Provineienieutvs. betreft zijn de verwachtingen ten aanzien van qualiteit en opbrengst sterk gedaald. De stand is vrij goed. Van de handelsgewassen zijn vlas, kanarie zaad en blauwmaanzaad matig tot vrij goed. Mosterdzaad en koolzaad zijn vrij goed, terwijl karwij grootendeels goed is binnengekomen. Suikerbieten en uien maken een gunstigen uitzondering op den algemeenen slechten toe stand der gewassen; deze staan goed hoewel verwacht wordt dat het suikergehalte van de bieten niet hoog zal zijn. De graslanden staan algemeen goed. Er is volop voedsel voor het vee. Laag gelegen lan den hebben echter door het overtollige water geleden. Veel gras werd daar ook door het vee vertrapt. Het laat gemaaide gras is bedorven. Er wordt veel ingekuild. Een vooruitstrevend middenstander leest DE MAASBODE. BOSCHKAPELLE. Gemeenteraad. Bij de opening bleken afwe zig de heeren de Rooy en de Schepper. De notulen worden ongewijzigd goedgekeurd. Aan de orde was: I. Ingekomen stukken w.o.: 1. Van het lid F. de Schepper een schrijven, waarin hij verklaart ontslag te nemen als raadslid. SlÉSl' De voorzitter brengt met enkele woorden dank aan dhr. de Schepper voor hetgeen hij gedurende zijn zittingstijd in het belang der gemeente heeft gepresteerd. 2. Van de Gezondheidscommissie te Hulst de begrooting van ontvangsten en uitgaven dienst 1931. Hierin moet Boschkapelle bijdra gen ruim f 48. 3. Van Cornelis de Feyter A 6 een schrijven, waarin hij mededeelt, dat hij van het abon nement op de tram, hem vroeger ingevolge art. 13 der L. O.wet verleend ten behoeve zijner elders schoolgaande kinderen, geen gebruik meer kan maken, aangezien de uren van aan komst en vertrek van de tram niet correspon deeren voor een geregeld schoolbezoek en vraagt mitsdien f 100 vergoeding voor het vervoer zijner kinderen per auto. B. en W. stellen voor het tegenwoordig be drag door Ged. Staten vastgesteld nl. de ver goeding van het tramabonnement plus f 25 voor vervoer van huis naar tramhalte te hand haven en niet op het verzoek in te gaan. Met alg. st. wordt aldus besloten. 4. Een verzoek van de caféhouders Fr. Baart, J. Mangnus en H. Claeys om ontheffing van de belasting op het biljart. De voorzitter zegt, dat dit schrijven is in gekomen na de laatste zitting van 't college van B. en W. en dus hierin niet kunnen advi- seeren. De heer de Koster vreest, dat men bij inwil liging van dit verzoek zich op een gevaarlijk terrein begeeft, aangezien men alsdan van an dere zijden dergelijke verzoeken te wachten heeft; bovendien zal de mindere opbrengst in de belasting op een andere manier moeten ge vonden worden. De heer v. d. Wielen zou het adres willen aanhouden om er nog eens over te denken, hetgeen dhr. Stallaert niet noodig acht, daar men hierin toch wel een gevestigde opinie zal hebben. De voorzitter meent, dat de liefhebbers van een partij biljart evengoed betalen moeten bij verlies, ook als adressanten van de belasting ontheven worden. De heer v. d. Wielen acht het houden van een biljart een luxe evenals in de meeste ge vallen een rijwiel of anderszins. De voorzitter brengt het voorstel van dhr. Koster om afwijzend te beschikken in stem ming; het werd met algemeene stemmen aan genomen. II. Aangehouden adres van H. du Puy. schuldige, den ellendeling, die laag genoeg was om Austin Aurillac in het verderf te stortten en te doen veroordeelen, vóór de rechtbank sleuren. Zipdaar mijn geheele eerzucht, mijn heer, een braven man in zijn eer herstellen, en en laaghartigen moordenaar doen straffen De volvoering van dat geheimzinnige onder zoek heb ik mij ten taak gesteld, het heeft mij reeds veel tijd geroofd overdag en mij meni- gen nacht wakend doen doorbrengen; de ge ringste aanwijzing maak ik mij ten nutte, al tijd en overal bespied ik; de gedachte aan dat proces verlaat mij nooit. Ik ben hier bij u, en zij zweeft mij voor den geest, vervult mij ge heel en al. En geloof mij, wanneer een man, met een geestkracht gelijk aan de mijne, zich een doel gesteld heeft, dan bereikt hij het al tijd! Nerval huiverde. Maximiliaan was geheel in vuur geraakt. Zijn oigen glinsterden, zijn gelaat gloeide en Nerval begreep dat de jonkman de waarheid sprak, als hij beweerde dat het hem gelukken zou den waren dader van den brand van la Vilette ee ontdekken, en den onschuldigen Aurillac in zijn eer te doen herstellen. Het gevaar dreigde hem dus gelijktijdig van twee kanten. Uit haat tegen Nerval, of gelijk hij zei om van zijn gewetenswroegingen bevrijd te wor den, dreigde Camourdas de medeplichtigheid van den fabrikant aan het licht te brengen. Door de Voorzienigheid op het spoor der schuldigen gebraeht, maakte Maximiliaan zich gereed hem aan den wrekenden arm van het HEEL BRUSSEL KOMT KIJKEN. Voor deBrusselsche beurs werd door het gezelschap van het theater de la Monnaie een ballet uitgevoerd. Omtrent het verzoek van dezen adressant om een subsidie voor het instandhouden van een autobusdienst op Hulst v.v. ten behoeve der aldaar schoolgaande kinderen en werken de meisjes, staakten in de vorige vergadering de stemmen. Thans werd het voorstel van B. en W. om f 25 te verleenen aangenomen. Vóór stemden de beide wethouders en dhr. Bun, tegen de heeren Koster en Stallaert. III. Vaststellen Gemeenterekening 1929 en IV. Vaststellen rekening G.E.B. 1929. Beide rekeningen waren dn handen gesteld van eene Commissie van Onderzoek, waarin door den voorzitter benoemd waren de heeren Koster, Bun en de Rooy. De heer Koster verklaart tot zijn leedwezen geen rapport te kunnen uitbrengen namens de Commissie. Den 21en Aug. zou de Commissie de rekeningen controleeren, doch spreker heeft toen te vergeefs op zijn medeleden ge wacht, hij vindt dit nog al aardig. De heer Bun verklaart volmondig, dat hij de opdracht vergeten was. Tegen het rapport van dhr. Koster had nie mand bezwaar en werden beide rekeningen al dus vastgesteld. De voorzitter bracht den rapporteur op har telijke" wijze dank voor de genomen moeite. V. Vaststellen verordeningen in verband met de financieele verhouding tusschen Rijk en gemeenten. De secretaris geeft uitvoerig inlichtingen betreffende den nieuwen toestand en geeft een overzicht van de inkomsten die vervallen en een raming van de nieuwe Rijksuitkeerin- recht over te leveren. Van de beide mannen beschouwde Nerval den advocaat nog als den gevaarlijksten. Het viel gemakkelijk met Camourdas tijd te winnen; desnoods kon men zich van hem ont doen. Maar de onkreukbare eerlijkheid van Maxi- mil;,aan gaf hoegenaamd geen kans; een po ging tot omkoopen zou niets baten. Het kwam er derhalve op aan Maximilliaan voor zich te winnen; hij moest hem met zijn eigen wapen bestrijden. Hoe goed geharnast die jonkmam ook was; hij zou wel een zwakke zijde hebben, waarin hij kwetsbaar was. Alle middelen zijn goed voor de booze; als hij iemand niet door zijn ondeugden kan ver strikken, beproeft hij dit met zijn deugden. Nervals besluit was spoedig genomen. Na del aatste woorden van den advocaat met een kalm, onverschillig voorkomen aan hoord te hebben, sprong hij haastig op en trad met uitgestoken hand op hem toe met de woorden Reik mij de hand; gij hebt een edel hart! Maar, mijnheer Komaan, vergeef het mij! hetgeen i,k gedaan heb, is mij en uw karakter onwaardig. Ik begrijp u niet. Begrijpt gij niet, dat ik u sinds een uur op de proef stel.. Op de proef? Wat bedoelt gij? Ik heb er eigenlijk geen spijt van, daar het mij in staat stelt u des te hooger te achten. Maar dat proces? Ik zou het begonnen hebben, als u het mij gen en belastingen. Daaruit blijkt, dat de fi- nantieele positie der gemeente door deze nieu we wet aanmerkelijk zal verbeteren. Met alg. st. worden de verschillende verorde ningen aldus vastgesteld. Rondvraag. De heer Stallaert vraagt of B. en W. geen stappen kunnen doen bij de Directie der fa briek te Sluiskil om de arbeiders dezer ge meente, die daar thans nog werk vinden en bij eventueele voltooiing der fabriek groote kans loopen ontslagen te worden te werk gesteld te krijgen. Indien hiervoor bijtijds ge zorgd kon worden, zou dit niet alleen een uit komst zijn voor de arbeiders maar ook een groot voordeel voor de gemeente; vooral met het oog op den naderenden winter. De voorzitter belooft, dat B. en W. hieraan hun aandacht zullen wijden; als er iets aan te doen is in die richting zal het college dili- DE MAASBODE, de grootste en beste courant van Nederland bevat voor „elck wat wils" gent zijn; de betrokken arbeiders moeten de situatie zoo spoedig mogelijk aan B. en W. be kend maken en 't college op de hoogte houden van den toestand. De heer Stallaert vertrouwt op deze toezeg ging en dankt den voorzitter voor diens be reidwilligheid n dezen. De voorzitter presenteert alsnu de rekening van het Algem. Armbestuur dienst 1929, die in de vorige vergadering nog niet was ingekomen aangeraden hadt. En nu? Zie ik er af. Ja, gij bezit een een "edel hart, een voortreffelijk verstand. En gij zult een dubbel verdienstelijk werk verrichten door de opsporing der brandstichters van la Vilette onvermoeid voort te zetten en Austin Aurillac in zijn eer en zijn goeden naam te herstellen. Indien gij geld noodig hebt voor dat doel, ik ben rijk, gij kunt over mijn kas beschikken. Gij maakt mij verlegen, mijnheer. Ik laat u recht wedervaren en vrees niet van van mijn aanbod misbruik te maken, mijn tijd en mijn beurs zijn te uwer beschikking. Hoe streelend is het, onder de verdierlijkte me nigte, die overal, waar zij kan, het gouden kalf aanbidt, een man te vinden, die sterk en fier genoeg is om oneerlijk verdiend geld te min achten, Meestentijds benijdt men de million- nairs, men moest ze eerder beklagen. Naar mate wij rijk worden, verliezen wij het geloof en het vertrouwen in de menschen. Onder den schijn van vriendschap meenen wij berekening te ontdekken. Van alle kanten en op allerhan de manieren worden wij misleid en afgezet. Speculanten, die geen cent bezitten, pogen ons door allerlei schoone voorspiegelingen in hun gewaagde speculaties tedoen deelnemen; ieder vleit ons en niemand heeft ons liefWij maken ons een nieuwen vijand, zoo dikwijls wij weige ren een dienst te verleenen. En als wij alle dien sten moesten verleenen, waren wij in achtda- gen geruïneerdBegrijpt ge nu mijn blijd schap eindelijk een man te hebben ontmoet, in wien ik vertrouwen kan stellen, wiens recht Sportliefhebbers vinden in DE MAASBODE alles, wat zij kunnen wenschen. en stelt ze in handen eener Commissie van Onderzoek, bestaande uit de heeren Koster, Bun en de Rooy. De heer Stallaert informeert hoever de be sprekingen gevorderd zijn met de PZEM aan gaande de overname van het net. I De voorzitter antwoordt, dat die onderhan delingen nog hangende zijn, men is het ant woord wachtende op den brief aan het bestuur j cler PZEM gericht. De heer Stallaert geeft in overweging bij eventueele overdracht van het net bij de Pro vincie aan te kloppen voor eene tegemoet koming in 't verschil der kosten van aanleg van het net en de som van overdracht hoofd zakelijk met het oog op den treurigen finan- cieelen toestand dezer gemeente. De voorzitter antwoordt, dat in die rich ting reeds stappen zijn gedaan en dat daar verder aan gewerkt wordt. De heer Stallaert drukt hierover zijn groote voldoening uit. De heer Stallaert dringt nogmaals aan op het leggen der buizen, waarvan in de vorige zitting sprake was, ter verbetering der af watering. De voorzitter moet dhr. Stallaert op 't oogen blik hierin teleurstellen, want B. en W. zien geen kans dat werk thans uit te voeren bij gebrek aan de noodige geldmiddelen; men zal moeten afwachten tot het volgend jaar. De heer Stallaert informeert nog of het voetpad over den dijk bij C. de Feyter verval len is, want 't lijkt wel zoo. De secretaris licht in dat bedoeld voetpad nog wel degelijk op den ligger voorkomt, loo- pend.e van Kampen tot Luntershoek, en dus niet vervallen is. De voorzitter zegt toe naar den toestand van het pad bij C. de Feyter een onderzoek in te stellen. Daar niemand nog het woord verlangt, sluit de voorzitter de vergadering. Wegens het bedanken van dhr. L. de Schep per als raadslid is in dit college eene vacature ontstaan, als opvolgster komt op de lijst voor Mej. Sophip van Eerdenburg. De familie v. B. ontvingen dezer dagen de treurige tijding, dat hun zoon Leonard, schip persknecht in de Rijnvaart bij Mainz overboord is gevallen en jammerlijk verdronken. Tot heden is zijn lijk nog niet gevonden. GRAAUW. Gemeenteraad. In de Zaterdag gehouden vergadering van den raad dezer gemeente wa ren wegens ziekte afwezig burgemeester van Campen en de heer Willems. Voorzitter was wethouder Buysse. Na onveranderde vaststelling der notulen van de vergadering van 26 Juli 1.1. werd de be grooting van de Gezondheidscommissie te Hulst met algemeene stemmen goedgekeurd. Na uitvoerige bespreking werd besloten: 1. de gemeente te plaatsen in de eerste klas se voor de gemeentefondsbelasting (zonder op centen). 2. Voor de personeele belasting de gemeente te rangschikken in de negende klasse. 3. 50 opcenten te heffen op de hoofdsom voor de vermogensbelasting. Het adres van den N.C.B. om te doen ver vallen de heffing der opcenten op het onge bouwd voor de grondbelasting, werd met alge meene stemmen afgewezen. Evenzoo werd afgewezen een verzoek van den kring Hulst om f 500 uit te trekken voor de gemeente Hulst voor de aanschaffing van een motorsuit en een alarmsysteem ten be hoeve van de kringgemeenten. De begrooting van het Burgerlijk Armbe stuur voor het jaar 1931 werd goedgekeurd met een gemeentelijke subsidie van f 2125. De gemeentebegrooting 1931 werd in handen schapenheid mij een waarborg is voor de deug delijkheid van het advies, dat hij mij geeft. Van nu af aan zult gij, als gij wilt de bestuur der zelfs van 'n deel mijner zaken zijn. Ik zal u meer dan mijn advocaat, ik zal u mijn raads man, mijn vriend maken. Ach! mijnheer, riep Maximiliaan uit wat zijt gij goed mij op die wijze toe te spreken. Ik spreek tot u, gelijk ik denk, onbewim peld, en soms zult gij mij zelfs wel wat ruw vinden. Maar ik ben, over het algemeen geeh slecht mensch, en als gij een verbond met mij wilt sluiten, hier is mijn hand. Hier is de mijne! antwoordde Maximiliaan. Het blijft dus nu zoo bepaald, ijc zal u in mijn zaken inwijden, en gij zult mij op de hoogte houden van hetgeen u zeiven betreft. Ontzie u niet om het voorbeeld van Anfelie te volgen, die kwistig uit1 de kas van dén millions nair put, wanneer het de ondersteuning vari een of anderen noodlijdende betreft. Het is mij alsof ik droom! merkte Maximi liaan op, gij spreekt tot mij met een goed heid Ik zou uw vader kunnen zijn, hernam Ner val op geroerden toon. Mijn vader! herhaalde de jonkman, wiens gelaat plotseling met een hoogrood overtogen werd. Wel ja, waarom niet? Ik ben niet jong meer en nipts zou beletten, dat Angelie een geliefden broeder had. Ik zou hem niet ver standiger, niet deugdzamer, niet welspreken der kunnen wenschen. (Wordt vervolgd). OiJ V

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1930 | | pagina 10