Het W inkel werktijden besluit. De Zeeuwsche Koerier Maandag 23 Dec. 1929 Het Geheim van den Voddenraper. Tweede Blad. van Van den directeur-generaal van den arbeid ontvingen wij onderstaand communiqué, het welk beoogt, de belanghebben nog eens na drukkelijk in kennis te brengen met de détails der' regeling, die vanaf 1 Januari 1930 in winkels, magazijnen enz. moet worden in acht genomen. Waar deze bepalingen voor velen tamelijk ingrijpend zijn verdient tyet alle aan beveling, dat betrokkenen van den inhoud nauwkeurig nota nemen. Op 1 Januari a s. treedt het Koninklijk Be sluit van 13 Juni 1929, Staatsblad 313, het zgn. Werktijdenbesluit voor winkels, in wer king. Onder „winkels" verstaat de Arbeidswet alle open of besloten ruimten, waar voorwer pen of stoffen aan het publiek in hel klein plegen verkocht te worden. Ook z.g. „vliegen de winkels" zijn aan de bepalingen van het Winkelwerktijdenbesuit onderworpen, voor zoo ver zij langer dan een week worden gedreven of worden gehouden in een pand, dat reeas vroeger als winkel in gebruik was. Met den winkel worden geacht een geheel uit te maken de in het zelfde gebouw of op het bijbehoorende terrein zich bevindende ruim ten, waar voorwerpen of stoffen worden be waard voor verkoop in den winkel. De hoofd inhoud der bepalingen, waarmede de winke liers met ingang van 1 Januari a.s. rekening hebben te houden, is als volgt Werktijd per week. De werktijdbepalingen zijn niet van toe passing op winkels in de eigen woning van het hoofd of den bestuurder der onderneming, die zijn bedrijf uitoefent zonder hulp van an deren dan zijn echtgenoote en bloed- of aan verwanten tot den derden graad inbegrepen, dft bij hem inwonen. Hierop bestaat één uit zondering, nl. dat jeugdige personen in een kapperswinkel ook in een familiezaak niet tusschen 20 en 8 uur mogen werken. De werktijd der winkelbedienden, door de wet „arbeiders" geheeten, mag per week nor maal niet langer dan 53 uur bedragen. Alleen bij overwerk of in bijzondere perioden (zie hieronder feestdagen) kan daarvan worden afgeweken. Werktijd per dag. De dagelijksche werktijd is gesteld ophoog- sten 91/2 uur per dag en moet liggen a. voor personen beneden 18 jaar tusschen voormiddags 8 uur en namiddags 8 uur. b. voor personen van 18 jaar en ouder tusschen voormiddgs 6 uur en namiddags 10 Va uur (nachtarbeid is verboden). Indien echter bij gemeentelijke verordening een bepaald sluitingsuur geldt, wordt voor personen van 18 jaar en ouder het einde van den werktijd gesteld op een half uur na dat sluitingsuur, doch niet later dan tot 11 urr des avonds. Werktijd op Zaterdag. De werktijd des Zaterdags mag voor manne lijke kappersbedienden boven 18 jaar 12 uur voor alle andere bedrijven 11 uur per bedien de (alleen personen boven 18 jaar) bedragen, met inachtneming van het weekmaximum. Uit het vorenstaande vloeit voort, dat de 53-urige werkweek bijv. als volgt kan worden verdeeld 4 dagen a 9 uur per dag 1 dag a 6 uur per dag 1 dag a 11 uur per dag. Zondagarbeid. Zondagsarbeid is verboden voor jeugdige personen, t.w. winkelbedienden beneden den leeftijd van 18 jaar. Uitzondering op dit ver bod zijn (behalve voor Israëlieten, Sabbathis- ten en dergelijken niet toegelaten. Voor winkelpersoneel, ouder dan 18 jaar, geldt het verbod niet. (Zie hieromtrent hier onder wekelijksche rustdag) Regeling voor algemeene feestdagen. Wanneer in een winkel op Hemelvaartsdag, op 15 Augustus en 1 November geen arbeid F E U I L LET O N. Naar het Fransch van RAOUL DE NA VERY. 4) Misschien, maar dat is niets. Toen ik van den wagen sprong om hulp te gaan halerï en naar u toe te loopen, ben ik gevallen Wees gerust, mijnheer, ik kan toch £oed loopen. De grijsaard zette de lantaarn op den grond nam Max op den arm zonder een woord te spreken, vatte de lantaarn weer op en stapte de deur uit. Het licht van de lantaarn bescheen achter eenvolgens de doornhaag, waaraan Max zich verwond, en de gracht, welke hij doorwaad had. In weerwil van zijn hooge jaren sprong de man vlug over de gracht en een minuut later vertoonde zich de effen, verlaten weg aan de oogen van den knaap en zijn leidsman. Wel, vroeg de man. Ik zie den wagen niet meer antwoordde het kind, om zich heenziende. Gij zult u in de richting vergist hebben. Dat is niet mogelijk, hij stond vlak tegen over dezen dikken boom, die op een 6pook ge wordt verricht, is toegestaan, dat door perso nen van 18 jaar en ouder op den dag, voor gaande aan Hemelvaartsdag, op 14 Augus tus en 31 October gedurende ten hoogste 11 uur wordt gewrkt. Voor personen van 18 jaar en ouder mag bovendien de werktijd in die week 62 uur bedragen. Voor bloemenwinkels, brood-, koek- en banketbakkerijen bestaan eenige afwijkende bepalingen met het oog op St. Nicolaas en Kerstmis, welke echter nog voor het eind 1930 eenigszins zullen worden herzien o.a. ligt het ook in het voornemen, voor vischwinkels op Vrijdag een langeren werktijd toe te staan, mits het weekmaximum niet wordt overschreden en voor slagerswin kels en winkels van vleeschwaren een 11-uri- gen werkdag op 31 December, RUSTTIJDEN. A. Wekelijksche rustdag. Aan alle, in winkels werkzame arbeiders moet een wekelijksche onafgebroken rusttijd worden gegeven van ten minste 32 uur. Deze behoeft nit altijd op Zondag te vallen, daar zooals reeds is opgemerkt bij het winkel- werktijdebesluit Zondagsarbeid in het alge meen niet is verboden. Eenmaal per drie weken moet voor de ar beiders van 18 jaar en ouder die op Zondag werken, de genoemde rusttijd van 32 uur ech ter wel een Zondag zijn. Sluit deze rusttijd aan op den vrijen middag per week, die iede- ren bedienden moet gegeven worden (zie hieronder sub B), dan moet de rusttijd ten minste 41 uut per week bedragen. B. Wekelijksche halve vrije dag. Behalve de zooeven genoemde wekelijksche rusttijd van 32 uur mag een arbeider in een winkel op één dag per week geen arbeid ver richten vóór of na 1 uur des namiddags. C. Nachtrust. Tusschen het einde van den arbeid op een dag en den aanvang van de arbeid op den volgenden dag moet voor personen van 18 jaar en ouder een onafgebroken rusttijd liggen van tenminste 11 uur. Rustpauzen. Wanneer 6 uur of langer daags wordt ge werkt, moet iedere bediende na elke 5y2 uur arbeid een rusttijd van een half uur worden gegeven. Eindigt dearbeid echter na 6 uur 's- avonds, dan moet althans iy2 uur rust wor den gegeven tusschen liy2 en des voormiddags 3y2 uur des namiddags. (Er is een herziening van het besluit in voorbereiding, krachtens welke deze regeling niet zal gelden voor de dagen, waarop in een plaats een jaarmarkt wordt gehouden en bovendien niet op de da gen, dat de winkelbediende zijn halven vrije middag bekomt en dien dag zijn arbeid niet vóór 12 uur des middags aanvangt en tevens niet na 7 uur des namiddags eindigt. In die gevallen kan met den normalen rusttijd van y2 uur na elke 5>/2 uur arbeid worden vol staan. Voorts kan het Districtshoofd toekenning van andere of langere rusttijden dan hier boven genoemd, eischen. Verder worde in acht genomen, dat rust tijden van minder dan een kwartier als werk tijd gerekend worden. Kinderarbeid. Een kind beneden 14 jaar of nog leer plichtig mag in'een winkel geen arbeid ver richten. Dit verbod geldt ook voor loopwerk. Schoonmaken van winkels Personen van 18 jaar en ouder, die in een onderneming geen anderen arbeid verrichten dan het schoonmaken van lokalen enz. mogen die taak op alle werkdagen tot 11 uur namid dags in winkels verrichten. Afhelpen van klanten. Het bedienen van degenen, die bij het slui ten van den winkel reeds daarin aanwezig zijn, is toegestaan, doch niet langer dan een half uur na het op de arbeidslijst aangegeven tijdstip van einde van den arbeid, noch langer lijkt. Des nachts gelijken alle oude boomen óp spoken, hernam de grijsaard het hoofd schud dend. Ik zal eens roepen, sprak de knaap moeder zal mijn stem herkennen. De arme kleine verzamelde al zijne krach ten en riep Moeder Moeder Een echo zwak als een zucht, beantwoordde slechts zijn geroep. Hoe heette um moeder vroeg de grijsaard. Ik noemde haar „moeder" nooit anders. En hoe noemde haar uw vader Annita. En de dienstboden Mevrouw. Blijf hier staan, hernam de man, ik zal een eind den weg opgaan, om te zien of ik den wagen niet kan ontdekken. Max klemde zich aan de been en van den grijsaard vast. Ik smeek u, snikte hij, laat mij niet hier alleen achterlaat ons beiden zoeken als gij moe zijt van mij te dragen, zal ik loo pen hard loopen als het zijn moet maar ik wil mijn moeder het eerst zien zij zal meenen dat ik omgekomen ben en van schrik sterven. De man nam het kind weer op den arm en ging den hellenden weg af zoo snel als zijn krachten het hem veroorloofden. Toen hij be neden kwam, stond hij voor drie uiteenloo- dan een half uur na het normale sluitingstijd stip van den winkel, een en ander op voor waarde dat in geen geval na 11 uur nm. arbeid mag worden verricht. Overwerk. Indien in een winkel een opeenhooping van werk voorkomt, of zich aldaar bijzcnare om standigheden voordoen, kan het Districts hoofd, (of in beroep de Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid) afwijkingen van het Winkelwerktijdenbestuit en ook verlenging- van arbeid (doch alleen voor pesonen boven 16 jaar) toestaan, mits wordt in acht geno men, dat een jeugdig persoon niet langer ar beid verricht dan 10 uur per dag en 55 uur week en een man en een vrouw niet langer dan 11 uren per dag en 62 uren per week. Filiaalhouders. De bepalingen van het Winkelwerktijdenbe sluit zijn van toepassing op zgn. filiaalhou ders, die dus een winkel beheeren, behooren- de tot een onderneming, waarvan zij niet het hoofd of bestuurder zijn, met dien verstande echter, dat de werktijdbepalingen voor den- gene, die aan het hoofd staat van den winkel of het filiaal, allen dan niet gelden, wanneer hij uitsluitend of in hoofdzaak met de leiding van den winkel of van een afdeeling daarvan is belast, of wanneer, behalve het hoofd, ten minste drie personen in den winkel arbeid plegen te verrichten. Die bepalingen blijven echter steeds van toepassing op al degenen (familie of vreemden) die Jiem bij den ver koop assisteer en. Afdeelingschef. Eveneens zijn vrijgesteld de chef de bureau het hoofd van de administratie, de hoofd boekhouder en de afdeelingschef, voor zoover zij aan het hoofd staan en de leiding hebben over arbeiders, werkzaam aan de administra tie, de correspondentie of de boekhouding der onderneming verder de magazijnmeester en de expeditiechef, indien hun arbeid uitslui tend of in hoofdzaak bestaat in het houden van toezicht op de magazijnen, bij de expedi tie of bij de ontvangst van goederen en zij verantwoordelijk zijn voor de goede orde in de magazijnen en voor de de daar aanwezige goederen en stoffen, in al deze gevallen even wel onder voorwaarde, dat in het arbeidsre- gister bij hun naam vermeld is, welken werk kring als bovengenoemd zij vervullen. Het Districtshoofd der Arbeidsinspectie kan bovendien bij bijzondere vergunning bepaalde personen met een afdeelingschef gelijk stellen en dus van de werking van het Winkelwerk- tijdijbesluit vrijstellen. Bij weigering kan de werkgever bij den Minister van Arbeid, Han del en Nijverheid in beroep gaan. De verleen de gelijkstelling kan steeds worden ingetrok ken. Vervanging bij ziekte. De werktijdbepalingen zijn evenmin van toepassing op den arbeid van den persoon, die bij ziekte van het hoofd of den bestuur der der onderneming dezen vervangt geduren de die vervanging, mits van de vervanging onverwijld aan het Districtshoofd is kennis gegeven. Bewakingsdiensten. De man, die uitsluitend of in hoofdzaak met bewakingsdiensten van winkels en maga zijnen is belast, mag zulks doen gedurende ten hoogste 12 uur per dag en 72 uur per week. Hij moet echter in 8 achtereenvolgende we ken tenminste 2 Zondagen vrij zijn. Tusschen het begin en het einde van den bewakings dienst moet een tijdsruimte van ten hoogste 12 uur liggen. Vóór en na iederen bewakings dienst moet hem een rusttijd van tenminste 11 uur worden gegeven. Israëlietische winkels en feestdagen. Voor Israëlietische winkels en voor perso nen, die tot een kerkgenootschap behooren, dat den wekelijkschen rustdag op den 7den dag viert, geldt in het algemeen, dat de we kelijksche rusttijd minder dan 32 uur mag bedragen, doch niet minder dan 26 uur. De regeling van den werktijd in weken, waarin Israëlietische feestdagen vallen, zal vermoe- pende wegen, alle berijdbaar, en bleef beslui teloos staan. Welken moet ik inslaan, mijn God dacht hij bij zich zeiven. Hij koos den middelsten en ging dien een eind op. De weg was stil en verlaten, geen gekraak van wielen of eenig ander geluid liet zich hooren. Het licht van den lantaarn was inmiddels verduisterd en ging nu eensklaps uit. Maar de dag begon aan te breken. Zoolang de knaap bezield was geweest met de overtuiging zijn moeder terug te zullen vinden, had hij een moed aan den dag gelegd boven zijn ja ren, maar toen hij de hoop moest opgeven de kar te zullen inhalen, waarop zij zat, begon hij wanhopig te weenen. Tegelijk begon het gekwetste been te zwel len, het aangezicht, door de doornen openge reten, werd rood en dik, en tot zijn schrik bemerkte de grijsaard, dat de arme kleine aan een heete koorts ten prooi was. De man ging op den kant van den weg zit ten en vroeg zich af wat hij doen moest. Komaan, oude Cornelis, dacht hij bij zich zeiven, uw plicht en God hebben het u duide lijk voorgeschrevenZiehier een verdoold schaapje zonder moeder begin met het aan je boezem te verwarmen en het een deel van j je leven te geven De Voorzienigheid zal in het overige voorzien. t En Cornelis Aubin nam het kind, dat op 44e Oaargang. No. 3557. delijk nog eenigszins worden aangevuld, ten einde betere aansluiting te vinden bij de ka lenderperioden, die kunnen voorkomen. Barbiers- of kappersondernemingen. IX algemeen" voor winkels geldende bepa lingen zijn ongeveer gelijkluidend voor bar biers- en kappersondei nemingen Op Zaterdag, op den dag, voorafgaande aan Hemelvaartsdag, op 14 Augustus, 31 October en 24 December, mag door een man van 18 jaar of ouder, indien genoemde dagen werk dagen zijn, worden gewerkt hoogstens 12 uur per dag tusschen v.m. 6 uur en n.m. 11 uur, echter hoogstens 53 uur per week. Op de ge noemde dagen kan worden volstaan met een rusttijd van ten minste een half uur na elke 5 uren arbeid de lange rust a iy2 uur be hoeft op die dagen niet te worden toegekend. Ten behoeve van .tooneelvoorstellingen mag door een persoon van 18 jaar of ouder tot 11 uur n.m. kappersarbeid worden verricht. Arbeidslijsten. De werk- en rusttijden van winkelpersoneel moeten nauwkeurig zijn aangegeven op een arbeidslijst. Alleen de barbiers- en kappers ondernemingen bezitten hier voorwaardelijk wat meer vrijheid. De arbeidslijsten moeten worden opgehangen in den winkel, terwijl een aangehecht afschrift moeten worden ge zonden aan het Districtshoofd der Arbeids inspectie door afgifte tegen gestempeld ont vangbewijs aan het loket ten postkantore. In-dien verschillende werk- en rusttijdrege lingen gelden, behoort voor elke regeling een afzonderlijke lijst te worden ingevuld. De werktijdregeling mag ook vervat worden in een overzichtelijken werkrooster, waarvan het Districtshoofd eventueel den vorm kan vaststellen. De formulieren-arbeidslijst zijn tegen ge ringe betaling verkrijgbaar aan alle postkon- toren. Arbeidsregister. Het hoofd of de bestuurder van een winkel is verplicht een arbeidsregister aan te houden, waarin o.m. moeten zijn vermeld de namen van het personeel en het nummer van het blad der arbeidslijst, waarop hun werk- en rusttijden zijn aangegeven. Deze registers kunnen worden besteld aan alle postkantoren en zijn o.m. verkrijgbaar in verschillende boekwinkels, bij de firma Sam son te Alphen a/d Rijn, Erven Tijl te Zwolle, enz. Arbeidskaart. Het hoofd of de bestuurder is verplicht, in het bezit te zijn van een arbeidskaart van in zijn dienst zijnde personen van 14 tot en met 17 jaar en van gehuwde vrouwen. Dit geldt ook voor loopjongens en loopmeisjes. Deze kaarten worden kosteloos verstrekt ter ge meentesecretarie van de plaats van inwoning van de(n) werknemer (ster). (Arbeidskaarten voor hen, die buiten Ne derland wonen, worden afgegeven ter secre tarie der gemeente, waar de persoon arbeid verricht. hartverscheurenden toon, te midden van de koorts en de smart om zijn moeder riep, mee naar zijn woning. H. Behouden Glansrijk rees de zon aan de Oosterkim, de rooskleurige tinten van den dageraad vervan gende door pijlen van gloeiend goud, die zij in bundels uitschoot over de aarde. Men was in de maand Mei, de lucht was met heerlijke geuren vervuld, daar de viooltjes, hyacinthen, rozen, narcissen en andere voorjaarsbloemen in vollen bloei stonden en het ook door haar bonte schakeeringen verrukten. De musschen begroetten den morgen met haar vroolijk getjilp, terwijl de kraaien bree- de kringen rondom de kerkspits beschreven, waarvan het haantje, in het zonlicht flikke rend, op het punt scheen, zijn vleugels uit te breiden en met haar mee te vliegen. De klok klepte langzaam het Angelus en de boeren, die hun span bestierden, bleven staan in het veld of op den kant van den weg, na men hun hoed af, en beden stil het gebed, dat de klok met haar metalen stem zong. Het doffe geloei van het vee vormde de zware bas van dat concert, waarvan het vo- gelenheir op schrille wijze de hooge noten zong. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1929 | | pagina 6