No. 3618 45ste Jaargang NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Een herinneriog. Het Gebeim van den Voddenraper. Buitenland VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND PBSTREKEHIN6 No. §2419. FEUILLETON. DE ZEEUWSCHE KOERIER Bureaux van Redactie en Administratie OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT Telefoon 15 Telegramadres: Koerier Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden, of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling Advertentién 20 cent per regelbij contract lager ZEER KOOPKRACHTIGE LEZERSKRING UITSTEKEND GESCHIKT VOOR PUBLIOITEIT Het secretariaat van de R. K. Staatspartij verzoekt ons plaatsing van het volgende: De geestdriftige wijze, waarop de hernieuwde actie ten bate van^et Dr. Schaepmanfonds in den vorm van het „Tienguldenplan" alom ont vangen is, heeft ons met goede verwachtingen vervuld. Het katholieke volk is daardoor nog eens overtuigend herinnerd aan deze gewichtige zaak, welke noodzakelijk tot een goed eind resultaat gebracht moet worden om het moei zaam verworven erfdeel der vaderen op staat kundig gebied te kunnen handhaven. Het degelijk voorbereide plan, om in de millioen-stemmen-partij nog eens f 200.000. bijeen te brengen, heeft de enkelingen ditmaal niet willen lastig vallen. Het beroep werd ge daan op alle Nederlandsche Katholieke Ver- eenigingen en Instellingen. En niet zonder re den! Er bestaat nu eenmaal een sprekend ver band tusschen het katholieke vereenigingsleven en de katholieke staatkunde. Ons geslacht is ondankbaar jegens-het verleden, indien het vergeet of onderschat het kostbare bezit van het onbelemmerde vereenigingsrecht, dat ons volksdeel in staat stelt in volle vrijheid en op alle gebied der samenleving zijn kracht te ont plooien in een veelzijdig en intens vereenigings leven. Wij dienen te beseffen wat dit betee- kent en welke waarde dit voor ons volksleven vertegenwoordigt. Immers zonder Katholieke Staatkunde hoe onvolmaakt en soms gebrekkig ook geen kerkelijke, geen godsdienstige vrijheid, geen vrijheid van actie op allerlei gebieden, die ons dierbaar zijn. Wij denken aan onderwijsbelan- gen, liefdadigheid, kinderbescherming, reclas- seering, woningbouw, Wit-Gele Kruis, onze so ciale organisaties in al hare geledingen en duizenderlei andere associatie-vormen, die alle in ons verdeelde land de onmisbare bewegings vrijheid als vrucht eener hechte staatkundige positie van ons volksdeel hebben verkregen en rustig bezitten. Goed inzicht en gevoel voor redelijkheid sporen er toe aan, dat de leiders onzer vereeni- gingen eninstellingen zich deze feiten in dit verband eens dankbaar herinneren. Doch wij mogen eveneens herinneren aan onzen rol, onzen plicht, onze taak in de toe komst. Er is dezer dagen terecht gewezen op de on ontkoombare noodzakelijkheid van politieke opvoeding, ook van het katholieke volk, dat, nu het steeds meer geroepen wordt leiding te ge- yen, daartoe ook moet in staat zijn. Met een beroep op het oordeel van onzen regeerenden Paus die kent de kracht der staatkunde Is betoogd, dat er aan de indrukwekkende mas sa van ons millioen katholieke kiezers nog moet worden gevormd, geschoold, ontwikkeld, be schaafd, bezield met geestdrift en een diepe Naar het Fransch van RAOUL DE NAVERY. 64) Hij behoort toch tot de onzen, al doet hij juist niet mee. Dus kan ik voor hem dekken? Ja antwoordde de Guit. Zeg eens, zeide vader Falot, toen hij binnen kwam, smeedt men hier een samenzwering? Als het de omwerping van het gouvernement beidt, dan doe ik mee. Waarom zou men de gouvernementen anders hebben? Wilt ge met ons eten? Dank u, ik heb mijn maal al besteld; maar ik heb dorst, grooten dorst. Schenk vader Falot in, gelastte de Guit aan den Ekster. Toen de knaap het glas van den vodden raper gevuld had, riep de Guit hem bij zich, en fluisterde hem toe: Binnen een half uur moet hij smoordronken Bijn! Begrepen. En daar het glas van vader Falot reeds leeg ,was, vulde de Ekster het opnieuw, terwijl hij den voddenraper een wenk gaf, waaruit hij &as: Wees op uwe hoede. UNCLE SAM VECHT TEGEN DE IJSBERGEN. De Amerikaansche kustwacht patouilleert altijd in de gevaarlijke streken om ijsbergen te doen springen en de schepen door radioberichten te waarschuwen. hecht gefundeerde overtuiging. Inderdaad een aantrekkelijk, verheffend program voor de Katholieke Staatspartij met als materieele uit voerende hulp: 2 secretarissen en één type writer Welk een taak in dit scherpe licht de groot ste politiek partij van Nederland in de aller naaste toekomst wacht Er is ontelbare malen in alle toonaarden over gesproken en geschreven. Wij mogen slechts in 't kort herinneren aan onze politieke actie en voorlichting, aan kernvorming, aan een eigen partij-correspondentieblad, aan poli tieke studie en ideeënvorming, aan geregeld hoognoodig contact met onze katholieke zusterpartij in Indië, aan uitbreiding en ver steviging onzer onzer relaties met buitenland- sche katholieke partijen. Voor wie het mocht vergeten zijn, mogen wij er aan herinneren, dat onze Partij nog steeds geen behoorlijk documentatie-arsenaal heeft, geen boeken, geen knipsels, geen abonnemen ten. Onze vrouwen vragen staatkundig de bij zondere belangstelling, en nog veel meer onze jeugd. Met de „jongeren" moge de partij wer ken aan de theorie, en de soms onbegrepen practische kunst der ouderen worde verklaard en toegelicht, maar naast die kleine groep staat de groote massa der jeugd, die onmiddellijk moet bewerkt worden en niet met rust mag worden gelaten. En wie houdt het zoo verwaar loosde geschiedboek der partij bij? Wij willen dat onze Partij dat alles zal zijn, men verwacht van de partijleiding allesen we hebben eigenlijk nog niets en de partijlei ding kan nog veel te weinig geven! Weldra hoorde men in de achterkamer niets anders dan het gerammel der vorken en het ontkurken der flesschen, en van tijd tot tijd een luid gelach, verwekt door de snedige aan merkingen van den Ekster, terwijl zich buiten de onmuzikale toonen van den doedelzak lieten hooren, ten bewijze dat de kleine Italiaan trouw de wacht hield. In dien tusschentijd ledigde vader Falot glas op glas, flesch op fleschde oogen van den voddenraper begonnen toe te vallen, zijn tong dubbel te slaan en de Ekster vroeg zich met schrik af, of zijn oude vriend zijn waarschu wing niet begrepen zou hebben. De drie vrienden en hun gasten Camourdas en Cesar waren aan de kaas begonnen, en de Ekster had de koffie opgediend, toen de Guit, zijn mes neerleggende zei: Komaan, bij het dessert behoort een ge schiedenis. Cesar zag de drie vrienden uitvorschend aan Het is zeker op mij, dat dit doelt? vroeg hij. Natuurlijk! daar de Uwe ons nog ten eene- male onbekend is. Bij deze woorden stiet vader Falot met den elleboog twee ledige flesschen om, kruiste zijn beide armen op de tafel en ging er met zijn aan gezicht op liggen. De Ekster haalde medelijdend de schouders op. Hoe is het mogelijk! dacht hij, een man die anders zoo matig is. Na zich een oogenblik bedacht te hebben, be gon Cesar zijn verhaal. Zoo staan de zaken in 1930. ,Nu het ideaal eener volledig toegeruste Partij aan belangstelling en waardeering meer en meer wint, komt de leiding der R. K. Staats partij aan al de katholieke vereenigingen en instellingen minstens f 10 vragen, die te zamen met goeden wil en eenige goedgeefschheid de somma van f 200.000 kunnen bijeenbrengen als er nu eens geen één achterblijft. Daaraan voor al willen wij zoo gaarne nog eens met klem en met den grootst mogelijken aandrang herinne ren. Want daar ligt het succes van dit „Tien guldenplan", dat geen enkele vereeniging ver geet het verzoek in te willigen! Ware het niet verdrietig indien door onbe dachtzaamheid of nalatigheid geldgebrek, hiervoor is wel bijna niet denkbaar der aan geschreven bestuursleden of andere functiona rissen, door gebrek aan medewerking of inzicht der besturen, deze kans om er ineens te komen voorbijging, ongebruikt! Zeker het Comité van Actie zou dan weer wat anders verzinnen en opnieuw beginnen. Maar dat behoeft niet! Er is ander werk dat staat te wachten! Daarom willen wij alle katholieke vereeni gingen en instellingen en hare besturen nu nog eens met grooten nadruk: „Herinnert U het Tiengulden-plan" toeroepen! Boerenopstand in China's hongergebied. Volgens een bericht uit Shanghai zijn de boe ren in het Chineesche hongergebied opgestaan XXII. Cesar Niquel. Mijn naam is Cesar Niquel; ik ben te Pon- toise geboren, waar mijn vader een eenvoudige betrekking bekleedde. Na mijn gewoon school onderwijs, plaatste mijn vader mij op een gym nasium, waar ik juist datgene leerde, wat ik niet noodig had: latijn, terwijl ik bijna geen Fransch, Grieksch, en niets van de rekenkunde verstond; mijn vader stierf voor ik de klassen van het Gymnasium doorloopen had. Ik was natuurlijk niet in staat om mijn brood te ver dienen, en bracht twee jaren door op een no tariskantoor, waar ik juist genoeg verdiende om mij te kunnen kleeöen. Wijl ik te Pontoise geen vooruitzichten had op bevordering, en ik toch niet altijd alleen voor mijn kleeren kon blijven werken, wist ik mijn moeder over te halen, in Parijs te gaan wonen, waar wij in een afgelegen wijk een eenvoudig huisje be trokken. Na lang zoeken moch het mij eindelijk gelukken op het kantoor van een rijk bankier, M. Montravers, geplaatst te worden. Ik kreeg twaalf honderd frank salaris; het was weinig, maar mij moeder bezat nog eenig vermogen en wij konden dus leven. De weinige eerzucht, die ik van vroeger nog had overgehouden, verdween geheel en al; ik schikte mij echter in mijn eenvoudig werkzaam leven en de eenige wensch, dien ik nog had, was een goede vrouw te vinden, die mij ge lukkig kon maken en mijn moeder gezelschop Een bende van 4000 boeren heeft de stad Sjan aangevallen en geplunderd, waarna de stad in brand werd gestoken. De boeren plun derden vooral de winkels en magazijnen met levensmiddelen, vooral de magazijnen, waar rijst opgeslagen lag, die bestemd was tot leni ging van den hongersnood. Na de plundering van Sjan hebben de boeren onder leiding van communisten de stad Hoekan aangevallen, waar echter hevig verzet werd ge boden. De troepen slaagden er na gevechten, die 3 dagen duurden, in, de boeren terug te drijven. Er moeten verscheidene honderden dooden gevallen zijn. De boeren verklaarden dat, als zij geen le vensmiddelen krijgen, zij zullen trachten naar die provincies te te trekken, die niet door hon gersnood geteisterd worden. Een strijdlustige rede van Mussolim. Voor een ontzaglijke menigte, die zijn woor den voortdurend met toejuichingen onderbrak, hield Mussolini van het balcon van het Palazzo Vecchio te Florence een rede. Na over de binnenlandsche vijanden te heb ben gesproken, die niet meer in het openbaar durven spreken en de vijanden in het buiten land, Italianen, die, naar hij meent, wel weer tot het fascisme zullen terugkeeren, verklaarde hij, dat het Italiaansche vlootprogramma, dat op de laatste vlootconferentie werd aangebo den, ton voor ton zal worden verwezenlijkt. De 29 eenheden van het nieuwe program zullen naar den wil der fascisten, ondanks alle moei lijkheden, worden gelanceerd. Voorts, zeide Mussoli, dat de partijen en houden, terwijl ik op het kantoor was. Ik vond er eene. Het was een jong ouder loos meisje, eenvoudig opgevoed, wier bruid schat schitterend mocht heeten in mijn nede- rigen stand; zij bracht dertig duizend francs mede. Wij waren gelukkig, zeer gelukkig; onze echt werd door den hemel gezegend, ik had vier kinderen toen mijn moeder stierf ik kreeg er nog twee bij, en wij dankten er God voor. Wij moesten echter zeer bekrompen leven; de kleine nalatenschap van mijn moeder, de bruidschat mijner vrouw, mijn salaris, dat op zestienhonderd franc gebracht was, vormde een ontoereikend inkomen voor een gezin, uit man, vrouw en zes kinderen bestaand. Wij konden ons niet als gewone werklieden klee- den en toch waren wij armer dan menig werk man. De zorg voor haar kinderen nam den gan- schen tijd van mijn vrouw in beslag en be lette haar eenig geld te verdienen. Zij wasefen voorbeeld van zuinigheid, maar wij moésten toch ons klein kapitaaltje aanspreken,, te meer daar wij door een zware beproeving be zocht werden: Elise, mijn oudste dochter, kreeg een uitterende ziekte en werd bedlegerig Op zekeren dag gelastte mij mijnheer Mont ravers voor de dagbladen het prospectus van een nieuwe, schitterende onderneming over te schrijven, waarop dé inteekening bij hem open gesteld was. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1930 | | pagina 1