No. ITiO.
DERDE BLAD
Zaterdag 18 Januari 1913.
Lerensverzekeritiatscliappij
v a
a
El «rato Roomsch Katholieke
te Haarlem - Kleverpark 67.
De Auteurswet en ens Muziekleven.
ft
De Zeeuwsche Koerier
De heer Jan van Gilse, 2e secretaris van het
Genootschap van Ned. Componisten schreef daar
over in „Caecilia", maandblad voor muziek
Er zijn groote veranderingen op til op ons
muziekgebiedEn wat zonderling is, slechts
weinige betrokkenen schijnen dat te beseften en
zelfs zeer enkelen hebben zich van een en ander
op de hoogte gesteld. Het aantal betrokkenen is
echter legio, want dat zijn niet alleen alle compo
nisten, het zijn ook al diegenen, die in meer of
mindere mate deel nemen aan het muziekleven,
mogen zij zijn leiders of bestuurders van concert-
vereenigingen, in welken vorm ook mogen zij
betrokken zijn bjj de exploitatie van het orkest of
bij de instandhouding van een koorvereeniging,
van de beroemdste gemengde zangvereeniging af
tot het kleinste mannenkoor in een afgelegen
dorpmogen zij arrangeeren kamermuziek of
solistenconcerten, of mogen zij als exploitant over
een klein strijkje in een restaurant of tea-room
beschikkenmogen zij opera's op het tooneel
brengen of leiders van een operette-theater zijn,
of variété-theaters door muzieknummers de noo.dige
afwisseling geven mogen zij zelfstandig optreden
in een liederavond, een klavierqvond, of zich ver-
eenjgep in trio/s en kwartetten, vocaal en
instrumentaal, Al deze personen en velen, die ik
niet noemde, zij zijn betrokken in den spoedig te
verwachten nieuwen toestand. En het is onver
schillig of het is daar, waar de kunst in hooge
ernst met groote offers wordt beoefend of daar,
waar slechts geldzucht en amusement de doorslag
geven, overal zullen de veranderde omstandigheden
spoedig van zich doen spreken.
Wat is het geval Men was in ^eder^nd
gewend vrijelijk over muziekwerken te beschikken
en deed dit zoo van ajelf sprekend, dat er lang
zamerhand ge0Q bewustzijn meer was, hoe on
rechtvaardig"" dit eigenlijk is. De Nederlandsche
auteurswet van 1981 kende wel een beperkte
bescherming van muziek-dramatische werken, die
echter gemakkelijk te ontduiken was. Compo
nisten voor de concertzaal waren echter geheel
vogelvrij. Men verschafte zich het muziekmate-
riaal van een werk, rechtmatig ot onrechtmatig,
bji opera-in§telliugen was dit laatste schering en
inslag) voerde het op of uit en bekommerde zich
piet om den auteur. En iedereen die wel eens
gelegenheid had bpiteplandsche belanghebbenden
hierover te spreien, pitgevera of auteurs, die
weet welk een internationaal aanzien de Neder
landers op kunstgebied hadden verkregen. Voor
„dief" of „roover" te worden uitgemaakt was nog
het minst krenkende, wat ous overkomen kon.
Ik spreek van buitenlandsche belanghebbenden,
niet omdat het voor Hollanders minder erg was,
maar de laatste wisten haast niet beter of het
hoorde zoo.
Maar een kentering kwam de jayqpjapg zoo
hardnekkig bestreden aansluiting van Nederland
aan de Berner Conventie kon niet meer. tegonge-
feóqcjéft worden en ook buiten den kring der
eerstbelanghebbenden, de kunstenaars, werden
stemmen gehoord, die aandrongen, dat Nederland
zijn halsstarrigheid diende op te geven. We mogen
met dank de ijverige voorvechters herdenken,
zonder wie het niet mogelijk ware geweest de
openbare meening in ons land te overtuigen. Veel
te ver zou het voeren na te gaan hoe de aan
sluiting aan de Berner Conventie totstandkwam
hoe eveneens een nieuwe regeling van het auteurs
recht in verband daarmee niet kon uitblijven, de
hoofdzaak is, dat beide, de aansluiting en de
nieuwe wet er zijn, en dat de uitwerking spoedig
genoeg gevoeld zal worden, ten goede en ten
kwade.
En nu de uitwerking. Ik moet mij daarbij
beperken tot ons muziekleven in de concertzaal,
dit begrip uitstrekkend tot elke openbaar toe
gankelijke ruimte, waar gemusiceerd wordt.
Onder vele andere goede dingen brengt de
nieuwe auteurswet nu voor componisten de be
scherming van zijn uitvoeringsreoht. Elk muzikaal
werk kan voortaan slechts uitgevoerd worden
met toestemming van den componist. Uitvoeringen,
waartoe deze toestemming niet wordt verleend,
maken inbreuk op des componisten auteursrecht
en zijn strafbaar. Dit recht, hetgeen overgedragen
kan worden en ook op erfgenamen overgaat, is
tot op 50 jaar na den dood van den auteur van
van kracht, in enkele andere landen 30 jaar. Was
dus vroeger een concertvereeniging in staat na
de aanschaffing van het noodige muziekmateriaal
een muziekstuk uit te voeren, nu geeft die aan
schaffing alleen hem niet het recht, de auteur kan
te allen tijde door zjjn veto de uitvoering tegen
gaan. Men beseft de groote waarde voor den
auteur, die hierdoor minderwaardige of onvoor
bereide uitvoeringen kan verhoeden en men ziet
eveneens, dat het den auteur mogelijk is een
rechtvaardige vergoeding te ontvangen voor zijn
werk.
Met welk recht zal men vragen, kan een com
ponist dit verlangen De moreele aanspraak
hierop volledig te behandelen, zou een studie op
zichzelf uitmaken. Volstaan kan worden met de
volgende overwegingen. In tegenstelling met
werken der letterkunde (behalve dramatische
werken) is voor den componist niet de uitgave,-
maar de uitvoering, het oogenblik der openbaar
making. Het eerste ia slechts het hulpmiddel
tot het tweede. Honorarium voor den componist
kan de uitgever in den regel slechts bij kleine
gangbare werken betalen. Omvangrijke, ernstige
werken worden niet naar hun waarde gehonoreerd,
kunnen dat ook niet om talrijke redenen, waarvan
in de voornaamste plaats het z.eer groote risico
voor den uitgever geuoemdi kan worden en in
vergelijking met een letterkundig werk die enorm
veel hocgerp kosten van uitgave naast een zeer
beperkt afzetgebied. Daarentegen kan tegen de
rechtvaardigheid van een geldelijke vergoeding
bij uitvoeringen weinig in te brengen zijn. Men
bedenke dat alle reproductieve kunstenaars hun
vergoeding ontvangen, de dirigent de -solisten,
Nu de concurrentie uitgeput raakt met haren voorraad materieel om deze
instelling te belasteren, wordt nog een laatste middel aangewend, n.l. een
ongeteekend pamflet, waarvan de herkomst bekend is en onwillekeurig doet
denken aan het pamflet van „Dolk en Giftbeker". Jammer voor de ver
spreiders, dat dit spelletje zoo doorzichtig is en daardoor onwillekeurig eene
schitterende reclame voor de E. R. K. wordt. Zie slechts haar steeds
stijgend succes. De E. R. K. legt hare boeken open voor verzekerden en
aandeelhouders. Lees hieromtrent de clausule op de
voorzijde harer tarieven.
allen dienen gehonoreerd te worden, wil een uit
voering mogelijk zijn, alleen aan den auteur, om
wien het in de eerste plaats gaat, wordt niet
gedacht. Men is hieraan in Nederland zoo gewend,
dat men het ongerijmde niet eens beseft. Nu
zal een ieder inzien, dat de componist als
enkeling, niet in staat is zijn rechtvaardig ver
langen tegenover concertgevers door te zetten.
Hem zou waarschijnlijk het lot wachten van
weinig of niet meer te worden uitgevoerd. Want
alleen de volstrekte onmisbare, zeer beroemde
componist zou zijn uitvoeringen van vergoedingen
afhankelijk kunnen stellen, zonder dat het hem
schade deed. En zulk een componist is een zeer
hooge uitzondering! Vandaar, dat in landen,
waar het uitvoeringsreoht beschermd wordt over
gegaan werd tot organisatie der auteurs, die
gemeenschappelijk op hun recht stonden en ge
zamenlijk zeker bereiken moesten, wat den
enkeling onmogelijk was.
Want gaf zulk een organisatie een concert
gever de beschikking over alle werken der leden
van deze organisatie, zoo kon men er zeker van
zijn, dat elk der aangeslotenen zijn aandeel in de
opbrengst ontving, naar verhouding als hem toe
kwam. Er moest slechts voor gezorgd worden, dat
nooit voor enkele werken, maar voor alle geza
menlijk die toestemming werd gegeven. Dat op
deze wijze de sterke componisten de zwakke
broeders onder hen onder de armen kunnen grijpen
is buitendien van grooten invloed op de goede
samenstelling der programma's. Immers, wanneer
een concertvereeniging voor een vast bedrag de
vrije beschikking krijgt over een geheel reportoire,
zoo kan men verwachten, dat het ruimschoots zal
gebruik maken en geprikkeld wordt veel „be
schermde" werken uit te voeren, aangezien zij er
toch voor betaald heeft. En dat is heel goed,
want juist de componisten van den tweeden rang
hebben behoefte, veelvuldig te worden uitgevoerd.
Men moge dit vooral niet als een pleidooi voor
middelmatigheid of minderwaardigheid opvatten
Een juist beeld van een periode in de kunstge
schiedenis kan slechts worden verkregen, wanneer
naast de eerste meesters ook de andere als aan
vulling aan 't woord komen. De menschheid
brengt trouwens te weinig Bach's en Beethoven's
voort, dat daaruit alleen een repertoire ware samen
te stellen. Zoo kan het gemeenschappelijk optreden
der componisten wel degelijk invloed oefenen op
uitbreiding van het aantal uit te voeren auteurs.
Een> zeer lofwaardige uitzondering heeft
hierop de Mij. tot Bevordering der Toonkunst
gemaaktdoor haar werd aan componisten een
„auteursrecht" uitbetaald.
Nieuwst ij dingen.
NEDERLAND.
De gevolgen van het „sneeuw-
was sc hen." Maandagavond heeft de „aardig
heid" der jeugd, om jonge meisjes op de meest
hardhandige wijze met sneeuw te wasschen, te
Utrecht tot ernstige gevolgen geleid, schrijft het
„U. D." Ter hoogte van de Sweelinckstraat, werd
een dienstmeisje door zes vlegels van jonge
mannen, op de meest ruwe wijze beetgepakt, op
den grond geworpen en met sneeuw gewasschen.
Op zóó verregaande manier, dat het meisje een
hevigen zenuwtoeval kreeg en door voorbijgangers
moest worden ontzet. Zij werd binnengedragen in
een schoenwinkel, terwijl de politie onmiddellijk
zorgde voor het inroepen van geneeskundige hulp.
Eenige doktoren deden alle moeite oba het meisje
bij te brengen, maar haar zenuwen waren zóó
overstuur, dat zij het feit zelve had te negen
uur plaats te twaalf uur dien nacht nog
niet was bij gekomen en luid gillende in den
winkel lag.
Verdachte ratten. De vorige week
arriveerde te Amsterdam uit Buenos-Ayres het
stoomschip „Zaanland" van de Kon. Holi. Lloyd,
en bet nam, om gelost te worden, als gewoonlijk
ligplaats bij de loodsen der maatschappij in de
Rietlanden.
Bij het gewone, vanwege den Gemeentelijken
Gezondheidsdienst, ingestelde onderzoek werd aan
boord een rat aangetroffen, die vermoedelijk door
pestbacillen besmet was. Uit voorzorg werd
daarom het schip verhaald naar 't midden van
het vaarwate» der Rietlanden. De kabels werden
van de in het vorig jaar uitgevonden ratten-
schermen voorzien, zoodat de gevreesde dieren
niet langs touwen of trossen den wal konden
bereiken.
Het onderzoek op de gevangen ratten wordt
verricht door dr. J. van Loghem Jr., adviseur
voor infectieziekten bij den Gemeentelijken
Gezondheidsdienst. Het resultaat er van is nog
niet bekend.
Het onderzoek heeft uitgemaakt, dat de ratten
lijdende waren aan pest. De meest uitgebreide
voorzorgsmaatregelen zijn genomen, zoodat men
zich voor uitbreiding niet ongerust behoeft te
maken. Dinsdag is aangevangen met de ontsmet
ting van de „Zaanland."
Zwervend milicien. Sedert de
Kerstdagen werd bij het garnizoen te Harderwijk
vermist de milicien B. K., die blijkbaar gedeser
teerd was. Hij heeft in deze streek al dien tijd
rondgezworven, zonder dat men hem heeft kunnen
opsporen. Zijn geld was al lang verteerd, zoodat
hij zich vaak trachtte te voeden, door knollen
uit het land getrokken, te verorberen. Zondag
echter is hij door de politie te Epe aangehouden
en Maandagmorgen gevankelijk naar Harderwijk
-Qgflrgflbrftfibt. -w"- /rp" "1