Wat moBten wij sparen BIGGEL AARS Hel IJs en de No. 3435 Vrijdag 1 Maart 1929 43ste Jaargang NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN fierste Blad. Hoe Trotzky in verbanning leefde. mooie pyp %un aoed aloc^andtu en Tui# duuft/'. r ^ERnsKK°^KQnACHT'°f I VERSCHIJNT elken MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND POSTREKENING No. 52419. Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN. V Bedenkelijke Persmanleren. Een ernstige waarscfcawlnfl. Ingezonden Mededeeling; (37) Av. a BIÜGE.L A AR ROOSENDAAL DE ZEEUWSCHE KOERIER Bureaux van Redactie en Administratie OOSTKADE 218, SAS-VAN-CENT Telefoon 15 Telegramadres: Koerier Abonnementsprijs 1.50 per 3 mfcanden, of 5.25 per jaar, bij vooruitbetaling - Advertentiën 20 cent per. regelbij contract lager ,i m 1 iaaaac Laten wij eerst duidelijk maken, dat onder sparen meer wordt verstaan, dan het ter spaarbank brengen van een gedeelte van ons inkomen. Op de vraag w«tt wij moeten sparen zou kunnen worden geantwoord vooreerst onze gezondheid en levenskracht, vervolgens den tijd, waarover wij kunnen beschikken op de derde plaats de goederen, welke ons eigendom zijn of waarover wij het beheer voeren en ten slotte het geld, dat wij bij zulke spaarzaamheid kunnen overleggen. Gezondheid en levenskracht zijn ons voor naamste bezit. Ook in economisch opzicht. Wie dit bezit opzettelijk in gevaar stelt wie zijn lichaam ondermijnt door slecht gedrag, door allerlei buitensporigheden, door een onverstandige levenswijze, b.v. door een te bekrompen woning, waar ruimer wonen moge lijk zou zijn, door onzindelijkheid, door on voldoende zorg voor licht en lucht of door drankmisbruik, hij verkwist zijn grootste schat. Hij verhindert ook de spaarzaamheid op ander gebied want zonder gezondheid en levens kracht kan men in de wereld niet vooruiten mist men de energie van de voorzorg. »Tijd is geldt, zegt een spreekwoord, dus ook met onzen tijd moeten wij zuinig zijn. Wij kunnen er schatten voor den hemel en voor de aarde mee vergaren. Het goed be steden van den tijd maakt den arbeid, ook in dienst van anderen, vruchtbaar en geeft ons behoorlijke rust en ontspanning, om nieuwe krachten te verzamelen, Dagdieverij is een ergerlijke verkwisting, die wij voor God voor onze gezinnen, voor onze werkgevers, voor onze kameraden en voor de gemeenschap niet kunnen verantwoorden. Spaarzaam moeten wij vervolgens zijn met de goederen, welke wij bezitten of beheeren. Wie hiermede slordig omgaat, kan onnoemelijk veel verkwisten. Alleen door zuinig te zijn op kleederen, meubelen en huisraad, zouden velen een verrassend bedrag kunnen sparen. Denkt maar eens na. Hoeveel wordt er niet verslonsd verknoeid of vernield, wat bij grooter zinde lijkheid goede verstelkunst en voorzichtiger gebruik veel langer diensten had kunnen be wijzen En wat wordt er bij inkoopen weinig gelet op de degelijkheid en deugdelijkheid der goederen Klatergoud verblindt. Menkoopt dikwijls prullen, waar men voor dezelfde of weinig hoogere prijzen iets goeds zou kunnen koopen, al is het minder schoon in schijn. Economie beteekent huishouden. Wij zouden op economisch gebied in 't algemeen reeds heel wat vooruit zijn, indien overal eigen huishouding goed werd bestierd. Daar gaan dagelijks schatten van millioenen verloren. Maar hierover later. Wij hebben het nu over het spaarzaam zijn met de goederen, welke wij bezitten of beheeren. Dit laatste moeten wij nog even verduide lijken. De arbeider b.v. heeft mede het.beheer over gereedschappen, grondstoffen, materialen en machines van zijn werkgever. Ook met deze goederen, die waarde, dus arbeid, ver tegenwoordigen, moet hij zuinig omgaan. Verkwisting hiervan, veroorzaakt schade, soms groote schade, weliswaar schade, die de schuldigen wellicht niet behoeven te vergoeden maar die toch geleden wordt en dus verlies beteekent. Iemand die zich hieraan opzettelijk plichtig maakt, begaat natuurlijk diefstal. Maar dit geval kunnen wij uitsluiten. Het komt alleen bij slechte menschen voor. De zelfde verkwisting echter kan onbewust ge schieden. Met het goed van anderen wordt niet altijd even zuinig omgegaan als met persoonlijk eigendom. Toch moet men zich dit aanwennen. Wanneer het door allen werd gedaan, door honderdduizenden, die dagelijks het goed van anderen beheeren, wat zou dit den algemeenen rijkdom bevorderen. Het zijn puntjes, waarover men eens moet nadenken. Aan het begrip spaarzaamheid zit veel meer vast, dan velen wel denken. H. (Nadruk verboden.) De man om wiens persoon alle gerucht een tijd lang was stilgevallen staat thans wederom in het brandpunt der belangstelling. Niet ondienstig lijkt het ons een en ander mede te deelen over het leven, dat deze Tartaar temidden van eeuwige sneeuwvelden, gedoemd was te leiden, nadat hij door een staat in ballingschap gezonden was, dien hij zelf naar beste krachten had opgebouwd. Hoe lang moet deze energieke ondernemende man, wiens hoogste doel steeds was twist en oproer te zaaien, het verblijf in de Aziatische wilder nissen niet gevallen zijn Alma Ata heet het plaatsje in een uithoek van Midden-Azië, waar Trotzky werd opgesloten, naar men hoopte voor altijd Eertijds de standplaats van een militaire gendarmerie, werd het na de roode revolutie de hoofdstad van de Sovjet-republiek Kasakstan. Deze stad was als een vesting tegen de roofzuchtige Kirgiezen door de Russen gebouwd. Ze heeft thans hetzelfde aanzien als een gewoon provinciestadje grauw en troosteloos liggen de kazernewoningen te midden der stoffige straten, waar steeds een ijzige poolwind doorheerr vaagt. In dit afgelegen oord had men den dictator een vrij comfortabele woning ingericht. Trotzky genoot hier betrekkelijk veel vrijheidhij mocht zelfs fvapens dragen en van bewaking merkte hij niet veel. De banneling leefde zeer teruggetrokken, pleegde weinig omgang met de plaatselijke overheden, die hem correct behandelden. Een welkome gast was steeds de postbeambte, die hem brieven en nieuws tijdingen uit geheel de wereld bracht. Vanzelfsprekend bracht z'n komst in het stille stadje groote opschudding teweeg. Met argwaan en achterdocht beschouwden de Kirgiezen z'n omvangrijke bagage, waarin zij wonderdingen en schatten vermoeden. Nog hooger steeg hun verbazing, toen zij hoorden, dat die kisten alleen boeken bevatten. Want z'n bibliotheek had Trotzky meegenomen in ballingschapde sociale politiek gold z'n levensaandacht. Stipt om 9 uur stond Trotzky op en begaf zich naar het werk het schrijven van 'een boek over de economische ont wikkeling in het Oosten. Soms dicteerde hij eenige bladzijeen aan een typiste, welke hem van overheidswege was toegewezen. Z'n schrijftafel kraakte onder 't gewicht van tijd schriften en bladen niet alleen Russische, ook Fransche, Duitsche, zelfs Chineesche dagbladen hoopten zich daar op. Alle groote werken uit geheel de wereldliteratuur schafte hij zich terstond na hun verschijnen aan. Z'n lievelingsboek wasHet leven van Disraeli, door Mauvois, Om 2 uur onderbrak Trotzky z'n werk, om in een belendende kamer een eenvoudig maal te nuttigen. Veel had hij te lijden van een maagkwaal, die hem een streng dieet van beschuit en biscuits voorschreef. Dan werkte hij twee uren, maakte dan gewoonlijk een kleine wandeling. Verder dan twee uur mocht hij zich niet van z'n woning begeven. Op z'n tochten volgde hem steeds ongemerkt een kleine bewakingstroep. Het overige uur van den dag werd dan weer aan studie en schrijfwerk besteed. Van de Sovjet-regeering kreeg hij maandelijks twee honderd roebel, terwijl de staatsuitgeverij hem steeds het honorarium overmaakte voor zijn vroeger verschenen boeken. Een nieuw werk mocht Trotzky echter in Rusland niet doen verschijnen. Spoedig was Trotzky uit de belangstelling zijner omwoners verdwenen. Niemand be kommerde zich tenslotte meer om den wereld- befaamden man, wanneer hij in z'n dikke schapenvacht haastig met gebogen hoofd door 't stadje liep. Een poging tot ontvluchting heeft Trotzky nooit gewaagd had hij een verzoek te doen, dan wendde hij zich stelsel matig tot de regeeringsvertegenwoordigers. Trotzky droeg z'n lot gelaten en waardig, die hem naar z'n toestand vroeg gaf hij steeds 't geheimzinnige antwoord: «Ik ben op den juisten weg». Dat Trotzky «voor de poorten van Berlijn» staat, werd reeds gemelddat hij daar meer zoekt dan de genezing van z'n kwaal, is ongeveer iedereen duidelijk, die het verleden van dit gevaarlijke genie kent. Of wil hij zich slechts de noodige papieren verschaffen voor een overtocht naar Amerika, waar een vermogend dollarkoning hem heeft aangeboden tegen een exorbitant honorarium een reeks lezingen te houden over de werkelijke ver houdingen in Rusland Hoe dit zij onberekenbaar als heel z'n leven is ook de nieuwe stap, welke deze sociale vernielzuchtige thans ondernomen heeft. Moge Europa uit 't verleden geleerd hebben de noodige voorzichtigheid en reserve in acht te nemen ten opzichte van dezen prediker der wereldrevolutie. Wie de commentaren, door de buiten- landsche pers op de jongste onthullingen* inzake het Belgisch-Fransche geheime verdrag heeft gevolgd, zal daarin het tegendeel van appreciatie hebben kunnen constateeren voor de wijze, waarop de publicatie van het Utrechtsch Dagblad in verschillende onzer vaderlandsche organen is besproken. Nu is ongetwijfeld een zeker chauvinisme aan den toon van velen dier buitenlandsche commentaren niet vreemd, doch het kan toch ook niet worden ontkend, dat, wat daarin gezegd wordt omtrent de onvriendelijke, zelfs vijandige en als zoodanig in het stadium waarin de kwestie verkeert alles behalve opportune uitlatingen in een deel der Neder- landsche bladen, stellig niet van grond ont bloot is. Voor ons staat het zelfs vast, dat sommige bladen in dezen aan bedenkelijke ophitsing schuldig staan en door hun onbekookte critiek niet alleen aan de reputatie der Nederlandsche pers afbreuk hebben gedaan, doch zelfs hier door ons land een zeer slechten dienst hebben bewezen, om het niet scherper uit te drukken. Op momenten als thans dient meer dan ooit de pers, als voorlichtster, ja kweekster der publieke opinie, zich haar verantwoorde lijkheid bewust te zijn en zich dus van alles te onthouden, wat de hartstochten wakker kan roepen en het nuchter oordeel kan ver troebelen. Scherpe afkeuring verdient dan ook o. i., vooral op een moment als thans, alle sensatie- journalistiek, die, in normale tijden reeds niet van de edelste soort, in omstandigheden, als die we thans doormaken, schandelijk, wellicht zelfs misdadig te noemen is. Het speculeeren op de politieke harts tochten onder de huidige omstandigheden, is spelen met vuur en kan de ernstigste gevolgen na zich slepen. Daarvan dient een redactie, die au sérieux genomen wil worden, zich ten volle bewust te zijn. En daarom achten wij het werken met sensationeele koppen als België dreigt met een dolksteek in den rug«, »België ontmas kerd* en 009 land vormt den buidel Judas- geld«, welke wij dezer dagen in een ook in dit gewest niet onbekend katholiek dagblad aantroffen, hoogst bedenkelijk en zeker weinig ia overeenstemming met de verantwoordelijke taak, die onze Roomsche pers te vervullen, heeft. )u fcpond" 5ptn 1 om i' -1 pt 100 punten geve ti. recht op deze mopiG'-pqp. Verkrijg baan ih vereehülénde pry zen Met het oog op den eerlang te verwachten dooi en de daarmee gemeenlijk gepaard gaande kans op ongelukken, kan hen wellicht zgn nat hebben hier eenige wenken te laten volgen, door den heer J. M. C. vau de Griendt Sr. te Groningen, hoofd- oonaul van den Ned. Bond tot het Redden van Drenkelingen onlangs in de Leenw. Gt. gepubli ceerd. Genoemde heer echrgft o.a. In de groote steden Van ons land kant ge indien de drenkeling onder nw bereik ligt reeds helpen door het toesteken van den redding- haak aan de braggen bevestigd of door het toe werpen van een boei met Ign. Bovendien kant ge xoo mogelijk -* gebruik maken van die voorwerpen, waarvan het drgf- vermogen groot is, sooalsladders, stokken, planken, banken, tafelbladen, etc, alles steeds te verbinden door een touw of lgn met den wal. Gg knot a ook met een dier voorWérpen op het gs begeven, doch moet dit dan- doen in liggende houding, om het draagvlak5 van nw lichaam zoo groot mogelgk te maken en op het voorwerp, bg voorkeur een ladder, plank of tafeblad gaan liggen, of voor a uitschuivende dawen in de richting van het wak, waarin het slachtoffer ligt. Gg roept den drenkeling toe aioh kalm te honden en met de armen op het gs te stennen met aohterwaarts gebogen beenen. Is de ladder of stok lang genoeg, dan schaive men deze dwars over het wak ea kan de drenkeling hieraan gaan hangen en mede worden opgetrokken. Kant ge hem een lgn al of niet voorzien van een draaienden bal toewerpen en' kan de drenkeling deze grgpen, dan moethg zioh deze op nw aanwijzingen, om hetdiohaam trekken, zoodat ge hem kant vastbinden aan de lgn. Is hiervoor geen gelegenheid en hebt gg geen ander haipmiddel dan een lgn of toaw tot aw beschikking, dan bindt gg a deze zelf om, na te voren deze aan een vaat pant van den wal te hebben bevestigd en gaat na in liggende hooding, met armen en oeenen zoo wgd mogelgk uitgespreid, schuifelend over het gs naar het slachtoffer. Is deze in staat uw beenen te pakken, dan laat gg dit doen en zult gg trachten óp deze wgze u beiden met de handen aan de lgn op te trekken naar den kant. Mist de drenkeling daartoe echter de maoht dan znlt ge hem aan het tonw moeten vastbinden om met üem den moeilijken terngtooht over het gs in liggende hooding te beginnen. Is daarojj hnlp aan den kant aanwezig, dan kant gg, ia afspraak met uw helpers, nw taak lichter maksn door hen te doen trekken en begeeft gg a gerust og den drenkeling als hetmoet te water. - Bedenk daarbij steeds, dat het niet laf is, doch van weloverwogen voorzichtigheid getuigt, indien gg n een ign om het uobaam bindt. Ernstiger wordt nw hulp als ow drenkeling wegzinkt. Zgc ge met het tonw aan den wal verbonden dan begeeft gg u als geoefend zwemmer-gerost te wattr en tracht hem op te daiken^ Gij zult waarschijnlijk bg het daiken in dat koade water een korte hevige pjjn in aw hals of achterhoofd gevoelen. Dit is eohter maar tgdelgk door de plotselinge afkoeling. Het mag geen reden zgn aw reddingspogingen op te geven.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1929 | | pagina 1