^^eeuwóe S voor 6e henie.LVcV\Rtsövc, EN VERDER tecuQ Theologische llogeschooldiig 197(1 Hoofd-Redacteur: Dr. DONDORP, Gapinge, Telefoon (01189) 4 70 H EMELVAART v__ OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND Adres voor opgave advertenties en predikbeurtenLittooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg 8 MEI 1970 23e JAARGANG No. 41 „Ik worstel en ontkom" Abonnementsprijs 5.per halfjaar bij vooruitbetaling Advertenties 25 cent per mm. Bij abonnement lager Losse nummers 15 cent Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, tel. 24 38 Giro no. 4 22 80 werd Hij opgenomen terwijl zij het zagen. Hand. 1 9. De Hemelvaartsdag is het stiefkind onder de christelijke feestdagen. Het aantal kerkgangers is minimaal en met die éne half bezette kerkdienstis het feest gebeurd. De Kerstdagenmet de extra nachtdienst, zijn een hoogtepunt. Pasen mag zich in veel minder belangstelling verheugen. Pinksteren nog minder. En Elemelvaartsdag is dan het dieptepunt. Feestvieren is in het algemeen al moeilijk. Maar christelijke feesten vieren hoe moet dat eigenlijk Met de manier, waarop het Kerstfeest uitbundig en massaal wordt gevierd, kunnen we echt niet zo gelukkig zijn. Wat moeten wij met de Hemelvaartsdag Wat valt er te vieren Iets geweldigs Maar, zult u zeggen: er gebeuren helemaal geen wonderen Alles gaat er volkomen gewoon Inderdaad. Maar dat is nu juist het grote wonder: dat er geen wonderen bij gebeuren Daar gaat een mens lichamelijk naar de hemel, als iets dat vanzelf spreekt. Zo maar Geen enkele bijzondere heerlijkheid omringt de Here Jezus. Voor het zo ver is, onttrekt een wolk hem aan de ogen van de discipelen. Op die ogen wordt nadruk gelegd want het is een lichamelijke geschiedenis. Ze hebben het zlien gebeuren. Dit raakt dan ook ons, als lichamelijke mensen. Het gaat ons aan, zoals wij met heel de stoffelijke wereld verweven zijn. De Elemelvaart is niet alleen: de Zoon des Vaders keert terug naar de heerlijkheid waaruit Hij gekomen was. (Zo vindt u het meest in Johannes' evangelie.) Maar het is ook dit, dat in de menselijke natuur van de Here Jezus, de aardse stoffelijkheid wordt meegenomen. De Heer heeft Zijn lichamelijkheid niet afgelegd. Hij heeft bij Zijn opstan ding Zijn lichaam niet in het graf laten liggen maar het vlees en bloed uit de Maagd Maria gaat de hemel in zonder dat er een kortsluiting optreedt, die dan weer door wonderen 'zou moeten worden verholpen. De Here Jezus verenigd in Zijn Hemelvaart dus hemel en aarde te zaam. Dat kon en mocht Hij doen, omdat Hij God en mens verzoend had, door als Lam van God de zonde der wereld weg te nemen. Er is geen tegenstelling, geen vijandschap meer tussen hemel en aarde. Wel is er nog een afstand. Maar ten eerste is die afstand maar tijdelijk. De gedaante dezer wereld gaat voorbij. Ze is sedert de opstanding van de El ere Jezus verouderd. En de nieuwe gedaante is klaar om geopenbaard te worden. En ten tweede: die afstand wordt voortdurend overbrugd door de Eleilige Geest, die de Heer ons al vast gestuurd heeft. Zo doende bleef Hij bij ons. En houderi wij contact. Totdat Want zoals Elij in Zijn lichaam de aarde heeft meegenomen naar de hemel, zo zal Hij bij Zijn wederkomst de hemel meebrengen naar de aarde. A.D. „cïlaclxt in eelancl Ds. W. H. M. Reinders schrijft uit Tjepu. Dezer dagen vierden we Mohammeds Hemelvaart, tenminste de dag was an ders dan andere: het postkantoor was dicht, alle kantoren en bedrijven waren gesloten. In de sosiëteit van de olie maatschappij werd een lezing gehouden voor de Moslim-leerlingen van alle scholen over Mohammeds Hemelvaart: Op zijn paard Borak reed Mohammed in één nacht van Mekka naar Jeruzalem, waar hij de toch naar de hemel begon bij de El-Aksa moskee. Hij komt tot voor Allah's troon, houdt gesprekken met hem, ontmoet Jezus en Johannes de Doper, Henoch, Aaron, Mozes en Abraham en gaat nog in dezelfde nacht weer terug naar Mekka. Wel bijzonder, dat de verjaardag van onze koningin en de bevrijdings dag zo dicht bij elkaar liggen. Voor mijn gevoel hebben ze ergens met elkaar te maken. Door het vele gebruik is het een uitgesleten zin, als we zeggen dat deze familie is samengegroeid met heel ons volk. Ondanks dat is het wel waar. In de oorlogstijd is dat schaduwloos duidelijk geworden: nederland had een stem, in staat om te zeggen wat ge zegd móest worden. Bewogen, duidelijk en vastberaden: de woorden van Koningin Wilhelmina. Gezien het veelstemmig koor dat we gewend zijn te horen in ons land is dat opmerkelijk en ook een beetje moei lijk. Er zijn vele partijen en elk heeft zijn eigen woordvoerders. Ze zitten doorgaans niet om woorden verlegen. Met als gevolg dat Nederland geen mening heeft. Want we hebben er een hele serie: we zijn niet zonder oorzaak verzuild. Elke groep heeft zijn eigen overtuiging en die lopen mijlenver uit elkaar. We praten over het Nederlandse volk alsof dat een bepaalde eenheid Niet alleen op „Mohammeds Hemel vaart" zijn alle kantoren en openbare bedrijven gesloten, maar ook wanneer de Christenen Jezus' Hemelvaart her denken, gaat alles dicht en hebben ook Moslims en Buddhisten vrijaf. En sinds kort is ook Maria's Hemelvaart een officiële, door de regering erkende feestdag, waarop niet gewerkt wordt, door Moslims evenmin als door Christe nen, voorzover het publieke instellingen betreft. Zo kent Indonesië drie officieël er kende hemelvaartsdagen. Ze hebben me gevraagd, hoe wij in Nederland Hemelvaart vieren. Hoe doen we dat ook al weer is. Waarom eigenlijk Omdat we de zelfde postzegels op onze brieven plak ken en met hetzelfde soort munten betalen Soms lijkt het alsof dat het enige is dat ons werkelijk samenbindt. Want voor het overige hebben we alle maal onze apartigheden die we met vuur verdedigen. Ons volk is helemaal geen eenheid. En daarom is het moeilijk dat we één Koningin hebben. Als symbool van een vrijheid, die ons de mogelijkheid geeft om het in allerlei opzichten niet met elkaar eens te zijn, als draagster van een eenheid die er niet is. En daarom is het begrijpe lijk dat velen zich afvragen waar dat voor nodig is: deze franje, deze wimpel boven onze vlag, deze versiering van ons land. Is dat niet uit de tijd Dit over blijfsel uit vroeger jaren, toen de vorsten werkelijk macht bezaten en regeerden over hun onderdanen Die tijd is name lijk voorbij. Wij zijn geen onderdanen meer, wij zijn landgenoten die door middel van de volksvertegenwoordiging beslissen wat er gebeuren zal. En het enige, wat de vorstin kan doen is ondertekenen wat buiten haar om be sloten werd. Waar is dan deze omhaal voor nodig Wie regeert er ons land Toch is er alle reden om bijzonder zuinig te zijn op deze familie. Omdat op hun schouders een uiterst belang rijke opdracht ligt. Daarom kost het mij geen enkele moeite om koninginne dag van harte te vieren met dankbaar heid. Dat wil ik graag deze week onder strepen. Ik heb namelijk gemerkt dat velen het zich niet bewust zijn. Hoe wel het volstrekt bijbels is en ons allen bekend. Het is waar dat de regeer macht van ons vorstenhuis weinig voor stelt. Maar des te meer nadruk ligt er op de zware opdracht van de recht vaardigheid: de rechtspraak die er voor in staat dat aan elke burger recht ge schiedt. Dat is de basis van onze samen leving. Waar corruptie heerst, waar rechters omkoopbaar zijn en hun eigen belangen najagen, daar scheurt een maatschappij aan flarden. In de oorlogs jaren hebben we daar het een en ander van beleefd, onderworpen aan machts wellust en willekeur. De Koningin heeft de opdracht om ervoor te zorgen dat rechters recht spreken. Wanneer dat niet gebeurt dan heeft ieder de moge- Over een kronkelende binnendijk in Hansweert, omzoomd door een dubbele rij hoge bomen, liepen op de avond van 9 mei 1940 twee militairen. Zonder te spreken en schijnbaar overgegeven aan eigen gedachten, wan delden zij langzaam voort. Het was een mooie voorjaarsdag ge weest en de laatste stralen van de on dergaande zon uit een wolkenloze hemel, trachtte tevergeefs lange schaduwen te tekenen op het frisse groen van het jonge gras. Een enkele meikever zoemde op zoek naar een partner, onder het elke dag meer ontwikkelende bladerendak. De wandelaars waren Jan van Dalen van het motorkorps en Kees van Dam me van de verbindingsdienst, beiden enige maanden te voren toegevoegd aan staf 38 R.I. De laatste had zijn vriend in ver trouwen genomen en hem verteld wat hem de hele dag had bezig gehouden. Het was een zonderlinge boodschap, die hij de vorige nacht, toen hij telefoon- wacht had, van het regimentsbureau op kreeg en die bestemd was voor de bataljonscommandant, majoor Noorde loos. Het had geluid: „mocht onverhoopt door bijzondere omstandigheden de verbindingen met andere eenheden ver broken zijn, is iedere commandant ver plicht die maatregelen te nemen, die in het landsbelang noodzakelijk zijn". „En", vervolgde de telefonist zijn mededeling, „hier heb ik de hele dag over lopen denken, want ik begrijp de bedoeling hier niet van, wij die zover van de grens verwijderd zijn, en goede en gemakkelijke contacten hebben met andere compagnieën". Want dat er parachutisteneenheden gevormd waren in andere landen en bij het zich voor een Blitzkrieg klaarge maakt volk gereed stonden om te sprin gen, wisten zij niet. lijkheid om eigenhandig te schrijven naar Soestdijk. Men kan in beroep gaan bij de Kroon en wanneer daar reden voor is dan blijft dat niet zonder ge volgen. Dan wordt de zaak onderzocht en grondig ook. Persoonlijk heb ik daar iets van meegemaakt in de tijd dat ik als legerpredikant in militaire dienst was. Elke soldaat heeft het recht om als dat nodig is, te schrijven aan Prins Bernhard, de inspecteur Generaal van de Landmacht. Als die soldaat gelijk had, dan kreeg hij gelijk, zonder meer. Dat was voldoende bekend. Dat is on betaalbaar en dat heeft alles te maken met de vrijheid die wij vieren gaan. Omdat dit betekent dat ons de moge lijkheid gegeven is om onszelf te zijn binnen de bescherming die de wetten ons geven. Daar zorgt de familie Oranje voor en dat is uitermate belangrijk. Als wij geen Koningin hadden, dan moesten wij er zeker een zoeken, als ombudsman, die boven de partijen staat, die ervoor zorgt dat recht is, voor ieder. Want als dat ontbreekt, dan is er geen vrijheid meer. Dat heet slavernij. En we zijn veel te blij dat we daarvan verlost zijn Daarom heeft 30 april te maken met 5 mei. Dat is feestelijk J.P.D. door Jan van Westhove. Toen het bijna geheel donker ge worden was, besloten beide wandelaars een kopje koffie te gaan drinken in het vroegere verenigingsgebouw, waar nu het christelijk militair tehuis tijdelijk in ondergebracht was. Reeds bij het binnentreden bemerkten zij, dat er enkele tientallen aanwezig waren. De meesten zaten aan de kleine tafeltjes in de kranten of tijdschriften te lezen, terwijl er anderen aan het dammen waren. Ook zaten er een paar brieven te schrijven. Nadat zij een poosje met enkele andere militairen hadden zitten praten en het voornaamste nieuws uit enige kranten gelezen hadden, werd plotse ling de buitendeur geopend en stapte de plaatselijke Ned. Herv. predikant binnen. Zij begrepen, dat het kwart voor tien was en dat deze dominee, zo als iedere avond, de dagsluiting kwam verzorgen. De schrijvers maakten snel hun brief af, de dammers beëindigden huil spel en de lezers deden de kranten of tijd schriften dicht. De aanwezigen vriendelijk groetend liep de binnengekomene naar het po dium en ging achter een eenvoudig les senaartje staan. Hij haalde een zak bijbeltje uit zijn binnenzak, bladerde er even in en lei het toen geopend voor zich neer. Hij schraapte de keel terwijl hij zijn ogen over de aanwezigen liet dwalen. Het leek alsof hij dit deed om daarmee stilte te verzoeken. En inderdaad, dit onuitgesproken ver zoek werd ingewilligd, iedereen zweeg en scheen in afwachting naar de bood schap die hij zou brengen. Toen klonk: „vrienden, a.s. zondag zal het Pinksteren zijn, het feest van de uitstorting van de Heilige Geest. En daarom wil ik een paar verzen lezen van Johannes, die de woorden van de Here Jezus in zijn evangelie weergegeven heeft, die Hij in de nacht toen Hij ver raden werd, gesproken heeft over de Trooster die Hij zou zenden. Door de doodstille zaal klonk toen de met klankvolle stem voorgedragen woorden: „Uw hart worde niet ontroerd; gij gelooft in God, gelooft ook in Mij. In het huis Mijns Vaders zijn vele woningen... Ik zal u niet als wezen achterlaten... Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een anderen Trooster geven, om tot in eeuwigheid bij u te zijn. Want Ik leef en gij zult leven..." En in het dankgebed, dat volgde haalde de biddende predikant de woor den van de profeet Joël aan, over bloed, vuur en rookpilaren. Noch de dominee, noch de soldaten bevroedden, dat op enkele kilometers van onze grens, de vijanden zich gereedmaakten om over enige uren deze verschrikkingen over ons land uit te storten. Op 17 april j.l. kwamen dokter G. J. Onvlee en zijn gezin in Nederland aan. Het oudste zoontje (12 jaar) is al van af 1968 hier, zodat nu het gezin her enigd is. Dokter Onvlee vertrok in januari 1957 voor de eerste keer naar Indonesië, waar hij sindsdien als zendingsarts aan het ziekenhuis „Lende Moripa" in Waika- bubak, was verbonden. Hij zal niet naar Sumba terugkeren. Zijn taak in het ziekenhuis is overgenomen door de sumbanese arts Lapoe Moekoe. Voor het eerst werd de leiding van een zieken huis aan een sumbanese arts overge dragen. Het eiland Sumba met 300.000 in woners, telt slechts drie artsen. Er zijn twee ziekenhuizen met resp. 90 en 100 bedden. Het tweede ziekenhuis, „Lindi Mara" in Pajeti, staat onder leiding van de indonesische arts Dwi Santosa Ro- hadi. Mej. Toeset en mej. Erkelens zijn beiden als verpleegster aan deze zieken huizen verbonden. Gestreefd wordt naar kleine poliklinieken, zodat meer mensen kunnen worden geholpen. De slechte wegen bemoeilijken namelijk het vervoer van patiënten. Bovendien kun nen deze poliklinieken worden gebruikt als consultatiebureau voor zuigelingen, zodat de hoge kindersterfte krachtiger kan worden bestreden. Het voorlopige adres van dokter On vlee luidt: Torenlaan 64, Laren N.H. Op 23 april hoopt de heer H. van Triest met zijn gezin voorgoed in Ne derland te arriveren. De heer van Triest is sedert maart 1968 in Kigali (Rwanda) als bouw kundige werkzaam geweest. Tweede persbericht. Het programma van de Hogeschool dag op 14 mei a.s. in de Burgwalkerk te Kampen is als volgt. Prof. Dr. G. P. Hartvelt, de huidige rector, zal na de opening om 10.15 uur, een toespraak houden over de tegen woordige, zich snel ontwikkelende gang van zaken aan de THHK. Over het hoofdthema „VERNIEU WING EN CONTINUÏTEIT, criti- sche beschouwingen over de ontwikke ling van het Gereformeerde leven" zal Prof. Dr. J. T. Bakker, eveneens tijdens de morgenvergadering, een referaat houden. Hij zal in het bijzonder de kerkelijke en theologische aspecten van het onderwerp toelichten. Tijdens de middagvergadering spreekt Zijne Excellentie B. Roolvink, minister van Sociale Zaken en Volks gezondheid vanuit de politieke situatie over het hoofdthema. Er zal ruime ge legenheid tot discussie geboden wor den. Alle belangstellenden zijn van harte welkom op deze Hogeschooldag. dcinelvaattziLect Al heeft Hij ons verlaten, Hij laat ons nooit alleen. Wat wij in Hem bezaten is altijd om ons heen als zonlicht om de bloemen een moeder om haar kind teveel om op te noemen zijn wij door Hem bemind. Al is Hij opgenomen, houdt in herinnering, dat Hij terug zal komen zoals Hij van onsging. We leven en vertrouwen dat wij zijn majesteit van oog tot oog aanschouwen zullen in eeuwigheid. T. W. Schulte Nordholt.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1970 | | pagina 1