eeuwóe 3£erkbocle fRisse Lucht genesis Gereformeerd Jeugdwerk vraagt breder armslag Hoofd-Redacteur: Dr. DONDORP, Gapinge, Telefoon (01189) 470 AANRAKING o4jfócheid ró. cJ-letderman S-Aumte voor de C/ee^t? Arnemuiden 3 SEPTEMBER 1970 24e JAARGANG No. 9 „Ik worstel en ontkom" OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND Adres voor opgave advertenties en predikbeurten Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg Abonnementsprijs 5.per halfjaar bij vooruitbetaling Advertenties 25 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 25 cent Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg Telefoon 01180-2438 Giro no. 4 22 80 Postbus 164. Een geur van Christus - 2 Cor. 2:1,5. Paulus heeft het nog volop meegemaakt, dat het Evangelie van de Here Jezus in de hele wereld werd gepredikt en werd geloofd. Hij dankt God ervoor, dat hij met de prediking altijd en overal kon zege vieren. Overal zijn kleine gemeenten gesticht en werden diakenen en ouderlingen gekozen. Wat een geweldige ervaring is dat, als je het ziet groeien Het blijkt veel meer te zijn dan een optelsomhier een en daar nog een. Het is vermenigvuldigingEn daardoor gaat het hoe langer hoe vlugger en hoe langer hoe verder. Het is de triomftocht van Jezus Christus, die in de prediking van het Evan gelie en in de Sacramenten langs alle wegen der wereld gaat en in alle steden en dorpen komt. Waar Paulus komt, komt de geur van de kennis van het Evangelie. Dat is de geur van het leven. Alles wordt er nieuw en fris en sterk door. Dat is de zuivere lucht. Zoals de fabrieken van allerlei oorlogstuig en van onze gemaksapparaten onze lucht vervuilen en de leefbaarheid van ons milieu aantasten, zo is de geur van het Evangelie van Jezus Christus net andersom. Het Evangelie geeft gezondheid en leven, verfrissing en genezing. U moet in die zuivere lucht diep ademhalen. En er uw longen mee vullen, want het is de adem des levens. Zonder die levensadem stikt de mens op de duur in zijn eigen stank. A.D. Er zijn van die kleine fijne trekjes in de bijbelse geschiedenis, waar je, als je niet goed uitkijkt, overheen leest. Eén daarvan is de vermelding door Lucas, dat de Here Jezus, toen Hij in de stadspoort van Naïn een begrafenis stoet tegenkwam, naderbij trad en de baar aanraakte (Lucas 7 14). Toen Hij de moeder van de gestor ven jongen zag, een weduwe, werd Hij met ontferming over haar bewogen. Hij vraagt niets, maar zegt, ja beveelt: „ween niet". Hij is zó bewogen, dat Hij geen mooie zinnen spreken kan, maar kortaf zegt: „niet huilen". Maar door die bewogenheid heen, is Hij Zich bewust van Zijn Messiaanse macht. Anders zou Zijn woord leeg zijn ge weest. Maar Zijn woord zit vol van een belofte en wordt gevolgd door een daad. Opmerkelijk, de dragers zetten, ge- imponeerd door het optreden van de Here Jezus, de baar neer. De jamme rende klaagvrouwen houden van ver bazing hun mond en na enkele ver dwaalde accoorden verstomt ook de treurmuziek. Heel de stoet blijft staan. Beide groepen, de begrafenisstoet en de mensen die Jezus volgden, worden tot één schare rondom de baar. Men kijkt nieuwsgierig gespannen naar Jezus en die weduwe. Dan ziet men tot zijn stomme ver bazing hoe de Here Jezus op de baar toestapt en er Zijn hand oplegt. Om deze daad te begrijpen, moeten we bedenken dat we ons hier bevinden midden tussen het oude Israëlitische volksleven. Door de Levitische reinigingswetten was aan het volk Israël een zeer diepe afschuw ingeprent tegen alles wat met de dood samenhing. Dat was allemaal onrein en dat maak te onrein. Het was ook verboden óm - zonder dringende noodzaak - een dode of de lijkbaar aan te raken. Zo was men van kindsbeen opgevoed. Vandaar die grote verbazing als de Here Jezus zomaar op die baar toestapt en er expres Zijn hand op legt. Immers, iedereen, die uit plicht of ook per ongeluk een dode aanraakte, moest naar de priesters toe om zich door hen op de voorgeschreven rituele manier te laten reinigen. Maar eerst was zo iemand toch min stens een paar dagen onrein. En zeker pasten farizeeërs en schriftgeleerde rabbi's wel op dat hun zoiets niet over kwam. In deze schaduwachtige dingen van de Mozaïsche wet school een diepe zin. De dood staat namelijk in een onlos makelijk verband met de zonde. De Here wilde Zijn volk opvoedend leren, hoezeer Hij de zonde verfoeide. Die afkeer werd, zoals zo veel onder het oude verbond, zichtbaar voorge steld. Israël werd gewaarschuwd dat de dood voortkwam uit de zonde en dat dat dus allemaal onrein - onrein was. De Here Jezus maakte Zich dour dat simpele gebaar onrein en deed dat expres. De reine bezoedelde Zich door dit contact met onze doodsellende. De smetteloze liet Zich besmetten met de onreinheid van onze zonde. Hij raakte een lijkbaar aan en haalde door deze symbolische geste heel onze dodelijke onreinheid over Zich heen. En dan is Hij ons gelijk geworden: „onrein - onrein Hij wordt door iedereen verworpen en door God verlaten en als een stuk vuil op de legerplaats uitgegooid, om te sterven op een kruis. Maar na drie dagen blijkt het alles heel anders te zijn. Schitterend van heerlijkheid verrijst Hij uit Zijn graf in de hof van Jozef van Arimathea. Van Buddha wordt verteld, dat hij, de in weelde opgevoede koningszoon, op een bepaald moment voor het eerst van zijn leven een lijk zag. Hij vond dat zó erg, dat hij er voor wegliep en dat hij sindsdien het leven niet de moeite waard vond, omdat alles toch doodliep. Hij trok zich terug in de eenzaamheid, om als kluizenaar na te denken over het wezen van het zijn. Maar de Here Jezus liep voor dat vreselijke niet weg. Hij ging er juist op af. Hij raakte de baar aan. Hij liep de dood in de armen en gaf er Zich aan over om als lijdende Knecht des Heren te boeten voor onze zonden... En overwon de dood door Zijn vol komen gerechtigheid. A.D. Langzaam maar zeker kwam de dag dichterbij dat Ds. Jan Helderman af scheid zou nemen van zijn twee ge meenten Domburg en Westkapelle. Zondag 23 augustus was het dan zover. In de middagdienst werd eerst afscheid genomen van Westkapelle en 's avonds van Domburg. In allebei de diensten waren vele afgevaardigden, waaronder vertegenwoordigers van de classis, de Ned. Herv. Kerk, de Geref. Gemeenten en de burgerlijke gemeen ten. Ds. Helderman preekte uit 2 Thessa- lonicenzen 3:1: „Bidt voor ons, dat het woord des Heren sneller voortgang hebbe en verheerlijkt worde, evenals bij u..." Wat een fijne en duidelijke uitleg gaf hij van deze tekst, en ook toegepast op de hem eigen wijze Het was op nieuw de dienaar van Christus die zich „met rode oortjes" had bezig gehouden met Bijbeluitleg, èn tegelijk de tekst wist in te tekenen „op de lijn van Gods ge schiedenis". De kerkdiensten waren juist door de eenvoud ook zo aanspreek baar. Na afloop van de diensten werd er door verschillende afgevaardigden ge sproken. Duidelijk kwam daarbij de spontane waardering en liefde uit de bus voor zijn persoon en werk. Ds. Jan Helderman is zijn blije op voeding trouw gebleven en hij liet er veel van uitstralen in zijn gemeente werk, de vier jaren in Domburg en Westkapelle. Met beide benen staat hij stevig op de grond en dat in deze tijd van snelle ontwikkelingen en verande ringen. En nu gaat hij met gelovige verwachting de toekomst weer tege moet; voor hem zeker een boeiende toe komst omdat hij na vier Zeeuwse jaren nu in Curasao zijn nieuwe werkterrein heeft gevonden. Als dit afscheidsrelaas, bij u lezers, in de bus valt is Ds. Helderman al onderweg naar dat warme eiland. Nu hij zo ver bij ons vandaan gaat, danken we hem nogmaals en wensen we hem, zijn vrouw en zijn 4 zonen: Jan-Krijn, Thomas, Barend en Peter, het allerbeste toe in dat verre rijksdeel. Het ga hen wel in ieder opzicht TH.D.K. (slot) Is er nog ruimte voor de Heilige Geest Dr. J. A. Schep ziet dat niet meer in het calvinisme. Dat blijkt uit zijn boek: Geestesdoop en tongentaai. On dertitel: Het standpunt van de calvinis tische traditie getoetst aan de Heilige Schrift (uitg. Wever. Prijs 7.90). Zo als de titel van het boek al zegt, be spreekt de schrijver de doop met de Heilige Geest. Uitvoerig toont hij aan de hand van vele nieuwtestamentische gegevens aan, dat deze onderscheiden moet worden van de gewone doop. Hoe wel, zo betoogt Dr. Schep, het gebeuren van pinksteren eenmalig en onherhaal baar is geweest, toch blijkt uit het ver volg van het boek Handelingen, dat telkens opnieuw sprake is in verschillen de situaties van een gedoopt of vervuld worden met de Heilige Geest. Op zich ben ik het wel met de schrijver eens, maar mijn bezwaar is dat telkens de suggestie wordt gewekt dat het gaat om zulke verschrikkelijk opzienbarende dingen. Alsof hele ge wone dingen, een heel simpel dank gebed, een kleine daad van liefde en noemt u maar op, in wezen niet even machtige en bijzondere bewijzen zouden zijn van de vervulling met die Geest. Wat beslist waar is, in al deze litera tuur over de Geestesdoop, is dat ge loven liefst geen armetierige en geen onzekere zaak is. Maar het min of meer bewust streven naar bepaalde ervarin gen, ook al komen die na het geloof, en ook al funderen ze dat geloof niet, lijkt me toch niet de aangewezen weg. Ik geloof in de Heilige Geest, dat wil zeggen in zijn kracht en in zijn werking. En soms sta je achteraf verbaasd van wat er gebeurd is, en moet je zeggen, toegeven bijna: dat heeft de Geest ge daan. Ik ben me ervan bewust dat van dit boek nog wel méér te zeggen zou zijn, maar zoiets is nu eenmaal in het bestek van een artikel voor de Kerkbode niet mogelijk, temeer daar nog twee boeken op bespreking wachten. Is er ruimte voor de Geest Nu, Hij werkt toch in de eerste plaats in woord en sacrament (zondag 25). Daarom nog één boek over het Woord, en één over een sacrament. Om met het laatste te beginnen, Wever gaf een fotomechani sche herdruk uit van C. H. Spurgeon, Totdat Hij komt. Toespraken aan de Tafel des Heeren. De wijze van her drukken brengt met zich mee, dat de spelling e.d. geheel identiek zijn aan die van de oorspronkelijke uitgave. Maar het voordeel is de naar verhouding geringe prijs. Voor een boek van 383 bladzijden moet de koper 19.50 be talen, en wanneer men op dit werk in tekent vóór 15 november a.s is de prijs nóg lager: 16.50. Spurgeon was en is voor velen een beroemd prediker. Hij leefde van 1834 tot 1892. Niet zelden bestond zijn ge hoor uit vijf tot zesduizend mensen. Kom daar nu eens om. Kort waren zijn preken ook al niet. En in dit boek vindt de lezer er eenentwintig. Spurgeon hield zich aan de kern van het evangelie, en hij bracht het op bevindelijke wijze. De uitgever heeft het boek mooi uitgevoerd, al vind ik het persoonlijk toch wel wat jammer, dat stijl en spelling niet van deze tijd zijn. Tot slot een boekje uit de serie Cahiers voor de gemeente, uitgegeven door Kok in Kampen. Prof. Dr. D. C. Mulder schreef dit achtste deeltje over: Heilig woord en Heilige Schrift in de religies. Voor 5.75 kan het uw eigen dom worden, en het is dat zeker waard. Prof. Mulder verstaat de kunst om moeilijke dingen op een duidelijke manier te zeggen. In deze tijd komen we steeds meer in aanraking met andere godsdiensten. En veel mensen stellen de vraag: waarom nu juist de bijbel, en waarom bijvoorbeeld niet de Qoran In het eerste en grootste deel van dit cahier bespreekt de schrijver wat heilige woorden zijn, en wat we Onder heilige schriften moeten verstaan. Hij geeft een schat aan interessante gegevens door. Zo horen we iets over begrippen als taboe, over de betekenis van de naam, over zegen en vloek. We krijgen een overzicht van heilige boeken die er in de wereld zijn, en we horen iets over de oorsprong van zulke geschriften. In het in de twintigste eeuw herschiepen de geleerden hemel en aarde en er lag olie op de wateren - en de geleerden zeiden: laat ons mensen maken wetenschappelijk-verantwoorde mensen toen hadden ze eerst 't moderne westen gemaakt en zij zagen dat het fijn was: de miljardste dag - en de geleerden zeiden: weest economisch en niet vruchtbaar wordt eenzaam met elkaar gebruikt de pil en dan de bom toen was het avond geweest en het begon donker te worden toen hadden zij het gevogelte gemaakt - straaljagers, bommenwerpers en raketten - naar hun aard het rijdend gedierte - kanonnen, tanks en pantserwagens - naar hun aard en de onderzeeërs naar hun aard en zij zagen dat het fout ging en zeiden dat er mensen om de zon vallen en dat er raketten op de maan landen toen vonden de roodborstjes het welletjes en floten het van God geleerde lied freek rota vierde en laatste hoofdstuk tenslotte gaat Prof. Mulder na welke formele overeenkomsten en verschillen er zijn tussen heilig woord en heilige schrift in de verschillende godsdiensten aan de ene kant, en in het christelijk geloof aan de andere kant. Het blijkt dat de God van Israël zijn volk heeft aange sproken binnen vormen (woord en schrift) die algemeen menselijk zijn. En het bijzondere van de bijbel zit 'm dan ook niet in het uiterlijk en in de vorm van dat boek. De God van de bijbel is niet alleen een sprekende, maar tegelijk een handelende God. En de bijbel is een historisch boek, in tegenstelling tot de heilige boeken van andere volken. Het gaat niet in de eerste plaats om de bijbel als boek, maar om het spreken en handelen van God, die in dat boek zijn opgetekend. En dat is vooral waar als we horen dat het Woord in Christus vlees is geworden, aldus de schrijver. Niet het geloof in het boek schenkt heil, maar het geloof in Christus. En in deze spannende tijd mogen we weten, dat de God van de bijbel er aan ge wend is om in de historie mee te gaan. Dit en nog veel meer maakt dit cahier tot een fijn boekje over het Boek. Y. Tussen 6 en 20 september gaan vele duizenden gereformeerde jongeren in het gehele land op pad om u geld te vragen voor de uitbreiding en instand houding van hun jeugdwerk. Het geld is vooral nodig voor de vorming van het vrijwillige kader, voor studie, onder zoek en bezinning, voor het maken van gespreks- en andere materialen, waar steeds meer vraag naar ontstaat en voor de plaatselijke begeleiding en advisering van het jeugdwerk. Verder moet het zendingsjeugdwerk in Rwanda, dat in 19664 is begonnen met de actie „Heb het hart eens" weer een nieuwe finan ciële injectie krijgen en er moeten steeds meer nieuwe activiteiten ontwikkeld worden voor de gehandicapte jongeren. Bij de besteding van het geld zal voorrang worden gegeven aan de vor ming en scholing van het plaatselijk kader. Op allerlei wijzen zijn gerefor meerden bezig leiding te geven aan het jeugdwerk, in jeugdverenigingen, clubs, gespreks- en bezinningsgroepen, in re gionale, provinciale en landelijke orga nisaties en soms in niet georganiseerd verband. Ondanks verschillende be woordingen is het uitgangspunt altijd hetzelfde: het Evangelie van Jezus Christus, die mensen bevrijdt tot getui genis, vreugde en dienst. Het gaat dus niet om een kleine zaak. Gereformeerd Jeugdwerk is spring levend en bereikt bijna honderdduizend jongeren in ons land. Daarbij gaat het niet alleen om die jongeren die door hun leeftijd al toekomen aan een keuze, maar ook om de jeugd van acht tot veertien jaar. Al deze jonge mensen geven de jeugdwerkmensen handen vol werk om dat het er in 1970 nog steeds om gaat op welke wijze zij zinvol bezig kunnen zijn in gereformeerd jeugdwerk. Voor dit werk is uw financiële steun dringend noodzakelijk. Wanneer een van onze jonge ge meenteleden binnenkort bij u aan de deur komt en om hulp vraagt, geef die dan ook. Wat betekent 12 september 1970 Dit betekent dat u deze middag en avond vrij moet houden. Want op die dag hopen wij onze grote bazar te houden, in het verenigingsgebouw „De Arne" te Arnemuiden. Opening om 2 uur namiddag. De baten komen ten goede aan het bouwfonds (aflossing nieuwe kerk) voor duizenden guldens prachtige ar tikelen worden daar verkocht, alsmede een doorlopende verloting met exclu sieve prijzen. Komt, ziet, en koopt, op zaterdag 12 september. Geref. Kerk Arnemuiden.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1970 | | pagina 1