Vrouwen zending thuisfront J-Utóen KARISIMBI uit 6e keRken honqensnooó op suttiba NIH/U/S der geslachten Kerknieuws Offïcieëie berichten zij nog niets gepresteerd hebben en misschien leeft in hun hart de angst dat zij nooit iets zullen bereiken. En nu bedreigen zij zichzelf en proberen het ons ook te doen, door te laten schijnen dat zij zo belangrijk zijn. En het tra gische is, dat zij met klachten komen over hun ouders, hun opvoeders, hun leraren, hun leiders in het politieke leven, waarvan volgens hen niets deugt". ,,Ik zal de laatste zijn om te beweren dat zij soms geen gelijk hebben". ,,Wij zijn inderdaad in veel tekort geschoten". ,,Maar waren wij het vroeger altijd eens met de leiding van onze ouders en anderen, die ons tot dit leven moesten vormen Even zweeg hij totdat hij zachter aanving: ,,ik beklaag deze jongens en zou hen uit de grond van mijn hart willen toeroepen: wanneer je iets van het leven wilt maken, doe dan gewoon, gedraag je zoals het behoort. Want wanneer je door blijft gaan met die rare manier van protesteren en je denkt daar mee iets te bereiken, dan ben je er ge heel naast". ,,Ik zou het ieder van hen persoonlijk wel willen toeroepen, wat ons vroeger ook voorgehouden werd: „verbeter de wereld, maar begin bij je zelf". „Maar dan op een wijze dat je niet uit de toon valt". De deur van de consistorie werd ge opend en dat was weer het teken voor de sprekers om te zwijgen. Jan van Westhove Op dinsdag 18 nov. werd verleden jaar de provinciale vergadering ge houden van het V.Z.T. Zeeland. Ik ben er zelf niet geweest en kan dus geen verslag uitbrengen maar ik kan niet nalaten, nu ik het verhaal ge lezen heb van de rapporten en de be sprekingen op deze vergadering, mijn grote bewondering uit te spreken voor deze prachtige organisatie. In alle stilte wordt door honderden zusters geweldig veel werk verzet. Tal van draden lopen er heen en weer van het VZ.T. naar de zendingslanden. Allerlei persoonlijke contacten worden onderhouden. Hierdoor wordt het aan de mensen in de frontlinie duidelijk,dat de zending geen zaak is van „deputaten voor de zending" alleen en ook niet alleen van geld, dat bijeengebracht moet worden. Maar zending is een zaak van de gemeente. Van het gemeentelijke mee leven en van de voorbede. Omdat echt te kunnen, moet men een beetje op de hoogte zijn. Het woord „zending" is zo 'n groot woord. Precies een briefje van duizend, dat uitgeteld moet worden in dubbeltjes en kwartjes. Pas wanneer de kerkmensen hier weten van de moeilijkheden van de kerkmensen daar, kunnen ze meeleven en er voor bidden. Hierdoor wordt het pas een echt thuisfront. Deze dingen zijn ook aan de orde gekomen op de vergadering in Goes. Ik moet hier twee namen noemen: allereerst mej. Van der Marei, die vol gend jaar naar Rwanda zal gaan als animatrice, gangmaakster bij de opzet en de uitbouw van het gezinswerk. En als tweede mej. De Klerk, die haar werk als landelijk secretaresse van het V.Z.T. begonnen is. Dat is dus de op- jutter in de zendende kerken. De aanwezigheid van deze twee ani- matrices drukte een stempel op deze vergaderting, hoewel natuurlijk Ds. Seegers boven iedereen uitstak. Van groot belang was wat er gezegd werd over gebedskringen De presidente stelt de vraag aan de orde of er naast alle financiële akties ook door middel van gebedskringen met het zendingswerk wordt meegeleefd. Dit blijkt heel weinig te gebeuren. In een enkele plaats zijn er groepen, die geregeld bij elkaar komen om zich op het zendingswerk te bezinnen door met elkaar te bidden en te praten over het werk. De algemene klacht is, dat dit werk moeilijk van de grond komt, mede doordat jonge vrouwen hier weinig voor blijken te voelen. De presidente vraagt de correspon dentes zich toch eens op deze vorm van meeleven met het werk te bezinnen, na te gaan of het werkelijk niet mogelijk is om in de eigen plaats met een groepje bij elkaar te komen om geregeld over het zendingswerk te praten en er voor te bidden. Lectuur, die bij een gesprek goede steun kan betekenen, is o.a.: Flitsen van Ds. Overdulve in de Zeeuwse Kerkbode; Het Zendingsblad; „Contact"; Gebedsbrieven, maandelijkse uitgave van het Zendingscentrum, aan te vragen via een briefkaart aan het Zen dingscentrum, kosten eenmalig 2.50 als entreegeld; „Ga je mee naar de gebedskring", een boekje, uitgegeven door het Zendings centrum, kost 2.20; „Oriëntatie '69", een overzicht van de zending in Nederland, uitgegeven door het Zendingscentrum, 4. „Missionair Panorama", verschijnt 4 x per jaar, uitgave van het Zendings centrum, ƒ2.— per jaar. Informatiemateriaal genoeg dus om te proberen met elkaar over het hart van het werk te mediteren. A.D. CJI VAN DE Er waaien vanuit Europa geruchten over naar hier, als zou „ontwikkelings hulp" in zijn, en „zending" ongeveer uit. Of ook wel: werelddiakonaat is in, en zending, nou ja, niet helemaal uit, maar toch. Nu zijn we voorstanders van ont wikkelingshulp; maar we snappen de tegenstelling niet. En evenmin de tegen stelling tussen werelddiakonaat en zending. In beide gaat het concreet om de totale mens, of het is niet goed. We horen van die of deze groep, die graag iets doen wil, iets concreets, een cpn- creet projekt dat aanspreekt. Nee, men wil niet zomaar in het algemeen aan „de zending" geven, maar men wil „een projekt". Eerlijk, we krijgen er pijn in onze buik van. Want met al dat soort zgn. concrete projekten zit men vaak ver naast de werkelijke nood. Natuurlijk moet er hard gewerkt worden aan sociale gerechtigheid, aan economische vooruitgang, aan verbete ring van de levensomstandigheden. Maar juist daarom kunnen we niet volstaan met alleen maar wat materië le bijstand. Wat nodig is, is een diep gaande en indringende omzetting van het hele leven vanuit het Evangelie. En daar zijn we als Kerk verantwoordelijk voor. Diakonaat en zending zijn geen concurrenten, maar zijn de twee handen van de kerk, van de Here Jezus, die worden uitgestoken naar de mens, de totale mens in zijn eigen situatie. Maar elke hand heeft zijn eigen functie, en de éne hand moet niet proberen te doen wat de andere hoort te doen. Het is ontegenzeggelijk, dat de zending lang zamerhand allerlei diaconale taken heeft gekregen, zoals b.v. medisch werk of schoolwerk. En het is de vraag, of de tijd niet langzamerhand gekomen is, om tot een herverkaveling te komen. Allerlei lasten houden de zending af van haar eigenlijke taak en opdracht, lasten die van de ene hand in de andere zouden kunnen overgaan. U wilt een concreet projekt Hier hebt U er één: vormingswerk in de breedst mogelijke zin, geestelijke toe rusting van de christen en van de ge meente. Het is dringend concreet. Josien en Kees Overdulve. Op het Indonesische eiland Sumba heerst een ernstige hongersnood, omdat de oogst mislukt is. Oorzaak hiervan was de ongunstige regenval van dit jaar en een daardoor ontstane ratten- plaag. Voor eerste hulp zorgt inmiddels het gereformeerd werelddiakonaat uit Nederland, dat rijst en mais van Midden-Java naar Sumba laat tran sporteren. Ook wil het werelddiakonaat in samenwerking met Amerikaanse kerken voedseloverschotten uit de Ver enigde Staten naar Sumba verschepen. In ruil voor het voedsel zet de be volking van Sumba zich in voor de aanleg van verbindingswegen naar de hoofdweg van het eiland, die op het openblik in reparatie is. Daardoor wordt het binnenland beter bereikbaar en economisch minder kwets baar. Hongersnoden teisteren Sumba gemiddeld om de vier jaar. Wanneer de dorpen beter bereikbaar zijn, kan men meer doen om de nood te bestrijden en te voorkomen. Bij deze wegwerken is door het werelddiakonaat ingezet de weg- en waterbouwkundige W. van Rij, dit in samenwerking met de Sumbanese kerk. Voor deze extra hulp, die ten goede komt aan enige tienduizenden mensen op Sumba, heeft het Algemeen Diako- naal Bureau te Utrecht zijn gironummer - 2211 - opengesteld. Financiering uit de aanwezige fond sen is namelijk niet mogelijk, omdat het werelddiakonaat over 1969 reeds een begrotingstekort van een half miljoen heeft. NAAR HONG-KONG De directeur van de jeugdherberg aan de Kloveniersburgwal te Amster dam, de heer J. W. Kleyn, is door het gereformeerd werelddiakonaat benoemd in de leiding van het centrum voor vluchtelingenkinderen Rennies Mill te Hong-Kong. Zijn speciale opdracht is de opleiding van groepsleiders uit Hong- Kong zelf voor de centra Rennies Mill en Holland Hostel, waarin ongeveer 250 vluchtelingenkinderen van 4 tot 17 jaar zijn opgenomen. Ook mevrouw Kleyn zal hierbij als jeugdzorg-des kundige worden ingeschakeld. De huidige directeur van Rennies Mill in FIong-Kong, de heer David Taylor krijgt hierdoor de gelegenheid om nieuwe plannen uit te voeren voor de opzet van soortgelijk werk voor de vluchtelingenjeugd in Vietnam. Hierbij is ook het gereformeerd werelddiakonaat betrokken. De praktijk-ervaringen uit Hong-Kong kunnen zodoende ten goede komen aan de Vietnamese vluchte lingenjeugd. Het gereformeerd wereld diakonaat is al bijna tien jaar werkzaam bij de hulpverlening in Hong-Kong. Beroepen te Barendrecht, te Appin- gedam, te Winsum-Obergum, te Win terswijk, te Oosterholde en te Rotter dam-Zuid: G. Snel te Oude Bildtzijl, die geen verdere beroepen in over weging kan nemen; te Wormerveer: J. v. Loo te Marum; te Halfweg- Zwanenburg: G. Snel te Oude en Nieuwe Bildtzijl. Aangenomen naar Gerkesklooster- Stroobos: C. Moens te Friesepalen- Siegerswoude; naar Dussen-Meeu- wen: kand. Drs. P. H. L. Lo te Wor merveer, die bedankte voor Schagen, Echten en Hasselt. Ds. H. A. MUNNIK OVERLEDEN Op 85-jarige leeftijd is emeritus-pre dikant Ds. H. A. Munnik overleden. Ds. Munnik (geboren in Amsterdam, studie aan de V.U.) werd in 1909 pre dikant. Hij stond in Fijnaart, Bun schoten, Barendrecht en van 1919 tot zijn emeritaat in 1956 in Zwolle. In het gereformeerde kerkelijke leven heeft Ds. Munnik jarenlang een voor aanstaande plaats ingenomen. Hij was lid van verschillende generale synodes en praeses van die van Zwolle in 1946. Hij was voorzitter van het blinden instituut Sonneheerdt in Ermelo en be kleedde diverse functies voor de zen ding op Soemba. In het bijzonder moet hier gememo reerd worden zijn bemoeienis met Hon garije. Hij was jarenlang deputaat voor steunverlening aan Hongaarse studen ten. De theologische faculteiten van Boedapest en Debreczen verleenden hem daarvoor een ereprofessoraat. Ook was hij erelid van de Hongaarse predi kantenvereniging. PROF. SCHEP Prof. Dr. J. A. Schep, emeritus-hoog leraar aan de opleidingsschool van de Reformed Churches of Australia in de plaats Geelong heeft zich aan zijn kerk verband onttrokken. De classis Victoria van de Reformed Churches heeft zijn leer over de doop met de Heilige Geest veroordeeld. Prof. Schep is bekend, niet in de laatste plaats in ons land, waar hij gereformeerd predikant is geweest in Dronrijp, Bolnes, Bussum, Drachten, Assen en Schiedam. Hij had zijn leer kenbaar gemaakt in enkele boekjes. Bij de afkeuring van de classis was de stemmenverhouding dertien tegen zes. Voor de hoogleraar stemden Ds. P. Oppelaar en Ds. T. J. Hagen te Melbourne, vroeger Deventer. Aan een verzoek van de classis zijn leer niet naar voren te brengen kon Prof. Schep niet voldoen. Hij meent, dat de Reformed Churches de gewetens boven Gods Woord stellen. In mei 1970 zal er een synode worden gehouden. NIEUWERKERK (Duiveland) 1. Het nieuwe jaar is al lang weer be gonnen. Ouderen, laten we luisteren naar die stem: „Ween niet, de Leeuw uit Juda's stam heeft overwonnen", dat is Christus. En, jongeren, als zeg je misschien „ik heb geen houvast, waar is God zie ook op Christus, hij heet: Immanuel, d.i. God met ons. Is God dan niet heel dicht bij Ik wens u allen Gods zegen (Lees Openb. 5:5). 2. Zieken: br. Eerland mocht thuiskomen uit het ziekenhuis Br. C. N. Syrict moet naar het ziekenhuis Zierikzee. We vernamen ook dat zr. Kodde, Oos- terland, naar een ziekenhuis is in Goes, St. Joanna ziekenhuis en we hopen dat u daar weer wat herstel mag ontvan gen onder Gods zegen, en u een ge slaagde operatie toegewenst, br. Syriër! Het is een tijd van veel zieken. De Here helpe allen er weer door heen, groot of klein. 3. Jonge Jeugdappel. Het is ons voornemen om met de meisjes en de jongens van de clubs weer een avond te beleggen, met ouders, familie en belangstellenden. D.V. op woensdagavond 21 januari, in ons vergaderlokaal, 's avonds half acht. 4. Oosterland. Toegelaten tot het afleggen van Openb. belijdenis des geloofs: Cor- nelis van der Linde en Cornelia Elisa beth v. d. Linde-Capelle. Indien geen bezwaren zijn ingebracht zal deze D.V. plaats hebben zondag 25 januari, 's mid dags 3 uur in Oosterland. We hopen zulk een dienst ook nog vóór ons a.s. vertrek (alles D.V.), in Nieuwerkerk te- hebberi. 5. Tenslotte: allen, maar inzonderheid eenzamen, ouden en zieken, bedroefde en beproefde mensen een vriendelijke groet. God zij u een helper. Nieuwerkerk. J. H. Becker. CLASSIS THOLEN De raad van de Gereformeerde Kerk van Anna Jacobapolder roept de kerken in de classis Tholen op tot het houden van een classisvergadering op 4 febr. 1970 om 19.00 uur te Bergen op Zoom, Bolwerk zuid 34. Stukken voor het agendum dienen uiterlijk 21 januari a.s. aan de actuarius toegezonden te zijn. Voor de kerkeraad, P. L. Bolier, scriba. WESTKAPELLE Het adres van de scriba v. d. Geref. Kerk te Westkapelle is met ingang van 1 - 1 - 1970: De heer J. Kloosterman, Stationsweg E 22 B, Westkapelle. Het adres voor de regeling van de predikbeurten blijft: De heer M. de Witte, Vikingstraat 2, Westkapelle, telefoon 01187-481. BETALING ABONNEMENTSGELD 1970, ZEEUWSE KERKBODE. Het betalingstermijn voor het abonne mentsgeld voor het eerste halfjaar is weer aangebroken. Wij verzoeken alle lezers niet meer per aangeboden kwitantie of per kas, maar per giro te betalen. Ook de lezers die altijd via Boek handel Fanoy betaalden worden verzocht niet meer per kwitantie, maar 5.te storten op giro 19522 t.n.v. Boekhandel Fanoy, Middel burg, of per kas. Wegens de stijgende incassokosten bij de P.T.T. zijn we genoodzaakt 1,25 incassokosten te berekenen per halfjaar, wat gemakkelijk kan bespaard worden door 5,voor het eerste halfjaar 1970, voor het gehele jaar 1970 10,op giro rekening 42280 te storten vóór 1 februari 1970. 25) door Jan Lourense Dat antwoord is menens geweest. De volgende dag al zegt moeder Janna: „We moeten er eens over praten, zo gauw mogelijk, en spijkers met koppen slaan". „Voelt moeder voor het idee?" vraagt Johan stralend. „ja. Maar we moeten praten. Bettekee moet er bij zijn. En mijnheer Savenije. En zou Adri morgenavond vrij kunnen krijgen Weet je natuurlijk niet. Probeer het eens". „En Sinke „Nee, Sinke in dit geval niet. Het gaat over financieën, Johan. Als dat niet zo was, zou ik mijnheer Savenije ook niet vragen". De volgende avond zit het viertal in de huis kamer bijeen. Adri heeft helaas geen vrij kunnen krijgen, want mijnheer en mevrouw moeten zelf uit. „Kijk eens, het gaat hierover. Als Johan trouwen gaat - o neen, Bet (want die zet grote ogen op) dat is morgen nog niet en over een maand ook niet - dan verlaat ik de zaak. Dat heb ik al lang besloten. Ik dacht dan een huis, niet te groot, te kopen. Nu gaat buurman Hage naar zijn zoon in Vlissingen. Dat huis komt dus leeg. Misschien wordt het verkocht, dat moeten we afwachten. Als het verkocht wordt heeft Johan voorgesteld, dat wij het kopen. Dan wilde hij de winkel ver groten. Die wordt dan practisch eenmaal zo groot. De muur moet dus uitgebroken worden, nu ja, er moet worden verbouwd. Dan ga ik achter het nieuwe gedeelte van de winkel en er boven wonen en Johan en Adri blijven in dit huis. Het blijven dus twee woningen met dit verschil, dat de winkel over beide panden loopt. Wat dacht u daarvan, mijnheer Savenije „Ik heb met bewondering zitten luisteren. U hebt dat goed bedacht. Dan is u uit de zaak en toch vlakbij". „Ja, maar ho even, ik heb het niet bedacht, 't Is een idee van Johan, waar ik achter sta. Financiëel is er geen bezwaar, wel Deze vraag tot Savenije. „O nee. En de zaak wordt er beter van: heeft veel meer waarde". „Wat, dacht u, zou dat huis waard zijn U als notarisklerk heeft er wel kijk op". „Pertinent durf ik dat niet zeggen. Ik zou het eerst moeten zien, alvorens een schatting te kunnen doen". „Nu ja, zo ongeveer". „Tja, zo 'n zesduizend gulden, denk ik". „Daar komt de verbouwing bovenop. Johan wil een moderne winkel en daar heeft hij gelijk in. En..." „Met de deur in het midden, aan weerskanten een etalage", valt Johan haar in de rede. „Je hebt het al aardig voor elkaar", grapt Savenije. „Maar ik zou zeggen: je kunt dat beter aan een architect overlaten". „Dat is van later zorg, meent moeder Janna. „Ik zei dus, dat er een winkel komen moet en aan het huis, dat ik dan ga bewonen, zal ook wel het een en ander moeten gebeuren. En dan moet er in de bakkerij een hete-luchtoven..." „Moeder" roept Johan. „Ja, als we toch moderniseren, moet dat ook, jongen. Je vindt het wel erg, ik weet het..." Er wordt hartelijk gelachen. Maar dan: „Mijnheer Savenije, zo komt er een flinke hap in ons kapitaal. Acht u het verantwoord „Geen enkel bezwaar, juffrouw Israël". De notarisklerk spreekt nooit van vrouw Israël. De notaris zelf trouwens ook niet. „Ik dacht het ook niet, maar wilde graag uw mening. Zouden we niet een globale begroting kunnen opmaken „Ik weet niet, juffrouw. Maar 't is te proberen". „De bedragen aan de hoge kant vaststellen. Liever geen tegenvallers", zegt moeder Janna. „Tja, van bouwen en verbouwen heb ik weinig verstand. Dus alles is vrijblijvend". Hij neemt een vel papier uit de tas, die hij bij zich heeft en zij gaan aan het cijferen. Het enige vaststaand bedrag weet Johan. Dat is de bouw van de oven. Heeft hij in Vlissingen naar geinfor- meerd. Als zij een heel voorlopige indruk gekregen hebben van het benodigde geld, zegt Bettekee nuchter: „En nu weten we niet eens, of het huis wel verkocht zal worden. Het kan ook verhuurd worden. Dan hebben we ons blij gemaakt met een dooie mus". „We moeten het huis hebben zegt Johan fel. „Ik kan nu wel zeggen, dat de ouwe Hage cliënt van ons kantoor is... nee, dat helpt ons niet verder. Hij kan het wel aan iemand verkopen en dan de notaris komen voor de overdracht. En dan zoudenwe achter het net vissen". Het is even stil. „Ziet u geen kans... aarzelt Johan, de vraag niet voltooiend, omdat mijnheer Savenije de hand opsteekt. „We behoeven toch warempel niet geheimzinnig te doen", zegt hij". Als u het goed vindt, ga ik morgenavond naar Vlissingen en die zoon eens polsen. De ouwe man val ik liever niet lastig". „Dat is een goed idee", vindt moeder. HOOFDSTUK 2 Twee dagen later komt Savenije bescheid brengen. Het is inderdaad de bedoeling de woning van de ouwe Hage te verkopen. De zoon in Vlissingen is eerst wat terughoudend geweest. Savenije heeft zich natuurlijk bekend gemaakt en toen heeft Hage jr. gevraagd, wat hij of de notaris er mee te maken had. Hij wilde proberen, het huis aan iemand te verkopen. Lukte dat niet, dan zou het publiek worden geveild en dan pas had hij de notaris nodig. De man was van opinie veranderd, toen hij vernam, dat Savenije de woning voor een ander wilde kopen. O, daarover viel te praten. Maar hij wilde dan toch wel weten, wie die ander was. (wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1970 | | pagina 2