De Zeeuwsche Koerier
Woensdag 26 Februari 1930
Tweede Blad.
Het Geheim van den
Voddenraper.
8nrgerl.
Jtandehberiehten
Loop dor bevolking
Gemengd JTtenws
FEU I LLETON.
van
44e Gaargang. No. 3583.
De Philips licenties.
Uit het Binnenland.
Uit het Buitenland.
De N.V. Philips Radio verzoekt ons op
neming van het volgende
Gelijk bekend zal zijn, hebben wij in Au
gustus 1929 aangekondigd, dat wij, de be
schikking hebbende over o.m. een zestal
Nederlandsche octrooien op radio-ontvang-
schakelingen, voortaan van de toestelbou
wers en -importeurs zullen verlangen, dat
zij zich van een licentie voorzien.
Sedert dien hebben wij in overleg met
het Bestuur van den Nederl. Bond van
den Nederl. Bond van Radiohandelaren de
voorwaarden vastgesteld, waaronder de ver
leening dezer licenties aan de Nederlandsche
toestelbouwers zal plaats hebben.
Tijdens deze onderhandelingen zijn ons
bezwaren kenbaar gemaakt, die wij alle
zorgvuldig hebben onderzocht en waaraan
wij, voorzoover zij gegrond bleken, ten volle
tegemoet zijn gekomen. De contracten, die
wij aan licentie-aanvragers ter onderteeke-
ning hebben toegezonden, beantwoorden
aan alle eischen van redelijkheid.
De licentie-regeling is op 1 Februari jl.
in werking getreden, van welken datum al
onze licentie-nemers hunne toestellen van
een plaatje zullen voorzien, waarop de woor
den «Philips Licentie Nederland» en een
volgnummer zijn gedrukt en waarin een
typenummer is gerperforeerd.
Van dien datum af is dus de handel in
toestellen, die door niet-licentiehouders zijn
gebouwd of geïmporteerd, ongeoorloofd zijn
en als onrechtmatige daad, immers inbreuk
op onze octooirechten, worden vervolgd.
Ter voorkoming van misverstand willen
wij niet nalaten erop te wijzen, dat de zelf
bouw van toestellen tén eigen behoeve door
amateurs door deze licentieregeling niet wordt
getroffen.
De besprekingen die op verzoek van den
Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, ge
houden zijn tusschen de N.V. Philips en den
Nederlandschen Bond van Radiohandelaren
en den Bond van Ondernemers in de Radio
branche, hebben op alle punten tot volledige
overeenstemming geleid.
Bij een tweetal in Januari jl. gewezen ar
resten van het Gerechtshof te Arnhem is be
slist, dat het in de gloeilampenindustrie zéér
belangrijke octrooi No. 1940 betreffende gas-
gevulde gloeilampen (z.g. half wattlampen)
alle lampen omvat met een wolfraamspiraal-
draad in een gasvulling. Door deze arresten
is thans vast komen te staan, dat fabricage
of verkoop van gasgevulde gloeilampen (waar
onder ook gasgevulde automobiellampen e.d.)
practisch niet mogelijk is zonder met genoemd
octrooi in conflict te komen en derhalve voor
niet-licentiehouders onrechtmatig is. Het Hof
veroordeeld de gedaagden tot een schadever
goeding van 50.000 voor iedere nieuwe in
breuk op dit octrooi.
Naar het Fransch van
RAOUL DE NAVERY.
30)
Angelie nam haar plaats naast Columbia
weder in, en terwijl de dochter van den koop
man het naaistertje deelnemend ondervroeg,
kwam de portierster boven om het vuur aan
te maken, gevolgd door een man met een
vracht hout, en met de keukenjongen van de
restauratie „De Vergulde Fazant", met zijn
blond krulhoofd en weldra maakte het ge-
knapper van het vuur, het rammelen der bor
den en schotels en de geur van het eten het
dakkamertje gezelliger dan het ooit geweest
was.
Het eten werd op de kleine tafel opgedischt;
Angelie en Columba gingen aanzitten ,en juf
frouw Florence verklaarde zich bereid de gas
ten te bedienen. z
Een glans van genoegen lag op Angelie's ge
laat; wat verheugde zij zich over den glimlaoh
die Columba's bleeke lippen plooide! Zij zag
haar eten met een tevredenheid van een ou
dere zuster, die den eersten maaltijd van een
jongere herstellende zuster bijwoont.
Naarmate de maaltijd vorderde, Columba
baar krachten terugvond en zfj meer praatte,
TER NEUZEN.
(Nadruk verboden).
Huwelijks-aangiften. 17 Febjr. Mattheus
Leunis, 22 j., jm. en Suzanna Pieternella de
Kraker, 20 j., jd. 21. Zacharias Wisse, 27 j., jm.
en Cornelia Verhelst, 20 j., jd. Johannes van
Fraeijenhove (van Zaamslag), 23 jaar, jm. en
Rosalia Maria Audenaerd, 19 jaar jd.
Huwelijks-voltrekkingen. 20 Febr. Levinusde
Putter (van Zaamslag), 30 jaar, jm. en Jacoba
Maria Heijgelaar, 22 jaar jd.
Geboorten. 17 Febr. Gelein Jacobus, zoon
van Jan David Bareman en Janneke Francina
Verlinde. 20. Francina Laurence, dochter van
Reinier Harms en Maaike Kuine Doorns. 21.
Engène Florimondus Jacobus, zoon van Pru
dent Florimondus Rijckaert en Charlotte Cor
nelia Paulusse.
Overlijden. 13 Febr. Antonia Veerman, 63 j.,
wed. van Arie Cornells de Feijter, 16. Adriaan
Cornells Stapper, 2 jaar, zoon van Cornells en
Janna Elizabeth Riemens. Een als levenloos
aangegeven kind van Francois Jacob Mielen
en Mechelina Catharina Kaan. 20. Pierre Ro
ger Louis Cotton d'Englesqueville, 30 Jaar, zoon
van René Louis Alfred en Anne Marquerite
Jeantet.
TER NEUZEN.
In de afgeloopen week hebben zich in deze
gemeente gevestigd
P. H. Marvin ingenieur, Veldstr. 7 (Sluiskil),
van Frankrijk.
J. A. Leunis, klerk, le De Feijterstraat 43
van Axel.
P. A. Cleeren, kantoorbediende, Dekkerstr. 16
van Hoofdplaat.
K. C. Hamelink, werkman, Pierssenspolderstr
48 (Sluiskil), van Haarlem.
F. H. Uiterschout, sjouwer, O 172, van Vlis-
singen.
G. en P. Kamerik, zonder Kazernestraat 31,
van Rotterdam.
Vertrokken
P. KroonDane, zonder, Dekkerstraat 21,
naar Delft.
D. J. Wolf rat, chauffeur, O 196j (Sluiskil),
naar Zaandam.
R. M. Ph. de Rijk, dienstbode, K. Kerkstraat
8, naar Boschkapelle.
De armenkas te Alkmaar bestolen.
Te Alkmaar is in de regentenkamer van het
katholiek armbestuur in het St. Jozefsgezellen-
gebouw ingebroken. Door uitsnijdingen van
een ruit heeft men zich toegang verschaft. Ge
reed lagen de deel-gelden welke Donderdag
avond of Vrijdagmorgen afgehaald worden
door de vier wijkmeesters, die deze gelden
distribueeren onder de twintig armbezoekers.
De dader heeft uit verschillende zakjes het
papier- en zilvergeld ontvreemd, doch de zak
jes met centen bleven onaangeroerd. Vermist
wordt een bedrag van ongeveer 400.
BESTRIJDING DER ONZEDELIJKHEID.
Pornografische bladen in beslag genomen.
Door de Justitie te Amsterdam is een inval
gedaan in een drukkerij om beslag te leggen
op de oplaag van een pornografisch week
blaadje.
Het drukken van dit blad was in vollen
gang, toen de inval plaats had. De oplaag werd
in beslag genomen evenals een aantal cliché's,
terwijl de drukpersen werden verzegeld.
De oplaag zoowel als de cliché's z n overge
bracht naar het Gerechtsgebouw aan de Prin
sengracht.
voelde Angelie haar verwondering toenemen.
Zij maakte bij de jonge werkster dezelfde op
merking als bij vader Falot.
De welgemanierdheid van dat kind, de uit
drukkingen waarvan zij zich bediende, verrie
den een beschaafde opvoeding: Door welk een
aaneenschakeling van rampen was zij tot die
ellende vervallen, welke haar uitgehongerd en
verkleumd in de sneeuw had doen nederzin-
ken?
Columba nam Angelie's bijstand en vriend
schap zonder valsche schaamte en vol erken
telijkheid aan. Zij geloofde aan de engelen,
aan de naastenliefde, aan de deugd, dat zwaar
beproefde kind en een levende verpersoonlij
king van dat alles in mejuffrouw Nerval mee-
nende te zien, voelde ze 'n zekere aandrift om
haar lief te hebben.
Hoe verlangend Angelie ook was om de treu
rige geschiedenis van Columba te vernemen
durfde zij er thans niet naar vragen, uit vrees
dat men haar zou verdenken, door een ver
trouwelijke mededeeling voor den geringen
dienst, dien zij bewezen had, te willen doen be
talen.
Zij kon zich echter niet onthouden tot Co
lumba de vraag te richten:
Is het reds lang geleden, dat uw vriendin
heengegaan is?
Een jaar. autwoordde Columba. Arme Eplne-
Vinette! Ik had haar zoo lief, zij heeft mijn
hart gebroken. En God weet, mejuffrouw dat
ik reeds genoeg geleden had. Gij reikt mij de
hand, gij biedt mij uwe bescherming; ik neem
alles aan, ontvang in ruil mijn erkentelijkheid
De aanleiding tot inval en in beslagneming
is gelegen in den inhoud van het geschrift.
Van verschillende z den waren zoowel Jus
titie als politie den laatsten t d hierop gewe
zen. Zoo waren verschillende klachten van
hoofden van scholen ingekomen, daar deze
lectuur ook vaak in de handen van jongens en
meisjes viel.
Ook in de Tweede Kamer is de aandacht
van den Minister op dit blaadje gevestigd.
De samensteller zal zich te verantwoorden
hebben wegens het verspreiden van pornogra
fische lectuur.
Ook te Gouda is door de Rotterdamsche Jus
titie een inval gedaan in een drukkerij, waar
een dergelijk blad werd gedrukt. Hier werd
eveneens de oplaag in beslag genomen en de
drukpers verzegeld.
De eigenaar hiervan zal zich voor eenzelfde
feit hebben te verantwoorden.
Een millionair te Indore (Engelsch-Indië)
betaalde veertienduizend pond sterling
((168.000 gulden) voor de operatie der enting
van een apenklier.
Kostbare vondst.
Uit Stamboel wordt gemeld, dat op der
Turksche eilanden bij Stamboel twee arbeiders
in den tuin van een oud klooster drie aarden
kruiken gevuld met goudstukken uit den By-
zantijnschen tijd, hebben gevonden.
ooals bekend, werd in 1453 door de Turken
een einde gemaakt aan het Byzantijnsche kei
zerrijk.
De twee arbeiders kregen twist over de ver
deeling van de vondst en riepen de politie te
hulp, die op de vondst beslag legde en deze
naar een museum liet overbrengen.
De vondst moet ettelijke millienen waard
zijn.
Een smokkelaar in de borst geschoten.
Woensdag poogden drie smokkelaars hun
smokkelwaar vanuit Eijgelshoven over de grens
te brengen. Ze werden door beambten aange
houden en sloegen op de vlucht. De beambten
maakten gebruik van hun vuurwapenen en
een der smokkelaars kreeg een schot in de
borststreek. De smokkelaars wisten zich op Hol
landsch gebied in veiligheid te stellen, nadat
zij door het meertje de Worm hadden moeten
waden.
In den loop van den dag begaf de aange
schoten smokkelaar, een 18-jarig werkloos jong
mensch, zich naar het grensdorp Merkstein,
meldde zich daar bij dé politie, die den smok
kelaar naar het hospitaal deed brengen.
Brutale roofoverval.
Vrijdagmorgen vroeg heeft in de administra
tie-gebouwen van de mijn „Friedrich Thijssen"
III/VII een brutale roofoverval plaats gehad.
Bij het uitreiken der loonen aan de uit de
mijn komende arbeiders van de nachtploeg,
drongen twee gemaskerde mannen het bureau
binnen en bedreigden de loketbeambten met
revolvers. a
Zij maakten zich meester van den geldbui
del, inhoudende 27,000 mark en wisten over de
spoorbaan te ontkomen.
De „Vloek van den Pharao"
De „vloek van den Pharao" is thans weer het
onderwerp van alle gesprekken der Londensche
society, zulks in verband met het feit, dat de
oude lord Westbury, uit smart over den dood
van zijn zoon en erfgenaam een einde aan zijn
leven heeft gemaakt, door uit zijn aan de 7de
verdieping van een der groote huizen in het
Westen van Londen gelegen woning te sprin
gen.
De jonge lord Westbury was de secretaris
van Howard Carter, den leider der opgravingen
van het graf van Toetankhamen Ook zijn dood
wordt door velen in verband gebracht met den
vloek van den Pharao, die allen zou treffen,
die in betrekking staan tot hen, die den slaap
der Pharao's in het dal der koningen durfden
verstoren.
En men wijst er op„ hoe raak die vloek der
en mijn vertrouwen. Mijn geschiedenis is zeer
droevig dat verzeker ik u! En gij, die zoo goed
schijnt, zult misschien uw oogen vochtig Voelen
worden, als ik ze u verhaal.
Dit kan ik u tenminste verzekeren, sprak
Angelie, dat hoe meer gij geleden hebt, des te
inniger ik u zal liefhebben.
Columba dacht een weinig na en ving toen
aan.
X
Twee meisjes.
Van de herinneringen uit hijn eerste levens
jaren is mij weinig bijgebleven. Alleen weet ik
nog, dat ik te midden van lammeren en geiten
ben opgegroeid, en ik een onbeschrijfelijk ge
not vond in het zien naar den hemel bij het op
en ondergaan der zon.
Als ik des avonds in mijn bedje lag en niet
konn slapen keek ik altijd naar de sterren. Ik
verbeelde mij steeds, dat ik uit één harer een
engel zou zien afdalen om mij de lofliederen
van het paradijs te leeren. Ik geloofde niet
aan toovergodinnen, mejuffrouw, maar ik ge
loofde aan de engelen.
Welk een gerust leven leidde ik! Een goede
vriendelijke vrouw noemde mij haar dochter,
de oude pastoor van het dorp onderwees mij in
den godsdienst en gaf mij bovendien onder-
j richt in al de werken welke men tot een be
schaafde opvoeding noodfg heeft.
Ik werd tegelijk als boerin en als rijke erfge
name opgevoed. Ik leerde de spraakkunst,
terwijl ik de schapen en de geiten hoedde, en
herhaalde Racine de Cornellle, terwijl ik in
den tuin op mijn knieën lag te wieden. Eens
Pharao's geweest is, wijl thans reeds 20 perso
nen, die iets uitstaande hadden met het graf
van Toetankhamen, ponder min of meer bijzon
dere omstandigheden om het leven zijn geko
men.
De eerste hunner was lord Carnarvon, die de
uitgravingen bekostigde en enkele weken na
de opening van het graf, aan de gevolgen van
een beet van een insect overleed.
Hij werd gevolgd door sir Archiblad Douglas
die zich bereid had verklaard, Röntgenopna-
men van de mummie te maken en door prof.
Laffleur van de MacGill-universiteit, die even
eens bij de opening van het graf hulp verleen
de.
Dr. Carver, die ook bij de opening van het
graf aanwezig was, kwam later door een auto
ongeluk om het leven.
Van de bezoekers van het graf stierven o.a.
de Amerikaansche spoorwegmagnaat Jay
Gould, die kort na het bezoek aan lognontste-
king overleed; de Egyptische prins Ali Fahny
Bei, die onder geheimzinnige omstandigheden
spoedig na zijn bezoek doodgeschoten werd
diens particuliere secretaris, die hem bij het
bezoek had vergezeld en miss Greely, een Ame-
kaansche, die na de bezichtiging van het graf
naar Amerika terugreisde en spoedig daarop
te Chicago zelfmoord pleegde. Verder zijn o.a.
nog 6 Fransche schrijvers en journalisten om
het leven gekomen, die het graf en de daarin
gevonden voorwerpen beschreven hebben.
Lord Westbury, die gisteren overleed, heeft
verscheidene brieven achtergelaten, waarvan
er een moet eindigen met de woorden: „Ik kan
de verschrikkingen niet langer dragen".
Overigens was bijna nog geen slachtoffer te
betreuren geweest. De lord kwam n.l. bij zijn
val van een hoogte van 70 voet, bijna terecht
op een vrouw, die juist den stoep van het huis
schoonmaakte. Het goede mensch had gelukkig
Toetankhamen geen kwaad gedaan, en bleef
dus gespaard.
Erfgenaam van den lord is zijn 15-jarige
kleinzoon, wiens moeder reeds herhaaldelijk in
het openbaar heeft verklaard, dat zij niet aan
den vloek gelooft en er zich op beroemt, dat zij
haar dochter naar de gemalin van Toetankha
men, Mefertari, heeft genoemd.
Het Ilongaarsche giftmuord proces
Te Szolnok is het zesde deel van het gif meng
sters-prces begnnen.
Terecht staat de 53-jarige Maria Foelclvary
die er van beschuldigd wordt in Maart 1920
haar man en een maand later haar geliefde
Nikolaus Olah met arsenicum vergiftigd te
hebben.
Haar dochter, Livia Major werd destijds ge
arresteerd, verdacht van medeplichtigheid,
doch is later bij gebrek aan bewijs weer vrij
gelaten.
Vrouw Foeldvary heeft voor den rechter van
instructie ontkend. Men beschuldigt haar doch
ter, die het geheele vermogen van den vader
zou erven, van den moord op dezen.
Regen kan schadelijk zijn.
De schade, door de hevige regens aangericht,
beloopt meer dan honderd millioen.
Meer dan tweehonderd woonhuisjes zijn in
gestort, zoodat een honderdtal families in
scholen moest worden onder dak gebracht.
Staking bij de stakingsleiding.
Bij een syndicaat te Bombay (Engelsch-
Indië) genaamd de Roode Vlag, dat verschei
dene stakingen in katoenspinnerijen uitlokte,
zijn nu de eigen employé's in staking gegaan,
daar enkele maanden geen salarissen zijn uit
betaald.
Een vergiftigingsmaniak
Te Detroit is de 25-jarige assistent van een
scheikundig laboratorium, James Baker, in
hechtenis genomen, die verdacht wordt zich
aan verscheidene moorden schuldig te hebben
gemaakt. Hij heeft bekend, dat hij de laatste
jaren 8 menschen door middel van vergif uit
den weg heeft geruimd. De moorden moeten in
verschillende werelddeelen zijn gepleegd. Ba
ker beweert, dat hij telkens onder een plotse
ling opkomenden dwang heeft gehandeld.
vroeg ik aan den pastoor Lormel waarom hij
mij toch zooveel verschillende dingen deed
leeren.
Ik weet niet, mijn kind, welke lot de Voor-
zieenigheid u voorbereid heeft, gaf hij mij ten
antwoord, maar gij moet in ieder geval den
eer kunnen aandoen, waarin gij misschien
eens geplaatst zult worden.
En daar ik den pastoor van Bruyants als
een heilige vereerde, en mijn moeder Martha
zich over mijn vorderingen verheugde, legde
ik mij met vlijt op de studie toe. Later heb ik
de oplossing van dat raadsel gevonden en den
voorzorg van den pastoor begrepen,
In mijn eerste levensjaren heb ik mij nooit
kunnen verklaren, waarom iedereen in het
dorp mij liefhad en mij bedierf. Columba
hier, Columba daar! lierrlijke vruchten, bloe
men, vogeltjes, alles was voor Columba: het
scheen mij toe als telde ik in elke woning
bloedverwanten. Toen ik mij in dit groote Pa
rijs bevond, heb ik misschien het gemis -van
brood minder diep gevoeld dan dat van dc
vriendschap en de liefkoozingen.
De pastoor van Bruyants -werd ernstig ziek;-
hij liet mij roepen en toen ik voor zijn bed
neergeknield lag, deelde hij mij mede, dat Mar
tha mijn moeder niet was, en men mij, op zer
1 keren morgen bijna versmachtend van honger
en dorscht in een korfje op een wagen had ge
vonden, aan de zijde van een doode vrouw.
Dus was ik een wees; al de teedere zorgen,
die men mij bewezen had, waren 'n liefdegift.
(Wordt vervolgd)