarne, want in plaats van geplaagd te worden door zijn kame raden, die vroeger met hem den spot dreven en er een boosaardig genoegen in schepten, zijn berekeningen in de war te brengen, zag hij rondom zich slechts menschen, die bereid wa ren hem van d jenst en in het een of ander be hulpzaam te zijn. Zonder dat hij er naar vroeg, vond hij onder zijn bereik de gereedschappen en materialen waaraan hij behoefte kon heb ben. Bij zijn thuiskomst verbeterde Regina de gebrekkige schetsen en berekeningen, die hij mede bracht en wanneer hij dan z'n bedoeling zoo juist weergegeven zag, legde hij daarvoor 'n bijna kinderlijke blijdschap aan den dag. le deren dag nam hij hoewel nauwelijks merkbaar in beterschap toe, en de dokter gaf alle hoop op een volkomen genezing nipt op. Op zekeren morgen verscheen mevrouw Gram burg vroegtijdig in het dakkamertje van Regina Zij had een rol papier onder den arm. Hoor eens, zegde zij tegen Regina. gij kunt mij een zeer grooten dienst bewijzen. Mijn echt genoot, die zich, gelijk gij weet veel met werk tuigkunde bezig houdt, verlangt eenc nauw keurige kopie van dit handschrift, doch er is zeer veel haast bij. Tot meerdere zekerheid en uit vrees dat èr bladzijden van dit kostbaar handschrift verloren zouden kunnen gaan wil de hij dat gij bij ons thuis kwaamt om het af te schrijven, doch ik heb het zonder zijn we ten uit zijn kamer weggenomen om het hier te brengen. Hij moet tengevolge van een verkoud beid te bed blijven, en zal dus niet gewaar wor den dat het weg is. Zorg echter dat het spoedig gereed is. Mevrouw, gaf Regina ten antwoord, ik kan u niets weigeren, want de goedheden, welke gij mij bewezen hebt, geven u recht op al mijn tijd. Ik zal oogenblikkelijk beginnen en hoop binnen vier dagen rnet, mijn arbeid gereed te zijn, als er ten minste niets in den weg komt. En dan zal ik daar honderd francs voor be talen, beste Regina. Wil ik ze vooruit betalen? Ik dank u, mevrouw; ik bijna rijk ik spaar geld over. De vrouw van den geleerden Gramburg ver wijderde zich en Regina zette zich aan haar werktafel. Vermoeid door arbeid van den vorigen dag, lag haar vader in het aangrenzende kamertje gerust te slapen. Een zacht gekrabbel aan de deur kondigde Regina de komst van den looper aan. Mejuffrouw, kan ik ook soms boodschappen voor u doen voor ik naar vader Grappin ga? vroeg hij. Hier is een franc, antwoordde Regina, gij zoudt mij genoegen doen met wat brood, melk en vruchten voor mij te halen. Binnen weinige minuten was de looper te rug en terwijl hij het gehaalde op tafel zette, viel zijn oog op het vuile handschrift dat zij begonnen was over te schrijven. Zie! riep hij uit, dat is aardig! daar heb ik kennis aan. Dat geloof 'k niet, merkte Regina op, men heeft het mij zooeven gebracht. Dat is wel mogelijk! maar ik verzeker u, dat het in den winkel van vader Grappin gelegen heeft, onder het scheurpapier. En het bewijs dat ik de waarheid spreek is deze gothieke G op den rug, de stempel van van het huis. Ge loof mij, ik vergas mij niet gemakkelijk Dat is vreemd; mijn beschermster heeft het mij nog geen half uur geleden gebracht en er .lij, en er mij, als een kostbaar iets, de grootste zorg voor aanbevolen. Het kan werkelijk bij toeval iets kostbaars zijn. Wat vader Grappin bij het pond inkoopt verkoopt hij stuksgewijze. Ik heb u immers vroeger al eens verteld, welk raar soort van klanten wij hebben, die altijd in onzen winkel onder den ouden rommel zoeken of er niets vari hun gading bij is. Wie weet of dit niet het werk is van den een of anderen armen drommel, die onder zijn taak bezweken is en van den echt genoot uwer weldoenster zonder het te weten zijn erfgenaam zal maken. Van mijnheer Gramburg? De loopjongen barstte in een schaterlach uit. Mijnheer Gramburg! Die ken ik? een oud manneke, die telkens den winkel van vaderg Grappin het onderste boven haalt en in alle

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1930 | | pagina 5