^^eeuwóe 3£erkbocle Jitanic Het lied van de goede tijding GELOOF EM ARBEID c~>ct-ila d IN NOOD idewccLeté- cjevtaacj-d OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERK IN ZEELAND. Hoofd-RedacteurDr. A. DONDORP, Gapinge, Telefoon (0 1189) 4 70. Redactie en medewerkers Ds. B. Wentsel, Brouwershaven J. A. v. Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen; Ds. M. V. J. de Craene, St. Laurens Drs. A. Elshout, Koudekerke Dr. P. C. Kraan, Vlissingen; Ds. G. S. Oegema, Arnemuiden; Dr. J. H. Becker, Nieuwerkerk; Drs. M. Beinema, Middelburg; Ds. C. W. de Bruijne, Goes. Adres voor opgave advertenties en predikbeurten Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg. 27e JAARGANG No. 4 24 JULI 1969 „Ik worstel en ontkom" Gods mede-arbeiders zijn wij. 1 Corinthiërs 3 9. Dat is iets geweldigs, dat wij, nietige mensen, met niemand minder dan met God mee mogen werken Niet om Hem een handje te helpen. Maar het is Gods welbehagen ons werk in te schakelen in Zijn werk. Daardoor ook is ons werk niet ijdel in den Here (1 Cor. 15:58). Maar dit woord van Paulus kan ook betekenen - en ik meen, dat dit eigenlijk zijn bedoeling was - dat alle mensen en zeker alle christenen met elkaar samen moeten werken. Paulus en Petrus, Luther en Calvijn zijn medewerkers met elkaar en samen staan ze in dienst van God. Wij werken niet ieder afzonderlijk in de dienst van God. En niemand heeft in zijn eentje de wijsheid in pacht. Juist dat SAMENWERKEN is zo iets moois. In een orkest heeft iedereen zijn eigen instrument en zijn eigen partij en samen laten ze zich leiden door de dirigent. En ook wie maar weinig gaven heeft, doet mee. Want met elkaar zijn we allen arbeiders van God. Alleen als mede-arbeiders maken we iets moois. Er stond eens iemand te kijken naar een stel metselaars, die aan het werk waren. Hij vroeg aan één van hen: wat doe je eigenlijk De metselaar zei: dat zie je toch, ik metsel de ene steen op de andere. Hij vroeg het aan een ander en kreeg te horen: o, ik ben bezig aan een stuk muur. Toen hij aan een derde metselaar vroeg: wat voer je uit kreeg hij te horen: wij bouwen huizen. Let op het meervoud: wij. Zoals deze man, zulke mensen, zulke mede-arbeiders, kan God gebruiken. A. D. Abonnementsprijs 5.per halfjaar bij vooruitbetaling. Advertenties 20 cent per mm. Bij abonnement lager. Losse nummers 15 cent Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, tel. 24 38 Giro no. 4 22 80 Enkele weken geleden sprak men voor de radio over een opiniepeiling onder de leden van het C.N.V. Daarbij kwam deze vraag naar voren: wat betekent uw geloof voor uw werk Het antwoord was, dat velen bij hun werk niets hadden aan hun geloof. Zo'n antwoord zet je toch wel even aan het denken Al weet ik wel, dat zo'n peiling van gevoelens vaak een gering percentage betreft. Men schijnt toch wel geschrokken te zijn in de kringen van het C.N.V., gezien de reactie's, die ik las. Geen wonder Maar de vraag lijkt mij gewettigd, of hier de schrik, het be rouw, niet wat laat komt. Sinds jaar en dag is men er mee bezig, ook van Christelijke kant, de mensen te stuwen naar een materialis tische levenshouding. Beheerst niet het loonzakje en het deel van de welvaart veler denken en streven Zodat het werk alleen een middel wordt tot het doel, en niet meer gezien wordt als een roeping van God Het is wel tekenend, dat men juist in deze tijd alle grenzen wil wegdoen tussen Christelijke en niet-Christelijke organisatie's. Nu denk ik maar niet alleen aan het C.N.V. Ons werk is een Goddelijke opdracht. Een taak, waarin de mens vreugde mag hebben, omdat hij tot eer van zijn Schepper mag bezig zijn. Dit is van meetaf aan ook het uitgangspunt van het C.N.V. geweest, al weet ik wel, dat daarbij het streven naar sociale ge rechtigheid gewettigd is. Werken een oorzaak van Vreugde Ik begrijp het wel: het is voor een wer ker in de fabriek, die dagelijks maar die ene handeling heeft te doen, heel moeilijk om het zo te zien. Hij kan dat alleen als hij die een tonige handeling ziet als een deel van het geheel, waaraan hij mag mee werken. Ons werk is door de vloek onze zonde geworden, de smart onzer handen. Maar ook deze smart der handen is in Christus geheiligd. Stel ik het nu te idealistisch voor, als ik zeg, dat we ook in onze arbeid Zijn medewerkers mogen zijn. Om van uit Zijn opdracht de aarde te bewerken en te onderwerpen. De vrees lijkt me niet ongegrond, dat juist hier het manco ligt. Alleen die God, die met de opdracht ook de kracht wil geven tot het vol brengen, is de enige stimulans om er ook alles van te verwachten, ja, er vreugde in te scheppen. Als dat ontbreekt, verliest de arbeid haar zin. Ons geloof - als men daar nog van spreken mag - wordt dan een verpieterd plantje, dat bij gebrek aan voeding op sterven na dood is. Ver schraling van het geestelijk leven, zo noemden we dat enkele jaren geleden. Geestelijke voeding hebben we nodig, meer dan brood. Dat geldt ons leven als gezin in de eerste plaats. O.a. het heiligen van de dag des Heren. We leven in een tijd, waarin men wat meewarig lacht om die stoere .mannen-broeders", waarover Ben van Chaam schreef in zijn gelijknamig boek. Die meewarige lach komt men ook in dit boek tegen. Die stoere mannen uit de twintiger jaren. En zeker, er waren toen heel wat misstanden, waardoor het stoere be-- lijden verdonkerd werd. Maar dit ene wil ik met nadruk stellen: men leefde bij Gods Woord. Als gezin begon men de dag bij de opengeslagen bijbel. Waar wordt dat nog gevonden We menen het veel te druk te hebben en vormen als gezin zo weinig een eenheid, ook in die dingen. Maar intussen ver armt ons, geestelijk leven en verliest het zijn beslag op ons leven en werken. Hoe begin ik de dag Dat is een vraag van het grootste belang. Van Luther is bekend, dat hij de meeste tijd aan de omgang met zijn God besteedde, naarmate hij het drukker had met zijn werk. Tijd dus om samen te bidden en te danken, vóór de werkdag begint. Hier ligt de bron van kracht, die we enkel tot onze eigen schade kunnen ver waarlozen. Nog een facet wil ik noemen en niet het geringste. Voor onze werkweek begint, staan de deuren van de kerk wijd open. Daar worden we verwacht om samen God te dienen, Zijn lof te zingen en - zoals onze vaderen het uitdrukten - teerkost te ontvangen op de weg des levens. Wat hebben we hiervan gemaakt in onze welvaartstijd Een ieder steke de hand in eigen boezem. Dit is zeker: we verlaten niet on gestraft de weg, die God ons wijst. Hier ligt de taak voor de kerk in de eerste plaats. Want de mensen, die tot deze gedachte kwamen, zijn gedoopt. En wat nog meer zegt: mensen, die eens hun geloof hebben beleden. Een taak vlak bij, omdat de zielen verkommeren. Vlak bij de bron van levenswater. Een taak voor de prediking en voor de persoonlijke zielszorg op het huisbezoek. Wijs ik nu niet te veel naar de kerk Is er ook niet ons aller persoonlijke verantwoordelijkheid Ja, dat wel in de eerste plaats. Want wat wil de kerk, als wij het zoeken buiten haar en als schapen worden, die de Herder lieten roepen En wat is een schaap alleen in de woestijn van het leven Reddeloos verloren Beseffen we dit wel goed In dit verband wil ik een gedachte, die me bezig houdt, hier neerschrijven. Wanneer wij hier in het Westen het hebben over de vervolging van de kerk, dan kijken we naar het Oosten en naar Rusland. Vooral de laatste is dan de eerste die genoemd wordt. Hebben we wel voldoende door, dat de Satan bezig is het hier te proberen als een engel des Lichts. Langzaam weekt hij ons los uit de hechte om heining van Gods Woord. En houdt ons de geneugten van de welvaartsstaat Onlangs was er door middel van de T.V. in de huiskamer een film te zien over de ondergang van de Titanic, het zeekasteel dat in 1912 schipbreuk leed. Deze ramp maakte indertijd een ge weldige indruk. Ik las, dat dit het laatste was van de vorige eeuw. Nu heeft men dat ook gezegd bij de begrafenis van Koningin Victoria: een eeuw werd ten grave gedragen. Historici van hun vak rekenen de duur der 19e eeuw tot de eerste wereldoorlog 1914-18. Ik was nog maar een kleine jongen, maar ik herinner me levendig de schok, die het gaf. Actuele dominees hielden er actuele preken over en vergeleken de Titanic met de ark van noach. Ze zagen in de ondergang van de Titanic het oordeel van God over de hoogmoed van de mens, die zich veilig waande door z'n technisch vermogen. Op de film heb ik niet gehoord dat de scheepskapel Nader tot U, mijn God" speelde tijdens het zinken. Maar het was er misschien wel, want ik ben een paar keer van het toestel weg geroepen. In ieder geval maakte indertijd dit verhaal een geweldige indruk. Dit Engelse gezang was ineens populair. Het was natuurlijk een zeer aan- voor ogen, zoals eens aan Eva in het paradijs. Die mooie vrucht, een lust voor de ogen, maar een verboden vrucht. Stel ik de dingen nu verkeerd voor Het is mogelijk, dat U dit meent. Maar ik bedoel het zo: God is niet tevreden met de tweede plaats in ons leven. Zijn dienst en het leven uit en bij Zijn Woord moet het eerste zijn. Hierbij denk ik aan de gelijkenis van de verloren zoon. De vader laat hem gaan. Met zijn kapitaal. Zonder hem terug te houden. Maar elke dag kijkt hij uit of de jongen niet terug komt. God wil een vrijwillig volk. En Hij wacht - dat is Zijn grote genade - of misschien een zoon of dochter de voos heid van het leven buiten Hem heeft leren zien. En vlucht in de armen van de Vader. Nog is het het heden der genade. D.w.z. een korte tijd. Morgen kan het nacht zijn want ons leven is maar kort. Of de dag van de Zoon des Mensen is daar Zalig, die Zijn voetstappen hoort, luistert en Hem verwacht. En onze arbeid is niet ijdel in Hem. L. Geschiere, Zoutelande. grijpende film, maar ik moest voort durend denken en telkens zeggen: ,,dit wordt gespeeld, dit is niet echt". Het was allemaal wel heel erg ge dramatiseerd: de één bleef tot het laat ste moment rustig zitten lezen, de ander bedronk zich. Een clubje heren ging door met kaartspelen, een pas getrouwd stel bleef in elkaar verdiept alsof er niets aan de hand was. De schepelingen waren helden enz. enz. Het was allemaal net-echt en daar door onecht. Ik vind het - nu ik er over nadenk - slecht, om dit vreselijke drama te spelen. Ik was gegeneerd deze dood strijd aan te zitten kijken. Liever had ik er een beschouwing over gehoord met de nodige achter- grond-gegevens en cijfers. Nu bleef het in de sfeer van de sensatie. Vreselijk vond ik aan het slot dat vrome dankgebed met en voor de men sen, die gered waren. Zonder een woord over al die anderen, die niet waren gered. Ik heb ergens gelezen dat het per centage van de eersteklas passagiers, die gered werden, veel en veel hoger was, dan dat van de tussendeks passa giers. De reddingsboten - er waren er De oogst staat te rijpen en wordt binnengehaald. Laten we bidden om volle schuren, maar ook volle harten, die overvloeien van dankbaarheid voor Gods zegen én om royale handen, die geven aan minder-bedeelden, dichtbij en ver weg. veel te weinig - waren voor de vrouwen en kinderen van de rijken be stemd. Het klasseverschil was bepalend voor leven en dood. Afschuwelijk. Wat dat betreft is het te hopen dat de ondergang van de Titanic de onder gang van de vorige eeuw betekend heeft. A. D. De scriba's moeten er voor zorgen, dat er ook in de vacanties iedere zondag een dominee is. En juist in die vacanties zijn de dominees weg. Ze zitten in het buitenland of ergens aan zee en men ,,kent en vindt hun standplaats zelfs niet meer". Dat is de nood van de scriba's. Scriba's van vacante kerken weten er alles van. Hun nood is chronisch, het hele jaar door. Maar in de vacantie- tijd wordt die nood acuut. Vroeger bleven de meeste dominees- met-vacantie in het land en waren blij, in ieder geval hun vrouwen, als er een extraatje bij kwam. Want vacantiegeld bestond tot voor kort niet. Maar tenslotte heeft de welvaart ook de pastorieën bereikt. Veel predikanten zijn in de zomer niet meer te bereiken. Of ze voelen zich aan hun eigen Kerk, die vacantiegeld betaalde, ver plicht om zó consequent te rusten, dat ze geen preekverzoeken kunnen aan nemen. En die scriba's maar telefoneren, met als gevolg, dat ze zich moeten be helpen met emeriti. Of met gewilligen, die geen nee kunnen zeggen en die dan drie, vier, soms vijf maal preken moeten. Daar komt dan ook nog het strand werk bij met zijn morgenwijdingen en avondsluitingen, waar je nu ook weer niet elke predikant voor zetten kunt. Deze moeilijkheid wordt natuurlijk hoe langer hoe erger. Dat kun je op je vingers uitrekenen: in de vacantie neemt het aanbod af en de vraag neemt toe. Hoe moet dat Om iets te verhelpen moet je, dacht ik, eerst weten, waar de fout zit. Die fout zit m.i. in het feit, dat één ambt in onze Kerk zich veel te veel heeft ontwikkeld en de andere ambten in hun ontwikkeling zijn achtergebleven. Om van het ,,ambt aller gelovigen" nog maar te zwijgen. De dominee is gehypertrofeerd: hij is het waterhoofd in ons kerkelijk leven Als ik opgebeld word door scriba's, die soms denken dat mijn familie on uitputtelijk is in het leveren van predi kanten, en nee moet verkopen, verwijs ik hen naar mensen, die in staat zijn, een dienst te leiden, ook al zijn ze dan geen dominee. Een leesdienst dan Ja en neen. Toen ik eens in een Engels dorp een kerkdienst bijwoonde, werd er ge preekt door een Dr. so and so. Ik vond het een buitengewoon stich telijk en leerzaam woord. Eenvoudig en fris gebracht. Na de dienst - zo eigenwijs was ik wel - ging ik die Ds. groeten en be danken. Daarbij vroeg ik naar het onderwerp van zijn dissertatie. Hij was nml. gepromoveerd. Het antwoord verstond ik niet. Het was een hele lange scheikundige for mule. De man was Dr. in de scheikunde. Mij bleek toen, dat in die kerk academisch gevormde broeders of andere ontwikkelde lieden, een preek- consent konden krijgen van de classis. Daarvoor hadden ze een theologisch Vertel aan alle volken vertolk in ieder land, dat God de mensen liefheeft, Hij reikt aan elk de hand. Breng overal ter wereld de waarheid aan het licht: de Koning is gekomen die ware vrede sticht. Als minste van de mensen geboren in een stal, is Hij het die de hemel op aarde brengen zal. Hij schenkt de zondaar gratie en doet de arme recht, Hij heelt die was gebroken, bevrijdt die was geknecht. Hij roept niet op de straten en schreeuwt niet op het plein, Hij noodt ons aan zijn tafel, deelt met ons brood en wijn. Vermoeiden en verdrukten, bij Hem is ruimte en rust. Hij schenkt u levend water, kom, drink naar hartelust. JAAP ZIJLSTRA. V__

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1969 | | pagina 1