No. 3079 Vrijdag 24 September 1926 40ste Jaargang NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Eerste Blad. DE TROONREDE. VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG- EN VRIJDAGAVOND Lil de R.-K. Staatspartij. POSTREKENING Nd. 52419. Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN. Tot tiet aannemen van advertentiën voor dit blad is eveneens gerechtigd bet „Centraal Nederlandsch Advertentie-Bureau" Papestraat 26, Den Haag. Zij, die zicb per 1 October op „DE ZEEUWSCHE KOERIER" abonneeren ontvangen de tot dien datom verschijnende nnmmers gratis. DE MILLIOENENNOTA. De opening van het nieuwe Parlementaire jaar. Ingezonden Mededeeling MIJNHARDT's Hoofdpijn-Tabletten 60 ot Laxeer-Tabletten 60 ot Zenuw-Tabletten 75 ot Staal-Tabletten 90 ot Maag-Tabletten 75 ot Uit het Parlement. Het voorzitterschop der Tweede Kamer. De laatste Bondsbestnnrsvergadering. Buitenland. Voornaamste nieuws. DE ZEEUW8CHE KOERIER Abonnementsprijs 1.25 per 3 maanden, of 4.50 per jaar, bij vooruitbetaling Advortentiën 20 cent per regelbij contract lager Bureaux van Redactie en Administratie OOSTKADE 218, SAS-VAN-GENT Telefoon 15 Telegramadres: Koerier ZEER KOOPKRACHTIGE LEZERSKRING ITSTEKEND GESCHIKT VOOR PUBLIOITEIT Na de regeeringsverklaring van n Maart is de Troonrede, waarmede het eerste volle zittingsjaar van het kabinet De Geer werd geopend, weinig zeggend. Zoo missen we er in, wat ons niet slechts een gemis, maar zelfs als een verzuim voor komt, elke aanduiding omtrent de ratificeering van het Nederlandsch-Belgisch verdrag. We kunnen dit slechts op een enkele wijze ver klaren, zoo namelijk, dat de regeering deze voor ons land, voor de toekomstige econo mische ontwikkeling zoo buitengewoon ge wichtige aangelegenheid als haar niet rakend, als een particuliere liefhebberij van minister Van Karnebeek beschouwt. Waaruit weer de gevolgtrekking zou zijn te maken, dat de regeering voorziet en zij ziet, naar het ons voorkomt daarin juist dat het verdrag in zijn huidigen vorm door de Kamer niet zal worden aanvaard. Minister De Geer heeft dan wijselijk het bestaan van zijn kabinet aan het ministerieele leven van den'heer Van Karne beek, voor wien een mooie positie als ver tegenwoordiger van Nederland in den Volken bondsraad is weggelegd, niet willen verbinden. Wat wij verder missen, is, als conclusie op de bemerking, dat handel en nijverheid nog steeds de ongunst der tijden ondervinden en dat land- en tuinbouw in verschillende van zijn takken bedreigd wordt door belemme ringen in den afzet van zijn productie elders, dat de regeering niet werkeloos die ongunst der tijden over ons laat heengaan, dat zij niet lijdelijk toeziet, hoe ons economisch leven in benauwenis wordt gebracht door een over- matigen invoer van buiten en vernietiging van onzen uitvoerhandel. We zijn geen voor standers van hooge tariefmuren, van bescher mende rechten, die onze nijverheid een lui-lekker-leventje bezorgen, omdat buiten- landsche concurrentie geweerd wordtmaar we zijn voorstanders van een gezonde wel- vaartspolitiek, en als de bestaansmogelijkheid door een kerngezonde, bloeiende industrie, die aan tienduizenden een eerlijk stuk brood verschaft, bedreigd wordt niet door onze eigen achterlijkheid, maar door ongezonde buiten- landsche toestanden, dan heeft die industrie, en heeft ook de Nederlandsche arbeider het recht, dat de regeering de bedreiging van haar wegneemt. We denken hier vooral aan onze textielnijverheid, die op ernstige wijze in het gedrang begint te komen en we rekenen er stellig op, dat, mocht de regeering ten deze haar plicht verzuimen, de Kamer, door zelf het initiatief te nemen, zal toonen besef te hebben, van wat 's lands belangen eischen. We misten eindelijk in de Troonrede een enkel woord over de plannen van minister Lambooy. Intusschen, over die plannen heeft hij reeds een- en andermaal het zijne gezegd, en we kunnen ons voorstellen, dat hij niet nog eens gelegenheid wilde geven aan de camarilla, die tegen alles, wat het heilige huisje van het militairisme raakt, te hoop loopt, om door nieuwe agitatie, zijn goed- gefundeerde voornemens in de war te sturen. Nieuws biedt de Troonrede overigens niet, tenzij door de vrij neutrale aankondiging, dat er voor behoud van ons natuurschoon wat zal worden gedaan. De tijd is thans aan gebroken dat we het kabinet De Geer aan het werk zullen zien. Laten we hopen, dat zijn daden beter voor het kabinet zullen spreken, dan de schrale woorden van deze Troonrede. Onmiddellijk na het uitspreken van de Troonrede, komt de Tweede Kamer opnieuw bijeen om van den Minister van Financiën de staatsbegrooting en de begeleidende mil- lioenennota in ontvangst te nemen. We zullen onze lezers niet vermoeien met cfè dorre staten en getallen, waaruit begrooting en nota zijn opgebouwd, doch ons slechts bepalen tot de korte weergave van den indruk, welken de cijfers op ons hebben gemaakt. Welnu, die indruk is, in aanmerking nemend, dat amper drie jaar geleden ook ons land door inflatie bedreigd werd, ongemeen gunstig. Het tekort op den gewonen dienst voor 1924 werd vorig jaar nog geraamd op ruim 281/3 millioen, terwijl er thans een overschot aan wezig blijkt van bijna 2 millioen, een gunstig verschil derhalve van ruim dertig millioen. Voor 1925 werd een tekort verwacht van bijna 7 millioener zal een overschot zijn van 411 /2 millioen. Voor 1926 mogen we nu wel al reeds rekenen op een overschot, dat niet ver van de 20 millioen zal afblijven, terwijl voor 1927 reeds nu met een batig saldo van 12 millioen wordt gerekend, waarvan dan 3.7 millioen voor een te stichten wegenfonds zou afgaan. Dat zijn sprekende cijfers en daarbij zijn jeremiades lichtelijk belachelijk. Onze staats financiën. bevinden zich, wat de uitkomst betreft, in welvarenden toestand. Evenwel, en daarop mag niet alleen, maar moet ook de aandacht worden gevestigd de eindcijfers zijn veel en veel te hoog. In 1913 was het bedrag der gewone staatsuitgaven 219 millioen. Houden we rekening met de verhooging van het indexcijfer tót rond 170, dan zouden op gelijken voet thans de uitgaven 354 millioen mogen bedragen. Een normale uitgroei zou dat cijfer op rond 400 millioen hebben kunnen brengen, doch al sinds 1920 blijven de uitgaven iets boven de 600 millioen hangen. Nu gaat het niet op, te zeggen, dat is dus 200 millioen te veel. Het hoofdstuk Financiën vordert als crisiserfenis een nog steeds abnor maal bedragmaar ook wanneer men dat van het totaal aftrekt, blijft toch het eindcijfer nog veel te hoog. De tijd van intense bezui niging, van versobering is nog lang niet afgesloten. De lasten, welke het land ter instandhouding van het staatshuishouden moet dragen, zijn nog altijd veel te groot. Eenige verlichting ligt in nabij verschiet, verdere diep ingrijpende maatregelen die de geweldige kosten naar beneden drukken welke het budget verzwaren van industrie, handel, den particulier, mogen niet uitblijven wil met stevigen stap naar den opbloei des lands worden voortgeschreden. Omtrent de openingsplechtigheid van de Staten- Generaal op Dinsdag jl. ontleenen wjj aan „De Maasbode" nog de volgende bijzonderheden Toen dan H. M. de Koningin en Z. K H. de Prins der Nederlanden, preoies ten 1 ure, gezeten in het door acht paarden getrokken gala-rgtuig, met postiljons op en livrei-koetsiers naast de mooi opgetuigde paarden, onder de tonen van het Wilhelmus, het gebulder van het eere-geschnt en het luide hoera-geroep van de volksmenigte het paleis verlieten, zat in het met twee paarden be spannen rjjtnig, dat aan de Koninklijke koets voorafging, de opper-ceremoniemeerter, graaf Da Monoeau. Diens rijtuig werd voorafgegaan door een rijkneoht-majoor en twee rijknechten te paard, in groot gala, en die op hun beurt werden vooraf gegaan door een commando cavalerie, met de trompetters en den standaard van het korps. De trompetters weerden zich dapper met hun schetterende fanfares maar... zjj konden de hnzaren-muziek van weleer niet doen vergeten Ter rechterzijde van de Koninklijke Staatsiekaros reed te paard Harer Majesteits adjudant-generaal en chef van Haar Militaire Hnis, vioe-admiraal Bauduin, in zjju gala marine tenue, ter linker zjjde, eveneens te paard, de gouvernenr der Koninklijke Residentie, generaal-majoor van Rijswijk de Jong. Onmiddellijk achter het Koninklijk rijtuig sloten zich te paard aan de officieren van het Militaire Hnis der Koningin. Een commando cavalerie sloot den stoet. Het behoeft nauwelijks gezegd, dat de Vorste- lgke personen van het begin van den tooht tot het einde geestdriftig werden toegejnioht door de honderden, die opeen gepakt stonden achter de hun geweren of sabels presenteerende infanteristen, cavaleristen en artilleristen. Bjj aankomst op het Binnenhof, waar, behalve de men8chenmassa op straat, geen venster onbezet bleef van de openbare gebouwen welke zioh daar bevinden, klonk het Koninklijk Echtpaar opnieuw het Wilhelmus oude toonzetting, tegemoet. De eerewacht uit het 6a Regiment Infanterie, welke ter weerszijden van den hoofdingang der Ridder zaal etond opgesteld, bewees hier de militaire eer. Een detachement van 60 man politietroepen had het verdere deel van het Binnenhof afgezet en achter deze mansobappen stond het pnbliek rgen dik. De ingang tot de Ridderzaal was overhuifd door het bekende breede baldakijn van rood flQWeel met gouden franje. En onder dat baldakijn vond H. M. 0 a. ter eerste begroeting Baar adjudant in buitengewonen dienst, Vice-Admiraal Rambonnet, oud-Minister van Marine en haren adjudant in gewonen dienst Luitenant ter zee le klas'öe Baron de Vos van Steenwgk. In de Ridderzaal waren van de Hofhouding in cffioieele hoedanigheid aanwezig: de Grootmeesteres der Koningin. Gravin van Lynden van Sanden- burg, de Groot-Officieren der Kroon, voor zoover momenteel te 's Gravenhage aanwezig de Kamei- heer-Ceremoniemeester, Baron van Hardenbroek van Lookhorst, de Kamerheeren in gewonen dienst F. M. L. Baron van Geen (particulier secretaris de Koningin) en Jhr. A. G. Sickinghe en de Kamerheeren in buitengewonen dienst J. W. J. Baron Taets van Amerongen, Mr. W. A. Baron van Ittersum, Mr. W. J. Baron van Lynden, Jhr. H J. Repelaer van Driel, W. H. Baron Taets van Amerongen van Woudenberg, te Maarn en A. J. Looxma van Weideren, Baron Rengers, te Amersfoort. Bij deze waardigheidsbekleders voegden zich na aankomst van den stoet op het Binnenhof, alle hofdignitarissen, civiele en militaire, die deel hadden nitgemaakt van den stoet, zoodat Koningin en Prins, die inmiddels binnen de zaal waren ontvangen door de oommissie van in- en uitge leide, gevormd nifc leden der Eerste en der Tweede Kamer, naar den Troon geleid werden in dien prachtigen Eere-stoet, die een der glanspunten is en blijft van de plechtigheid in de zaal. Zoodra d9 Koningin had plaats genomen op den Troon, plaatste de Grootmeesteres zich ter zijde van Hare Majesteit; de Groot-ofifioieren en de Gouverneur der Residentie namen plaats achter den Koninklijken zetel, terwijl de Kamerheer- Ceremoniemeester en de aoht hierboven genoemde Kamerheeren zich recht en de Officieren van het Militaire Hnis links van den Troon plaatsten. De S. D A. P heeft de zitting meegemaakt van de opening der Staten-Generaal. Een van de eersten, die de Ridderzaal binnen trad, was de heer Sohaper. Hg was in ambtsge waad, d w z. in rok met zwarte das, de uitzonder lijke kleeding van den derden voorzitter der Tweede Kamer. De andere leden der partg hadden zich ver zameld in het gebouw der Tweede Kamer en be gaven zich in optocht, Vliegen en Albarda, voorop naar de Ridderzaal. Afwezig waren mr. Mendels, Wibaut, Lindeyer Rngge, Moltnaaker en mevr. PothuisSmit, leden der Eerste Kamer; Sannes, Stenhuis, J. ter Laan, dr. van den Waerden, mej, Groeneweg, leden der Tweede Kamer. Bij het binnentreden van de Ridderzaal begaven zg zioh direot naar hun plaatsen zonder zich eerst onder de andere leden te mengen of daarmede te praten. Zjj waren bjjna allen gekleed in jacquet. De heer Kleerekoper had een zwart colbertje aan met slap linnen boord, als literator kan hij zioh een dergeljjke dichterlijke vrjjheid permitteeren. Mgr. Nolens, die vjjf minuten vóór één binnen trad, had zeldzame speling van 't noodlot een plaats te midden van de S. D. A. P. Deze was echter ingenomen door den heer K. ter Laan, die toen op zijn eentje, aohter den voorzitter om, een plaats geheel reohts moest zoeken Bij het binnentreden van H. M. de Koningin stonden de leden der S. D. A. P. op, maar bogen niet. H. M. de Koningin, die zeer zacht, bd daardoor vrijwel on verstaan baar sprak, droeg een fraise- klenrig kleed en dito hoed, over de borst het lint van het Grootkruis Nederlandsche Leeuw. Haar hermelijnen bont, dat zjj in de gouden koets om had, had zij afgedaan. Nanweljjka had H. M de wc orden gesproken, dat zg de zitting der Staten Generaal geopend verklaarde, of de heer Dnymaer van Twist in eeneraals-nniform sprong op en riep „Leve de Koningin" en driemaal Hoera. De leden van de S. D A P. bleven demon- stratitf zitten. Eerst toen het hoera-geroep was afgeloopen en H. M. de Koningin de zaal verliet stonden zjj op. In beleefdheid sohoten zg dus niet te kort. Verschillende leden, ook ter rechterzijde, ont braken, talrijke waren in ambtsgewaad. De vrij zinnig-democraten waren allen in rok op den heer Merchant na. Verder waren in rok de heeren Balten, van der Bilt, Hermans, Engels. Kers'en, Leenstra, van der Henvel, Smeenk, Tilaons en Schouten. In gekleede jas met witte das was ds. Lingbeek. Van de R.-K. waren in jarqaet de heeren Loerakker en SnriDg. Prof. Veraart droeg de professorale toga, de heer Lovink, de kleeding van direotenr generaal van den Landbouw in Indië, de heer Dresselhnis die van secretaris-gene. raai van Justitie. Mgr. Nolens droeg het gewaad van protonotarius Apostolions. Wat de dames-leden aangaat was mejuffrouw Mejjer in het blauw, mej Katz in zwart-wit, waarover een groenen tnllen sjaal, mej. Westerman en mevr. de VriesBruins in bet zwart en mevr. BakkerNort geheel in het rood, een nieuwe klenr, die men palon noemt. De voorzitter, generaal baron van Voorst tot Voorst, had, in tegenstelling met Zaterdag, het lint van Grootkruis Ned. Leenw over de borst. De witte minister-broek droegen de ond-ministers Aalberse, Rajjs, Kooien, van Dijk, Heemskerk, Bgleveld, dr. de Visser, Cort v. d Linden, dr. van Leeuwen. (10) Bij Apoth. en Drogisten Qjj Koninklijk besluit is tot voorzitter van de Tweede Kamer der S'aten-Generaal voor het tjjdvak der tegenwoordige zitting benoemd, jhr mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck, lid van die Kamer. In verband met het toekomstig optreden van een Partgraad, waarvan de eerste vergadering moet plaats hebben in November as zal h6fc Bondsbestuar, dat tot nn toe de hoogste mecht vormde in de R-K StBRtsparig, op Zaterdag 26 September, des voormiddags haif 12 uur iü Hotel Terminus te Utrecht zijn laatste vergadering honden. A's voornaamste pnnten komen op de agenda voor a. Besprekingen van den staüd der reorgani satie, (i O. het nagaan hoever de benoemirgen der adviseerende en stemgerechtigde Partijraad-leden gevorderd zijn). b. Vastelling van den datnm en de agenda der Partgraad-vergadering. o. Nadere besprekingen over de sriohting van een Partij-bureau en mededeelingen over de etend der werkzaamheden van de Commissie ad boe d. Bespreking over de al dan r.iet toelating van de niet-Katholieke Pers in de Partgraad- vergaderingen. e. Onderzoek naar de mogelijkheid vsn inter nationale samenwerking met buiteDlandeche R.-K. Partgen, speciaal op het gebied der Vredesactie. Uit Brussel wordt de verloving gemeld van den kroonprins Leopeld van België met prinses Artrid van Zweden. Het huwelijk zal iegan het einde des jaars voltrokken worden. De prins is 26, de prinses 21 jaar. Prinses Artrid die niet katholiek is a l alvorfES met prins Leopold te huwen den katholieken godsdienst omhelzen. De huweljjkepleohtigheid zal te Brnssel plaats hebben. In den Dinsdag gehouden Belgischen minister raad deden Fratcqni en Hcutart mededeelirg van de vorderiDg, die met het rlen tot herstel van het muntwezen was g« maakt. Bet begreotirgs- evenwicht is verwezenlijkt. De binnenlindeche vlottende schuld is geconsolideerd. De hulp bronnen, ter beschikking van bet amortisatiefonds gesteld in de twee eeiste maanden van zijn bestaan, hebben de terugbetaling mogelgk gemaakt van een belangrijk deel der schuld binnen den

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1926 | | pagina 1