han
No. 3579
Maandag 17 Februari 1930
44ste Jaargang
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
R.-K. Verkennersbeweging.
Het Gebeim van den
Voddenraper.
Uit Je Pers
Binnenland.
N
ruw of stuk
VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
POSTRFKEHIMB Ha. 52410
FEUILLETON.
DE
Bureaux van Redactie en Administratie
OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT
Telefoon 15 Telegramadres: Koerier
ERIER
Abonnementsprijs 1.50 per 3 maanden,
of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling
Advertent iën 20 cent per regelbij contract lager
ZEER KOOPKRACHTIGE
LEZERSKRING
IT8TEKEND QE8GMIKT
VOOR PUBLICITEIT
Aan de mededeelingen, dat het Doorluchtig
Episcopaat zijne goedkeuring heeft gehecht
aan de stichting van een nationale R.-K. Ver
kennersorganisatie en zijne toestemming heeft
verleend tot federatieve samenwerking met de
Nederl. Padvindersvereeniging, kan de Inter
diocesane jeugdcommissie het volgende toe
voegen
1. Door het Doorluchtig Episcopaat is be
noemd tot algemeen Verkennersgeestelijke de
WelEerw. heer G. L. W. A. de Geus, kapalaan
van de parochie O. L. Vr. ten Hemelopneming
Utrecht, Biltstraat 121.
2. Op uitnoodiging der Interdiocesane jeugd-
comissie zijn tot het bestuur der nationale
„R.-K. Verkennersorganisatie toegetreden en als
zoodanig geïnstalleerd:
Dr. L. Berger, Bachmanstraat 47, Den Haag.
Mr. A. Fens, Keizersgracht 6, Eindhoven.
W. Froger, Ginnekenweg 39, Breda.
Mr. E. Lamers, Stationsweg 10, Den Bosch.
Drs. A. van der Poel, Prinses Julianastraat
54, Ginneken.
Het voorzitterschap van het bestuur wordt
tijdelijk waargenomen door den algem. Ver
kennersgeestelijke, waar tevens het voorloopig
secretariaat gevestigd is: Biltstraat 121, Ut
recht.
3. De onderhandelingen met de N. P. V. zijn
in een vergevorderd stadium en zullen na on-
derteekening van den grondslag voor samen
werking door het bestuur worden gepubli
ceerd.
4. Vanaf heden berust de leiding van onze
Nationale R.-K. Verkennersorganisatie bij het
bovengenoemd bestuur en den Algemeenen
Verkennersgeestelijke.
Reeds bestaande katholieke groepen worden
verzocht zich zoo spoedig mogelijk te melden
bij het secretariaat der nationale R.-K. Ver
kennersorganisatie.
Voor het oprichten van nieuwe troepen tre
de menn eerst in overleg met het bovenge
noemd bestuur.
Geen katholieke troepen mogen buiten het
nationaal verband worden opgericht. Om in
dit nationaal verband te worden opgenomen,
zal men moeten beschikken over een leider, die
volmacht heeft ontvangen, om als zoodanig op
te treden.
Omtrent de eischen, die zullen worden ge
steld om een volmacht als leider te kunnen
verkrijgen, zullen door het bestuur nadere me
dedeelingen worden gedaan.
5. Tenslotte wijst de Interdiocesane jeugd
commissie in opdracht van het Doorluchtig
Episcopaa^ op de groote beteekenis van een
goede leidersvorming. Méér dan in welke an
dere jeugdvereeniging hangt in de Verkenners
beweging het welslagen af van het bezitten
van degelijk godsdienstige, moreel hoogstaande
en technisch geschoolde leiders af.
Daarom zij de eerste zorg het kweeken van
i Naar het Fransch van
RAOUL DE NA VERY.
26)
Op zekeren avond in de maand November,
dat vader Falot vroeger dan gewoonlijk, doch
door de koude gedwongen, langs de rue des
Martijrs huiswaarts keerde, bemerkte hij een
meisje, zoo tenger dat ht nog een kind scheen.
Zij had een donker katoen kleedje aan, een
zwarte doek op den rug vastgebonden, over het
hoofd, een witten zakdoek onder de kin vastge
knoopt zij sleepte zich met moeite voort en
hield zich aan de muren vast om niet te val
len.
Van tijd tot tijd bleef zij staan en drukte
haar beide handen krampachtig tegen haar
borst, sloeg dan de oogen op naar den grau-
.wen hemel, om er eep ster, een glinstering van
hoop te zoeken en wankelde dan weer voort.
Eindelijk ontzonken haar de krachten ge
heel en al, zij leunde tegen de deur van een
huis, en zonk langzaam ineen, zonder dat haar
val eenig gerucht maakte
De voddenraper zette zijn lantaarn neer en
wilde zich van zijn draagmand ontdoen, toen
MJ onder de stralen van zijn licht op de trot
toir een armband zag liggen, welks talrijke
De sleepboot «Falke» bij de pogingen om de opvarenden van de «Fair Play», die
door aanvaring gezonken is, te redden. Vier leden van de bemanning verdronken.
zulke leiders.
Vast moet staan bij allen, dit tot de oprich
ting van katholieke Verkennerstroepen willen
overgaan, dat alleen onder goede leiding niet
slechts het spel van verkennen, doch ook de
katholieke vorming van de jongens tot hun
recht kunnen komen, en dat dus alléén met
goede leiders de katholieke Verkennersbewe
ging iets kan worden en kan gaan bteekenen
voor de ontwikkeling van onze rijpende man
nelijke jeugd in Nederland.
Zóó opgevat en geleid, moge onder Gods ze
gen de nationale katholieke Verkennersbewe
ging zich voorspoedig ontwikkelen en uit
groeien tot een krachtig onderdeel van de ge-
heele organisatie van katholiek Jong Neder
land.
Namens de Interdioc. Jeugdcommissie,
P. H. DE GROOT, Voorzitter.
G. J. SUETENS, Secretaris.
'N MOOI INSTITUUT.
Wij lezen in de Middenstandskrant
Een kleine middenstander zat in geldelijke
moeilijkheid.
Hij had het financieel benauwd.
Geen uitkomst ziende, klopte hij aan bij een
voorman van zijn plaatselijke organisatie en
vroeg deze om raad en hulp.
Besloten werd. nog een paar andere ver
trouwensmannen uit de vereeniging in het
overleg te betrekken.
Met het resultaat?
Dat de betrokkene met zijn gezin van den
edelgesteenten als vuur flikkerden.
Maclou liét di enijlings in den zak glijden,
stak zijn haak in re half gevulde mand, zette
er zijn lantaarn naast en stond in een paar
stappen aan de zijde van het meisje.
Hij sprak haar aan, doch kreeg geen ant
woord; hij vatte haar handen, ze waren ijs
koud hij legde de hand op haar hart, maar
voelde het niet meer kloppen.
Zonder zich lang te bedenken, nam hij het
meisje in zijn nog gespierde armen op, droeg
haar ijlings de rue Matrijrs door, en bereikte
het koffiehuis, dat op den hoek van die staat
en de Avenue Tudaine staat. De knechten wa
ren reeds bzig te sluiten enbegonnen de lichten
uit te doen.
De voddenraper liep er bijna twee omver,
terwijl hij de groote zaal binnensnelde, legde
het meisje op een der fluweelen zitbanken en
riep:
Gauw! wat cognac of brandewijn dit meisje
sterft.
Een bediende bracht brandewijn waarmede
de voddenraper de slapen van het meisje wreef
Door de haast, waarmede hij den doek, die
rond haar hoofd geknoopt was, terugschoof
gleed deze geheel af, en vertoonde zich de kale
schedel van het meisje aan de oogen van haar
beschermer.
De voddenraper slaakte een kreet van mede
lijden.
Het is van honger! sprak hij, van honger
Arm schepselzij heeft alles verkocht alles tot
zelfs haré haren. O er zijn nog engelen op de
wereld! Geef spoedig wat bouillon, wat wijn.
financieelen ondergang werd gered. Zonder dat
daartoe door de raadsmannen geld was voor
geschoten.
Dit geval zoo meen ik - bracht re.ctor
Bots op de gedachte, voor andere soortgelijke
gevallen een vaste commissie in 't leven te roe
pen van vertrouwde en bekwame zakenmen-
schen, wier namen niet openbaar zijn gëmaakt
doch met wie gegadigden in verbinding kun
nen treden door bemiddeling van den geeste
lijken adviseur.
Deze commissie heeft thans een jaar gewerkt
In „De R.-K. Middenstander" vertelt de rec
tor een en ander over de lotgevallen van zijn
Jonge geesteskind.
Daarvan moeten ook onze lezers kennis ne
men.
Want er is mooi en vruchtbaar werk gedaan.
Alleen door overleg met crediteuren en som
tijds ook met familieleden en vrienden der
betrokkenen.
Ook voor andere afdeelingen ligt hier een
rijk terrein van echt socialen en zeer verdien
stelijken arbeid.
Laten daarom de besturen dier afdeelingen
deze gedachten eens ernstig bespreken om
daarna zoo mogelijk te komen tot.de
daad.
Een antwoord op den brief van Kardinaal
van Roey.
De Katholieke Vlaamsche Volkspartij in het
arrondissement Turnhout heeft in de „Nieuwe
Kempen" een antwoord gepubliceerd op den
onlangs ook in ons blad gepubliceerden brief,
van Z. E. Kardinaal Van Roey, die werd voor
gelezen in de kerken van de Kempen en ge
richt was tegen genoemde partij.
Eenige minuten later voelde de voddenraper
het arme kind bijkomen haar oogen openden
zich. Zij sprong ontsteld overeind en vroeg:
Waar ben ik
Drink eerst, antwoordde de voddenrapper,
haar een tas bouillon aanbiedend.
Zij gehoorzaamde met de volgzaamheid van
een kind, en een traan van erkentelijkheid
parelde in haar oog.
Zij voelde zich nu eengiszins versterkt, en
den man aanziende die haar bijgestaan had,
fluisterde zij:
Gij zijt goed!
De voddenraper wendde zijn gelaat af om
zijn tranen af te wisschen.
Het meisje stond op en bemerkte nu eerst
dat haar hoofd ontbloot was.
Zij bloosde, knoopte er het witte doekje
weer om en zeide:
Ik ben geheel beter, nu kan ik naar huis
gaan.
De voddenraper maakte volstrekt geen be
denking, stak de hand in zijn borstzak, haal
de er zijn geldbuidel uit, die hij onbemerkt
in den zak van het katoenen kleedje van het
meisje wist te doen glijden, en verliet met
haar het koffiehui^.
Steun op mijn arm, ik ben een eerlijk man,
zoo waar als gij een braaf meisje zijt. Hebt
gij geen vader meer
Ik heb mijn vader nooit gekend.
En uw moeder.
Is kort na mijn geboorte overleden.
En gij waart óp het punt van honger te
sterven
In dit antwoord verklaart het bestuur, dat
„wij nooit of nimmer het kerkelijk gezag heb
ben aangevallen.
Zijne Eminentie is en blijft de leider onzer
zielen, en wanneer Zijne Eminentie als leider
onzer zielen spreekt of optreedt, dan zal hij
steeds door ons met kinderlijke oprechtheid
vereerd worden. Wij kwamen op tegen de po
litieke opvatting en houding van Z. Em., waar
in wij, als burgers van Z. Em. verschillen. Niet
tegenstaande ons herhaald aandringen, werd
nog aangetoond hoe onze politieke overtuiging
met die godsdienstige en zedelijke belangen,
die de Kerk verdedigen moet, in strijd is".
En verder:
„Wij zijn vast besloten in zake Vlaamsch
Nationalisme tot klaarheid te komen, zoowel
voor de gerustheid der gewetens als voor onze
eigen gedragslijn. Wij eischen klaarheid, al
zouden wij tot de hoogste instantie moeten
gaan".
Tot slot vraagt het bestuur:
„Wij hebben onze politieke opvattingen uit
eengedaan in ons verweerschrift (het vorig
jaar verschenen). Nogmaals, wij vragen het:
Wat is er daarin dat een kerkelijke veroordee
ling verdient Welke der politieke doelstel
lingen van de Katholieke Volkspartij zijn strij
dig met de belangen der Katholieke Kerk, in
die godsdienstige, zedelijke, geestelijke zaken,
die de Kerk verdedigen moet
HET KAMERLID FLORIS VOS.
Bij zijn eigen partij in ongenade gevallen.
Bij de Tweede Kamer is een adres ingeko
men van het bestuur der Middenpartij voor
Stad en Lande (Middenstandspartij) van den
volgenden inhoud.
De algemeene vergadering van de Midden
partij voor Stad en Lande (Middenstandspar
tij) in vergadering op 15 Januari 1930 te Am
sterdam bijeen, spreekt haar ernstig leed
wezen uit over de houding van den heer Floris
Vos, afgevaardigde dier partij in de Tweede
Kamer bij verschillende gelegenheden in strijd
met het programma der partij, aangenomen
en verzoekt het bestuur van deze motie kennis
te geven aan cle leden der Tweede Kamer.
Iooezontfen MeHedeeliuq
(13)
weer spoedig zacht en heel met Purol.
Ja bevestigde het meisje met een hoofd
knik.
Ik ben oud, hernamde voddenraper, gij
kunt vertrouwen in mij stellen. Ik heb veel ge
leden, ik begrijp de smarten van anderen. De
armen zijn elkander steun en bescherming
verschuldigd, wilt gij de mijne aannemen
Gij hebt mij zooeven reeds het leven gered,
antwoordde het meisje, haar groote, blauwe
oogen op Maclou vestigend.
Welnu, hernam deze, zeg mij waar gij
woont. Gij zijt zoo zwak, dat u onderweg nog
maals een bezwijming kan overvallen.
Rue Roddier no. 17. y
Beiden zwegen verder. De voddenrapper on
dersteunde met een vaderlijke bezorgdheid de
wankelende schreden van het meisje; deze
bleef van tijd tot tijd stilstaan, om op adem
te komen, glimlachte zwak met die eigenaar
dige uitdrukking, welke men bij de zieken en
de kinderen waarneemt, en hervatte dan weer
den tocht.
Toen zij voor haar woning stond, zeide de
voddenrapper met een van ontroering en me
delijden trillende stem:
Uw verlatenheid en uw ongeluk treffen mij
dieper dan ik u kan zeggen; veroorlooft gij
mij zoo nu en dan naar uw toestand te komen
hooren.
Voorzeker.
Hoe weinig mijn steun ook waard moge zijn,
neemt gij dien aan
Ik dank God, dat Hij u mij ter hulp gezon
den heeft.
(Wordt vervolgd)