TWEEDE BLAD
No. 1781
wan
Woensdag 2 April 1913.
Mr. Dr. J. van Best
te Hulst.
De Zeeuwsche Koerier
Nadat op initiatief der centrale Roomsch-
Katholieke Kiesvereeniging in het Hoofdkies-
district Hontenisse de heer mr. dr. J. van Best,
lid van de Tweede Kamer voor het district
Eindhoven, Zondag 30 Maart ten huize van den
heer Th. Weemaes te Kloosterzande in een*
openbare vergadering was opgetreden, sprak deze
Maandag 31 Maart, des namiddags ten twee ure,
ten huize van, den heer A. F. Neelemans te Hulst.
De vergadering werd geopend door den heer
P. A. Baart, voorzitter der centrale R.-K. Kies-
vereeniging, die de aanwezigen het welkom toeriep
en er op wees dat het bestuur der centrale met
het oog op den aanstaanden verkiezingsstrijd voor
leden der Staten-Öeneraal gemeend heeft ook in
dit district eenige spreekbeurten te moeten doen
vervullen. De eerste spreker is de heer mr. dr.
J. van Best, dien hij welkom heet. Spr. uit de
hoop dat de vergadering den heer van Best met
aandacht zal volgen en geeft vervolgens dezen
het woord.
De heer van Best begint met te verklaren dat
hij volkomen de meening van het bestuur der
Kiesvereeniging onderschrijft, betreffende het doen
vervullen van spreekbeurten in verband met den
komenden stembusstrijd, al wil en durft hij niet
zeggen dat de keuze juist is om hem 't eerst
hiervoor te nemen. Spr. zal echter zijn best doen
voor de vergadering de beteekenis uiteen te zetten
van den kiesstrijd, een beteekenis ook speciaal
voor deze streken, en wil trachten er het zijne
toe bij te dragen dat het district Hontenisse in
Juni a.s. blijft een rechtsch en Roomsch district.
Dit jaar is het juist 25 jaar geleden dat hot eerste
besef in de Roomsche mannen van dit deel van
Zeeuwsch-Vlaanderen werd wakker geschud25
jaar geleden dat de Katholieke Kiesvereeniging
hier optrad voor het eerst, en dat voor het eerst
een Roomsch afgevaardigde naar de volksver
tegenwoordiging werd gezonden. Toen hebben de
Roomsche mannen uit deze streken gevoeld, dat ze
evengoed staatsburgers waren als die van het overig
Nederland, dat ze evengoed hunne rechten hadden
als de anderen en dat ook hunne stem in de
volksvertegenwoordiging moest gehoord worden.
Spr. heeft de uitnoodiging om in dit district te
komen optreden gaarne aangenomen, omdat hij
weet dat ook hier nog heel wat oogst binnen te
halen valt, omdat hij weet dat ook hier nog vele
akkers niet de vruchten opleveren, die ze op
leveren konden. Als in de streken waar spr.
woont, zijn er ook hier nog velen, die zich niet
bewust zijn van de rechten en plichten, welke
ze als katholieken hebben. In het district
Hontenisse, in Hulst is niet alles zooals het wezen
moet; nog te velen zijn er die niet begrijpen
dat ook zij de bij de Grondwet gewaarborgde
rechten hebben, de vrijheid om hunne meening
te uiten, die vrijheid, die leven geeft en kracht.
Te velen ook nog, het gevolg van eeuwenlang te
zijn geknecht, doordat het liberaal bewind ons
menschen zond met wie we het niet eens zijn.
die het intellect alleen bij de tegenstanders aan
wezig achten te velen, die zich niet ontworstelen
kunnen aan dien slavenketen, en niet begrijpen
dat zij Nederlanders zijn, dien naam volkomen
waardig, omdat hun Roomsche overtuiging de
wimpel is, die fier uitwaait boven de vaderland-
sche driekleur. (Applaus). Als ik zeg dat hei
hier in deze streken niet is zooals het wezen
moet, dan bedoel ik zulks niet alleen als een
verwijt, maar veeleer als een medelijden met hen.
die dwalen, omdat ze niet begrijpen op welk een
inconsequent standpunt ze staan. Spr. meent dat
men meer moet beseffen dat in het bewustzijn
van eigen denken en eigen overtuiging de kracht
schuilt. Aan de overzijde heeft men dat bewust
zijn wel. Hoe komt dat Hoe komt zij, die
beklemdheid, dat gevoel van minderwaardigheid,
hoe, dat men het liberalisme beschouwt als in eeD
aureool van intellect Dat komt omdat jaren en
jaren zijn voorbijgegaan dat voor velen in Neder
land de ongeschreven wet, de grondwet gegolden
heeft, de wet der gewoonte, dat zij, die gelooven,
niet passen in de regeeringslichamen, niet passen
als burgemeesters, zoodat men in uitsluitend
Roomsche plaatsen liberale burgemeesters vond.
Die reden is het, dat zoo velen zich af hankelijk
voelen, de liberalen naar de oogen zien, die als
vreemdelingen in deze streken zijn gebracht. Dat
is één van de redenenhet liberalisme gunt
anderen niets. Een tweede reden is de plooibaar
heid van het liberalisme. Als het liberalisme in
het Noorden komt, als het daar staat tegenover
het socialisme, dan doet het voor dit niet onder,
is het democratisch, is het rooder dan rood. Maar
komen diezelfde liberalen b.v. in Utrecht, dan
komen ze weer met den pruikstaart voor den
dag, dan zijn ze weer jonker, dan weer de dragers
van het conservatisme. Dat liberalisme plooit als
een aal. En als de liberalen in het Noorden komen,
of in enkele christelijk-historische districten, dan
komen ze als een prof. Eerdmans en een Tideman
aan met het Roomsche gevaar, met het zwarte
gevaar, met het gevaar van over de bergen. In
andere districten weer zijn het de anti-revolu
tionairen, die niet deugen. De liberalen kruipen
en kronkelen als een paling. Het liberalisme
wendt zich tot den hartstocht, van dat liberalisme
kan men alles krijgen, kan men alles verlangen'
Daarom is het zoo moeilijk dit te bestrijden,
omdat wij niet alles beloven kunnen. Dat kunnen
wij niet. Wat zou het zijn, als wij eens konden
zeggenkom maar in onze Katholieke Kiesver
eeniging, kom maar, u hoeft niet eens katholiek te
zijn men zou zeggen dat is geen kiesvereeniging,
dat is een paskwil. Wat zou het zijn, als ook de anti
revolutionairen en christelijk-historischen, zoo eens
deden, en reeds tevreden waren als ze maar op
hun candidaat stemmen Zooiets kunnen wij niet.
dat kan alleen de logen, niet de waarheid.
(Applaus). Neen, 't is niet gemakkelijk te be
strijden die schoone geboden en beloften van het
liberalisme en zijn nageslacht, het socialisme. Niet
gemakkelijk, omdat velen nog verblind zijn en
niet voelen dat ten slotte deze vraag de kern is,
of ze God erkennen of niet. Zoovelen, ook bij
od8, kunnen die overtuiging geen toegang geven.
Want het liberalisme dient zich niet aan onder
zijn werkelijke titelstot u, geloovigen, zal het
zeggen niet tegen God te zijn. Dat deed alleen
Viviani, die Fransche minister, die de sterren des
hemels zou uitdooven. De liberalen weten wel
dat ze bij u, die nog bidt, die nog tot God ziet
in dagen van nood en rouw, bij u die het „Wees
Gegroet" geleerd hebt op de knieën uwer moeder,
dat ze bij u niet met anti-clericalisme moeten
aankomen. Bij u komen ze met de verdraagzaam
heid, met de neutraliteit, met de algemeene
menschenliefde, maar die de liefde tot God in den
schaduw stelt. (Applaus).
Diezelfde stem ook is het, die gehoord wordt
in de mannen, die gaan staan op eigen gezag, die
zich onttrekken aan het onmisbare gezag, en
daardoor langzaam maar zeker inzinken. Ik wil
aannemen dat hier de goede trouw aanwezig is,
dat na ontworsteld te zijn aan jarenlang knecht
schap, zij denken vrije mannen te zijn geworden,
maar zij denken er niet aan dat zij de vrijheid
van den Christus op zij zetten voor hun eigen
vrijheid. Zij vergeten de dwaze inconsequentie,
door eenerzijds tegen het gezag te tieren en ander
zijds het gezag in eigen persoon op te bouwen,
't Is waarlijk medelijdenwekkend, omdat de meesten
geheel te goeder trouw beginnen, maar later
ondervinden moeten hoe moeilijk het is het gezag
te miskennen en niet af te dwalen. En dan komt
de hoogmoed. Want vergeet dit nietzoo iemand,
die zegt het niet eens te zijn met de anderen, is
de held, is de man met den breeden blik, is de
man van overtuiging. Voor dezulken neemt de
liberaal zijn hoed af „omdat hij de waarheid zegt".
(Gelach). Dat is niet om de vrijheid, maar omdat
zij het zoo heerlijk vinden dat er eindelijk eens
één uit die bende komt, die durft zeggen, waar
het op staat. (Applaus). Zoo'n man moet niet
zeggen dat hij liberaal is, o neen dat hebben ze
liefst niet, hoe Roomscher hij zich uitgeeft, hoe
liever het hun is. Hoe meer hij uitroept goed
Roomsch te zijn, en hoe meer zij hem dan telkens
de Roomsche overheid zien deuken, des te hooger
stijgt hij in hun aanzien. Hoe meer hij het gezag
van God aanroept, en dit tegelijkertijd beleedigt
in Zijne bedienaren, hoe grooter de liberale ver
eering voor zoo'n man. En zulke woorden vinden
toegang tot geloovigenBeloften, die niet
verwezenlijkt kunnen worden, vinden ingang.
Zeker, 't klinkt zoo mooi, zoo dankbaar op die
wijze op te treden voor de menschen, die 't niet
breed hebben, en soms in nood zitten. Maar denke
men aan de verwezenlijking. Bedenk toch dat er
zoovelen zijn, die ook een hart in de borst hebben,
die ook gaarne alles geven zouden en ook alles
in 't werk stellen om de verandering te brengen.
En toch, zij komen er niet. En dat niet alleen in
de landen waar een rechtsche regeering aan het
bewind is, maar ook in andere landen. Kijk eens
naar Frankrijk, waar haast alles radicaal,
radicaal-socialist, of socialist is, zijn ze daar verder?
Waar men het verst is? Men brengt het 't verst
in de Gasthuizen, waar de Liefdezusters het eerste
gebod, God te beminnen, in volheid doen opgaan
in het tweede, den naaste als zich zelve. (Applaus.)
En wanneer er dan komen, die tot u zeggen u te
willen helpen, kijk dan eens nuchter rond. Zie
dan eens of van dat groote program van sociale
rechtvaardigheid door hen al iets is verwezenlijkt.
Neen, het gaat zoo licht niet. Men moet niet
vergeten, al beproeft men ook met den besten wil
van de wereld de vraagstukken op te lossen, er
nog altijd veel te doen zal overblijven. Neen, we
leven hier in een tranendal en niet in een hemel.
En die ellende, die altijd bestaan heeft en altijd
bestaan blijft, deze zal altijd het stramien zijn,
waar volksbedriegers op voortborduren. (Applaus).
Ik heb u reeds gezegd dat ik gaarne aan
goeden trouw geloof. Ik geloof gaarne dat velen,
die de dwaling in het hart hebben, denken de
waarheid te bezitten. Dat komt omdat ik zelf
ervan overtuigd ben elk woord dat ik spreek, te
spreken uit waarheidomdat ik zelfs niet
dulden kan, dat iemand mijn waarheidsgevoel
betwist 'of in twijfel trekt. Omdat ik zelf elk
woord, dat ik spreek, meen, daatom geloof ik
niet gaarne dat een ander den bedrieger speelt.
Beginselvastheid is het, wat we hebben moeten,
omdat deze leidt tot de ware verdraagzaamheid.
Men plakke op de neutraliteit niet het etiket
„onpartijdigheid" of het opschrift „verdraagzaam
heid". Dat kan niet. Verdraagzaamheid is niet
het verdringen van beginselen, zulks ware misdaad.
Maar de verdraagzaamheid is die van broeder tot
broeder, als leden der maatschappelijke eenheid
maar geen en nooit afstand doen van onze be
ginselen, omdat dit verraad is jegens God. Men
Iwerpe ons niet tegen, dat wij onverdraagzaamheid
kweeken, dat wij onverdraagzaam zijn tegen
over liberalen en socialisten. Dan zoudt gij ook
onverdraagzaam zijn, wanneer Uw buurman in
uw huis komt, dit in bezit wil nemen, en gij
hem dan de deur uittrapt. (Applaus.)
Maar nu zult ge me vragen Is het wel waar
wat ge daar allemaal van de liberalen en socialisten
zegt. Is er van een liberale regeering eigenlijk
niet veel meer te verwachten dan van de tegen
woordige en is, wat ge zegt, eigenlijk niet een
dekmantel Ook al was dat zoo, al kan een
liberale regeering U een aardsch paradijs bieden, ik
ben er van overtuigd dat Uw geweten daartegen
zou in verzet komen, omdat ge dat aardsch
paradijs niet zoudt willen ruilen met het Hemélsch
paradijs. (Applaus). Maar daarenboven, gelukkig
kunnen wij ook meer bieden dan links. Wanneer
we de programs gaan ontleden, en de redenen en
motieven, die tot deze programs hebben geleid,
dan geloof ik zelfs al zetten we een oogenblik
het Geloof opzij dat we ook dan nog niet links
kunnen kiezen. Waarom Links heeft een ver
bond gesloten, de vrij-liberalen, de unie-liberalen
en de vrijzinnig-democraten hebben zich samen
gevoegd tot de Vrijzinnige Concentratie. Om dien
bond, die concéntratie, te kunnen tot stand
brengen, heeft elk dezer groepen veel moetem
prijs geven. De vrij-liberalen waren tot nu toe
tegenstanders van algemeen kiesrecht. Ze zijn de
meest-conservatieven uit ons parlement. Maar
omdat ze eerst anti-clericaal en daarna pas con
servatief zijn, hebben zij het laatste aan het eerste
opgeofferd en fijn ze nu voor algemeen kiesrecht. De
Unie-liberalen hebben niets prijsgegeven, omdat
ze niets prijs te geven hadden. (Gelach). Deze
partij kent geen beginsel, leeft van avontuur, en
draait de zeilen naar den hoek, vanwaar de meeste
wind komt. En de vrijzinnig-democraten, die
wel een beginsel hebben, in wier naam het
„democraat" staat en die voor algemeen kiesrecht
zijn, ook dezen hebben bun offer moeten brengen
op het altaar van het anti-clericalisme. Dezen
hebben hun sociale verzekering overboord ge
worpen en de staatspensioneering ingeladen.
Dezen, die vóór eenige jaren nog verklaarden dat
staatspensioneering volksbedrog was, deze zelfden
noemen nu glimlachend een glimlach moet
dikwijls iets verdachts dekken de staatspen
sioneering het heil der menschheid. Zóó is de
concentratie, zóó is deze bond gevormd, met als
patroonheilige de H. Sociaal-Democratie. (Gelach.)
Dit wordt nu wel ontkend, en wel om deze reden
dat het intellect geen heiligen kent, maar wie rond
kijkt, ziet wel op hoe kruipende wijze de concentratie
eerbied heeft voor de zweep van den leider. En
als nu reeds de ruggen zich krommen, hoe zal
het dan straks zijn, als ook maar één striem van
de zweep gevoeld is? (Applaus). Dit mooie drie
span, met koetsier Troelstra op den bok, is de
nieuwe regeering, welke ge binnenhaalt, als ge
straks niet rechts stemt. En wat ge dan te ver
wachten hflbt Een terugkomen op verschillende
reeds genomen maatregelen, op de eerste plaats
der wetten tot beteugeling der zedeloosheid. Aan
dit onderwerp gekomen verklaart spr. een oogen
blik te moeten terugtreden, eenige stappen te
moeten terugzetten tot het graf van den overleden
minister Regout. Wij zouden tekort komen aan
onze verplichtingen, als we bij 't bespreken der
zedeloosheid, niet een woord van hulde brachten
aan dien christen, die in zijn liefde tot de rein
heid die wetten in het leven riep, die een eind
maakten aan de heerschappij der ontucht, zooals
die heerschte in de straten onzer groote steden,
voor de winkelramen, in de bioscopen, in boeken,
aan de heerschappij dier tirannie. Dan staan we
een oogenblik stil en vragen weHoe ge ook
denken moogt, hebt eerbied voor dezen man, die
aan Nederland, vooral voor de kleinen, zooveel
gebracht heeft door zedelijke verheffingvoor
dezen man, die inzag dat het zedelijk peil de
eerste grondslag is voor algemeene verheffing.
(Applaus). Men zou zeggen dat niet één recht
geaard mensch de herinnering aan dien edelen
man zou tot schande kunnen maken, dat niet één
den euvelen moed zou hebben ook maar één
krenkend woord over hem te zeggen. En toch,
toen de tijding kwam, verscheen in „Het Volk"
een tirade, waarbij deze staatsman werd genoemd
die der bekrompen zedelijkheidswettenDat was
het éénige grafschrift, de éénige hulde, dien man
van die zijde gebracht. Maar God weet dat deze
juist de grootste hulde inhoudt, omdat ze aantoont
met hoe een woede de sociaal-democraten de
zedelijke verheffing van het volk zien. (Applaus).
Ieder rechtgeaard mensch zal het er eens mede
zijn dat deze wet tot beteugeling der zedeloosheid
noodzakelijk is. En toch, hebben we recht te ver
trouwen dat deze wet zal blijven bestaan als links
aan het bewind komt? Neen, we hebben bijna de
zekerheid dat het dan juist anders wordt. Of is
het in de Kamer niet gebeurd dat toen bij de
behandeling der zedelijkheidswetten een der voor
mannen van links daarover sprak, de oude heer
de Stuers het woord vroeg en zijn vreugde te
kennen gaf, oud te zijn geworden, nu men ziet
dat men in 's lands vergaderzaal durft verde
digen het bederven der jeugd op straat. Als
men zoo iets hoort verdedigen, is men blij oud
te zijn geworden en te kunnen heengaan". Als
zóó moet gesproken worden, wat dan heeft men
te wachten, als links wint Want ook gij hier,
als door het geheele land, kent wel die gevallen
van die jonge meisjes, die braaf en goed" naar de
groote steden gingen, maar nooit zijn terugge
keerd en waarvan men in een fatsoenlijk gezel
schap niet meer spreekt. Gjj kent ook wel die
jongens, die uitgingen naar de steden om te
arbeiden of om andere redenen, en die terug
kwamen bleek, en oud vóór den tijd. En ook
van dezulken, die nooit terugkwamen en van wie
men in 't bijzijn der ouders met spreekt, uit
vrees dat hart van dien ouden vader en die oude
moeder te zullen pijn doen. Welnu, wilt ge niet
dat dit gevaar weer groot zal worden, wilt ge
niet dat ge naast uw wallen weer poorten moet
opbouwen, om degenen te weren die ge niet terug
verlangt, stemt dan rechts, die de zedelijkheid
hoog houdt en zal houden.
Een tweede punt, dat zeker te verwezenlijken
zal vallen, is het nog sterker beschermen der
neutrale school. Er zijn streken waar men de
neutrale scholen niet kent, maar wel de openbare
scholen. Er zijn er hier en ook bij ons die niet
beter weten of de neutrale schooi is de
goede 'school, omdat men daar ziet
aangekweekt de deugd, ziet bevor
derd den godsdienstzin. Dat is niet
de neutrale school, zooals links die
wil. Links wil niet die school, zoo
als die hier gevormd is» aan het
hoofd waarvan staan en waarin
onderwijs geven mannen, die te veel
geloof bezitten om niet door elke
daad, door elk woord in die school
te brengen de atmospheer van het
echt christel ij k voelen. Gij hier,
zegt spreker, gij hier hebt geen neutrale
school. Maar ginds reeds gromt het onweer.
Reeds wordt er in de rapporten, in het „Nut van
het Algemeen" over geklaagd dat de scholen in
het Zuiden niet neutraal zijn. Dat komt omdat,
God zij dank, onze onderwijzers hier niet neutraal
zijn, maar zóó katholiek dat ze ook in de open
bare school het kind inprenten en voorhouden,
wat ze daarvóór noodig achten. Zóó kan en
mag hier de openbare school er wèl
wezen. Maar vergeten we niet dat de strijd
verder reikt. Daarbij gaat het niet over onze
goede openbare scrbolen hier in Zeeuwsch-
Vlaanderen, niet over die op de heide bij ons in
Noord-Brabant, maar over de school in
het Noordenwaar men katholieke
en orthodox-protestantsche kinderen moet toe
vertrouwen aan onderwijzers, die niet alleen het
Kruisbeeld, maar zelfs ook de beeltenis onzer
geëerbiedigde Koningin niet dulden. Men moet
niet vergeten dat de strijd verder gaat, vérder,
naar de staatsschool, en dan zal men u vanuit
Den Haag uwe onderwijzers zenden, en dan zal
men u meesters thuis sturen zooals ge jarenlang
burgemeesters hebt thuis gestuurd gekregen.
Zoudt ge dat willen Zoudt ge willen uwe
kinderen te zien toevertrouwd aan onderwijzers
uit het Noorden, die het zaad, door u in de
harten uwer kinderen gestrooid, daarin zouden
vertrappen Zoudt ge willen uwe kinderen te
zien opgevoed in een geest, wars van het gezag
van God, wars van dat der Koningin, wars ook,
ouders, van uw gezag Dat zij, uwe kinderen,
tegen u zuilen opstaan, als ze oud en wijs ge
worden zijn, en dat zijn ze tegenwoordig al op
13-jarigen leeftijd. Dat het gaat als in menige
industriestad, waar jongens en meisjes van 13,
14 en 15 jaar thuis bij de ouders eenvoudig
kostgeld betalen, en zeggen durven „Denk er
aan, ik ben je kostganger, ik betaal f2,50 in de
week" Als ge dat niet wilt, als ge niet wilt
dat het gezag, het gezin, het geluk verwoest
wordt, dan moogt ge niet toelaten, dat men den
ouders hun kinderen ontneemt, en dat men deze
als in Sparta tot staatskinderen maakt. (Applaus).
Als links wint, hebben we heel wat goeds te
verwachten van het Algemeen Kiesrecht voor
mannen en vrouwen we zien dan den jongen
met zijn meisje arm aan arm naar de stembus
gaan. (Gelach). Ik heb eenB gezegd dat men het
kiesrecht dan ook aan de zuigelingen moet geven
en dat een vader met vrouw en 12 kinderen, dan
recht heeft op het uitbrengen van 14 stemmen,
en dan ben ik óók voor algemeen kiesrecht.
(Gelach). Gij lacht er om en vindt het dwaas,
dat een man met zijn kroost naar de stembus
zou trekken. Maar is dat eigenlijk wel dwaas
Men kan inzake het kiesrecht meerdere regelingen
treffen, maar als men het opeischt als een recht
van den staatsburger, dan is het aangehaalde zoo
dwaas niet. Immers, als ge pas geboren zijt en ge
van uw recht nog geen gebruik maken kunt, dan
doet dit voor u uw vader, moeder of voogd.
Waarom? Omdat men hiervan uitging dat op den
vader het recht vervalt van het kind. Het recht
van minderjarigen wordt erkend. Welnu, als het
kiesrecht een recht is, waarom zou zulks dkn niet
gelden, en waarom zou dan een vader niet de
stem kunnen uitbrengen voor zijn kinderen Op
dien grond ben ik ook voor algemeen kiesrecht.
En dan komt men ten slotte geheel neer op wat
wij willen, n.l. dat de grondslag voor het kies
recht moet zijn het huisgezin, omdat dit de basis
is der staatsgemeenschap. Links wil dat niet,
omdat het in plaats van de macht van het huis
gezin liever de macht van den staat ziet.
Als we van het kiesrecht afstappen komen we
tot den hoofdschotel, het „pièce de résistance",
zooals ze dat in 't Fransch noemen, en waaraan
men zijn genoegen moet eten. Dat is de staats
pensioneering. Als de liberalen daarover spreken
zijn ze blij, want zooiets kunnen de rechtschen
hun niet afsnoepen, want dan bieden zij altijd
meer. Komt dit voort uit werkelijke liefde tot het
volk ;t Is eigenaardig. Reeds lang leelt het
bewustzijn der sociale rechtvaardigheid. En toch
hoewel de liberalen van J84889 aan de regeering
waren, hebben ze niets gedaan. Van 18931901,
niets gedaan. Van 1905—08, niets gedaan. En thans
nu Talma, iemand, dien men niet mag omdat men
hem niet durft er wèl mee komt, zegt links
nu „Bravo" Neen, vroeger moesten ze er niets
van hebben, vroeger hebben ze niets gedaan, maar
nu jullie komen met sociale wetten, nu komen
wij met staatspensioneering, zeggen ze. Dat zou
op zich zelf mooi zijn als de lielde tot het volk
erdoor niet in 't gedrang kwam. Dat bleek wel
in de laatste vergadering der Kamer over de
invaliditeitswet. Eenige dagen te voren had de
heer Goeman Borgesius een amendement voorge
steld, ook namens eenige politieke vrienden, om
de menschen ouder dan 70 jaar door staatspensioen
te helpen. Talma zei't spijt me wel, maar 't
past niet in mijn systeem, 't Werd verworpen en
de heer Borgesius jammerde. Drie dagen later
komt de heer Duijs met een onaannemelijk amen
dement, echter later op aanraden van Talma
gewijzigd en door dezen overgenomen. Ook door
dit amendement werden de 70-jarigen geholpen.
Toen nam onmiddellijk Goeman Borgesius het
woord, maar spr. gelooft, dat als hij kon hij deze
woorden wel weer zou willen inslikken. Hij
maakte zich geweldig boos, omdat den ouden
menschen op andere manier 't zelfde gegeven
werd, als vóór eenige dagen hij zelf wilde.
Inzake staatspensioen moeten we serieus
wezen en vragen „Kan het er wel komen
We moeten niet vergeten dat de
sprookjestij d van „tafeltje, dek je" voorbij is.
Welnu, rechts heeft gezegd de sociale verzeke
ring kost ongeveer 10 millioeu en die halen we
uit het tarief. Links weet zoo precies Diet, waar
het geld te halen. Heemskerk heeft dat in de
Kamer eens gevraagd, en toen antwoordde de
oolijkerd Roodhuijzen dat hij het wel wist, maar
zich niet in de kaart wilde laten kijken (Gelach.)
Toen heb ik van iemand hooren zeggen, die 't
wel niet voor de publieke tribune zei, maar die
het toch niet kwalijk zal nemen dat ik het hier
vertel, dat 't toch maar stomme staatsburgers
zullen zijn, die op gesloten kaarten willen afgaan.
Bij plannen moet een berekening zijn. Links wil