geeuwde 3
Muren scheppen ruimte
BERICHT
Theol. Hogeschool Kampen
Hiet in de dommel
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERK IN ZEELAND.
Hoofd-RedacteurDr. A. DONDORP, Gapinge, Telefoon (0 1189) 4 70.
Redactie en medewerkers Ds. B. Wentsel, Brouwershaven J. A. v. Bennekom, Middelburg Dr. A. Boom, Vlissingen;
Ds. M. V. J. de Craene, St. Laurens Drs. A. Elshout, Koudekerke
Ds. W. H. Gispen, Terneuzen; Dr. P. C. Kraan, Vlissingen;
Ds. G. S. Oegema, Arnemuiden; Dr. J. H. Becker. Nieuwerkerk;
Drs. M. Beinema, Middelburg; Ds. C. W. de Bruijne, Goes.
Adres voor opgave advertenties en predikbeurten Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg.
23e JAARGANG No. 42
14 MEI 1969
..Ik worstel
en ontkom"
0nó verótand en é^odó openbaring
„Toen opende Hij hun verstandzodat zij
de Schriften begrepen"Lukas 24 45.
Wij zeggen wel eens, dat het ware teven met God opbloeit aan het einde
van de eigen weg. Op de gruzelementen van het eigen leven wordt het leven
met de Hete opgebouwd.
Jezus zegt: wie zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen, maar
die zijn leven verloren heeft om mijnentwil, die zal het vinden.
Wie met Jezus onderweg is, wordt telkens opgewekt, af te zien van zich
zelf. Het leven met Jezus is een zich gewonnen geven aan de Overwinnaar.
Het is een volgen zonder vragen. Een gaan achter Jezus aan, in het ver
trouwen: de Heer is mijn Herder.
Leer mij volgen, zonder vragen.
Maar er zijn toch zoveel vragen en problemen tegenwoordigWe zijn
toch ook geen struisvogels! Je moet toch ook je tijd verstaan. Als van u
verklaard kan worden, dat u een open oog heeft voor de problemen van
deze tijd, dan is dat toch een gunstig getuigenis. U moet toch ook met de
dingen bezig zijn. U moogt toch niet doen, alsof er niets aan de hand is.
U léést toch öök wel eens wat. En u hóórt wel eens het één en anderU
bent er toch wel eens mee bezigWant u staat toch midden in deze tijd.
En u hééft toch een open oogDat kon men ook van de discipelen van
Jezus zeggen. Ze waren er mee bezig
Waarmee Met de dingen van h u n dagen. Met de gebeurtenissen rond
Jezus lijden en sterven. Ze waren bezig met het vraagstuk omtrent Jezus
van daar - en - toén En beslist niet zonder geloof, 't Was allemaal zo
onbegrijpelijk
Er gingen geruchten, dat Hij was opgestaan. Maar er bleven vragen,
want zij zagen Jezus nog niet, zoals ze Hem moesten zien. Hun over
leggingen cirkelden nog te veel rond de gebeurtenissen van de laatste dagen.
Rond het eigentijdse Jezus...., hun verstand kon er niet b ij
Ze zagen Hem niet in het licht der profeten. Daar lag nog een schaduw
voor hen over de persoon van Jezus. En hoe meer ze er mee bezig waren,
hoe groter hun twijfel werd.
Ze hadden wel een open oog voor de problemen van h u n dagen Voor
jproblemen en vragen rond Jezus En ook over het bericht van zijn opstanding,
o ja, ze zaten er v o l van, maar het ware licht over de Christus
der Schriften ging hen nog voor b ijHet w a s er wel, maar het moest
nog dóór breken
Hun ver stand stond hen nog in de weg. Dat verstand was daar nog
voor gesloten. Jezus hadden ze wel in het vizierEcht, ze waren
in t e n s met Hem bezig, maar er was méér nodig, om Hem te zien in
zijn ware gestalte van de Christus der Schriften.
Jezus zegt in Joh. 5 tegen de Joden, dat die Schriften het zijn, die
van Hem getuigen. En ook hier, wijst Jezus zijn discipelen op zijn woorden,
die Hij vroeger tot hen gesproken heeft. Mozes, de profeten en de Psalmen
moeten vervuld worden.
Toen opende Hij hun verstand, zodat zij de Schriften begrepen. Jezus
zelf schoof een dik gordijn weg. En toen Jezus dat deed, viel er open-
baringslicht over al hun vragen rond Jezus. Over hun problemen van hun
eigen dagen, waar zij zo mee zaten.
Over zijn prediking, zijn wónderen, zijn lijden en sterven. Maar ook
over zijn opstanding. Want Gods Gezondene stond b ij hen als de Christus
der Schriften. Als het Licht der wereld. En inééns ZAGEN ze het.
Alzo moest het geschieden.
Jezus opende hun verstand.
Zij mochten de Schriften begrijpen en zij leerden van Jezus om te volgen
zonder vragen.
Ons verstand kan een gor d ij n zijn
Here, schuif dat gordijn aan de kant opdat uw licht valt over de problemen
van onze dagen. Toon ons Uw heerlijkheid. In Llw licht zien wij hei
licht.
Oostkapellc. L. HARTILOLT.
f-s
Abonnementsprijs
5.per halfjaar
bij vooruitbetaling.
Advertenties
20 cent per mm.
Bij abonnement lager.
Losse nummers 15 cent.
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
In de discussies tussen hervormden
en gereformeerden gaat het gesprek
telkens weer over de grenzen van de
Kerk en, over de verhouding tussen
volk en kerk.
Bekende termen als „volkskerk" en
„vaderlandse kerk" kom je dikwijls
tegen.
Daarom moeten wij ons - dacht ik -
eerst bezinnen op
de waarde en hei gevaar van
nationaal besef
Wat bedoelen we eigenlijk, als we
spreken over „ons volk" Is dat een
werkelijkheid Of is het waar, dat we
vier Nederlandse volkjes hebben: een
prot. christelijk, een rooms-katholiek,
een socialistisch en een liberaal volkje?
De beruchte vier zuilen (vgl. de vier
radioverenigingen)! is er nog zoiets als
een nationale eenheid?
Het antwoord op deze vraag hebben
we in de jaren van de Duitse bezetting
gegeven. Wat moeilijk onder woorden
te brengen is, hebben we diep beseft
en beleden: de verbondenheid van het
éne Nederlandse volk.
Het is vooral de gemeenschappelijke
historie, die een groep mensen tot een
volk maakt.
De betekenis van het nationale besef
mag zeker niet onderschat worden. Het
staat tegenover een vaag internationalis
me en een cosmopolitisme, dat geen
enkele verantwoordelijkheid oplegt.
Maar het nationale besef mag ook
zeker niet overschat worden, vooral niet
door christenen, die opgevoed zijn bij
het Woord: „de aarde is des Heren".
Alle chauvinisme is belachelijk. Om
nog maar van imperialisme te zwijgen.
Een Duitser zei eens tegen mij, dat
hij jaloers op ons was, omdat wij woon
den in een klein land. Een klein land
heeft weinig of geen last van de ver
leidingen van het militarisme en het
imperialisme.
Het is ook dwaas om het nationale
besef met een godsdienstig sausje te
overgieten en een volk, natuurlijk het
eigen volk, te verabsoluteren en er een
bijzondere godsgedpehte in te vinden,
die aan andere volken ontbreekt. Dit
is niets anders dan een vals messianis
me.
Men denkt God uit de natuur recht
te kunnen kennen. Uit de natuur van
het volksleven en van de historie. Veel
Duitse christenen zijn hier ingetrapt.
Want dat wordt „natuurlijk" een af
god. En niet de levende God, die Zich
in zijn Woord openbaart.
Een volk is wel product van Gods
verborgen wil (de historie), maar is
geen openbaring van Gods wil.
Het volk staat wel onder Gods be
loften en Gods bevelen, maar kent die
beide alleen uit het Evangelie van
Jezus Christus, dat door de kerk ge
predikt wordt.
Een volk in een volk.
Het lijkt iets gemakkelijker te om
schrijven, wat de kerk is. Al zullen we
juist deze werkelijkheid nooit geheel
in onze woorden kunnen opbergen.
Zeer bekend en ook heel bruikbaar is
laar Wet ^eloojcle t^and.
Wij eten weer het bitter brood
om te gedenken aan de dagen
dat Gij Egypte hebt verslagen
met de verschrikking van de dood.
Engel des doods, ga ons voorbij.
Zie op het bloed dat als een teken
aan onze deurpost is gestreken.
Engel, ga onze deur i oorbij.
Wij eten haastig in de nacht
kruiden en ongezuurde broden.
Wij doen wat Gij ons hebt geboden,
wij eten 't lam door ons geslacht.
Wij staan reisvaardig tot de tocht
naar 't goede land van Jakobs kindren.
Geen Rode Zee kan meer verhindren
die van de dood zijn vrijgekocht.
Doe Gij ons door het water gaan
en laat uw wolkkolom ons richten,
uw vuurkolom ons 's nachts verlichten
Maak onze voet een vaste baan
Neem onze reisstaf in uw hand
en wijs ons weer, als in de dagen
dat Gij Egypte hebt geslagen,
de weg naar het beloofde land.
MUUS JACOBSE
de definitie van Luther: de vergadering
der ware Christ-gelovigen.
Ouder is de naam: gemeenschap der
heiligen.
In deze uitdrukking zijn twee tegen
stellingen verbonden.
Want „heilig" betekent (niet: zonder
zonde, maar) apart, afgezonderd, uit
gezonderd van de grote hoop.
Deze afgezonderden, deze aparten,
vormen een gemeenschap. Een nieuw
volk. Deze a-parten behoren bijeen, en
vormen dus een volk IN een volk.
Niet een vereniging, maar een volk,
omdat ze bestaan als gezinnen en niet
als vrijgezellen.
Er heeft dus een afzondering plaats
gehad, een afscheiding van het geheel.
De grenzen van de genade zijn niet
dezelfde als die van de natuur. Daar
om is de kerk geen nationale grootheid
zonder meer.
Paulus schrijft dan ook aan de uit
verkorenen te Efeze enz.
Identificatie van kerk en gekerstend
volk.
Geldt dit nu ook wat betreft het
christelijke Europa En het christelijke
Nederland Het is nu toch wel heel
anders dan ten tijde van Paulus, toen
de gemeenten zich moesten handhaven
in het grote heidense keizerrijk van
Rome
Men heeft dat inderdaad sinds de
overgang van keizer Constantijn tot
het Christendom, als heel anders ge
zien.
Niet alleen keizer Constantijn werd
christen, maar het romeinse rijk werd
christelijk. En dat laatste wellicht meer
dan het eerste.
Het gehele volk behoorde nu tot de
kerk. Zo is het gebleven in de tijd der
middeleeuwen. De reformatie heeft die
gedachte vastgehouden. Heel het volk
behoorde bij de kerk. Nederland moest
een gereformeerde natie wezen. Alle
Nederlandse kinderen werden gedoopt.
De grenzen van kerk en volk vielen
samen.
Bij de kerstening door Karei de Grote
werden Friezen en Saksers en bloc tot
leden der christelijke kerk gemaakt.
Ze moesten wel. Ook de hervorming
werkte niet veel anders. En zo ontstond
de idee, dat Nederland een Calvinistisch
land was.
Wat heeft Prins Willem van Oranje
een last gehad van de gereformeerde
dominees, toen ze eisten, dat de over
heid alle valse religie zou uitroeien
Vergelijk het ongewijzigde art. 36 van
de Ned. Geloofsbelijdenis.
En onder de valse religie werd natuur
lijk de roomse kerk verstaan.
Dit vermengen van de grootheden
kerk en volk is funest.
De overheden werken nu eenmaal
met bepaalde machtsmiddelen. Met
stokken achter de deur.
En daarmee wordt het Evangelie niet
gediend. Integendeel.
Wie vroeger geen lid was van de
vaderlandse kerk, stond buiten alle
publieke baantjes.
Jongelieden mochten pas mee naar
partijtjes, als ze aangenomen waren,
enz.
Het is duidelijk: als op die manier
de grenzen van kerk en volk samen
vallen en ieder kind op grond van de
christelijkheid der natie recht heeft op
de doop, dan verliest die doop zijn
betekenis als onderscheiding van de
wereld.
de doop, dan verliest die doop zijn be
tekenis als onderscheiding van de
wereld.
Van hieruit wordt het verzet van
mensen als Spurgeon en van Barth te
gen de kinderdoop begrijpelijk. Al te
veel werd d'e genade aan de natuur
gebonden. Schepping en herschepping,
historie en evangelie, natuur en genade
vormen geen onoverbrugbare tegen
stellingen, maar identiek zijn ze toch
zeker ook niet.
Bovendien is het psychologisch zo ge
vaarlijk, om mensen buiten hun weten
of tegen hun wens te rekenen tot de
kerk. Ineens zal dan het verzet oplaaien:
dat neem ik niet.
Zo wordt het verbond ont-heiligd en
het geheim der kerk geprofaneerd.
De geschiedenis van de vaderlandse
kerk, gebonden als ze was aan de over
heden en de machten op het natuurlijke
erf, toont ons niet zuinig de verburger
lijking van de tucht, van het diaconaat
en van de liturgie.
Alleen een kerk met eigen grenzen
heeft een eigen stijl.
Sinds keizer Constantijn betekende
de kerstening der wereld de verwereld
lijking der kerk.
De kerk voor het volk.
Maar al dekken de grenzen van volk
en kerk elkaar niet, dat wil niet zeg
gen, dat er geen diepe betrokkenheid
en verbondenheid zou zijn tussen kerk
en volk.
Al verwerpen we de romantische idee
van Nederland als het Israël van het
Westen, nog meer verwerpelijk is de
kerk, die achter hoge en dikke muren
zich terugtrekt, en haar zaligheid
zoekt in het zitten vroom te zijn, zon-
III
Nu moeten toch eindelijk de con
ference's zelf onze aandacht hebben.
Ik ben wel heel lang met de pastor-fi
guur bezig geweest. Ooms zou zeggen
het dominee's-persoon.
Misschien heeft de bespreking me
toch nog wel wat gedaan. Je kunt in
de dommel raken op het kussen van
het ambts-bewustzijn. Dan kan een por
niet anders dan weldadig werken. Je
merkt, dat ook de pastorie hoort bij
de vele huisjes, die branden moeten.
„Trouw" gaf een lang artikel over de
predikanten. Ik herinner me nog een
zin uit de afscheids-preek van Ds. van
Til in de kerk van Een „als ze zo vaak
zeggen, dat dominee's ook maar mensen
zijn, tekent dit, dat er toch wel wat
bijzonders aan hen is".
Op de diaconale conferentie waren
ook de zusters in het ambt. Het P.Z.C.
verslag komt tot de conclusie „vier
vrouwelijke diakenen waren onder de
zes rapporteurs, waaruit bleek, dat de
vrouw in het ambt beslist wel iets te
zeggen had". Vier op de zes - dit kwam
zeker van het nieuwe. De Synode heeft
't niet bedoeld, dat de zusters de meer-
derheidsgroep zouden zijn in de ambte
lijke gelederen. Trouwens, de dame's
in Goes leden niet aan arrogantie en
opdringerigheid. Och, ze moeten ook
maar zo ineens de kunst verstaan om
een ambtelijk gezicht te zetten. En
dame's zijn te eerlijk voor pose. Zo en-
passant moet mij wel de bekentenis van
het hart, dat ik met „de - vrouw - in -
het - ambt" nog niet klaar ben. Is er
niet wat veel aan bepaalde schriftuit
spraken gewrongen om een „ambte
lijke" positie in de kerk voor de vrouw
te rechtvaardigen
Ja, ik weet - zowel het pro als het
contra moet schrift - gebonden zijn. In
een van m'n gemeenten was een broeder
erg tegen het stern-recht van de vrouw
bij de verkiezing van ambtsdragers. Om
twee redenen
le Het kwam van de Socialisten en
2e het was zo onnodig. Op de eerste
stelling gaf hij weinig commentaar.
Maar bij punt twee de brede toelichting.
„Mijn vrouw hoeft niet te stemmen,
Ik hoor van haar altijd wie ik stemmen
moet, En die neem ik dan.
In de wiskunde werk je met axioma's.
Stellingen, die je niet hoeft te bewij
zen. Die zonder bewijs voor je vast-
De Kerkbode verschijnt niet in de
week na Pinksteren. De predikbeurten
van zondag 1 juni moeten dus worden
opgenomen in het nummer van a.s.
week.
De uitgevers.
der zich iets van de wereld aan te trek
ken. Dat is muf en suf en goddeloos.
Het gaat de Here om de wereld.
Gelijk Hij zijn Zoon gezonden heeft,
zo zendt de Here Jezus ons naar de
schare dié geen herder heeft.
Isolement zonder apostolaat is iets
verschrikkelijks.
Apostolaat veronderstelt een afzon
dering.
Maar die afzondering is geen doel.
Als we alleen maar weten van het
isolement (der personen) zijn we geen
kerk meer, maar een secte.
Als het Evangelie wel tot ons komt,
maar niet door ons wordt doorgegeven
aan de wereld, zijn we als de Dode
Zee, waar de Jordaan wel instroomt,
maar niet doorstroomt. Hoe anders is
hét meer van Gennesareth
Zo staat de kerk midden in het volks
leven en voortdurend gericht op het
volk, roepend en waarschuwend, hel
pend en zo het nodig is lijdend,
maar ze heeft een eigen leven, binnen
eigen grenzen.
Een volk groeit uit de natuur, zonder
meer. Van geslacht tot geslacht. De
kerk daarentegen, ja, ze groeit ook uit
de gezinnen en het gaat hier ook van
geslacht tot geslacht, maar de kerk heeft
bovendien een geheim. We staan hier
in het wonder.
Dat geheim is de kracht der kerk.
Het geheim van de verkiezende ge
nade trekt grenzen, zet muren.
Maar muren scheppen ruimte.
A. D.
staan. In de kerk heb je axioma men
sen. Ze hebben het voor zich-zelf ge
makkelijk. Hun opvatting is de énig-
juiste. Ook wel, omdat het vaak een
oude opvatting is. Maar vooral toch,
omdat het hun opvatting is. Dat maakt
elk bewijs overbodig. Je kunt kerkelijk
aan axiomatitis lijden. U kunt het ook
verstarring noemen. Om geen slacht
offer van deze kwaal te worden, is
het een eis van eerlijkheid, dat je niet
elke tegen - opvatting en ieder nieuw
idee bij voorbaat verwerpt. De kerk
leeft niet bij axioma's, de kerk leeft
bij schrift-gegevens. Of nu het pro bij
de toelating van de vrouw tot het ambt
wel voldoende schriftuurlijke dekking
heeft Ik mag echter van het contra
ook geen axioma maken.
G. S. O.
De Theologische Hogeschooldag zal
dit jaar gehouden worden op donder
dag 22 mei, in de Burgwalkerk te Kam
pen, aanvang 10.15 uur. De leiding zal
berusten bij de Curator Ds. A. S. Tim
mer van Rotterdam-Charlois.
Het jaarlijkse overzicht over de gang
van zaken aan de Hogeschool in het
cursusjaar 1968/69 zal worden gege
ven door de Rector Prof. Dr. G. Th.
Rothuizen.
Verder zullen in de morgenvergade
ring optreden de heren Prof. Dr. G. P.
Hartvelt, hoogleraar aan de Theologi
sche Hogeschool en Drs. G. Puchinger,
bekend door zijn gepubliceerde inter
views met vooraanstaande kerkelijke en
politieke personen.
Zij zullen spreken „Over ruimte en
grenzen in de Kerk".
In de middagvergadering, die van
twee uur tot uiterlijk half vier gehouden
wordt, zullen de heren Hartvelt en
Puchinger op vragen van de aanwezi
gen ingaan.
De commissie nodigt hierbij alle ker
keraden uit enkele vertegenwoordigers
te zenden. Zij leeft in de verwachting
dat het bovenstaande programma de
belangstelling van velen zal hebben en
de kerkeraden zich voor het welslagen
van deze dag van de Hogeschool dei-
kerken niet onbetuigd zullen laten.
Namens de commissie tot voor
bereiding van de Hogeschooldag
Prof. Dr. H. N. Ridderbos,
voorzitter;
Drs. J. C. de Moor, secretaris.