Provinciaal Volksblad.
1735. Eerste Blad
Woensdag 16 April 1913.
19de Jaargang
VAN HOUTEN'S
Thans de meest gelexen Courant van Zeeland.
Brieven, Stukken, Advertentiën te zenden aan de Administratie van „De Zeeuwsche Koerier" te Sas van Gent.
Dit nummer bestaat
uit T WEE BLADEN.
Verslag
gemeente SAS VAN GENT,
EN VOORAL S MORGENS,
'S MIDDAGS en 'SAVONDS EEN KOP
DE ZEEUWSCHE KOERIER
Deze courant verschijnt
Woensdag en Zaterdag.
Prijs per 3 maanden
franco per post 75 cent.
Voor België 1,50 frank,
per 3 maandenvoor alle
andere landen f 1,25,
bij vooruitbetaling.
Advertentiën van
1 tot 5 regels 50 cent
Elke regel meer 10 cent
Groote letters worden
naar plaatsruimte bere
kend. Bij abonnement
korting. Dienstaanbiedin
gen 3 cent per regel.
MAAN:
V. M. 20 April.
L. K. 28 April.
ZON
Zon op 6 u. 30 m.
Zon onder 6 u. 10 m.
der Raadsvergadering van de
gehouden op Zaterdag den 12 April 1913, des
namiddags ten 2 uur.
Tegenwoordig, de voorzitter, vijf leden en de
secretaris.
Afwezig de heer Oole.
De notulen der vorige vergadering worden
voorgelezen en na een tweetal van weinig be
lang zijnde opmerkingen, goedgekeurd.
Aan de orde
I. Mededeeling Ingekomen {Stukken.
a. Schrijven van de heeren E. J. Michielsen
en H. A. Bockstael, resp. hoofd der school en
onderwijzer in dö kom, houdende dankbetuiging
voor de verleende gratificatiën.
b. Missive van Ged. Staten, houdende goed
keuring van het besluit van den raad d.d. 13
Maart 1.1. inzake de verhuring van het gebouw
van het post- en telegraafkantoor.
II. Aanbieding verslag toestand der gemeente
over 1912.
Dit zal ter visie worden gelegd.
III. Aanbieding rekening algemeen armbe
stuur over 1912.
Tot leden der commissie van onderzoek der
rekeningen en begrootingen voor dit jaar worden
gekozenbij eerste stemming de heer H. Gross
met 4 stemmende heeren Malotaux en Buijsse
verkregen ieder 1 stem. Bij tweede stemming
de heer E. Buijsse met 5 stemmende heer
Malotaux verkreeg 1 stem. Bij derde stemming
de heer P. J. Hamelijnck; de heer Malotaux
verkreeg 1 stem.
In handen dezer commissie wordt de aan de
orde zijnde rekening gesteld. De commissie zal
deze onderzoeken en van hare bevindingen te
gelegener tijd verslag uitbrengen.
VI. Benoeming leden stembureaux voor de
periodieke verkiezingen in 1913.
Voor de stemming en eventueele herstemming
voor een lid der Tweede Kamer worden be
noemd de heeren P. Malotaux en Ch. Pauwels
voor de stemming en eventueele herstemming
voor leden der Provinciale Staten de heeren H.
Gross en J. V. Oole, en als vierde lid de heer
P. J. Hamelijnck
voor de stemming en eventueele herstemming
voor leden van den gemeenteraad de heeren P.
J. Hamelijnck en E. Buijsse, en als vierde lid de
heer P. Malotaux.
De overige leden zijn plaatsvervangers.
V. Aanvraag van de Zeeuwsch-Vlaamsche
Tramweg-maatschappij om vergunning tot aanleg
van een stoomtramweg door de gemeente.
Voorlezing wordt gegeven aan de volgende
missive van Ged. Staten
Wij hebben de eer U in afschrift te doen toe-
komen eene aanvraag van de Zeeuwsch-Vlaam
sche Tramweg-Maatschappij, gevestigd te Neuzen,
om vergunning tot aanleg van een stoomtramweg
IJzendijkePhilippineSas van Gent—Drie
Schouwen (gemeente Axel) vergezeld van de
daarbij behoorende teekeningen.
Overeenkomstig art. 2 van het Reglement op
de tramwegen, noodigen wij U uit:
I. de stukken, na aankondiging, gedurende
14 dagen, ter inzage te leggen van belang
hebbenden
II. het gevoelen van den Raad over de aan
vraag in te winnen, in het bijzonder over de
vraag of er in het wegsbelang termen zouden
zijn om de vergunning te weigeren
III. de stukken uiterlijk binnen ééne maand
aan ons terug te zenden met Uw advies.
Gedeputeerde Staten van Zeeland.
Tevens wordt voorgelezen onderstaand schrijven:
Aan den Raad der Gemeente
Sas van Gent.
Naar aanleiding van eenige mededeelingen als
zoude Uw raad gaarne een en ander weten be
trekkelijk de trambrug in Uwe gemeente, heb
ik de eer U mede te deelen namens den Raad
van Bestuur der Zeeuwsch-Vlaamsche Tramweg
maatschappij dat de kwestie der bruggen uit den
aard der zaak er eene is die beslist moet worden
door den Rijkswaterstaat, waarmede door de
Maatschappij alzoo overeenstemming moet worden
verkregen.
Tegen het plan der maatschappij om de brug
te bouwen ter plaatse, als door een roode lijn op
het indertijd U ingezonden gewijzigd plan is
aangegeven, bestaat echter geen bezwaar. Tevens
zal de brug dezelfde door vaart wijdte krijgen als
de bestaande sluis, terwijl hare constructie zoo
danig zal zijn dat er absoluut geen terrein van
de gemeentelijke losplaats in beslag wordt ge
nomen.
Er kan dus tegen het ontwerp door Uwen Raad
onzer erachtens geen redelijk bezwaar worden
geopperd.
De Secretaris der Zeeuwsch-Vlaamsche
Tramweg-maatschappij,
P. DIELEMAN.
De voorzitter deelt in verband met de missive
van Ged. Staten mede dat de stukken, enz. ter
inzage zijn nedergelegd en dat geen reclames
daartegen werden ingebracht. Ten aanzien van
het schrijven der tramweg-maatschappij zegt de
voorzitter dat de kwestie der brug thans is
opgelost in den geest als de raad zulks wilde.
Ten slotte maakte de voorzitter nog de opmerking
dat hem uit een onderhoud met den voorzitter
der tramweg-maatschappij gebleken is dat 't in de
bedoeling ligt de aan te bouwen brug over het
kanaal een ophaalbrug te doen zijn, in den geest
Cacao
van die te Selzaete.
De heer Buijsse is er over verwonderd dat
tegen de plannen geen reclames zijn ingediend
en vraagt of het wel is gepubliceerd!
De voorzitter antwoordt dat de ter-inzage-legging
der betrokken stukken is gepubliceerd in de
courant en bovendien ter gewone plaatse is
aangeplakt.
De heer Buijsse vraagt of de tram nu komt
zooals gezegd is, achter G. de Nocker en zoo
verder naar de Stationstraat.
De voorzitter antwoordt bevestigend.
De diverse teekeningen worden alsnu door de
leden bezichtigd.
De heer Buijsse informeert naar de kwestie
van den overweg in de Verlengde Schoolstraat.
De secretaris licht toe dat zulks indertijd reeds
werd vastgelegd bij het bepalen van den koop
prijs van gemeentegrond voor de tramweg
maatschappij.
De heer Pauwels brengt de haltes voor den
tram binnen de gemeente ter sprake en vraagt
hoeveel haltes er zullen komen.
De voorzitter meent dat zulks thans nog niet
uit te maken is, maar natuurlijk zal rekening
gehouden worden met de gebleken behoeften en
aan te kennen gegeven wenschen zal later wel
tegemoet gekomen worden.
De heer Malotaux meent dat er drie, zeker
twee haltes zouden moeten komen't zou b.v.
verkeerd zijn alleen aan den overkant een halte
te maken.
De heer Pauwels Veronderstelt eens dat
slechts een halte ginds aan de derde brug kwam
De voorzitterEn veronderstelt dan eens dat!
de maatschappij bepaalde dat niemand op den
tram zou mogen zitten(Gelach.) 't Spreekt
van zelf dat alles zal worden geregeld, dat het
verkeer zoo gemakkelijk mogelijk is.
De heer Hamelijnck is van oordeel dat zooiets
toch wel eens mag gevraagd worden.
Hierna wordt, nu de bezwaren inzake de brug
zijn opgelost, zonder hoofdelijke stemming be
sloten de gevraagde vergunning aan de
Zeeuwsch-Vlaamsche Tramweg-maatschappij te
verleenen.
VI. Verzoekschrift van A. van Assche om
verhooging zijner jaarwedde als vasten arbeider
in de gemeente met f 140.
VII. Missive van Gedeputeerde Staten omtrent
de aansluiting der gemeente aan eene buiten-
landsche centrale voor de levering van electrici-
teit ten behoeve der gemeente.
Deze beide punten worden in besloten verga
dering behandeld.
Na heropening leest de secretaris onderstaand
verzoekschrift voor
Aan den EdelAchtbaren Raad der
gemeente Sas van Gent.
Geeft met gepasten eerbied te kennen, Alphons
van Assche, stadsreiniger in de gemeente Sas
van Gent
dat zijne jaarwedde als zoodanig bedraagt de
som van drie honderd en zestig gulden
dat naar zijne bescheiden meening èn met het
oog op de werkzaamheden aan zijne betrekking
verbonden, èn met het oog op de steeds aan
houdende stijging in prijs der eerste levensbe
hoeften èn ten derde ook met het oog op eenige
extra-kosten, die door de vervulling zijner werk
zaamheden worden medegebracht, deze jaarwedde
niet meer voldoende kan worden geacht.
Het is overbodig mijne werkzaamheden hier
nader uiteen te zetten. Als ingezetenen dezer
gemeente, die voortdurend in de gelegenheid zijt
na te gaan wat voor een behoorlijk uitvoeren der
mij opgelegde taak vereischt wordt, kunt U zelf