No. 3028
Dinsdaa 30 Maart 1920
40ste Jaargang
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR ZEEUWSOH-VLAANDEREN
Eerste Blad.
Een legende nit
de wereld.
IPeTjLill et on.
Hoe liefde Verwoa.
VERSCHIJNT ELKEN DINSDAG- EN VRIJDAGAVOND
P0STREKENIN8 No. 52419.
Dit nummer bestaat uit
TWEE BLADEN.
Gemeenteraad van Sas-van-Gent.
DE ZEEUWSCHE KOERIER
Abonnementsprijs 1.25 per 3 maanden,
of 4.50 per jaar, bij vooruitbetaling -
Advertentiën 20 cent per regel, bij contract lager
Bureaux van Redactie en Administratie
OOSTKADE 218, SAS-VAN-GENT
Telefoon 15 Telegramadres: Koerier
ZEER KOOPKRACHTIGE
LEZERSKRING
UITSTEKEND GESCHIKT
VOOR PUBLICITEIT
In „De Standaard", welks hoofdredaotear, de
heer Colgn, beter dan wie ook daartoe iü staat
is, vonden we een uitvoerig relaas over de
samenstelling van het Kabinet, waaraan de leider
van de anti-revolationnaire partij zijn naam heeft
gegeven.
De christelgk-historischen hebben het altg'd
voorgesteld, alsof zij door het uittreden van de
vier katholieke Ministers na het votnm van 11
November volkomen verrast waren, dat zij zulks
niet hadden voorzien, evenmin dus de Kabinets
crisis welke nit dat uittreden voortvloeide.
Welnu, met dit nog langer staande te honden
maken zg sleohts zichzelf belachelijk. Den 12en
Juli wist da heer Schokking, de voorzitter van
de christeljjk-historisohe Kamerfractie, van den
heer Colgn zelf wat de R.-K. Ministers zouden
doen, voor het geval het gezantschap bg den
Paus werd afgestemd en den volgenden dag, das
op 18 Juli, werd dr. De Visser, die later voorzitter
der ohristelgkhistorisohe Kamerfractie werd,
eveneens door den heer Colgn persoonlijk op de
hoogte gebraoht. De toenmalige Kabinetsformateur,
die van de besprekingen notities maakte, weet
zelfs het nar, waarop de mededeeling plaats had,
te vermelden.
En de conclusie van den heer Colgn is deze
van tweeën ééi, óf de Christelijk-historische
Kamerleden zgn van de mededeelingen des heeren
Colgn, op 12 en 13 Jnli gedaan, op de hoogte
geweest en dan is het ontkomen der voor
wetenschap van de politieke gevolgen aan het
votnm van 11 November verbonden, alleen
mogelgk door het gebruik van een armzalige
uitvlucht óf ze zgn inderdaad niet op de
hoogte geweest, maar dan ligt de schnld daarvan
bg de leiders der ohristelgk-historischen zelf.
36)
O, moest ze onwillekeurig wel zeggen welk
een mooi en sterk ras. Wat zon ik trotsch zgn
er toe te behooren
In haar gekwetst hart voegde zg er znohtend bij
Blanche de Volpierre zal gelukkig zgn.
Den volgenden Zondag, toen de kerkklok van
Montbel met lnider stemme allen in de parochie
ter Hoogmis riep, trad mjjnheer Albéric Romain
in gekleede jas en zoo even gesohoren de kamer
van zgn kleinzoon binnen.
Mgn jongen, sprak hg, ik kom je uitnoodigen
iets te doen, waarover al de lieden van Montbel
versteld znllen staan. Misschien zullen de onde
wijven er over kletsen, sommige deugnieten tegen
elkander knipoogen, maar dat zal je ook wel
kond laten, denk ik. Het komt er op aan, Vlin
dertje, met ons zelf aocoord te gaan en daar wg
ons nu dezer dagen de verdedigers van den ge-
hoonden Christus getoond hebben, moeten wg
onzen plicht tot het einde vervullen. Wanneer
het vaandel bedreigd wordt, scharen de dapperen,
de mannen zonder vrees zich daar omheen... Wg
zgn te ver gegaan om terng te treden. Beter is
het voorwaarts te maroheeren.
Thans, na ik veel gezien, beleefd en opgemerkt
heb, na voel ik als met den vinger de dikwijls
bittere ontgoooheling. die op den bodem van
sommige verleidelijke theoriëen ligt. Verleidelijk
zijn ze zeker, opgesteld door mannen, die als edel
moedig en onbaatznohtig geprezen worden, dooh
in den grond slechts egoïsten en belanghebbenden
zgn. Thans begrgp ik, voel ik de noodzakelijkheid
om tot het geloof mijner vaderen te keeren, tot
het geloof van het Evangelie, zonder hetwelk
niets goed, waar en bestendig is.
En, daar men het onrechtmatig aanvalt, ver
loochent en onder den voet trapt, met veraohting
van alle rechtvaardigheid, met miskenning van
de onvervreemdbare vrijheid, welnu, daarom is
het de plioht van hen, die weten, dat zonder dit
geloof niets duurzaam is, dat het de grond
En daarmee is dan vastgenageld, dat de
ohristelgk-historischen op 11 November willeES
<n wetens de Coalitie aan hna anti-papisma
hebben opgeofferd, en voorgoed de legende, als
zonden zg in onwetendheid omtrent de gevolgen
hunner stem hebben verkeerd, van de baan.
Zitting van Donderdag 25 Maart 1926,
des namiddags 6 uur.
(Vervolg van het Tweede Blad).
Wethouder Neeteson zegt, dat ook hij van
het schrijven van den Minister met verwon
dering en teleurstelling heeft kennis genomen.
De Minister geeft blijk te veronderstellen,
dat, toen men al het mogelijke deed om de
Carnaval in ongewijzigden vorm te behouden,
men niet in het belang der gemeente heeft
gehandeld. Welke reden heeft echter de
Minister voor deze veronderstelling, zoo vraagt
spr. Het heeft spr. teleurgesteld, dat de
Minister met vernietiging van het Raadsbesluit
dreigt zonder eerst een onderzoek te hebben
ingesteld naar de wijze, waarop te Sas-van-Gent
Carnaval werd gevierd en naar de gevolgen,
welke de afschaffing van Carnaval voor de
gemeente moet hebben. Als de Minister een
onpartijdig onderzoek had ingesteld, zou hij
stellig niet met vernietiging van het Raads
besluit dreigen. Dan zou hij weten, dat de
afschaffing van de Canaval onder een groot
deel der bevolking groote verbittering heeft
gewekt. Verder, dat niettegenstaande die
groote verbittering het laatste Carnaval alleen
daarom zoo betrekkelijk ordelijk kon vprloopen
omdat de Rijkspolitie zoo uitnemend tactvol
en correct is opgetreden. Spr. zegt, bij zijn
meening te blijven, dat alleen het belang
van Sas wordt gediend als de Carnaval in
ongewijzigden vorm gehandhaafd blijft. Spr.
kan danook aan het verzoek van den Minister
niet voldoen en hoopt, dat de Raad zijn
meening mag deelen.
De voorzitter zegt, dat Carnaval niet kon
worden toegestaan om verbittering te voor
komen. Dat is geen motief. Spr. kan er zich
niet mede vereenigen, dat men de goeden
niet te na gesproken aan zekere grillen
wil toegeven. Spr. heeft liever een wereld
van vijanden door zijn plicht te doen dan
dat hij omringd is door vrienden als hij zijn
plicht verzaakt.
Wethouder Neeteson antwoordt, dat bij
den voorzitter de veronderstelling voorzit,
dat Carnaval werd gevierd op een wijze, die
en tevens de kroon ven het sooiaele gebouw is
hun plicht, zeg ik nogmaals, en de mijne en de
nwe, mgn jongen, ishoog en laid te belgden
en eens voor altijd ons gedrag in overeenstemming
met onze overtuiging te brengen.
Ben je het met me eens? Maar duizend duivels
antwoord dan toch! Zie je niet, dat je mg een
preek laat honden om pastoor Verny jaloersch
te maken, als hg mg hoorde
U preekt zeer goed, grootvaderik luister met
genoegen naar u. Het beste bewijs daarvoor is,
dat uw gehoor ten volle overtuigd ia en ten
volle bekeerd. Ziet u, goede papa, uw woorden
bevallen mij uitermate... doch nog veel mooier
vind ik uw voorbeeld, want dat is het beste deel
van uw preek, zei de student diep bewogen. En
hij voegde er bg
Gun mg den tgd mgn schoonsten boord en
mooisten das om te doen, mijn handschoenen aan
te trekken en ik volg u. We zullen dan nog vóór
het Kyrie aankomen.
Een weinig tjjds daarna zaten de dokter en
zijn kleinzoon in de kerkniet daar vooraan
in de koorstoelen, waar plechtig en deftig in hnn
lakensche jassen drie of vier hooge ooms van
Montbel troonden, maar doodeenvoudig in de
houten banken van nauwelijks vierkant geschaafde
boomstammen, te midden van goedhartige, gekielde
boeren, die wat in elkaar schoven om plaats voor
hen te maken.
Niettemin werden ze bg het uitgaan der mis
door de dames de Volpierre opgemerkt. De blik
van Blanohe zoowel als die van haar moeder
rnstte met een goedkeurenden glimlach op Pierre
Girand, en voor de eerste maal groette de mar
kiezin Alberic Romain hoffelijk en minzaam, toen
zij hem voorbij ging.
Kond en uit de hoogte gaf de grijsaard dien
groet terug.
Pierre voelde iets zeer droevigs en tegelijk
zeer zoets, dat heel zjjn persoon doortrilde.
Onder al de menschen, die op het plein door
elkander liepen, fluisterden en met den vinger
naar den maire maire en zgn kleinzoon wezen,
zag hg sleohts één dingeen parelgrijze japon
met kanten kraag, die zioh in de richting van
het hnis met de torentjes onder de linden voort
bewoog.
niet door den beugel kan. Spr. is het hiermede
niet eens. Als de Carnaval wordt afgeschaft
zal de toestand erger worden dan nu.
De voorzitter merkt op, dat de mensch
l een vrijen wil heeft. Ieder moet zelf weten,
hoe hij dien zal gebruiken.
Wethouder NeetesonDaar zoudt U als
burgemeester rekening mee moeten houden.
Wethouder StubbéU zet Uw gemeente
op eén lage wijze weg, door zoo Uw wil
door te willen drijven.
De voorzitterIn de vergadering van
B. en W. heeft toch ook een van de wet
houders moeten erkennen, dat de door mij
naar voren gebrachte feiten niet door den
beugel konden.
Wethouder Neeteson Er zijn inderdaad
feiten gebeurd, die niet door den beugel
konden, maar denkt U die te zullen voorkomen
door afschaffing van het Carnaval Daar
maakt U de zaak integendeel veel erger mee
omdat de jongelui dan naar Selzaete en
Assenede gaan.
De voorzitter Naar Selzaete kan men het
geheele jaar gaan. Ik werk aan zulke dingen
niet mee. Spr. zegt dan, dat men toch zeker
niet lager kon handelen dan tuss'chen 12 en
1 uur 's nachts voor zijn woning als wilde
beesten te komen loeien. (Wethouder Neeteson
interrumpeert: Dat hebt U door Uw handel
wijze uitgelokt.) Spreker heeft dat niet gedeerd
doch het was voor velen beter geweest als
zij zich daarbij niet hadden laten zien, Spr.
heeft den indruk dat hier gehandeld werd op
commando.
Wethouder StubbéDat is niet juist.
De heer MarquinieDe menschen waren
verbitterd.
Wethouder Stubbé: Op andere plaatsen is
het heel wat erger toegegaan. Hier was het
heel kalm.
De heer Dierick haalt een geval aan van
een gemeente waar ter gelegenheid van
de afschaffing van het Carnaval bij een
der wethouders door het verbolgen publiek
een doodshoofd door de ruiten werd geworpen
nog vóór het Carnaval. Volgens spr. is hier
ter plaatse de Rijkspolitie zeer tactvol opge
treden. Had deze anders gehandeld dan
zouden wellicht ernstige ongelukken te be
treuren zijn geweest.
De voorzitterDe betoogers dragen zelf
de verantwoordelijkheid.
De heer Dierick merkt op dat in den
Carnavalstijd de burgemeester verschillende
malen de gemeente is rondgewandeld. Hij
ondervond geen last doch hij had moeten
bedenken, dat als de menschen door den
V.
't Is winter, de barre Auvergneesche winter,
die de bergtoppen al met watten omhult, de
beken doet verstijven, de velden ontvolkt en de
menschen voor langen tgd in hnn woningen
opsluit.
Na een prachtige dissertatie, die hem de
gelnkwenschen van de jury deed verwerven,
heeft doctor Pierre Girand zich gehaast naar
Montbel bij zgn oudjes tern# te keerec.
Hg zal ze niet lang meer zien, zich door hen
laten koesteren, liefkoozen als een kind. Weldra
zal het nar komen, waarin hg hnn allen door een
scheiding wellicht voor goed het hart zal
verscheuren.
En toch, hij moet het doen, al ontbreekt hem
de moed hnn zgn vertrek aan te kondigen. Dat
zal eerst op het laatste oogenblik gebeuren, als
alle voorbereidselen gemaakt zgn.
In afwaohting daarvan wil hg er zelf zoo min
mogelgk aan denken. Hg wil ten volle dit
huiselijk leven genieten, waarvoor hg zich geboren
voelt; hg wil aan hen, die hg gaat verlaten, de
vreugde geven, te weten, dat het kind, de toekomst
van hun geslacht, hen heeft begrepen, hun smaak
deelt, hnn streven en verlangens^mede beoogt.
Ja, zg znllen de troostende overtuiging hebben,
dat hg hen sleohts met innige spijt verlaat, ge-
dwoDgen door een onvermgdelgke noodzakelijkheid,
maar dat hg eenmaal te Montbel zjjn ware lots
bestemming zal hervatten, op hetzelfde pnnt,
waarop hjj die verlaten heeft.
Zgn boeken heeft hij gesloten en meer dan
ooit stelt hg belang in den gang van zaken op de
Girandière. Lang en breed praat hg over her
planting, enting, middelen om den wjjn te ver
beteren en te bewaren, en dat niet alleen met zgn
grootvader, maar ook met de boeren van het dorp,
die onder elkander herhalen, wat één hnnner na
een lang onderhond met den nieuwen dokter wist
te vertellen
Je weet wel, die kleinzoon van de Girauds en
van mijnheer den maire, non reken er op, er is
geen geleerder kerel op de wereld. Wat die zegt,
daar kan je op aan.
Inderdaad, met nog meer vertrouwen in hem
an in Albério Romain braoht men de zieke
drank zijn verhit, zij voor hun daden niet
meer ten volle verantwoordelijk zijn. Volgens
spreker's meening is de burgemeester dan
ook verschillende malen provoceerend op
getreden.
De voorzitterIk stel nog veel vertrouwen
in de Sassenaars. Spr. zegt dan, dat het hem
zeer heeft gegriefd, dat er bij de betoogers
heel wat stonden, van wie spr. anders had
mogen verwachten.
De heer Dierick zegt te betwijfeleA of,
zooals de voorzitter meent, de menschen
onder pressie hebben gehandeld. Bij vroegere
gelegenheden bracht men den burgemeester
toch een serenade. Dat gebeurde ook vrij
willig.
De voorzitter zegt, dat hem gebleken is,
dat ook toen onder pressie werd gehandeld.
De heer DierickDat betwijfel ik zeer.
Wethouder Stubbé merkt op, dat de voor
zitter zegt, vertrouwen te hebben in de
gemeente. Spr. is echter van meening dat
voor de 3 gevallen door den voorzitter ge
constateerd, dan toch niet de geheele gemeente
behoeft te boeten. Men heeft een goede
politie, die tegen excessen kan waken.
De voorzitter zegt, het belachelijk te vinden,
dat het masker de pret moet aanbrengen.
Wel is hem van onverdachte zijde verzekerd
men herkent zich zelf niet meer als men
achter een rtiasker verborgen is.
Wethouder Stubbé Dat is misschien ook
op commando gezegd.
De voorzitterIntegendeel. Dat is gezegd
door iemand, die niet gewoon is, een blad
voor den mond te nemen.
Wethouder Stubbé: Gcloove, wie het
gélooven wil.
De heer Marquinie wijst op de enorme
schade, die geleden zou zijn.
De voorzitter: Men zegt dat, ja,.... maar
na afloop van een kermis of carnaval is men
zelden tevreden.
De heer Marquinie herhaalt, dat de
afschaffing van het Carnaval enorm schadelijk
is. Hij wijst er voorts op, dat men nu zijn
geld verteerd heeft in verbittering terwijl het
anders in jool zou zijn geschied. Spr. zegt,
dat de geheele gemeente tegen afschaffing
is. Hij acht het spijtig, dat een en ander is
voorgevallen.
De voorzitter zegt, het spijtig te vinden,
dat hij als burgemeester heeft moeten in
grijpen. Waarom was dan het maskeren
alleen toegestaan als de burgemeester zulks
goedvond Nu de burgemeester zijn toe
stemming meende te moeten weigeren wilde
men de betreffende bepaling wijzigen. Waar
kinderen op den Cta'n8, of men kwem er genees
middelen vr&gen. Op de Girand è^e was het bijna
processie van lni, die om waad kwamen voor
kwijnende wingerds, wijn, die verzuurde, of
aardappelen, waarvoor de kooplieden geen geld
willen bieden.
Aan allen sohonk hg hoop en troost, zonder
daarbij werkelgken steun te vergeten.
Maar weldra, binnen een maand, zou dat alles
geëindigd zijn. Hg moest vertrekken, zich zelf
verbannen. O, de plicht stelt soms versohrikkelgke
eischec
In de groote loods van de Girand e ziet
Vlindertje toe op de bereiding van brandewijn
en wijn droesem. Rondom de distilleerkolf te
midden van naar wgn riekende dampen gaat hg
orders gevend heen en weer.
Rost ca maar eens, grootvader; laat mg mgn
gang gaan. U zult zien, uw voorloop wordt
uitstekend.
De onde man glimlacht en durft ter nauwer-
nood nu en dan een sohuchtere opmerking maken
wanneer de handelwijze, door den jonkman
bevolen, zoo gehesl tegen de alonde gewoonten
indruischt.
Je znlt er nog een scheikundig laboratorium
van maken, Pierret
O, neen, grootvader, dat niet. Maar we znllen
nu met minder verlies ean veel betere kwaliteit
krijgen, wel tien graden sterker.
Terwijl aldus de droesem bewerkt wordt en
de brandewijn in de ontvangers raischt, komt
moeder Girand van Chermont en richt haastig
haar schreden naar den Chnlus. Haar hooge,
reeds ietwat gebogen gestalte, omhnld met een
grooten zwart wit-gerniten mantel, teekent zich
duidelijk af tegen den jjzigen mist. die de vlakte
overdekt.
Ala men haar van nabg had kunnen gadeslaan
zou men onder de zwart-satgnen bnif roodgeweende
oogen bemerkt hebben, terwijl ze telkens de
tranen steelsgewpze wegveegt. Zij loopt zoo enel
als haar beenen het veroorloven, zuchtend en in
zich zelf sprekend
De arme jongen! Hoe is het mogelijk? Wie
zon dat ooit geloofd hebben.
(Wordt vervolgd