^ieeuwóe 3£erkbocle 6s. w. m. Ie cointRe Jacht in Zeeland" Geef vrede, Heer Hoofd-Redacteur Dr. DONDORP, Gapinge, Telefoon (01189) 14 70 etjoeniitcj 0orloguraagótuk de vJ Als Paulus eens kwam kijken OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERD KERKEN IN ZEELAND Adres voor opgave advertenties en predikbeurtenLittooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg 1 OKTOBER 1970 24e JAARGANG No. 13 „Ik worstel en ontkom" Abonnementsprijs 5.per halfjaar bij vooruitbetaling Advertenties 25 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 25 cent Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg Telefoon 01180-2438 Giro no. 4 22 80 Postbus 164. - dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was. 2 Cor. 5:19. Meer dan eens ben ik mensen tegengekomen, die de Here Jezus hartelijk liefhadden, maar toch bang waren voor God. In hun voorstelling was God, de vertoornde rechter, maar gelukkig was daar ook nog de Here Jezus, die God met ons verzoend had. Misschien heeft de opvoeding, die deze mensen als kinderen gekregen hadden, schuld aan dit afschuwelijk misverstand. Ze vergeten Joh. 3 16: „alzo lief heeft God de wereld gehad, enz. Wanneer wij geloven, dat de Here Jezus Gods Zoon is, dan houdt dat in, dat God niet anders is dan de Here Jezus en dat we geen tegenstelling mogen maken tussen de heilige God en de genadige Here Jezus. Het is Gods genade, dat Hij de Here Jezus gegeven heeft en dat Hij de wereld met Zich verzoende. In alles wat de Here Jezus deed en leed, was God Zelf bezig met onze zonden te verzoenen. Daarmee bracht God het grote offer van Zijn liefde. Wie liefheeft moet lijden. Omdat God zo goddelijk liefhad, moest Hij ook het grootste offer brengen. Hij heeft zijn eigen Zoon niet gespaard, maar voor ons overgegeven. De verzoening van de wereld ging niet zo maar. Zij ging alleen „in Christus". Als God onze zonden aan ons niet wil toerekenen, is dat, omdat Hij ze zo ontzettend toegerekend heeft aan Christus. Hij heeft zijn eigen Zoon tot zonde gemaakt. Dat was iets verschrikkelijks voor de Here Jezus, maar dat was ook verschrikkelijk voor God Ik denk aan Izaak, maar ook aan Abraham op Moria. Wij konden als zondaren nooit tot God komen. Maar in Jezus van Nazareth is God tot ons gekomen, als de genadige en de barmhartige. De zonde, die scheiding maakte, heeft God in Christus verzoend. GOD IS OOK CHRISTELIJK Het werk der verzoening was en is het w'èrk van God, maar de prediking van die verzoening heeft Hij ons opgelegd. „Daarom weten wij niets anders dan Christus Jezus en die gekruisigd". Niemand komt tot de Vader, dan door de Here Jezus, omdat God niet anders als verzoend God en Vader tot ons komt, dan in Jezus Christus, zijn Zoon. Op meer dan één zitting van onze Generale Synode is het oorlogsvraag- stuk aan de orde geweest en zowel in het vorige jaar als in dit jaar. De synode heeft (nog) geen beslis singen genomen. De meningen waren te zeer verdeeld. Tenslotte heeft de synode aan alle kerkeraden gevraagd om mee te denken en deze zaak op gemeentevergaderingen aan de orde te stellen. Meestal was het zó, dat de synode haar licht' liet schijnen en dat de plaatse lijke kerken in dat licht „wandelden", het is nu net andersom. Dt synode vraagt of de kerken in hun mindere (niet lagerevergaderingen, hun licht willen laten schijnen, opdat de synode eindelijk tot een besluit mag komen. Om dubbele arbeid te voorkomen, is het gewenst om goede nota te nemen van wat er op de synode werd bespro ken. In een serie artikelen hoop ik dit in chronologische volgorde u ter bestude ring voor te leggen. Hier volgt allereerst de behandeling op 26 maart 1969: ,,Op de vraag of nucleaire bewape ning aanvaardbaar is voor de christe nen, kwam het studiedeputaatschap voor het oorlogsvraagstuk, dat hierover aan de generale synode van de gerefor meerde kerken moet rapporteren, niet tot een eenstemmig antwoord. Dit be tekent dat men de synode geen aan beveling kan geven voor een uitspraak. Het deputaatschap heeft dit gerap porteerd aan de synode, die op 13 mei in Sneek wordt geopend. De meningen vallen in vier groepen uiteen. De eerste groep is tegen elk ge bruik van geweld en uitsluitend voor geweldloze weerbaarheid. De tweede groep accepteert conven tionele wapens om een afschrikkings functie uit te oefenen of tegenweer te bieden in een conflict. Dit laatste onder voorbehoud dat ook in de politieke strategie nucleaire wapens geen rol spelen. De derde groep aanvaardt ook de nucleaire bewapening maar alleen voorzover zij de politiekstrategische be doeling hebben uitbarsting van geweld te voorkomen. De vierde groep wil ge bruik van nucleair geweld niet geheel uitsluiten, maar alleen „wanneer sata nische machten zich ongebreideld op aarde zouden dreigen te manifesteren". De laatste groep tekent hierbij uitdruk kelijk aan, dat de wereldsituatie, on danks het bestaan van anti-christelijke machten in oost en west, thans geen gebruik van nucleair geweld rechtvaar digt. Wel kwam het deputaatschap tot een eensluidende kritiek op de politieke ver houdingen in de wereld, waarvan het vraagstuk van oorlog en vrede niet kan worden losgemaakt. Gesteld wordt, „dat de huidige internationale structuur (oost-west; noord-zuid), bepaald door het streven naar zelfhandhaving en zelf ontplooiing, ten koste van anderen, niet in overeenstemming is met wat het evangelie aan volken en mensen voor houdt. Daarom stellen wij ons achter elk oprecht streven naar doorbreking van deze structuren en naar een wereld orde die niet is gebaseerd op machts strijd maar op beheersing van macht, in liefde en gerechtigheid. Het spreekt vanzelf dat in dat streven ook ligt be sloten de inspanning om te komen tot rechtvaardiger sociaal-economische ver houdingen en tot een werkelijke vredes- mentaliteit onder de volken. In dit verband menen wij dat de kerk in het algemeen en bij voorkomende gelegenheden moet getuigen tegen ver schijnselen die de vrede in gevaar bren gen (machtsstreven, nationalisme, racis me, oncritische gezindheid jegens his torisch gegroeide structuren), en haar leden moet opwekken alles te doen wat ieder in eigen leven en positie ten gunste van de vrede kan verrichten". Bij hun studie constateerden de depu- taten, dat nog niet zo lang geleden in de gereformeerde kerken vrij algemeen een afwijzende houding ten opzichte van het opkomende „pacifisme" werd waargenomen. Hierover zeggen zij in hun rapport: „Van deze tendentie voor zover tot uitdrukking komend in offici ële kerkelijke besluiten en praktijken meenden wij ons te moeten distantiëren; wij waren van gevoelen dat, gezien het steeds dreigender worden van de inter nationale verhoudingen en de steeds rampzaliger gevolgen van een eventueel escalerend conflict, de gewetensnood van een steeds groeiend deel der ge lovigen actueler was geworden dan ooit. In dit verband waren wij van oordeel dat de kerk moet voorkomen dat zij, door een veroordelende uitspraak of houding, zou tekortschieten in haar roeping de kerkelijke gemeenschap met deze gelovigen te bewaren en bijgevolg zou falen in christelijke liefde". Om een gunstig klimaat te scheppen voor verder beraad beveelt het deputaat schap de synode aan: 1. de deelneming namens de gerefor meerde kerken aan het werk van het Interkerkelijke Vredesberaad voort te zetten, en in dat kader (overigens zo nodig ook daarbuiten) mede te werken aan: a. de bestudering van de mogelijk heden tot herziening van de wet op de gewetensbezwaren; b. de coördinatie van interkerke lijke, gedifferentieerde, voorlich ting en hulp aan gewetensbe zwaarden; c. de voorbereiding en de uitvoering van activiteiten in het kader van de Vredesweek 1969, zulks onder dezelfde voorwaarden als in 1968; 2. er op toe te zien dat kerkeraden ge wetensbezwaarden in hun opvattin gen respecteren en als volwaardige gemeenteleden blijven behandelen; 3 OktOBGR 1920 Op zaterdag 3 oktober zal het D.V. 50 jaar geleden zijn, dat Ds. W. M. Ie Cointre te Woubrugge als predikant in onze kerken werd bevestigd en daar intrede deed. Omdat Ds. Ie Cointre ook voor de Zeeuwse kerken van grote betekenis heeft mogen zijn, meende ik goed te doen in de Zeeuwse Kerkbode aan dit jubileum een kort artikeltje te wijden. Want, nadat Ds. Ie Cointre ruim 4 jaar de kerk van Woubrugge had ge diend, verbond hij zich op 23 november 1924 aan de gemeente van Bergen op Zoom, na bevestigd te zijn door zijn voorganger Ds. A. H. v. d. Kooi. En Bergen op Zoom behoorde ook toen, gelijk nu nog, tot de Classis Tholen en dus tot het principaal ressort van Zee land. De bezetting van de classis was ook toen van die aard, dat de predikant van Betrgen op Zoom, evenals zijn voor ganger, reeds aanstonds werd belast met allerlei classicaal werk en reeds spoedig elk jaar werd afgevaardigd naar de vergadering van de particuliere synode van Zeeland. Alleen in 1940 was dat door zeer bijzondere omstan digheden niet mogelijk. Dat permanent afgevaardigde zijn naar deze vergaderingen was oorzaak, dat ook hem allerlei provinciaal kerke lijk werk werd opgedragen, waardoor hij voor de classis Tholen en de pro vincie Zeeland een man is geweest, die grote invloed ten goede heeft mogen uitoefenen en veel werk heeft verzet. Gewoonte was het toen, dat nieuw- ingekomen predikanten in de provincie reeds spoedig werden uitgenodigd om de Zeeuwse Predikanten Conferentie te dienen met een referaat. Zo sprak dan ook Ds. Ie Cointre voor die kring over „Het Jezusbeeld in de moderne literatuur". De studie voor dit referaat prikkelde hem tot nader onderzoek over deze stof. Zo groeide dit onderwerp uit tot een driedelig boekwerk, ieder met een afzonderlijke ondertitel. De pers was vol lof over de wijze, waarop dit onderwerp was behandeld. Dan zou ik hem meenemen des zon dagsmorgens naar de vaak stampvolle Getuigeniskerk, waar mannen, vrouwen en kinderen Gode lofzingen met de oude Psalmen van David en andere geestelijke liederen. Waar aandachtig geluisterd wordt naar de prediking van trouwe dienaren van Christus die de volle Raad Gods verkondigen en de 3. er, in voorkomende gevallen, op te wijzen dat kerkelijke activiteiten binnen de krijgsmacht als zodanig geen, in kerkrechtelijke zin bindend, oordeel over de krijgsmacht impli ceren; 4. de synode-uitspraak van 1968 dat dienstplicht geboden zou zijn terug te nemen en zich te beraden op de juistheid van het synodebesluit van 1936 art. 272, met name op de pas sage waarin „antimilitaristische ver werping van de oorlog in welke vorm" een onschriftuurlijke dwaling wordt genoemd; 5. het deputaatschap ter bestudering van het oorlogsvraagstuk al dan niet in de bestaande samenstelling, te continueren; 6. vertegenwoordigers van het Gerefor meerd Vredesberaad te laten deel nemen aan de bespreking in de synode van de vragen die het Vredesberaad indertijd aan de synode heeft gesteld. Het deputaatschap werd gevormd door: Prof. Dr. A. Troost, voorzitter; L. v. d. Put, secretaris-rapporteur; Ds. W. F. Bolt; Dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot; Mevr. Dr. F. T. Diemer-Linde- boom; Prof. Dr. I. A. Diepenhorst; Mr. D. W. O. A. Grosheide; Prof. Mr. P. H. Kooymans; Dr. F. H. von Meyen- feldt; Ds. S. J. Popma; Lt. Kol. Mr. A. Pot; Dr. Ir. J. Smidt. 3 OktOBGR 1970 Na het wegvallen van de leiding gevende personen, Ds. L. Bouma en Ds. R. J. v. d. Veen kwam steeds meer provinciaal kerkwerk op de schouders van Ds. Ie Cointre te rusten. Werk, waaraan hij zich niet onttrekken kon en mocht. Het steeds uitbreidend werk in eigen gemeente en omgeving gaf hem grote zorg hoe dit alles met elkaar te combineren. Want nu volgde ook af vaardiging naar de Generale Synode. Ook daar heeft hij de Zeeuwse kerken op waardige wijze vertegenwoordigd en de belangen van dit ressort zeer trouw gediend. Van augustus 1939 tot midden mei 1940 heeft Ds. Ie Cointre dienst moeten doen als reserve-veldprediker. In eigen gemeente had hij van zeer nabij kennis gemaakt met de geestelijke verzorging van militairen. Stellig ook daardoor had hij via classis en particuliere synode de aandacht van de Generale Synode kun nen vestigen op het grote belang van dit werk. Menige maatregel was te danken aan zijn initiatief. De Generale Synode van 1946 be sloot tot het benoemen van een predi kant in algemene dienst ter behartiging van de geestelijke belangen van de weermacht. Als zodanig werd Ds. Ie Cointre be noemd. Op 31 januari 1947 nam hij afscheid van de Gereformeerde Kerk van Bergen op Zoom en dus ook van Zeeland. Groot initiatief ten opzichte van ver schillende facetten van deze taak heeft hij mogen ontwikkelen. In bijzonder heden zal ik daar maar niet op ingaan. Tot aan zijn emeritaat in 1960 heeft hij dit werk mogen doen. Maar ook daarna heeft hij nog menige kerk in Zeeland op zondag gediend. De kerkeraad van Bergen op Zoom heeft het in overleg met Ds. Ie Cointre zo geregeld, dat deze op zondag 4 okto ber a.s. in de middagdienst van 5 uur zal voorgaan in de dienst des Woords en daarna bestaat er gelegenheid om dominee en familie geluk te wensen met dit jubileum. J. J. Boon. blijde boodschap des Heils brengen. En dat dit niet alleen daar geschiedt, maar elke zondag in kerken van allerlei for matie in de meeste steden en dorpen van Nederland. Ik zou hem vertellen van de Zending onder Joden, Heidenen en Mohamedanen. Dat, om maar eens een voorbeeld te noemen, in Indonesië reeds tal van inlandse predikanten zijn. Ook op leidingsscholen. Ik zou hem vertellen van ons wijdvertakt Chr. onderwijs. Vanaf de Chr. Kleuterscholen tot de Hogescholen in Kampen, Amsterdam en Apeldoorn. Ik zou hem vertellen van de vele Chr. inrichtingen van Barm hartigheid als krankzinnigen, blinden, doofstommen, idioten, om niet meer te noemen. En hij zal zeggen 't valt mij mee met de verbreding van 't evangelie in Europa, waar ik het het eerst bracht. Het lezen van 't artikel in de vorige Kerkbode van D. v. S. leek me een zijdig en te zwartgallig. Ik hoop maar, dat het niet in de grote weekbladen komt. Het kan leiden tot smading van alle gezegend evangelie-verkondigings- werk. Beschouw mijn stukje als tegen hanger. „Swerf-Rust". Boon. Geef vrede, Heer, geef vrede, de wereld wil slechts strijd; al wordt het recht beleden, de sterkste wint het pleit. Het onrecht heerst op aarde, de leugen triumfeert, ontluistert elke waarde; o, red ons, sterke Heer. Geef vrede Heer, geef vrede, de aarde wacht zo lang; er wordt zoveel geleden, de mensen zijn zo bang. De toekomst is zo duister en ons geloof zo klein; o Jezus Christus, luister, en laat ons niet alleen. Geef vrede Heer, geef vrede, Gij die de vrede zijt, die voor ons hebt geleden, gestreden onze strijd, opdat wij zouden leven bevrijd van angst en pijn; aan mensen blijdschap geven en vredestichters zijn Uit: „De Herdersfluit". Toen Jan 's avonds na een vergeefse speurtocht naar parachutisten opnieuw op het bataljonsbureau kwam, kreeg hij bevel om als het goed donker geworden was met een vrachtauto naar Middel burg te gaan om te fourageren. Hij moest wachten tot de duisternis volledig gevallen was in verband met het gevaar beschoten te worden door overvliegende vliegtuigen. Hij zou dan een bijrijder meekrijgen en twee uit kijkers, die achter op de klap van de laadbak moesten staan, om te waar schuwen als zij vliegtuigen ontdekten. Er was afgesproken, dat zij bij ge vaar met de kolf van het geweer op de bodem van de bak zouden stompen. Dan zou de chauffeur stoppen en zien of het nodig was om dekking te zoeken. Om ongeveer acht uur nam de tocht een aanvang. Verlichting voeren was verboden, omdat vijandelijke vliegtuigen de gehele dag de wegen in Zeeland, nauwlettend in de gaten hielden en schijnbaar nieuwsgierig waren, wat daarop plaats vond. Langzaam reed de wagen over de bijna volledig uitgestorven weg. Geen mens was te zien en geen enkel licht straaltje verraadde de aanwezigheid van huizen of boerderijen. De door de regering opgegeven verduisteringsop drachten werden ook door de burgers spontaan uitgevoerd. Turend in de intense duisternis, de wagen zo dicht mogelijk langs de nauwelijks zichtbare weg-afscheiding houdend, reed de wagen in laag tempo door de zwarte nacht. In het oosten waren de eerste tekenen van de opkomende maan te zien, maar licht waar de chauffeur iets aan had, gaf dat nog niet. Na ongeveer een uur in de tweede versnelling voortgekropen te zijn, was hij p&s in Lewedorp. Ineens flitste een rood licht voor hem op, midden op de weg en zwaaiend beduidde de drager ervan om aan de rechterzijde van de weg te stoppen. Een ogenblik later voldeed Jan aan de opdracht en vlug mede door de ge ringe snelheid, stond de wagen na knarsend remgeluid stil.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1970 | | pagina 1