TWEEDE BLAD No. 1781 wan Woensdag 2 April 1913. Mr. Dr. J. van Best te Hulst. De Zeeuwsche Koerier Nadat op initiatief der centrale Roomsch- Katholieke Kiesvereeniging in het Hoofdkies- district Hontenisse de heer mr. dr. J. van Best, lid van de Tweede Kamer voor het district Eindhoven, Zondag 30 Maart ten huize van den heer Th. Weemaes te Kloosterzande in een* openbare vergadering was opgetreden, sprak deze Maandag 31 Maart, des namiddags ten twee ure, ten huize van, den heer A. F. Neelemans te Hulst. De vergadering werd geopend door den heer P. A. Baart, voorzitter der centrale R.-K. Kies- vereeniging, die de aanwezigen het welkom toeriep en er op wees dat het bestuur der centrale met het oog op den aanstaanden verkiezingsstrijd voor leden der Staten-Öeneraal gemeend heeft ook in dit district eenige spreekbeurten te moeten doen vervullen. De eerste spreker is de heer mr. dr. J. van Best, dien hij welkom heet. Spr. uit de hoop dat de vergadering den heer van Best met aandacht zal volgen en geeft vervolgens dezen het woord. De heer van Best begint met te verklaren dat hij volkomen de meening van het bestuur der Kiesvereeniging onderschrijft, betreffende het doen vervullen van spreekbeurten in verband met den komenden stembusstrijd, al wil en durft hij niet zeggen dat de keuze juist is om hem 't eerst hiervoor te nemen. Spr. zal echter zijn best doen voor de vergadering de beteekenis uiteen te zetten van den kiesstrijd, een beteekenis ook speciaal voor deze streken, en wil trachten er het zijne toe bij te dragen dat het district Hontenisse in Juni a.s. blijft een rechtsch en Roomsch district. Dit jaar is het juist 25 jaar geleden dat hot eerste besef in de Roomsche mannen van dit deel van Zeeuwsch-Vlaanderen werd wakker geschud25 jaar geleden dat de Katholieke Kiesvereeniging hier optrad voor het eerst, en dat voor het eerst een Roomsch afgevaardigde naar de volksver tegenwoordiging werd gezonden. Toen hebben de Roomsche mannen uit deze streken gevoeld, dat ze evengoed staatsburgers waren als die van het overig Nederland, dat ze evengoed hunne rechten hadden als de anderen en dat ook hunne stem in de volksvertegenwoordiging moest gehoord worden. Spr. heeft de uitnoodiging om in dit district te komen optreden gaarne aangenomen, omdat hij weet dat ook hier nog heel wat oogst binnen te halen valt, omdat hij weet dat ook hier nog vele akkers niet de vruchten opleveren, die ze op leveren konden. Als in de streken waar spr. woont, zijn er ook hier nog velen, die zich niet bewust zijn van de rechten en plichten, welke ze als katholieken hebben. In het district Hontenisse, in Hulst is niet alles zooals het wezen moet; nog te velen zijn er die niet begrijpen dat ook zij de bij de Grondwet gewaarborgde rechten hebben, de vrijheid om hunne meening te uiten, die vrijheid, die leven geeft en kracht. Te velen ook nog, het gevolg van eeuwenlang te zijn geknecht, doordat het liberaal bewind ons menschen zond met wie we het niet eens zijn. die het intellect alleen bij de tegenstanders aan wezig achten te velen, die zich niet ontworstelen kunnen aan dien slavenketen, en niet begrijpen dat zij Nederlanders zijn, dien naam volkomen waardig, omdat hun Roomsche overtuiging de wimpel is, die fier uitwaait boven de vaderland- sche driekleur. (Applaus). Als ik zeg dat hei hier in deze streken niet is zooals het wezen moet, dan bedoel ik zulks niet alleen als een verwijt, maar veeleer als een medelijden met hen. die dwalen, omdat ze niet begrijpen op welk een inconsequent standpunt ze staan. Spr. meent dat men meer moet beseffen dat in het bewustzijn van eigen denken en eigen overtuiging de kracht schuilt. Aan de overzijde heeft men dat bewust zijn wel. Hoe komt dat Hoe komt zij, die beklemdheid, dat gevoel van minderwaardigheid, hoe, dat men het liberalisme beschouwt als in eeD aureool van intellect Dat komt omdat jaren en jaren zijn voorbijgegaan dat voor velen in Neder land de ongeschreven wet, de grondwet gegolden heeft, de wet der gewoonte, dat zij, die gelooven, niet passen in de regeeringslichamen, niet passen als burgemeesters, zoodat men in uitsluitend Roomsche plaatsen liberale burgemeesters vond. Die reden is het, dat zoo velen zich af hankelijk voelen, de liberalen naar de oogen zien, die als vreemdelingen in deze streken zijn gebracht. Dat is één van de redenenhet liberalisme gunt anderen niets. Een tweede reden is de plooibaar heid van het liberalisme. Als het liberalisme in het Noorden komt, als het daar staat tegenover het socialisme, dan doet het voor dit niet onder, is het democratisch, is het rooder dan rood. Maar komen diezelfde liberalen b.v. in Utrecht, dan komen ze weer met den pruikstaart voor den dag, dan zijn ze weer jonker, dan weer de dragers van het conservatisme. Dat liberalisme plooit als een aal. En als de liberalen in het Noorden komen, of in enkele christelijk-historische districten, dan komen ze als een prof. Eerdmans en een Tideman aan met het Roomsche gevaar, met het zwarte gevaar, met het gevaar van over de bergen. In andere districten weer zijn het de anti-revolu tionairen, die niet deugen. De liberalen kruipen en kronkelen als een paling. Het liberalisme wendt zich tot den hartstocht, van dat liberalisme kan men alles krijgen, kan men alles verlangen' Daarom is het zoo moeilijk dit te bestrijden, omdat wij niet alles beloven kunnen. Dat kunnen wij niet. Wat zou het zijn, als wij eens konden zeggenkom maar in onze Katholieke Kiesver eeniging, kom maar, u hoeft niet eens katholiek te zijn men zou zeggen dat is geen kiesvereeniging, dat is een paskwil. Wat zou het zijn, als ook de anti revolutionairen en christelijk-historischen, zoo eens deden, en reeds tevreden waren als ze maar op hun candidaat stemmen Zooiets kunnen wij niet. dat kan alleen de logen, niet de waarheid. (Applaus). Neen, 't is niet gemakkelijk te be strijden die schoone geboden en beloften van het liberalisme en zijn nageslacht, het socialisme. Niet gemakkelijk, omdat velen nog verblind zijn en niet voelen dat ten slotte deze vraag de kern is, of ze God erkennen of niet. Zoovelen, ook bij od8, kunnen die overtuiging geen toegang geven. Want het liberalisme dient zich niet aan onder zijn werkelijke titelstot u, geloovigen, zal het zeggen niet tegen God te zijn. Dat deed alleen Viviani, die Fransche minister, die de sterren des hemels zou uitdooven. De liberalen weten wel dat ze bij u, die nog bidt, die nog tot God ziet in dagen van nood en rouw, bij u die het „Wees Gegroet" geleerd hebt op de knieën uwer moeder, dat ze bij u niet met anti-clericalisme moeten aankomen. Bij u komen ze met de verdraagzaam heid, met de neutraliteit, met de algemeene menschenliefde, maar die de liefde tot God in den schaduw stelt. (Applaus). Diezelfde stem ook is het, die gehoord wordt in de mannen, die gaan staan op eigen gezag, die zich onttrekken aan het onmisbare gezag, en daardoor langzaam maar zeker inzinken. Ik wil aannemen dat hier de goede trouw aanwezig is, dat na ontworsteld te zijn aan jarenlang knecht schap, zij denken vrije mannen te zijn geworden, maar zij denken er niet aan dat zij de vrijheid van den Christus op zij zetten voor hun eigen vrijheid. Zij vergeten de dwaze inconsequentie, door eenerzijds tegen het gezag te tieren en ander zijds het gezag in eigen persoon op te bouwen, 't Is waarlijk medelijdenwekkend, omdat de meesten geheel te goeder trouw beginnen, maar later ondervinden moeten hoe moeilijk het is het gezag te miskennen en niet af te dwalen. En dan komt de hoogmoed. Want vergeet dit nietzoo iemand, die zegt het niet eens te zijn met de anderen, is de held, is de man met den breeden blik, is de man van overtuiging. Voor dezulken neemt de liberaal zijn hoed af „omdat hij de waarheid zegt". (Gelach). Dat is niet om de vrijheid, maar omdat zij het zoo heerlijk vinden dat er eindelijk eens één uit die bende komt, die durft zeggen, waar het op staat. (Applaus). Zoo'n man moet niet zeggen dat hij liberaal is, o neen dat hebben ze liefst niet, hoe Roomscher hij zich uitgeeft, hoe liever het hun is. Hoe meer hij uitroept goed Roomsch te zijn, en hoe meer zij hem dan telkens de Roomsche overheid zien deuken, des te hooger stijgt hij in hun aanzien. Hoe meer hij het gezag van God aanroept, en dit tegelijkertijd beleedigt in Zijne bedienaren, hoe grooter de liberale ver eering voor zoo'n man. En zulke woorden vinden toegang tot geloovigenBeloften, die niet verwezenlijkt kunnen worden, vinden ingang. Zeker, 't klinkt zoo mooi, zoo dankbaar op die wijze op te treden voor de menschen, die 't niet breed hebben, en soms in nood zitten. Maar denke men aan de verwezenlijking. Bedenk toch dat er zoovelen zijn, die ook een hart in de borst hebben, die ook gaarne alles geven zouden en ook alles in 't werk stellen om de verandering te brengen. En toch, zij komen er niet. En dat niet alleen in de landen waar een rechtsche regeering aan het bewind is, maar ook in andere landen. Kijk eens naar Frankrijk, waar haast alles radicaal, radicaal-socialist, of socialist is, zijn ze daar verder? Waar men het verst is? Men brengt het 't verst in de Gasthuizen, waar de Liefdezusters het eerste gebod, God te beminnen, in volheid doen opgaan in het tweede, den naaste als zich zelve. (Applaus.) En wanneer er dan komen, die tot u zeggen u te willen helpen, kijk dan eens nuchter rond. Zie dan eens of van dat groote program van sociale rechtvaardigheid door hen al iets is verwezenlijkt. Neen, het gaat zoo licht niet. Men moet niet vergeten, al beproeft men ook met den besten wil van de wereld de vraagstukken op te lossen, er nog altijd veel te doen zal overblijven. Neen, we leven hier in een tranendal en niet in een hemel. En die ellende, die altijd bestaan heeft en altijd bestaan blijft, deze zal altijd het stramien zijn, waar volksbedriegers op voortborduren. (Applaus). Ik heb u reeds gezegd dat ik gaarne aan goeden trouw geloof. Ik geloof gaarne dat velen, die de dwaling in het hart hebben, denken de waarheid te bezitten. Dat komt omdat ik zelf ervan overtuigd ben elk woord dat ik spreek, te spreken uit waarheidomdat ik zelfs niet dulden kan, dat iemand mijn waarheidsgevoel betwist 'of in twijfel trekt. Omdat ik zelf elk woord, dat ik spreek, meen, daatom geloof ik niet gaarne dat een ander den bedrieger speelt. Beginselvastheid is het, wat we hebben moeten, omdat deze leidt tot de ware verdraagzaamheid. Men plakke op de neutraliteit niet het etiket „onpartijdigheid" of het opschrift „verdraagzaam heid". Dat kan niet. Verdraagzaamheid is niet het verdringen van beginselen, zulks ware misdaad. Maar de verdraagzaamheid is die van broeder tot broeder, als leden der maatschappelijke eenheid maar geen en nooit afstand doen van onze be ginselen, omdat dit verraad is jegens God. Men Iwerpe ons niet tegen, dat wij onverdraagzaamheid kweeken, dat wij onverdraagzaam zijn tegen over liberalen en socialisten. Dan zoudt gij ook onverdraagzaam zijn, wanneer Uw buurman in uw huis komt, dit in bezit wil nemen, en gij hem dan de deur uittrapt. (Applaus.) Maar nu zult ge me vragen Is het wel waar wat ge daar allemaal van de liberalen en socialisten zegt. Is er van een liberale regeering eigenlijk niet veel meer te verwachten dan van de tegen woordige en is, wat ge zegt, eigenlijk niet een dekmantel Ook al was dat zoo, al kan een liberale regeering U een aardsch paradijs bieden, ik ben er van overtuigd dat Uw geweten daartegen zou in verzet komen, omdat ge dat aardsch paradijs niet zoudt willen ruilen met het Hemélsch paradijs. (Applaus). Maar daarenboven, gelukkig kunnen wij ook meer bieden dan links. Wanneer we de programs gaan ontleden, en de redenen en motieven, die tot deze programs hebben geleid, dan geloof ik zelfs al zetten we een oogenblik het Geloof opzij dat we ook dan nog niet links kunnen kiezen. Waarom Links heeft een ver bond gesloten, de vrij-liberalen, de unie-liberalen en de vrijzinnig-democraten hebben zich samen gevoegd tot de Vrijzinnige Concentratie. Om dien bond, die concéntratie, te kunnen tot stand brengen, heeft elk dezer groepen veel moetem prijs geven. De vrij-liberalen waren tot nu toe tegenstanders van algemeen kiesrecht. Ze zijn de meest-conservatieven uit ons parlement. Maar omdat ze eerst anti-clericaal en daarna pas con servatief zijn, hebben zij het laatste aan het eerste opgeofferd en fijn ze nu voor algemeen kiesrecht. De Unie-liberalen hebben niets prijsgegeven, omdat ze niets prijs te geven hadden. (Gelach). Deze partij kent geen beginsel, leeft van avontuur, en draait de zeilen naar den hoek, vanwaar de meeste wind komt. En de vrijzinnig-democraten, die wel een beginsel hebben, in wier naam het „democraat" staat en die voor algemeen kiesrecht zijn, ook dezen hebben bun offer moeten brengen op het altaar van het anti-clericalisme. Dezen hebben hun sociale verzekering overboord ge worpen en de staatspensioneering ingeladen. Dezen, die vóór eenige jaren nog verklaarden dat staatspensioneering volksbedrog was, deze zelfden noemen nu glimlachend een glimlach moet dikwijls iets verdachts dekken de staatspen sioneering het heil der menschheid. Zóó is de concentratie, zóó is deze bond gevormd, met als patroonheilige de H. Sociaal-Democratie. (Gelach.) Dit wordt nu wel ontkend, en wel om deze reden dat het intellect geen heiligen kent, maar wie rond kijkt, ziet wel op hoe kruipende wijze de concentratie eerbied heeft voor de zweep van den leider. En als nu reeds de ruggen zich krommen, hoe zal het dan straks zijn, als ook maar één striem van de zweep gevoeld is? (Applaus). Dit mooie drie span, met koetsier Troelstra op den bok, is de nieuwe regeering, welke ge binnenhaalt, als ge straks niet rechts stemt. En wat ge dan te ver wachten hflbt Een terugkomen op verschillende reeds genomen maatregelen, op de eerste plaats der wetten tot beteugeling der zedeloosheid. Aan dit onderwerp gekomen verklaart spr. een oogen blik te moeten terugtreden, eenige stappen te moeten terugzetten tot het graf van den overleden minister Regout. Wij zouden tekort komen aan onze verplichtingen, als we bij 't bespreken der zedeloosheid, niet een woord van hulde brachten aan dien christen, die in zijn liefde tot de rein heid die wetten in het leven riep, die een eind maakten aan de heerschappij der ontucht, zooals die heerschte in de straten onzer groote steden, voor de winkelramen, in de bioscopen, in boeken, aan de heerschappij dier tirannie. Dan staan we een oogenblik stil en vragen weHoe ge ook denken moogt, hebt eerbied voor dezen man, die aan Nederland, vooral voor de kleinen, zooveel gebracht heeft door zedelijke verheffingvoor dezen man, die inzag dat het zedelijk peil de eerste grondslag is voor algemeene verheffing. (Applaus). Men zou zeggen dat niet één recht geaard mensch de herinnering aan dien edelen man zou tot schande kunnen maken, dat niet één den euvelen moed zou hebben ook maar één krenkend woord over hem te zeggen. En toch, toen de tijding kwam, verscheen in „Het Volk" een tirade, waarbij deze staatsman werd genoemd die der bekrompen zedelijkheidswettenDat was het éénige grafschrift, de éénige hulde, dien man van die zijde gebracht. Maar God weet dat deze juist de grootste hulde inhoudt, omdat ze aantoont met hoe een woede de sociaal-democraten de zedelijke verheffing van het volk zien. (Applaus). Ieder rechtgeaard mensch zal het er eens mede zijn dat deze wet tot beteugeling der zedeloosheid noodzakelijk is. En toch, hebben we recht te ver trouwen dat deze wet zal blijven bestaan als links aan het bewind komt? Neen, we hebben bijna de zekerheid dat het dan juist anders wordt. Of is het in de Kamer niet gebeurd dat toen bij de behandeling der zedelijkheidswetten een der voor mannen van links daarover sprak, de oude heer de Stuers het woord vroeg en zijn vreugde te kennen gaf, oud te zijn geworden, nu men ziet dat men in 's lands vergaderzaal durft verde digen het bederven der jeugd op straat. Als men zoo iets hoort verdedigen, is men blij oud te zijn geworden en te kunnen heengaan". Als zóó moet gesproken worden, wat dan heeft men te wachten, als links wint Want ook gij hier, als door het geheele land, kent wel die gevallen van die jonge meisjes, die braaf en goed" naar de groote steden gingen, maar nooit zijn terugge keerd en waarvan men in een fatsoenlijk gezel schap niet meer spreekt. Gjj kent ook wel die jongens, die uitgingen naar de steden om te arbeiden of om andere redenen, en die terug kwamen bleek, en oud vóór den tijd. En ook van dezulken, die nooit terugkwamen en van wie men in 't bijzijn der ouders met spreekt, uit vrees dat hart van dien ouden vader en die oude moeder te zullen pijn doen. Welnu, wilt ge niet dat dit gevaar weer groot zal worden, wilt ge niet dat ge naast uw wallen weer poorten moet opbouwen, om degenen te weren die ge niet terug verlangt, stemt dan rechts, die de zedelijkheid hoog houdt en zal houden. Een tweede punt, dat zeker te verwezenlijken zal vallen, is het nog sterker beschermen der neutrale school. Er zijn streken waar men de neutrale scholen niet kent, maar wel de openbare scholen. Er zijn er hier en ook bij ons die niet beter weten of de neutrale schooi is de goede 'school, omdat men daar ziet aangekweekt de deugd, ziet bevor derd den godsdienstzin. Dat is niet de neutrale school, zooals links die wil. Links wil niet die school, zoo als die hier gevormd is» aan het hoofd waarvan staan en waarin onderwijs geven mannen, die te veel geloof bezitten om niet door elke daad, door elk woord in die school te brengen de atmospheer van het echt christel ij k voelen. Gij hier, zegt spreker, gij hier hebt geen neutrale school. Maar ginds reeds gromt het onweer. Reeds wordt er in de rapporten, in het „Nut van het Algemeen" over geklaagd dat de scholen in het Zuiden niet neutraal zijn. Dat komt omdat, God zij dank, onze onderwijzers hier niet neutraal zijn, maar zóó katholiek dat ze ook in de open bare school het kind inprenten en voorhouden, wat ze daarvóór noodig achten. Zóó kan en mag hier de openbare school er wèl wezen. Maar vergeten we niet dat de strijd verder reikt. Daarbij gaat het niet over onze goede openbare scrbolen hier in Zeeuwsch- Vlaanderen, niet over die op de heide bij ons in Noord-Brabant, maar over de school in het Noordenwaar men katholieke en orthodox-protestantsche kinderen moet toe vertrouwen aan onderwijzers, die niet alleen het Kruisbeeld, maar zelfs ook de beeltenis onzer geëerbiedigde Koningin niet dulden. Men moet niet vergeten dat de strijd verder gaat, vérder, naar de staatsschool, en dan zal men u vanuit Den Haag uwe onderwijzers zenden, en dan zal men u meesters thuis sturen zooals ge jarenlang burgemeesters hebt thuis gestuurd gekregen. Zoudt ge dat willen Zoudt ge willen uwe kinderen te zien toevertrouwd aan onderwijzers uit het Noorden, die het zaad, door u in de harten uwer kinderen gestrooid, daarin zouden vertrappen Zoudt ge willen uwe kinderen te zien opgevoed in een geest, wars van het gezag van God, wars van dat der Koningin, wars ook, ouders, van uw gezag Dat zij, uwe kinderen, tegen u zuilen opstaan, als ze oud en wijs ge worden zijn, en dat zijn ze tegenwoordig al op 13-jarigen leeftijd. Dat het gaat als in menige industriestad, waar jongens en meisjes van 13, 14 en 15 jaar thuis bij de ouders eenvoudig kostgeld betalen, en zeggen durven „Denk er aan, ik ben je kostganger, ik betaal f2,50 in de week" Als ge dat niet wilt, als ge niet wilt dat het gezag, het gezin, het geluk verwoest wordt, dan moogt ge niet toelaten, dat men den ouders hun kinderen ontneemt, en dat men deze als in Sparta tot staatskinderen maakt. (Applaus). Als links wint, hebben we heel wat goeds te verwachten van het Algemeen Kiesrecht voor mannen en vrouwen we zien dan den jongen met zijn meisje arm aan arm naar de stembus gaan. (Gelach). Ik heb eenB gezegd dat men het kiesrecht dan ook aan de zuigelingen moet geven en dat een vader met vrouw en 12 kinderen, dan recht heeft op het uitbrengen van 14 stemmen, en dan ben ik óók voor algemeen kiesrecht. (Gelach). Gij lacht er om en vindt het dwaas, dat een man met zijn kroost naar de stembus zou trekken. Maar is dat eigenlijk wel dwaas Men kan inzake het kiesrecht meerdere regelingen treffen, maar als men het opeischt als een recht van den staatsburger, dan is het aangehaalde zoo dwaas niet. Immers, als ge pas geboren zijt en ge van uw recht nog geen gebruik maken kunt, dan doet dit voor u uw vader, moeder of voogd. Waarom? Omdat men hiervan uitging dat op den vader het recht vervalt van het kind. Het recht van minderjarigen wordt erkend. Welnu, als het kiesrecht een recht is, waarom zou zulks dkn niet gelden, en waarom zou dan een vader niet de stem kunnen uitbrengen voor zijn kinderen Op dien grond ben ik ook voor algemeen kiesrecht. En dan komt men ten slotte geheel neer op wat wij willen, n.l. dat de grondslag voor het kies recht moet zijn het huisgezin, omdat dit de basis is der staatsgemeenschap. Links wil dat niet, omdat het in plaats van de macht van het huis gezin liever de macht van den staat ziet. Als we van het kiesrecht afstappen komen we tot den hoofdschotel, het „pièce de résistance", zooals ze dat in 't Fransch noemen, en waaraan men zijn genoegen moet eten. Dat is de staats pensioneering. Als de liberalen daarover spreken zijn ze blij, want zooiets kunnen de rechtschen hun niet afsnoepen, want dan bieden zij altijd meer. Komt dit voort uit werkelijke liefde tot het volk ;t Is eigenaardig. Reeds lang leelt het bewustzijn der sociale rechtvaardigheid. En toch hoewel de liberalen van J84889 aan de regeering waren, hebben ze niets gedaan. Van 18931901, niets gedaan. Van 1905—08, niets gedaan. En thans nu Talma, iemand, dien men niet mag omdat men hem niet durft er wèl mee komt, zegt links nu „Bravo" Neen, vroeger moesten ze er niets van hebben, vroeger hebben ze niets gedaan, maar nu jullie komen met sociale wetten, nu komen wij met staatspensioneering, zeggen ze. Dat zou op zich zelf mooi zijn als de lielde tot het volk erdoor niet in 't gedrang kwam. Dat bleek wel in de laatste vergadering der Kamer over de invaliditeitswet. Eenige dagen te voren had de heer Goeman Borgesius een amendement voorge steld, ook namens eenige politieke vrienden, om de menschen ouder dan 70 jaar door staatspensioen te helpen. Talma zei't spijt me wel, maar 't past niet in mijn systeem, 't Werd verworpen en de heer Borgesius jammerde. Drie dagen later komt de heer Duijs met een onaannemelijk amen dement, echter later op aanraden van Talma gewijzigd en door dezen overgenomen. Ook door dit amendement werden de 70-jarigen geholpen. Toen nam onmiddellijk Goeman Borgesius het woord, maar spr. gelooft, dat als hij kon hij deze woorden wel weer zou willen inslikken. Hij maakte zich geweldig boos, omdat den ouden menschen op andere manier 't zelfde gegeven werd, als vóór eenige dagen hij zelf wilde. Inzake staatspensioen moeten we serieus wezen en vragen „Kan het er wel komen We moeten niet vergeten dat de sprookjestij d van „tafeltje, dek je" voorbij is. Welnu, rechts heeft gezegd de sociale verzeke ring kost ongeveer 10 millioeu en die halen we uit het tarief. Links weet zoo precies Diet, waar het geld te halen. Heemskerk heeft dat in de Kamer eens gevraagd, en toen antwoordde de oolijkerd Roodhuijzen dat hij het wel wist, maar zich niet in de kaart wilde laten kijken (Gelach.) Toen heb ik van iemand hooren zeggen, die 't wel niet voor de publieke tribune zei, maar die het toch niet kwalijk zal nemen dat ik het hier vertel, dat 't toch maar stomme staatsburgers zullen zijn, die op gesloten kaarten willen afgaan. Bij plannen moet een berekening zijn. Links wil

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche Koerier | 1913 | | pagina 5