eeuwóe 3£erkbocle In iiienioriaiii lis I. Wentsel Toen God dan eindelijk kwam et* tlted leeR ons alzo onze öaqen aftellen Boeken zijn geen luxe 18 DECEMBER I960 23e jaargang No. 24 OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERK IN ZEELAND. Hoofd-RedacteurDr. A. DONDORP, Gapinge, Telefoon (0 1189) 4 70. Redactie en medewerkers J. A. v. Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen; Ds. M. V. J. de Craene, St. Laurens Drs. A. Elshout, Koudekerke *S2S52& Dr. P. C. Kraan, Vlissingen; Ds. G. S. Oegema, Arnemuiden; Dr. J. H. Becker. Nieuwerkerk; „ik worstel Drs. M. Beinema, Middelburg; Ds. C. W. de Bruijne, Goes, en ontkom" Adres voor opgave advertenties en predikbeurten Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg. Abonnementsprijs 5.per halfjaar bij vooruitbetaling. Advertenties 20 cent per mm. Bij abonnement lager. Losse nummers 15 cent. Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, tel. 24 38 Giro no. 4 22 80 ,,'t Was nacht in Bethlem's dreven Een schone, stille nacht Twee dingen zijn na die nacht op aarde gebleven. Het licht en het lied. In die stille, donkere nacht, was er opeens het hemelse licht en het hemelse lied Het was toen maar kort, het was nog niet „de hemel op aarde" maar het was het begin. De engelen gingen terug naar de hemel nadat ze de boodschap gebracht en 't loflied gezongen hadden. Maar het licht bleef schijnen in de harten van de herders en het lied zong door. Nooit en door niets is dat lied tot zwijgen te brengen en geen macht van de wereld kan dat licht doven. De mensen hebben het lied van Zacharia, Maria en Simeon overgenomen. Onze moeders leerden ons zingen: „Daar is uit 's werelds duistere, wolken" en „Stille nacht". We zongen het allang vóórdat we de woorden begrepen. Wij leerden het weer aan onze kinderen en we zongen bij het orgel (dat had je vroeger nog) tot we er schor van waren. Zij leerden het weer aan hun kinderen. Want het lied gaat door De kerk is een zingende kerk. Hebt u er wel eens over nagedacht wat een wonderlijk verschijnsel dat eigenlijk is In alle dorpskerken, in grote steden: in alle landen en in alle talen. Daar zitten naast elkaar: ouden en jongen, rijken en armen geleerden en een- voudigen, jongens en meisjes en allemaal zingen ze het zelfde lied. Er wordt gezongen in de eredienstbij onze doop, bij onze belijdenis, aan de avondmaalstafel, bij onze huwelijksbevestiging, als we geknield neerliggen, bij onze begrafenis wordt er nog gezongen Het lied gaat mee van wieg tot het graf. Dat lied werd gezongen in de catacomben, in de gevangenissen en in de concentratiekampen. Tot voor het Duitse vuurpeloton, waar jongens van 19 en 20 jaar zongen: „Dan ga ik op tot Gods altaren". Ze hebben het lied hier op aarde niet uitge zongen. De laatste regels zongen ze in de Triumferende Kerk. „Die na kortstondig ongeneugd. Mij eindeloos verheugd. De kerk blijft zingen. In 't woeden aller tijden is nooit het lied verstomd". De Heiland zong met z'n discipelen voordat ze naar Getsemané gingen. „Nadat ze de lofzang gezongen hadden 't Lied golft de eeuwen door. Het zal blijven klinken totdat de hemel voorgoed op aarde komt. Dan zal „Heel de aard één loflied wezen". J.S.T. Nog vrij onverwacht, overleed donderdagavond 4 december, Ds. B. Wentsel, emerituspredikant van Ridderkerk, in het Zweeds Rode Kruisziekenhuis te Zierikzee. Ds. Benjamin Wentsel werd ruim 81 jaar. De predikant, die voor zijn opname in het ziekenhuis, nog zeer vitaal was, vierde 15 juni j.l. zijn vijftig-jarig ambtsjubileum. Ds. Benjamin Wentsel werd op 3 juni 188 in Amsterdam geboren, en studeerde aan de Theologische Hoogeschool te Kampen. Zijn eerste gemeente was de combinatie Nieuwendam-Zunderdorp, waar hij 15 juni 1919 als predikant werd bevestigd. Na ruim drie jaar vertrok hij naar Ridderkerk, om daar 37 jaar als voorganger op te treden. Nadat hem met ingang van 1 oktober 1959 eervol emeritaat was verleend, heeft hij nog bijna tien jaar zijn gaven en krachten aan de kleine (gescheurde) kerk van de Gereformeerde kerk te Brouwershaven gegeven. Ds. Wentsel heeft een veel bewogen leven achter zich. Hij werd o.m. twee keer weduwnaar. Tijdens zijn leven heeft hij veel werk op zich genomen, en ontzettend veel ontwikkelingen meegemaakt. Hij was de enigste overlevende die de ineen- smeltingssynode van 1892 waar de Gereformeerde Kerken en de Christelijk Gereformeerde Kerk van voor 1892 elkaar vonden meemaakte. Hij werd toen door zijn moeder als vierjarige knaap naar die synode meegenomen. Ds. Wentsel was jarenlang lid en voorzitter van de ring Rijsoord van de Vereniging voor Hoger Onderwijs op Geref. Grondslag. In het deputaatschap van de partikuliere synode van Zuid-Holland-Zuid ging een stimulerende invloed van hem uit, waardoor hij menigmaal tot voorzitter werd gekozen. Hij was voorts lid en later voorzitter van de Stichting Prov. Gereformeerd Wees huis Middelharnis, gevestigd te Wassenaar. Tijdens zijn verblijf in Ridderkerk werd de gemeente Slikkerveer geïnstitueerd waarbij hijzelf zeer nauw bij betrokken was. Van grote betekenis is geweest, het werk dat Ds. Wentsel voor de Gereformeerde Kerkbode (Classis Baren- drecht e.o.) en de Zeeuwse Kerkbode heeft gedaan. Hij was van beide bladen vele jaren redakteur en redaktie-lid. Bekend zijn van hem zijn vele gedichten, die regelmatig onder peudoniem van B. Lestnew in de Zeeuwse Kerkbode verschenen. Zijn grote interesse in het Zendingswerk bracht hem tot afge vaardigde in de R.V.S. in Baarn( Raad van Samenwerking). Als aktief predikant heeft hij ook zijn volle aandacht besteed aan de particuliere en generale synode, laatste in Utrecht, waar hij zelfs tweemaal secundis is ge- geweest (1959). Na zijn emeritaat verhuisde hij met zijn vrouw, op zeventig jarige leeftijd naar Brouwershaven. Op Schouwen-Duiveland diende hij o.a- de Classis Zierikzee als deputaat van de Zending en was voorts dep. ad artikel 53, hetgeen inhield: de funktie van het bijwonen van voor-examens in de provincie, en heeft zelf ook veel peremtoire-examens meegemaakt. Door zijn verscheiden is een markante figuur uit de Gereformeerde Kerken heengegaan. In leven was hij „er nog één" van het oude stempel, die het Woord op hedendaagse wijze bracht, en die vocht voor eenheid in de Kerk en zijn leven lang eucumene in de meest letterlijk zin van het woord, bedreef. Met blijdschap en verwachting greep ik naar het boekje van Dr. J. J. Buskes: „Zin en onzin van Kerstfeest"Uitgave ten Have 4,90). 't Is maar een klein boekje, een beetje precies uitgegeven, maar de inhoud is geweldig, 'k Wou dat alle mensen het lazen, christelijke en onchristelijke. Buskes heeft het zeldzame charisma om de meest ouderwetse vromen èn de losgeslagen twijfelaars met zijn ge tuigenis te raken en te boeien. De zin van Kerstfeest..., het is duide lijk wat Buskes daarmee bedoelt. De onzin is, wat wij er van hebben gemaakt. Wanneer u dit leest vervalt ineens de tegenstelling tussen horizontale en verticale prediking. Goede prediking is beide tegelijk. Ik ben dankbaar dat God aan mijn oude vriend zoveel vitaliteit blijft geven. Het blijkt waar, wat Geesink zei: het geheim van jong blijven is gebed, studie en humor. WAT ZAL IK MEENEMEN? Wanneer u een zieke in het zieken bezoek op zoekt, vraagt u zich af: wat zal ik eens mee nemen Een bloemetje Wat fruit Weet u wat - neem eens een boekje mee. B.v. de nieuwe uitgave van „Filippus". Die heet: „als er bezoek is". Het werd geschreven door Ds. E. I. F. Nawijn te Barchem. Een boekje, speciaal bedoeld voor hen, die in een ziekenhuis verpleegd worden. Het omvat 62 pag., terwijl tussen de geschreven tekst ook liederen, gedichten en foto's werden opgenomen. Bij een bezoek aan een patient kunt u het als geschenk overhandigen of toe zenden. (laten toezenden). Prijs per ex. 2,50 (incl. porto en BTW). Na storting van dit bedrag op giro 53312 t.n.v. Geref. Traktaatgenoot schap Filippus", Novalieweg 2, Hattem (tel. 05206-26 30) wordt het u direct ter kennismaking toegezonden. Voor verspreiding bij aantallen boven 10 ex. gelden lagere prijzen. A.D. TI Het is onder ons gewoonte geworden om af te geven op de T.V. en te klagen over al de slechte invloeden van die kijkkast in de kamer. Zondermeer is het duidelijk, dat hier grote gevaren zijn. En het is nodig de mensen te waarschuwen. Maar de andere kant mogen we daarom toch niet vergeten. Ik wil wel eerlijk zeggen, dat ik erg blij ben met dat ding. Daarom vond ik het prettig in Opdracht en Dienst, het orgaan van onze mannenverenigingen een artikel te lezen van Dr. O. Jager. Hij schrijft daarin over de invloed van de massa media. - Hij noemt o.a. 5 pluspunten van de T.V. - en daarna een aantal negatieve dingen- Ik volsta hier met de positieve kanten, die Dr. O. Jager als volgt formuleert: Vaak worden de massamedia ten on rechte aangeklaagd. 1. Men zegt dat de overdaad aan ge weld in tv-programma's de jeugdcri minaliteit deed toenemen. Maar on derzoekingen hebben aangetoond dat agressieve uitzendingen meer als uitlaatklep fungeren dan als stimu lans. 2. Het is onjuist, als men telkèns weer de massamedia de schuld geeft, als het gaat over domheid en luiheid en oppervlakkigheid van de massa. Elke dominee kan wekelijks bij cate chisanten konstateren hoe de t.v. juist een prikkel is om naar méér al gemene ontwikkeling te verlangen. Wat zij weten over het wereldge beuren, weten zij dankzij het jour naal. De t.v. heeft bij velen het lezen bevorderd. De t.v. opent nieuwe werelden waar men méér weten wil. De t.v. ver ruimt de blik op de politiek, de kunst en de wetenschap. Toneel en ballet drongen door op het calvinistische platteland. Door de t.v. kwam er in de kerken een herleving van de litur gie. 3. Amusementsprogramma's worden vaak als oppervlakkig afgedaan, maar zij zijn belangrijker dan de se rieuze mensen vermoeden die er de schouders over ophalen. Men reali seert zich weinig, hoe belangrijk de rol is die de ontspannende funktie van radio en t.v. kan spelen in een geindustrialiseerde maatschappij. Wat wordt er al niet afgereageerd in het ,,Hiep hiep voor die Swiep", waarin ouderen als kinderen worden 4. Dat de t.v. bij voorkeur gebeurte nissen toont die sensationeel zijn, spreekt vanzelf. De massamedia proberen het opvallende te regi streren. Wat gelijk blijft, valt niet op. Alleen wat verandert en in beweging is, trekt de aandacht. Daarom komt een provo eerder in het beeld dan een gepensioneerd ambtenaar. Maar dat wil niet zeggen dat het ontstaan van de provo's aan de t.v. te wijten is. De t.v.-commen- tatoren begeleiden wat er gebeurt. zo is dat dan geweest: een vrouw die baart een man die doeken vouwt en het kind in een krat dat was dan dat de kraamkliniek was overvol de vroedvrouw juist afwezig de arts was vrij van dienst die nacht zijn plaatsvervanger weggeroepen en 't kind. lag in het stroo dat was dan zo toen God dan eindlijk kwam in Jezus - zoon der maagd, bleek overduidelijk: niemand had om hem gevraagd niemand zond naar Bethlehem een brief of telegram een kaartje of wat bloemen en niemand had er tijd geen enkel ogenblik niemand - en dat was ik Jaap Zijlstra 5. Zij laten zien hoezeer wij ons in een overgangsfase bevinden. Als wij dat niet willen zien, mogen wij onze wrokgevoelens niet op de t.v. af reageren. De t.v. staat er buiten, want de t.v. staat er midden in. Prof. Kwant schreef: ,,De communi catiemiddelen spelen wel degelijk een rol bij de struktuurveranderingen van de samenleving. Ik zou ze echter willen zien als de kanalen waardoor heen de gemeenschappelijke opinie vorming zich voltrekt. De massa media versnellen dit proces, maar ze zijn er niet de oorzaak van". Men moet van de massamedia niet eisen dat zij in godsdienstige uitzen dingen doorlopend oproepen tot be kering en de antwoorden die men al lang kent steeds weer onderstrepen. Men moet niet tegen de massamedia aankijken als tegen iets dat een alibi verstrekt: ,,'t Zit goed met het geloof, want het zit ook op de buis". Maar de omroeporganisaties moeten ook niet als uitgangspunt nemen dat niemand een t.v. koopt om bepreekt te worden en dat buitenkerkelijken toch niet luisteren naar godsdienstige uitzendingen. De NCRV besteedt 5 tot 8% van haar t.v.-zendtijd aan religieuze programma's: ongeveer evenveel als de kerkgang, het bijbel lezen en bidden in een christelijk ge zin. A.D. Kerstromantiek Het Amerikaanse TIME van 14 november had een korte notitie over het komende kerstfeest. De Amerikanen moeten zoals u weet ons 5 decem- ber-feest missen. Maar 20 dagen later slaan ze ons met stukken. In het berichtje stond, dat de wel varende Amerikaanse burgers weldra zullen beginnen met het jaarlijkse vrolijk-commerciële aftellen van de koopdagen voor kerstmis. En daarmee verwees dit blad ironisch naar het af tellen van de start van ruimteraketten van Cape Kennedy. U weet wel: hoe veel nachtjes nog slapen Voor de werklozen in de getto's van de grote steden,zegt het bericht verder, is dit het seizoen van de kruimeldief stallen. Ook zij willen cadeautjes voor hun kinderen. Maar een militante organisatie voor burgerrechten in St. Louis probeert daar een stokje voor te steken. Deze goed- willenden hebben pamfletten en aan plakbiljetten verspreid waarin zij zich richten tot de armen met de slagzin: Houd op met dat stelen voor kerstmis Een bestuurslid, een zekere juffrouw Betti I 6FS Green, gaf daarbij als toelichting: „Blanke politieagenten en hun kogels weten niet dat jouw dochter een pop of jouw zoon een fiets voor kerstfeest wil hebben. Wij beklemtonen dat een kind de liefde en de zorg van speelgoed harder nodig heeft dan speelgoed en snuisterijen op kerstdag". Steeds meer mensen krijgen last van de manier waaop de westerse wereld het kerstfeest viert. Vooral de jongeren houden het niet meer uit bij de zoetig heden en de twinkellichtjes. Zij protes teren met anti-kerstfeesten. Niet uit af keer van de boodschap van Christus, maar juist om die onder het engelen haar en de imitatie-sneeuw uit te halen. Wij zijn voorlopig nog niet los van alle valse kerstromantiek. Wij zullen de grootste moeite hebben om aan de dwang van onze omgeving te ontkomen. Maar wij hopen dat het onbehagen groeit. Want Lukas heeft de be doelingen duidelijk weergegeven als hij rapporteert over het lied dat de ge boorte van het Kind bezingt als de komst van de vrede op aarde voor mensen van Gods welbehagen. Gods welbehagen gaat onmiskenbaar uit naar de getto's en de armen, niet naar de welvarenden en hun verwende kinde ren. A.T.B. in Kerkbode voor Noord-Bra bant en Limburg.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1969 | | pagina 1