No. 3685
Woensdag 29 October 1930
45ste Jaargang
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Het Gefaeim van den
Voddenraper.
Binnenland
Buitenland
ProvincienieuiDs.
i
VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
POSTREKEMINB Ho. 52419.
Aartsbisschoppelijken Oproep tot
steun aan den Middenstand.
(9)
9
DE ZEEUWSCHE KOERIER
Bureaux van Redactie en Administratie
OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT
Telefoon 15 Telegramadres: Koerier
Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden,'
of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling
Advertent ion 20 cent per regel, bij contract lager
ZEER KOOPKRACHTIGE
LEZERSKRING
UIT8TEKEND GESCHIKT
VOOR PUBLIOITEIT
De aartsbisschop van Freiburg heeft kort
geleden in het kerkelijk blad voor mededee-
lingen aan de onderhoorigen van zijn aarts-
diocees, een dringend verzoek gepubliceerd tct
ondersteuning van den handeldrijvenden en
nijveren middenstand.
Om wille van het belang der zaak ook vcor
ons land, alsmede wijl wij van oordeel zijn,
dat van het betreffende stuk mede door onze
kath. middenstandsorganisaties een nuttig ge
bruik kan worden gemaakt, laten we hieronder
den hoofdinhoud der aartsbisschoppelijke pu
blicatie in Nederlandsche vrtaling volgen.
„De economische nood van den handeldrij
venden en nijveren m'fidenstand, zoo zegt de
aartsbisschop, is evenals bij andere standen
onder den invloed der huidige algemeene
crisis vaak zoo hoog gestegen, dat buitenge
wone hulpmaatregelen volkomen op hun plaats
zijn.
De economische ruïneering van den midden
stand ware niet enkel ipi sociaal, doch even
zeer in zedelijk en godsdienstig opzicht te be
treuren.
Dit heeft ons er toe gebracht, de katholieken
in 't algemeen, doch heel bijzonder de katho
lieke organisatie's en instellingen aan te spo
ren bij den aankoop van benoodigdheden. zoo
wel als bij het doen uitvoeren van werkzaam
heden, vóór alles den plaatselijken handeldrij
venden en nijveren middenstand in aanmer
king te doen komen. Bizonderlijk wijzen we
daartoe op de navolgende punten:
1. De groote warenhuizen breiden niet alleen
in de groote steden zich aldoor verder uit,
maar vestigen zich ook in kleine steden en
veroorzaken dikwijls, zoowel hier als ginds, de
scherpste concurrent^ aan oud-gevestigde
zaken.
Bij zoo'n noodtoestand is het de sociale
plicht van allen, die belang stellen in het voort
bestaan van den zelfstandigen kleinhandel,
diens moeizaam worstelende ondernemingen,
niet ter wille van een gering voordeel in den
steek te laten, maar integendeel juist nu de
velerlei benoodigdheden van hem te betrekken.
2. Op niet minder gevoelige wijze worden de
plaatselijke kleinhandelaren vaak benadeeld
door de talrijke groote verzendhuizen, die over
al in dagbladen en tijdschriften hun waren
aanprijzen, alsmede door venters, die vaak in
dienst van groote ondernemingen, van huis tot
huis gaan om hun waren aan den man te
brengen.
Niet ten onrechte wijzen de plaatselijke mid
denstanders er op, dat meermalen voor liefda
dige en kerkelijke doeleinden een beroep wordt
gedaan op hun offervaardigheidMaar dan
gaat 't ook niet aan, hen, bij den aankoop van
benoodigdheden, zonder genoegzame reden,
ten gunste van buiten-firma's voorbij te loo-
FEUILLETON.
Naar het Fransch van
RAOUL DE NAVERY.
130)
Het kin dis hersteld, ten hoogste dankbaar
,voor de aan hem gewezen weldaden,, en doet
zijn uiterste best om zich verdienstelijk te ma
ken bij z'n weldoeners; ik zal er met Gods hulp
een braaf jongeling van maken. Maar tegen
één die gered is, hoeveelen blijven er niet onder
het juk, blootgesteld aan de gruwzame mishan
delingen, opgebracht ijn ongeloof en zedeloos
heid, om later een plaag te worden voor de
maatschappij?.
Ik zal er aan denken, betuigde Nerval
Gij begrijpt mij nn, hernam Aurillac, ik laat
u uw goeden naam, ik laat u de algemeene ech
ting behouden, voor allen blijft gij Nerval, de
millionnair, en men zal spoedig zeggen: „Ner-
yal, de weldoener der armen"; maar dat ver
mogen, waaraan gij zooveel waarde liecht, be
hoort u sinds dit oogenblik niet meer toe; ik
zou het kunnen opeischen als vergoeding loor
het mijne, maar ik vermaak het aan den arme
Zied^br de eenige straf, die ik u opleg; gij
hebt tot dusverre kwaad gedaan, gij zult voor
taan goed doen. Gij zult arm zijn te midden
yan uw rijkdom; uw handen zullen voortdu
rend geopend zijn voor de aalmoes en gij zult
pen.
3. Ook den ambachtspatroons en klein-nij-
veren doen de groote ondernemingen vaak een
scherpe concurrentie aan.
Toch zijn ook kleine en midden-groote hand
werks- en uijverheidsondernemingen veelal In
staat, de vereischte werkzaamheden deugdelijk
en tegen billijken prijs uit te voeren. z
Bovendien kunnen opdrachten in kleinere
deelen worden gesplitst de plaatselijke am
bachtsnijverheid naar zoo breed mogelijken
omvang in de uitvoering er van te betrekken.
4. Niet zelden wordt geklaagd over meniger
lei economische handelingen van katholieke
vereenigingen, corporaties en instellingen, wel
ke door den handeldrijvenden en industrieelen
middenstand als nadeelige concurrentie wor
den gevoeld.
Wij mogen niet verzuimen, ook in dit ver
band alle betrokken instanties dringend te ver
zoeken, bij haar economschen arbeid, zooveel
als maar eenigszins mogelijk is rekening te
houden met den huid gen noodtoestand van
den handeldrijvenden en industrieelen mid
denstand en alles na te laten, wat niet vol
strekt noodig is, om de betreffende institu
ten in stand te houden.
5. Men late ten slotte de leveranciers niet
wachten op betaling.
Wij hopen, dat in deze zware economische
crisis, zoo besluit de aartsbisschop, onze op
roep om hulp voor den zelfstandigen midden
stand niet onverhoord zal blijven. Te minder
wijl tegenwoordig ook de kleine koopman en
ambachtspatroon, wegens zijn algemeene en
vakkund:ge ontwikkeling, zeer wel in staat is
en er bovendien hoogen prijs op stelt, de recht
matige verlangens zijner clientele volkomen te
bevredigen. (Middenstandskvantj
Onderzoek prijsbeweging.
Op verzoek van den Minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid hebben de heeren prof.
H. A. Kaag, te Tilburg en prof. dr. N. .1. Polak
te Rotterdam zich berejd verklaard een onder
zoek in te stellen naar de oorzaken, welke de
beweging der kleinhandelsprijzen doet afwij
ken van die der groothandelsprijzen en naar
de grootte dier afwijking.
De nieuwe burgemeester van 's-Gravcnhage.
De Staatscourant heeft het Kon. Besluit ge
publiceerd, waarbij met ingang van 1 December
a.s. jhr. mr. dr. L. H. N. Bosch Ridder van
Rosenthal Jjg benoemd tot burgemeester van-
's Gravenhage, met toekenning van gelijktij
dig eervol ontslag als burgemeester van Gro
ningen.
Overstroomingen in Smyrna.
De omgeving van Smyrna is door hevige
overstroomingen geteisterd.
voortgaan met werken, teneinde in staat te
zijn onafgebroken de noodige hulpmiddelen
te verschaffen voor de ongelukkigen, die ik
naar u verwijzen zal. En, geloof mij, niemand
zal zich over die verandering verwonderen
men zegende reeds den naam van Angelie,
voortaan zal ook de uwe gezegend worden!
Maar dat verdien ik niet, ik heb er geen
recht op! riep Nerval uit.
God zal u in de gelegenheid stellen, zulks in
werkelijkheid te verdienen, hervatte Aurillac
plechtig. Gij spraakt mij van wroegingen, gij
kunt berouw gaan gevoelen. De wroeging is
een straf Gods, die op de misdaad volgt, het
berouw is het persoonlijk leedwezen, dat wij
gevoelen kwaad bedreven te hebben. Ik weet,
dat gij sinds het oogenblik, terwijl gij onder
den angst voor een vreeselijke aanklacht ge
bukte gaat, het beoefenen van weldadigheid
zult beschouwen als een straf, nog niet ge
rangschikt onder die, welke men aan groote
misdadigers oplegt. Maar wat ik, zwak mensch,
niet vermag, verwacht ik van God, die de lank
moedigheid en de kracht bezit. Onderwerpt gij
u aan dit vonnis?
Ik onderwerp er mij aan, antwoordde Ner
val.
En zult gij gehoorzamen?
Des te spoediger, daar gij iji het bezit blijft
van den brief, door mij aan Camourdas ge
richt, hervatte Nerval. En mijn dochter? liet
hij er op volgen, terwijl hij Aurillac smeekend
aanzag.
Uw dochter huwt Maximiliaan.
Gij veroorlooft
Volgens de laatste berichten zijn 70 perso
nen om het leven gekomen, terwijl er ongeveer
700 huizen ingestort zijn.
De schade zou minstens 100 millioen francs
bedragen.
Provinciale Staten van Zeeland.
Voor de op 11 November te openen tweede
gewone zitting der Provinciale Staten van
Zeeland verschenen de volgende stukken:
Uitbreiding kanaalhavens te
Ter Neuzen.
Bij besluit van 12 Juli 1912, gewijzigd bij de
besluiten van 22 November 1912 en 11 Decem
ber 1914 is aan het Rijk eene bijdrage ver
leend fn de kosten van het maken van los- en
laadplaatsen te Ter Neuzen van f 13,000 per
jaar gedurende 12 jaren, te beginnen 1 Jan.
1915. In 1926 heeft de betaalbaarstelling van
den laatsten termijn plaats gehad.
Thans heeft de Minister van Waterstaat
Ged. Staten in kennis gesteld met het 'oor-
nemen om van Rijkswege de uitbreiding te be
vorderen van de tot het kanaal Gent- Ter
Neuzen behoorende kanaalhavens te Ter Neu
zen met los- en laadgelegenheden en opslag
plaatsen, welke inrichtingen niet meer aan de
eischen van het tegenwoordig verkeer ildaar
beantwoorden; ter bestrijding van de kosten
van uitvoering wordt ook nu een bijdrage uit
de Provinciale fondsen gevraagd.
De genoemde uitbreiding omvat den aanleg
van een drietal havens, bezuiden het terrein
van de staalfabriek, in beginsel van denzelf
den aard als de twee van Rijkswege benoorden
die fabriek reeds aangelegde kanaalhavens. De
Noordelijke en Zuidelijke haven zijn ontwor
pen met een bodemdiepte, welke ze toeganke
lijk maakt voor de grootste schepen, die door
de bestaande schutsluis, de z.g. Westsluis, kun
nen binnenvaren.
De daartusschen gedachte derde haven zal
toegankelijk zijn voor schepen met nog groo-
ter diepgang, welke mettertijd door een te
bouwen vierde schutsluis het kanaal zullen
kunnen binnenvaren.
De kosten van dit volledige plan worden ge
raamd op f 9,350,000. Voorhands zou echter
kunnen worden volstaan met onteigening van
den grond voor het geheele plan en zou de
aanleg beperkt kunnen worden tot de meest
Noordelijke haven met toebehooren. Dit haven
plan beoogt den aankoop van grond en de
vergoeding van opstal ten behoeve van het
volledige zgn. drie-havenplan, alsmede den
aanleg van de Noordelijke haven van dat plan.
Deze Noordelijke haven zal geheel voorzien in
de behoeften van den tegenwoordigen tijd en
de kosten ervan worden geraamd op 3 mil
lioen gulden. In dit totaal bedrag is f 278,750
begrepen voor onvoorziene uitgaven. De mi
nister verwacht, dat in de kosten geraamd op
f 2,372,000 door de Provincie en de gemeente
Ik straf geen onschuldigen.
Gij, die Anita, uw kind, verloren hebt
Ik heb mijn zoon weergevonden, viel AuriJac
hem in de rede. De zoolang als verloren be
weende zoon is mij door een mirakel der Voor
zienigheid teruggegeven. Hoewel ik in zijn te
genwoordigheid de blijdschap verberg, die ïaijn
hart vervult, ben ik n:pttemin de gelukkigste
der vaders. Ik kan mij goedertieren toonen,
cfttar de Heer mij zooveel barmhartigheid be
wijst. Maar ik &an dien zoon niet toeroepen:
Kom in mijn armen! Tusschen mij i.n hem
verheft zich uw misdaad, die ik hem ivet kan
openbaren, zonder hem te dooden!
O, riep Nerval geroerd uit, dat gaat te ver!
Wat! gij bewaart het stilzwijgen, gij smoort
met geweld de edelste gevoelens, die een vader
kunnen bezielen, gij maakt u niet bekend aan
den zoon, als het ware door een wonder weder
gevonden.
Ik moet hem liefhebben om zijnent- en niet
om mijnentw',1Luister, Nerval, vervolgde
Aurillac, het leven is kort, hoe lang het ons
ook toeschijntEr zal een tijd komen, waar
op het volbrachte goed en het gepleegde kwaad
luid voor of tegen ons zal getuigenOp het
korte tijdsbestek, dat wij hier beneden door
brengen, zal de eeuwigheid volgen, die wij
door onze werken bereid hebbenOp den
dag der echtverbintenis van Maximiliaan met
Angelie, zal vader Falot in zijn Zondagsklee-
ren, afgezonderd zitten in een hoek der kerk,
waar alleen gij het vaderlijk gezag zult ver
tegenwoordigen. Maar God is 't bekend uit
welk gebroken en gefolterd hart het vurige
Ingezonden Mededeellng
b.v. 20 pCt. zal worden bijgedragen, nlzoo tot
een bedrag van ten hoogste f 474,400. Evenals
in 1912 met de los- en laadplaatsen het geval
was, zijn de thans ontworpen havenwerken
voor Ter Neuzen een levensbelang; zij strekken
tot bevordering van handel en industrie in die
gemeente en zijn tevens een middel tot werk
verruiming. Dat h prmede de bloei van Ooste
lijk Zeeuwsch-Vlaanderen wordt bevorderd, be
hoeft, naar Ged. Staten meenen, geen betoog.
Ged. Staten hebben gemeend, dat ook.thans
de Provincie alle aanleiding heeft, de totstand
koming van de werken door het verleenen van
een subsidie mogelijk te maken. Haar linan-
cieele draagkracht laat evenwel, naar zij mee
nen, het verstrekken van een grootere bijdrage
dan van f 250,000 niet toe, evenm:,n als het
verleenen van den steun binnen een korter
tijdsverloop dan van 30 jaren. De gemeente
Ter Neuzen heeft zich bereid verklaard een
bijdrage van f 200,000 te verleenen, daarbij
vertrouwende, dat die som binnen een niet
korter tijdsverloop dan van 30 jarenmoet
worden verstrekt. De minister van Waterstaat
heeft zich met de te verleenen bedragen en
de wijze van steunverleening, d.i. met de ver
deeling der totaalbijdrage over 30 jaren, ver-
eenigd, doch deelde mede met zijn ambtge
noot van Financiën te moeten overleggen. De
uitslag van dat overleg is nog niet bekend, en
hebben Ged. Staten nogmaals aan den minis
ter van Waterstaat om een laatste definitief
bericht verzocht. Intusschen ^s op de Rijksbe-
grooting 1931 een memoriepost voor dit doel
uitgetrokken en meenen Ged. Staten te mo
gen voorstellen in de kosten der havens een
bijdrage te verleenen aan het Rijk van
f 250,000, te verleenen in 30 j aarlijksche, zoo
gebed zal opstijgen.... Ik verlaat u thans m
gij zult mij voortaan zelden meer zienGij
zult de stem van de menschelijke bedreiging
niet meer in uw ooren hooren galmen Sluit
uw oor echter niet voor de Goddelijke stem,
en herinner u wel, dat gij van dezen dag af
nog slechts de bankier der armen zijt.
Aurillac stond op.
Nerval staarde hem met een onmogelijk te
beschrijven verbazing aan en was zoozeer ge
troffen door die eenvoudige grootheid van ziel
en die verheven deugd, dat hij geen woord kon
uitbrengen.
Met langzame schreden verliet Auriilac het
kabinet van den fabrikant.
In den gang ontmoette hij Angelie.
Wel, vroeg het meisje glimlachend, heeft
papa u toegestaan wat gij verlangdet?
Ja, mejuffrouw.Maar wat ziet ge er van
daag bijzonder opgeruimd uit, liet hij r cp
volgen.
Ik voel mij ,'nderdaad overgelukkig
Is het een geheim mejuffrouw?
Een geheim gij zoudt het straks uit den
mond van Columba kunnen vernemen. Ik ga
trouwen met een der beste, edelste mannen
van de wereld
Gij behoeft hem mij niet eens te noemen,
mejuffrouw, het is Maximiliaan Au Join, viel
Aurillac haar in de rede.
En met een bevende stem voegde hij er bij:
Wees gelukk jg Dat de zegen des Hemels op
u ruste!
(Wordt vervolgd).
rr"
te
en
le
ge
ën
et
ia!
in
e-
er
=n
Is
e-
r-
l^
ï-
e- I
'h
h-
ht
er
ar
'el
x-
et
ve
r-
et:
h
te
n
i-
n
a.
e
n
.r
a 1
k
e
V
l
i
