Op Reis Frovincienieuws IN DE VATICAANSCHE TUINEN. Gedurende de H. Mis, die werd opgedragen in de Lour des-grot, bij gelegenheid van het feest van de Guardia-Palatina. Vooraan de commandant. dan tenminste hun dierbaren, vóór de verban ning, nog eens van aangezicht tot aangezicht zien en een paar hartelijke woorden met hen wisselen, door de tralies heen. Door die mee- dogenlooze tralies die blijde hoop hebben doen verkeeren in ontzettende vertwijfeling, hoopvol vertrouwen in machtelooze woede. Nu willen we voor een oogenblik den lijdens weg van dit systeem van kooien en tralies ver laten. 'n systeem dat ons echter met een ijze ren onverbiddelijkheid telkens en telkens weer aan de ellende herinnert, om te gaan zien naar die immigranten, die dan het onderzoek heb ben doorstaan, die de poort naar de vrijheid voor hen heeft opengezet. Hun weg voert langs post-, telegraaf- en „welvaarts-bureaux, spoor kaartjes-loketten, wisselkantoren, gelegenhe den om te eten en zich te verfrisschen. En dan staat aan hen, die zich in New-York zullen ves tigen, niets meer in den weg om te gaan naar de zuidpunt van 't Manhatten-eiland. Maar zij, die verder door moeten reizen, zijn er nog lang niet mee klaar. Ze worden genummerd, dat wil zeggen: alphabetisch worden groote nummers aan hun kleeren bevestigd, nummers die overeenstemmen met hun spoorkaartjes. Zonder dat ze dan dan verder iets van de mil- lioenenstad te zien krijgen, worden ze in kud den naar den trein gebracht en ze zijn eerst werkelijk vrij, als ze op de plaats hunner be stemming uit den spoorwagen stappen. Ze mochten anders in New-York eens verloren loo pen, wordt er gezegd. Maar 't heeft toch erg veel weg van de blinde transporten van mili tairen, zooals men die onder den oorlog heeft gekend en waar geen al te prettige herinne ringen aan verbonden zijn. We hebben nu genoeg gezien van Ellis Island en de stoomboot brengt ons over de Hudson naar de stad. Aan boord zijn tal van menschen die 't gevreesde eiland goed en wel gepasseerd zijn en wier doel New-York is. Vol verbazing kijken ze naar deze wondere wereld van wol kenkrabbers, die steeds nader en nader komt. belstukken uit den tijd der renaissance, aarden en porseleinen schotels, groote schilden, ijze ren wapenrustingen, wapens en oorlogswerktui gen uit alle landen en tijdvakken; voeg hier bij de smaakvolle groepen van welriekende bloemen, wollige tapijten, die het geluid der stappen onhoorbaar maakten, reusachtige spiegels die alles hondervoudig weerkaatsten, en men zal zich een flauw denkbeeld van die luisterrijke werkplaats, of liever van dit schit terend salon kunnen vormen. In het midden dier zaal verhieven zich op twee gebeeldhouw de schildersezels, de beide doeken, voor de aan staande tentoonstelling bestemd: een Rebecca aan de Bron' en een „Jeanne d'Arc op den Brandstapel", de Bijbelsche en de Lotharingsche maagd, de een getooid met al de bevalligheid van het Oosten, de andere met het gelaat stra lend van de hemelsche verrukking der marte laren. Deze beide tafereelen, met grooten eenvoud ontworpen, waren wezenlijk grootsch, en nooit had Vernac zulk een hoogte bereikt. Rustig, maar een weinig bleek, wachtte de artist de genoodigde af, terwijl hij zich onledig hield met het opwerken der kleeding van een vrouwenportret. Het hoofd was geheel af; het was dat van Angelie Nerval, wier ernstige schoonheid den kunstenaar levendig getrof fen had. Toen de fabrikant den schilder vroeg of hij het portret van Angelie wilde maken had hij dit zonder zich te bedenken, met graagte aan genomen. Het streelde hem dat reine en vrien delijke gelaat, waarvan de volmaaktheid niet Juist op 't meest-imposante punt van de me tropool worden ze aan land gezet. Hooger en hooger verheft zich de sprookjeswereld der „Sky line"verbazing en verwondering, vreugde en verwachting is op aller gefaat te lezen. We kijken om ons heen: de gebouwen van Ellis Island beginnen reeds te verzinken in de schemering. Majestueus verheft zich 't groen-bronzen standbeeld met den fakkel der vrijheid omhoog.... 'n Groote menigte staat aan 't Battery-Place de boot van Ellis-Island op te wachten. Daar stappen de passagiers aan land: lachend en snikkend vallen ze el kaar in de armen: 't gevreesde eiland werd voor hen 't "Eiland der Zaligen"Maar an deren wachten vergeefs de eene boot na de an andere, uitkijkend naar hun dierbaren, die nooit zullen komen, want ze zijn afgewezen. Voor dezulken was Ellis-eiland 't eiland der tranen. (Nadruk verboden). Ingezonden rfededeeliog Ter verzachting en genezing van stuk- geloopen voeten, zadelpijn, schrijnen en smetten der huid, muggebeten en zonne brand, moet men op reis voorzien zijn van Doos 30 60, Tube 80 ct. Prov. Staten van Zeeland. In de Dinsdag gehouden vergadering werd een verzoek van F. C. J. M. du Puij om subsi die voor een autobusdienst van Stoppeldijk en Boschkapelle naar Hulst in handen gesteld van Ged. Staten om advies, evenals adressen van het R.K. Kerkbestuur te Hulst en het de grootste bekoorlijkheid was, op het doek te mogen brengen. Maar toen Nerval van zijn eigen portret sprak, weigerde Vernac, onder voorwendsel dat hij te zeer overlast was met werk. Nerval bood twintig duizend francs; Ver nac bleef weigeren. Het voorkomen van den fabrikant stond hem tegen. Terwijl Vernac bezig was met de kleeding van Angelie op het doek na te bootsen, trad een jongeman van ongeveer vijf en dertig jaar de werkplaats binnen. Blijf gerust aan uw werk, zei hij tot Vernac, ik wil op mijn gemak zien en heb niet noodig dat gij mij uw stukken uitlegt. Zoo zijt gij daar Gontran! Ik ben blij je eens te zien. Ik rekende bijna niet meer op je be zoek. Ik vergeet je evenwel niet, maar het werk.. Vordert het goed? Neen, een week lang werk ik met opgewekt heid, met lust, en dan wisch ik weer alles uit om opnieuw te beginnen: en dan bevalt het mij wederom niet! Ach, wat is het verhevene, het schoone moeilijk te bereiken, Gabriël! Gij zijt een groot, een wezenlijk artist, zeide Vernac, zijn palet neerleggende en Gontran's hand vattende. Ik dank je voor je goeden dunk van mij, beste vriend; maar als het waar is dat ik zulk een groot artist ben, zoudt gij mij dan ook kunnen verklaren waarom ik van honger sterf? Ach, Gontran, als.... Voeg er niets bij, gij zoudt mij krenken, Ver nac! Ik weet wat je wilde zeggen, je wilde her gemeentebestuur aldaar om subsidie resp in de kosten van herstel der St. Willibrorduskerk aldaar en den toren dier kerk. Aan de orde kwam een voorstel om in de drinkwaterverordening te bepalen, dat uitbrei ding zonder concessies door de bestaande wa terleidingen niet verder mag dan 40 M. van de thans bestaande netten. Het voorstel werd aangenomen met 39 tegen 3 stemmen. Door Ged. Staten was een voorstel ingediend om de Staten uitspraak te laten doen inzake eenige principieele kwesties over de ambte naarssalarissen terzake waarvan geen overeen stemming met de commissie voor georgani seerd overleg door Ged. Staten was bereikt. De heer Laernoes (A.R.) achtte het niet de geschikte tijd voor een salarisherziening en stelde voor de kwestie voorloopig één jaar te laten rusten. Dit voorstel werd met 28 tegen 14 stemmen verworpen. Hierna werd door verschillende leden voor en tegen kindertoeslag gesproken, doch deze werd ten slotte met 26 tegen 16 stemmen (rechts tegen links) gewenscht geacht. Het principe van diplomatoelagen werd aangeno men met 34 tegen 8 stemmen. Tegen het idee van den pensioenaftrek stem den 14 leden. Bepaald werd, dat de ambtenaren in het vervolg in plaats van op 70-jarigen, op 65- jarigen leeftijd zullen worden gepensionneerd. Het voorstel inzake subsidieering van han delsscholen werd z. h. st. goedgekeurd, bene vens een subsidie van 10 pCt. voor de school te Middelburg en van 5 pCt. voor Goes en Vlis singen, doch tegen 15 pCt. voor de R. K. school te Hulst stemden 12 leden. Aangenomen werd z. h. st. een voorstel om verschillende subsidies van nu af tot weder opzeggingstoe te geven en niet meer tel kens voor enkele jaren. Voor de restauratie van de kerk der Ned. halen, wat je mij reeds honderdmaal aange boden hebt, je huis en je beurs. Die wil ik niet. Ik vraag alleen je vriendschap, die verlang ik! Zij is het voedsel van mijn hart, een deel van mijn vertrouwen. Ik heb je nooit verlaten, zonder mij sterker te gevoelen. Als ik je ar beid bezichtig, je oprechte, eerlijke, degelijke taal gehoord heb, vind ik het menschdom min der leelijk, de toekomst minder duister. Ik spreek niet van persoonlijke dienst, Gon tran, maar je zoudt Van mijn kunst een broodwinning kunnen maken, gelijk zoovele anderen, zult gij zeggen; dat weet ik, maar dat wil ik niet. Heeft men eenmaal dezen weg betreden, dan kan men niet meer terug. Na den smaak van de menig te verblijd te hebben, moet men zich verlagen tot het bevredigen van haar grillen. Heeft men eenmaal een luchtig onderwerp ontworpen, dan valt men al spoedig in het gemeene. En dat nooit! Ik heb slechts één doel en daarnaar streef ik. Mijn kracht ligt in mijn overtuiging, dat ik het rechte pad volg. Men begrijpt mijn schilderij niet, men koopt men stukken niet; tusschen twee stukken klad ik uithangborden, die mij 't dagelijksch brood verschaffen en de huur van mijn zolderkamer betalen. Heeft men niet De Schipbreuk aan de Medusa van Geri- cault afgewezen, dat doek, zoo treffend in zijn waarheid, zoo vreeselijk in zijn somberen ernst? En Sigalon, herinnert gij u niet Sigalon, die onder den last van het lijden bezweken is? Die arme man! Daar hij te arm was om een werkplaats te bekostigen en op een zolder- Herv. gèmeente en voor den toren te Tholen werd de subsidie goedgekeurd. De begróoting van het Provincciaal wegen fonds werd eveneens goedgekeurd. Aan de N.V. P.Z.E.M. werd een nader crediet verleend van f 157.000 voor het aanleggen van öndergrondsche hoogspanningsnetten in de middengroep en besloten werd tot overneming van de electriciteitsnetten van Boschkapelle, Stoppeldijk en St. Jansteen. Hierna werd de vergadering geschorst tot Woensdagmorgen 10 uur. Rijksbelastingen. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd dat vóór het einde dezer maand de verschuldigde termijnen op de aanslagbil jetten der Grondbelasting en Personeele Be lasting moeten worden voldaan. Van de Inkomstenbelasting moeten alsdan afbetaald zijn de aanslagbiljetten gedateerd in Februari, terwijl op de aanslagbiljetten der maand Mei de le betaling moet plaats vinden. SLUISKIL. Ernstig ongeval. Woensdagvoormiddag kreeg een Italiaansche arbeider bij zijn werkzaam heden op de Ammoniafabriek een paal op het hoofd, met het gevolg dat overbrenging naar de R. K. Verpleging noodzakelijk bleek. Alhoe wel geen uitwendige wonden geconstateerd werden, is de ongelukkige des avonds naar Middelburg overgebracht daar zich teekenen van krankzinnigheid openbaarden. Voetbalvereeniging K.J.V. Enkele dagen ge leden besloot het bestuur der K.J.V. tot op richting van een voetbalclub voor hare leden. Thans hebben de onderhandelingen over een geschikt terrein succes gehad en heeft den heer C. aan het bestuur een gedeelte van zijn prachtig gelegen weide verhuurd gelegen ach ter het station, waar ook de staande wip van „Herleving" staat. Naar men ons mededeelde kamer werkte, zag hij zich genoodzaakt, toen hij een der pronkjuweelen van het museum van Namen schilderde, het stuk in twee deelen af te werken en deze naderhand aaneen te doen naaien, daar de hoogte der zoldering hem niet toeliet een doek van zulk een grootte te plaatsen? Men heeft aan Cericault, aan Si galon, recht doen wedervaren, waarom zou mij zulks ook niet te beurt kunnen vallen? O, je bent nog altijd vol moed! sprak Vernac bewonderend. Is het moed of hardnekkigheid, dwaasheid of grootheid van een ziel, die niet wil afdalen? Ik vergis mij misschien! Maar dkwijls heb ik, alleen op mijn zolderkamertje zittende met een bete droog brood, bij het beschouwen mij ner afgewerkte of nog niet voltooide schilder stukken uitgeroepen: Dat is waar! Dat is schoon!" Maar intusschen lijdt ge armoede, merkte Vernac aan. Pardon, meester, spreekt ge tot mij? vroeg een zeventienjarige jongeling met levendige oogen, en meer spottenden dan lachenden trek om den mond. Neen, Bigourneau, niet tot jou, antwoordde Vernac, den spreker, die juist binnentrad, vrien delijk groetend. Zie, als men van armoede spreekt, dan denk ik altijd dat men op mij doelt. Ze beneemt je toch je vroolijkheid niet. Karakters als het uwe, zijn zeldzaam, zeide Gontran. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1930 | | pagina 6