Hcnco Bi eten steken KLOOSTERBALSEM Geen Goud zoo Goed Hoe de kooldraad-gloeilamp werd uitgevonden. fi Voor het inde week zetten Ingezonden Mededeeling (15) der* wascff alleen Henkel's Wasch- en Bleek-Soda spaart U veel moeite en tijd IN6EZONDEN MfDEDEELINS. (108) Middelen van vervoer. Dienstregeling ingaande 6 October 1929. den van het Provinciaal bestuurde behoorde te zijn. Geen staatsexploitatie. Een in 1919 door de heeren van Zuyen, Erasmus en Hendrikse ontworpen voorstel om te komen tot Staatsexploitatie der Provinciale Stoombootdiensten op de Wester-Schelde kon in Provinciale Staten geen meerderheid vin den. Wel kwam het als gevolg van dit voorstel tot een verhoogde Rijksbijdrage, welke te be ginnen met het dienstjaar 5 920 80 zou bedragen in het door de provincie voor de exploitatie van de Stoombootdiensten op de Wester-Schelde, met inbegrip van de stoom tram HansweertVlake, geleden verlies. De hèer A. de Vulder van Noorden werd aange wezen om als regeeringscommissaris toezicht uit te oefenen. Vorm der exploitatie. Aanvankelijk werd het bestuur gevormd door een commissie van Toezicht uit Ged. Staten, terwijl een der ambtenaren van de Provinciale Griffie met de administratie werd belast. In 1869 besloot men een directeur te benoemen, die ook de administratie zou voe ren. De Commissie van Toezicht had een vrij groote mate van zelfstandigheid en alleen de belangrijke zaken werden aan Ged. Staten voorgelegd. In 1895 kwam hier tengevolge van een mutatie in de samenstelling der Staten een wijziging en werden alle zaken, den stoorn- bootdienst betreffende, in de vergaderingen van Ged. Staten behandeld. Dit bleek echter op den duur ondoenlijk en dies werd aan de inmiddels geheel vernieuwde*Commissie van Toezicht een zekere zelfstandigheid toe gekend. Tot secretaris werd aangewezen de heer H. J. G. Hartman, destijds hoofdcommies, chef der eerste afeeling ter Prov. Griffie, die bij zijn benoeming tot griffier der Staten met 1 April 1919 ontslag vroeg en werd opgevolgd door den heer A. J. van Luyk, commies ter eerste afdeeling van de griffie, die de functie van secretaris thans nog bekleedt. Einde Mei 1923 werd besloten den admini stratieven en technischen dienst van elkaar te scheiden de laatste bleef te Vlissingen bij den directeur de eerste werd geheel overge bracht naar de Provincial3 Griffie. Diverse bijzonderheden. Hoofdstuk VI van het jubileumboek is ge heel gewijd aan de dienstregelingen, welker ontwikkeling minutieus wordt geschetst. Interessant is ook hoofdstuk VII, getiteld „De Booten", waarin de schrijver alle booten van de eerste stoomboot „De Schelde" af tot de „Koningin Wilhelmina" toe de revue laat passeeren en daarbij tal van historische, tech nische en financieele bijzonderheden in den breede ter tafel brengt. Onder den titel „Vaste Inrichtingen" worden de aanlegplaatsen enz. en dezelver ontwikke ling in hoofdstuk VIII beschreven, terwijl in Imp. OaCcrtnann Co Fêbnlunte Henkei di Cl* A C Handel Mg Amsterdam DüazcMort hoofdstuk IX de tram HansweertVlake be handeld wordt en in hoofdstuk X met tabellen de ontwikkeling van het vervoer van personen en goederen wordt geschetst. Hoogst belangwekkend is stellig ook hoofd stuk XI, dat handelt over de financieele uit komsten, waaruit kostbaar documentatie materiaal te putten valt. In een slothoofdstuk, „Varia", geeft de heer Harsman nog enkele bijzonderheden omtrent de jaarwedden van het personeel, pensioenen etc., zooals die in den loop der tijden geregeld zijn. We vinden voorts in het lijvig werk een overzicht van de samenstelling der Commissie van Toezicht, en van de directeuren der Stoombootdiensten terwijl als bijlage en tot besluit als curiositeit is opgenomen een „voor gesteld bestek tot het bouwen eens vaartuigs om te dienen als stoom-veerboot van de stad Vlissingen op Breskens en Neuse" Ziedaar in korte trekken aangeduid, wat in dit interessant werk van den heer Hartman, vrucht ongetwijfeld van moeizamen arbeid, te vinden is. De gegevens, hier bijeengebracht, vormen een kostbare bijdrage tot de geschie denis onzer provincie, die zoowel door tijd- genooten als door nageslacht zal worden ge waardeerd. Het voornaam uitgevoerde boekwerk werd gedrukt door de drukkerij G. W. den Boer te Middelburg. Teekeningen en versieringen in den tekst werden vervaardigd door den heer M. Boll te Middelburg, de cliché's zijn van de Chemi-Graphische Kunstinrichting Biegelaar en Jansen te Utrecht en de band is uitgevoerd door de N.V. v./h. J. Giltay Zoon te Dord recht. De sobere getuigenis, dat Ged. Staten met dit werk eer inleggen, moge volstaan om alle deze uitvoerders naar verdienste te huldigen. Wonden door hei Zijn door het bietensteken Uw handen ge barsten, ruw, gewond, pijnlijk en ontstoken? Doen Uw handen pijn bij het werken en verhinderen zij U zoo flink aan te pakken als gij wel zoudt wenschen? Bedenk dan, dat naast deze ongemakken elke open wond een open deur is voor bloedvergiftiging en infectie, (besmetting). Wanneer gij Uw eenvoudige verwonding, schijnbaar niet ernstig maar toch zoo lastig, open en ontstoken plekken, Uw hinderlijke bloedblaren, Uw kloven, Uw open vingers, dadelijk behandelt met AKKER's Xloosterbalsem. zult ge in 9 van de 10 gevallen niet het gevaar loopen, dat kleine oorzaken groote gevolgen kunnen hebben. En hebt gij oude wonden, die om zoo te zeggen een erfenis zijn van vroeger verwaar loosde kwetsuren, dan zult gij in AKKER's Kloosterbalsem het jarenlang beproefde middel vinden, dat diezelfde wonden, waarmee gij al zoo lang sukkelt, bijna ziender oogen zuivert en geneest. Verzorg daarom het klein ste onbeteekenendste wondje met AKKER's waarvan tallooze jarenlange gebruikers onveranderlijk en opgetogen zeggen O 99 Prijs per pot fo,6o. 9 VIJFTIG JAAR GELEDEN LEGDE EDISON DEN GRONDSLAG VOOR ONZE ELECTRI SCHE VERLICHTING. Toen men in het begin van de negentiende eeuw iets meer van de eigenschappen van electriciteit te weten begon te komen, waren er verscheidene geleerden, die een methode zochten om de electriciteit voor verlichting te benutten. Voordat Edison het vraagstuk van de electrische verlichting in studie nam, was men reeds een vijftigtal jaren aan het experimenteeren, echter steeds zonder succes. Weliswaar slaagden enkele natuurkundigen er in een kostbaar apparaat samen te stellen, dat gedurende korten tijd eenig licht gaf, doch deze apparaten bleken in de practijk niets te beteekenen te hebben. Eerste proefnemingen van Edison. Thomas Alva Edison begon zijn eerste stu dies met betrekking tot dit vraagstuk in den herfst van 1877. Reeds verscheidene belang rijke uitvindingen, zooals een methode om vier telegrammen tegelijkertijd langs één lijn te zenden, de kool-microfoon en de phono- graaf, waren voor dien tijd door hem gedaan, zcodat men ook met belangstelling zijn proef nemingen op het gebied der electrische ver lichting tegemoet zag. Edison begon met de experimenten van zijn voorgangers te bestudeeren en hun fouten nauwkeurig na te gaan. In Juli 1878 moest hij zijn werk echter sta ken, daar zijn gezondheid, door te ingespan nen werken ondermijnd was. Voor herstel van zijn gezondheid ging hij met eenexpeditie van sterrekundigen mee naar Wyoming, om daar een zonsverduistering te bestudeeren. Ook gedurende deze periode heeft hij uitmun tend werk verricht. Toen Edison na deze „vacantie" van twee maanden in zijn laboratorium in Menlo-Park terug was, begon hij weer direct aan het op lossen van de vele vraagstukken, waarmee hij zich bezig hield, en waarvan het electrische verlichtingsprobleem er een was. Om zijn proefnemingen op grootere schaal mogelijk te maken organiseerde Edison in 1878 een vennootschap. Verscheidene vooruit strevende Amerikanen namen aandeelen in deze vennootschap, die den 17den October officieel opgericht werd onder den naam Edison Electric Light Company. Het aan deelenkapitaal bedroeg 300.000 dollar. Later is deze vennootschap in een andere maat schappij opgegaan. Eerste lamp met hoogen inwMUllgen weerstand. Na e<»n diepgaande stud'e ove: de wetten van Ohm, die door de meeste electro-technici van dien tijd slechts zeer oopervltikkig gekend werden, kwam Edison tot de conclusie, dat een gloeilamp, om een goed practisch resul taat te kunnen geven, een hoogen inwendigen weerstand moest hebben. Hij besloot daarom in zijn lampen een langeren en dunnen pla- tine-draad te gebruiken. Hij bevestigde dezen gloeidraad aan een voetstukje van pijp-aarde, en overtrok den draad met een laagje zirco- nium-oxyde, om tegen te gaan, dat het pla tina zou oxydeeren. In Februari 1879 werd voor deze lamp patent aangevraagd, hetgeen verkregen werd in Mei 1880. Deze lamp was echter in de practijk on bruikbaar, daar de gedragingen van het zir conium-oxy de ten gevolge hadden, dat de lamp na verloop van korten tijd zichzelve kortsloot. Nog verscheidene andere proefnemingen hadden plaats met lampen met een platina- gloeidraad, maar steeds bleek het dat de re sultaten in de practijk onbruikbaar waren. Proefnemingen met een gloeidraad van koolstof. Edison had reeds uitvoerige proefnemingen gedaan met koolstof in verband met zijn uit vindingen van de kool-microfoon. Daardoor was hij uitstekend op de hoogte met eigen schappen en gedragingen van koolstof. In den herfst van 1879 begon Edison er over te denken, of men niet een gloeidraad zou kunnen gebruiken, die uit koolstof bestond. Reeds verscheidene van zijn voorgangers had den dit met negatief resultaat beproefd en de natuurkundigen waren algemeen van opi nie, dat het benutten van koolstof voor een gloeidraad 'een onmogelijkheid was. Edison deelde deze meening echter niet. Zoodoende begon hij proefnemingen te doen met een kool-gloeidraad. Hij berekende, dat een der gelijk draadje een diameter van ongeveer V2fiSte c.M. moest hebben, en gebruikte hier voor in den beginne draadjes dik naaigaren, die hij in een luchtdicht kolfje verkoolde. De draadjes waren ongeveer 15 c.M. lang, en werden zoo in het kolfje bevestigd, dat ze er als U-vormige gloeidraadjes uitkwamen. Later gebruikte hij in plaats van verkoolde draadjes naaigaren verkoolde bamboevezels Na verscheidene proefnemingen slaagde Edison erin een dergelijken gldeidraad te pro- duceeren. De uiteinden werden bevestigd aan een tweetal platina-draadj'fes. Ook dit kostte veel moeite, daar het kooldraadje makkelijk kon breken. Vervolgens werd de gloeidraad in een ballonnetje geplaatst. Ten slotte moest het ballonnetje luchtledig gemaakt worden, terwijl men tegelijkertijd de gassen uit den gloeidraad dreef, hetgeen geschiedde door een zwak electrisch stroompje door den gloeidraad te zenden, terwijl het ballonnetje luchtledig gepompt werd. Het groote oogenblik. Den 21sten October 1879 was het groote oogenblik aangebroken, waarop de eerste kooldraad-gloeilamp beproefd zou worden. Niemand had echter veel vertrouwen in het experiment. Terwijl er een groot aantal belangstellenden om hem heen stond, schakelde Edison de lamp langzaam in. De gloeidraad gaf een zwak licht, en brak niet. Plotseling werd de volle stroom ingeschakeld de lamp verspreid de een helder, wit licht, en de gloeidraad bleef heel Zoo bleef deze lamp twee dagen achtereen doorbranden, waarna ze den geest gaf. Doch met dit experiment was aangetoond, dat Edison den goeden weg was ingeslagen. De eerste practische toepassing. De kooldraad-gloeilamp werd voor het eerst toegepast voor verlichting van een stoomschip, de „Columbia". Er werden vier dynamo's op het schip geplaatst, en elke dynamo leverde stroom voor zestig lampen. De installatievol- deed goed en werd gedurende vijftien jaar gebruikt. Na deze eerste toepassing volgden de be stellingen elkaar in een snel tempo op en langzamerhand verkreeg de electrische gloei lamp de populariteit, die zij thans bereikt heeft. Weliswaar heeft de moderne techniek eenige veranderingen en verbeteringen aan gebracht, doch het grondprincipe is nog steeds hetzelfde, als het door Edison uitgedachte. ZEEUWSCH-VL. TRAM W.-MAATSCHAPPIJ LIJN DRIE SCHOUWEN- v. Driesch. 4 45 5.30 7 40 11.30 Axel 4 50 5 35 7.45 11.35 a. ZaamBlagö 10 5 55 8 05 11.57 v.Zaamslag5 15 8 10 12 01 Driew. 5 30 8 25 12.16 a. Tar N. 5 40 8.35 12.26 -TER NEUZEN 14.35 18 02 11.40 18 07 14 59 18 27 15 05 18 30 20.16 16 20 18.45 20.81 15 30 18 55 20.41 31 41 46 52 v. Ter Neuten 7.40 11.25 Driewegen 7 50 11.85 a. Zaacnslag 8 05 11.50 v. Zaamalag 8.07 12.— Axel 8 27 12.15 a Drieschouw. 8 32 12.20 LIJN ZAAMSLAG V. Zaatnslag 5 56 8. „RapenburgDorp 6.10 Hengstdijk 6.20 Groenendijk 6 30 Kloosterz.wiaael6.35 a. Walsoorden 6.41 v. Walaoorden 7.20 Kloosterz wiaael7.26 Groenendijk 7.31 Hengstdijk 7 41 v Rapenb. Dorp 7 51 a. Zaamalag 8 05 LIJN TER NEUZEN v. Ter Nenten 6 41 9.20 m Hoek g. Philippine v. Philippine v Hoek a. Ter Neuzen LIJN 556 9.35 6.09 9.50 6.16 9.57 6 30 10.07 6.45 10.22 IJZENDIJKE—SAS VAN DRIE SCHOUWEN 14 30 18 19 48 22.12 14 40 18 10 19 58 22.22 14 55 18.25 20.13 22 37 15.02 18.28 20.17 22.42 15.22 18.48 20.87 23 02 15.27 18.53 20,42 23 07 -WALSOORDEN 07 12.— 15.- 1880 21 12.14 15.14 18 44 12.24 15.24 18 54 12.34 15 34 19 06 12.39 16.39 19 12 12.45 16.46 19 18 14.10 17.40 19.30 14.16 17.46 19.36 14.20 17.51 1941 1430 18.01 1951 14.43 18.11 20.01 14.59 18.25 20 15 -PHILIPPINE 12.68 16.10 21.10 18.13 16.25 21.25 1328 16.39 21.40 13.36 16.45 21.46 13.50 17.— 21.56 14.05 17.15 22.11 GENT— 11.15 11.20 11.25 11.35 11.45 11.59 A. van Sehoondjjke v. IJzendjjke Pyramide Philippine Sas van Gent b We8tdorpe Driesohonwen Drieschouwen Westdorpe Sas van Gent Philippine Pyramide IJzendjjke a. 5.30 5.46 6.12 6 55 5.05 5 25 5.41 6.12 8.46 12.60 15.13 20 48 9.13 12.52 16.01 20.58 9 26 13.07 16.15 21.14 9.58 13 36 16.42 21 45 10.45 14.01 17.20 22 Ij, 7.15 11.05 14 14 17.40 22 26 7.85 11.25 14 34 18—f22.46 8 34 12.21 15 84 20 43 8.54 12.86 15.49 21.— 9.20 13.05 16.10§21.19 9 52 13.36 16.41 21 45 6.38 10.23 14.01 17.05 22.11 6.50 10.38 14.13 17.20 22.23 V. naar Sehoondjjke 6.51 10.39 14 14 17.26 f Rjjdt op verzoek door tot AxelBrng Wacht 's Zondags 10 min. op aankomst trein nit Gent. LIJN SCHOONDIJKE-IJZENDIJKE v. Sehoondjjke 8.28 12.31 14.51 18.01 20.25 a. IJzendjjke 8.46 12.50 15.13 18.20 20.48 v. IJzendjjke 6.51 10.39 14.14 17.26 18.47 a. Sehoondjjke 7.14 11.02 14 35 17.49 19 10 LIJN IJZENDIJKE—VELDZICHT GRENS v. IJzendjjke 8.47 16.80 18.21 a. Veldzicht Grens 8.65 15.40 18.80 v. Veldzicht Grens 9.15.50 18.85 a. IJzendjjke 9.10 16.— 18.45 LIJN BRESKENS—HOOFDPLAAT— PYRAMIDE v. IJzendjjke 6.22 10.07 13.43 16.50 a. Pyramide 6.37 10.21 13.58 17.03 v. Pyramide 6.39 10.24 14 01 17.05 Biervliet 6.49 10.34 14.10 17.13 Hoofdplaat 7.05 10.65 14.26 1726 a. Breskens 7 30 11.25 14.55 17 55 v. Breskens 8.35 12.10 15 27 18.05 Hoofdplaat 9.— 12.40 15.52 1830 n Biervliet 9.16 12.65 16.06 18.45 a. Pyramide 9.26 13.06 16.14 18 65 LIJN DRIE SCHOUWEN (AXEL)- MOERBEKE Hollandsche tjjd v. Driesohonwen 6 85 9.40 12.25 b Zuiddorpe 6.40 9.45 12.80 b Roodeslnis (H. donane) 6.52 9 57 12.42 Belgische tjjd b Kruisstr. (B. douane) 6.44 9.49 12.84 a. Moerbeke 6 52 9.57 12.42 Belgische tjjd v. Moerbeke 7.80 11.25 13.85 b Kruisstr. (B. douane) 7.40 11.35 13.45 Hollandsche tjjd b Roodesluis(H.douane)8.11 12 05 14.16 b Zuiddorpe 8.19 12.18 14 24 a. Driesohouwen 8.26 12.19 14.81 LIJN HULST—WALSOORDEN v. Hulst Station b Terhole b Knitaart b Kloosterzande a. Walsoorden 6.— b8.25 al6.bl7.4ü 6.18 a8.43 al5.23 bl8 03 6.26 al5.36 6.85 al5.45 6.40 al556 a8.51 bl8.16 alO 06 al8.10 al0.28 al8 33 al0.41 al8.46 alO.50 al8.55 all.— al9.05 v. Walsoorden alS.10 b Kloosterzande al 3.20 b Knitaart *18.29 b Terhole al3.42 a. Huist Station al4.05 a Alleen op werkdagen b Alleen op Zon- en Feestdagen bl8.25 a9.05 bl8.35 a6 47 a9.10 b9.45 bl4.50 a6 57 bl5._ a7.06 bl5.09 a7.19 Ö15.22 a7.42 bl5.45 al6.35 19.20 a9 15 b9 55 al6.45 19.30 a9.24 bl0.04 al6 54 19.89 a9.82 bl0.17 al7.07 19.52 a9.50 bl0.40 al7.80 20.16 15.30 15.35 15.47 16.89 15.47 16.25 16 35 17.06 17.14 17.21 12.18 20 40 1236 21.08 1244 21.13 1253 21.20 12.58 21.30 all.16 21.40 all.21 21.50 all.SO 21.69 all.88 22.12 all.56 2235

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1929 | | pagina 6