4^eeuwöe 3£erkbocle Niet m de dommel Hoe vaak Avondmaal 1 wyjel r ÏMEEKEHD OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERK IN ZEELAND. Hoofd-RedacteurDr. A. DONDORP, Gapinge, Telefoon (0 1189) 470. Redactie en medewerkers Ds. B. Wentsel, Brouwershaven J. A. v. Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen; Ds. M. V. J. de Craene, St. LaurensDrs. A. Elshout, Koudekerke Ds. W. H. Gispen, Terneuzen; Dr. P. C. Kraan, Vlissingen; Ds. G. S. Oegema, Arnemuiden; Dr. J. H. Becker. Nieuwerkerk; Drs. M. Beinema, Middelburg; Ds. C. W. de Bruijne, Goes. Adres voor opgave advertenties en predikbeurten Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg. 23e JAARGANG No. 39 24 APRIL 1969 „Ik worstel en ontkom" Maar sommigen twijfelden. Matth. 28:17. De evangelist Mattheus vermeldt ons niet meer dan één enkele verschijning van de opgestane Christus aan Zijn discipelen. Niet in Jeruzalem, waar de Here minstens tweemaal in de kring der jongeren gekomen is: één keer zonder Thomas er bij, en één keer met Thomas; maar in Galilea. Die samenkomst daar in Galilea was de officiële grote bijeenkomst van Christus met al de Zijnen. Waarschijnlijk doelt Paulus op deze reünie in 1 Cov. 15:6, waar hij het aantal aanwezigen schat op meer dan vijfhonderd broeders. Mattheus, die er zelf bij is geweest, vertelt ons, dat zij toen Jezus hebben aangebeden, doch dat sommigen van hen twijfelden. Twijfelden zij er aan, of zij Jezus wel mochten aanbidden? Waren zij soms niet overtuigd, dat Hij God was De Joden waren immers na de ballingschap zo ontzettend streng en strak monotheïstisch geworden Of twijfelden sommigenomdat ze niet overtuigd waren van de opstanding Waren ze misschien bang, dat wat ze daar meemaakten, niet echt was, doch een droombeeld of geestverschijningof zoiets Ik meen, dat geen van deze verklaringen juist is. Dit is de laatste verschijning van Christus vóór Zijn hemelvaart. Na al wat er in de weken na de opstanding gebeurd is en besproken, kunnen we een twijfel in de bovenomschreven zin niet voor mogelijk achten. Maar sommigen, de één meer, de ander minder, twijfelden of DIT Jezus wel was, Die daar verscheen. Z geweldig heerlijk was Zijn gedaante. In alle verschijningen was tot dusver een zekere aanpassing geweest. De nieuwe lichamelijkheid van Jezus paste niet meer in het oude wereldschema. Daarom moest Hij, om met de zijnen te verkeren, dan ook verschijnen. Maar iedere verschijning was een stap achteruit, gezien de verhoging van Christus. Wanneer nu in Galilea de grote afgesproken samenkomst plaats vindt, is deze aanpassing tot een minimum beperkt. Dan openbaart de Here Jezus even iets van Zijn Messiaanse heerlijkheid. Zijn gedaante is zo vol van bovenaardse glorie, dat de discipelen onmiddellijk neerknielden om te aanbidden. Tegelijk echter hebben ze er moeite mee om deze gedaante te identificeren. Zo groot is het verschil met de nederige gestalte van Jezus van Nazareth, Die ze zo goed gekend hebben. Ze deinzen achteruit voor zoveel glorie. We hebben hier dus zeker niet te maken met een twijfel, of Jezus werkelijk wel opgestaan was. Want wat deed men anders hier in Galilea, op deze afgesproken plek Maar het is een eenvoudig niet kunnen verwerken van de majesteit, die aan hen verschijnt. Daarom acht Christus het ook nodig om hun de situatie te verklaren. Hij komt nader tot hen. Hij treedt op hen toe en vertelt hun van de macht, die Hij ontvangen heeft. Hij overbrugt de afstand, die er voor het gevoel der zijnen gekomen is door te zeggen: ,,lk blijf met u. Met alle macht blijf Ik bij u". Dat ,,naderkomen" is dus niet alleen maar plaatselijk op te vatten. Het duidt ook een tegemoetkoming aan en een zekere tempering van de schittering Zijner glorie. A. D. Abonnementsprijs 5.per halfjaar bij vooruitbetaling. Advertenties 20 cent per mm. Bij abonnement lager. Losse nummers 15 cent. Drukkers-Uitgevers Littooij Olthoff Spanjaardstraat 47 Middelburg, tel. 24 38 Giro no. 4 22 80 lied van de menó op aarde Een mens te zijn op aarde is een voorgoed geboren zijn, is levenslang geboortepijn. Een mens te zijn op aarde is leven van de wind. De bomen hebben wortels de bomen mogen stevig staan maar mensen moet verder gaan de bomen hebben wortels maar mensen gaan voorbij. De vossen hebben holen de mensen weten heg noch steg zijn altijd naar hun huis op weg de vossen hebben holen maar wie is onze weg De mensen hebben zorgen het brood is duur, het lichaam zwaai en wij verslijten aan elkaar. Wie kent de dag van morgen De dood komt lang verwacht. Een mens te zijn op aarde is pijnlijk begenadigd zijn en zoeken, nooit verzadigd zijn is rusten in de aarde als alles is volbracht. Hoe zullen wij volbrengen wat door de eeuwen duren moet een mens te zijn die sterven moet Wij branden van verlangen tot alles is voltooid. HUUB OOSTERHUIS Als je met predikanten wat nader in contact komt, doe je dikwijls de ontdekking, dat ze hun prachtige werk al zuchtende doen. Dat nterk je zo van buiten niet. Want de mensen, die zo lopen te klagen, heb ben het over het algemeen niet zo moeilijk. Zwaarder hebben zij het, die het woord in praktijk brengen, dat we moeten vasten in de binnenkamer en aan de mensen een gezalfd aangezicht moeten laten zien. In de Hebr. brief staat, dat het voor de gemeente nadelig is als de voor gangers hun werk zuchtende moeten doen (Hebr. 13:17). Er is ook wel deze kant aan, dat ze daarom dichter bij de mensen komen te staan en veel beter begrijpen, wat er in het leven te koop is. Hoevelen dragen een verborgen kruis I Soms lichamelijk, soms geeste lijk. En doen hun werk niet zonder ver borgen zuchten; zuchten, waar de Here alleen van weet en de allernaasten. Er is de laatste tijd in de Gerefor meerde kerkelijke bladen geschreven over de „eenzamen". Over de mensen, die door hun meer moderne levens gevoel ,,er naast staan" in het gewone kerkelijke milieu. Maar ik krijg hoe langer hoe meer het gevoel, dat de dominees de meest eenzamen zijn in de kerk. Zij hebben alleen maar broeders en zusters en mogen er geen speciale vrienden op na houden. Dat laatste is ook veel beter, want van die particuliere domineesvrienden komt in de regel veel narigheid, zowel voor de gemeente als voor de predi kant. Wat ik er van gezien heb, was tenminste niet zo vrolijk. Er zijn natuurlijk altijd mensen met een dikke huid, die niet spoedig iets voelen. Maar ik betwijfel of die er veel zullen zijn onder de predikanten. Het lijkt soms of zij vallen buiten de be scherming van het negende gebod. Want er wordt ontzettend veel over hen gepraat. Op de zondagse visites is „onze dominee" het makkelijkste ge sprek. Want hem kennen ze allemaal. Maar dacht U, dat die dominee het niet merkt aan zijn catechisanten, hoe die jongeren thuis over hem horen praten Tegen een dominee wordt ook altijd alles maar gezegd. Over dokters wordt ook veel gepraat, maar men zal zich toch niet licht wagen aan een beoor deling van zijn werk, waar hij bij is. Over het werk van een predikant daarentegen schijnt iedereen mee te kunnen praten en tot oordelen bevoegd te zijn. Hij moet altijd vriendelijk zijn en de grofste aantijgingen met een oot moedig gezicht incasseren. En zeer nederig luisteren naar alle critiek, die wordt uitgebracht. Als hij zijn gemeen teleden 's zondags tegen komt, niet op weg naar de kerk, waar hij preekt, zal hij charmant groeten en lieden, die er Het aan de Engelse taal ontleende woord „weekend" is algemeen bekend. We spreken over een weekendretour, een breed weekend, over huis werkloze weekenden enz. Maar eigenlijk is het een onchriste lijke manier van spreken. Want de week eindigt niet met de zéndag, maar be gint er mee. De zaterdag is de laatste dacf van de week. Ik vind het zo fijn, dat onze week niet begint met maandag, maar met de dag des Heren waarop we het feest vieren van Zijn opstanding. Onze verjaardagen vieren we - het woord zegt het al - eens per jaar, maar de opstanding van de Here Jezus vieren we iedere week. Een van onze kleine kinderen zei eens: „de Here Jezus is iedere week jarig en we gaan hem met z'n allen in de kerk feliciteren". Wij leven dus niet naar de over winning toe, maar we leven van uit de overwinning. We krijgen niet als beloning voor ons harde werken in de week een rustdag cadeau -, maar voor we aan het werk gaan, krijgen we de verzekering, dat de eeuwige rust voor ons verworven is door Jezus Christus, en dat we God alle dingen uit genade krijgen. Dat was al zo, toen de zonde het leven der mensen nog niet had bedor ven. LI leest in de eerste hoofdstukken van Genesis, dat Adams leven niet be gon met een werkdag maar met een rustdag, de Sabbath. Dat is heel eigenaardigGod had niet aan denken zich in de tweede dienst te vertonen, mag hij niet minder vriendelijk ontvangen, als ze hem de eer aandoen van een zondagavond bezoek. Men klaagt, dat er in de gemeente zo weinig activiteit is en vindt, dat er van de dominee maar weinig stimulans uit gaat, maar als hij medewerking ergens voor vraagt, heeft men geen tijd. Hij moet het evangelisatiewerk leiden, in het schoolbestuur zitting nemen, op de vergaderingen van de kiesvereniging komen, het locaal comité van de V.LÏ. leiden, een cursus geven voor Zondags schoolvertellen, een avond catechiseren en een tweede avond voor privé-cate- chisaties reserveren, op mannen- en vrouwenvereniging zich laten zien en zijn belangstelling tonen in de jeugd organisaties, een vaste avond thuis te zijn voor bezoek (spreekuur) maar de mensen, die aan al dit werk niet deelnemen en bij de kerk alleen horen, om er zegen te ontvangen, klagen steen en been, dat ze de dominee zo zelden op bezoek krijgen. Waar hij komt, krijgt hij te horen, dat men hem reeds eerder had verwacht; zelfs op ziekenbezoek, als hij geen be richt had ontvangen. Als de jongens op de catechisatie ruw en ongezeggelijk zijn en het vertikken hun opgegeven werk behoorlijk te leren, heeft de predi kant weinig tact om met de jeugd om te gaan. Hoe slordig is vaak het catechisatie- bezoek De ouders werken mee om allerlei dingen vóór te laten gaan en vragen zelf verlof voor Marietje of Jantje, om deze winter, nu ze voor dat examen zitten, de catechisatie maar over te laten gaan. Maar als die jongelui straks niets blijken te weten van de dingen, die zij weten moeten, zakt de dominee voor het jaarlijkse examen, als de kerkeraad een' onderzoek instelt naar de kennis van de belijdeniscandidaten. Al zuchtende Het is waarlijk geen wonder, dat in menige pastorie gezucht wordt in de binnenkamer. Misschien was er vroeger te veel waardering en werden de dominees over het paard getild. Maar het is mijn vaste overtuiging, dat er tegenwoordig te weinig erkenning en waardering is. En wee de predikant, die niet sterk staat in zijn roeping van Godswege en geen adres weet voor zijn zuchten. Die verliest alle arbeidsvreugde en kracht. Maar hij, die aan zijn God zijn nood klaagt en van Hem telkens weer nieuwe moed en kracht ontvangt om te blijven volharden, die krijgt het toch ook niet cadeau In datzelfde hoofdstuk van Hebr. vraagt de schrijver om de voorbede Wie aan dit verzoek voldoet, zal zich zes dagen gewerkt, en toen Adam ge schapen was, hoefde hij niet dadelijk aan het werk, maar mocht hij eerst met God mee genieten van al wat er ge schapen was. God zag dat alles goed was en Adam moest dat ook zien, voor hij aan het werk ging om te bouwen en te bewaren. God had gewerkt. En Gods zevende dag werd de eerste dag van de mens. Dat was een feestdag, want Gods rus ten is een feestelijk genieten. De Here God nam de mens als het ware bij de hand mee om hem alles te laten zien en te bewonderen, hoe mooi het allemaal was en om tegen hem te zeggen: dat is allemaal voor jou. Over heel dat rijk stel ik jou tot koning aan. En toen pas begon het werk. De feestdag van Gods verbond (en- heid) is dus geen weekend voor ons. Wij beginnen de week met de zondag en bewonderen het werk van Gods genade in Jezus Christus. Als we dat echt gedaan hebben kunnen we de vol gende dagen aan. Daar moeten we aan vasthouden en de zondag niet maken tot een verleng stuk van de vrije zaterdag, waar dan even een kerkdienst af moet. De zondag is de dag van en voor de Kerk. Dan wil God ons weer laten zien dat alles weer goed is. Dat de zondag voor ons een vrije dag is, anders dan voor de christenen der eerste drie eeuwen, danken we aan de opstanding van de Here Jezus en aan de uitstorting van de Heilige Geest. Het is niet zo dat er eerst die vrije dag is, en dat we daar gebruik van ook' bekeren van alle denigrerende critiek en zal bedenken, dat ook een dominee een mens is die door een enkel waarderend woord zo buitengewoon vertroost kan worden. Laten wij allemaal meehelpen dat, zij hun werk met vreugde kunnen doen en niet al zuchtende, want dat is ons niet nuttiq. X. Y. Z. I Van veel conferenties te beleggen, is geen einde en ze te bezoeken vraagt tijd en energie, maar bewaart een mens er ook voor om in de dommel te raken. Ik ben getogen naar de diakenen-, de ouderlingen- en de predikanten-con ferentie. Een stijgende lijn O wie durft bij de ambten nog te spreken over meer of minder De heer van Vliet heeft op de diakenen-conferentie ge poneerd: „Een predikant aan de top van de gemeente, is verleden tijd". En dat die stelling het deed, bleek wel uit het feit, dat in alle zes discussie groepen van die conferentie de predi kanten-tuimel toegejuicht werd. Ik zou met Frits Reuter willen vragen: „Ach, wat hebben we toch gedaan Mis schien is het nog beter om met Tijl Uylenspiegel te erkennen: „Ze mogen ons niet lijden, maar wij maken het er naar". In een bedreigde positie past inkeer en betaamt ootmoed. Nu moet U het niet als rancune beschouwen, dat ik niet zo weg ben van discussie-groepen. Neem de verdeling in zes groepen. Dat betekent zes referaten na het eigenlijke referaat. Nummer I trekt vers van leer, maar 'bij de nummers twee tot zes de inleidende klacht, dat het gras voor de voeten weggemaaid is. Toch echter nog karre-vrachten hooi. Op de ouderlin gen-conferentie kon ik niet bij het re feraat zelf zijn. Van de discussie-leiders heb ik toch eigenlijk het hele referaat nog gehoord. Ik moest denken aan een dominee in het Noorden, die z'n preken hield naar de vaste indeling: vóór de tussenzang uitleg, na de tussenzang toepassing. Wat hierop neerkwam, dat het tweede deel een da-capo was van het eerste. Een zuster der gemeente zei tegen haar buurvrouw: „Je kunt met de tus senzang wel naar huis gaan". De buur vrouw wilde dan maar liever bij de tussenzang komen. Ik zou zeggen - willen we toch deze vergadertechniek handhaven - dan nog één stap verder. Een hoofd-leider, een hoofd-spreker be noemen, die de vragen en opmerkingen uit alle groepen verzamelt, hutje-mudje, en ze dan sorteert, ze fors en pittig bij maken voor de kerkdiensten. Maar eerst was er de Kerk en terwille van die Kerk is er de rustdag. In haast alle zakagenda's staat het, dat de zondag een christelijke feestdag is. Het was voor die eerste christenen heel moeilijk om allen samen te komen. Dat kan eigenlijk alleen op de dag, die voor iedereen een rustdag is. In de zondagen drukt God Zijn stem pel op de tijd. En net eender als onze (grotere) kinderen op school leren, dat een rechte lijn door twee punten volkomen wordt bepaald, zo wordt het karakter van de zondag het beste bewaard door twee kerkdiensten, waarin we de Here ont moeten, zijn Woord horen verkondigen, meedoen aan de voorbede, aan de lof zegging en aan de collecte. Daarom moeten we allen vermijden, wat de kerkgang zou kunnen verhin deren of onze aandacht bedreigen. Ik denk ook aan de manier waarop we de zaterdagavond doorbrengen: Laten we maken dat we 's zondags fris en uitgeslapen zijn - om Gods Geest in ons te laten werken. Dan straalt de vreugde en de vrede van de eerste dag uit over al de dagen der week en dan gaan we van zondag tot zondag steeds voort, van kracht tot kracht, d.w.z. van de éne krachtsver nieuwing tot de andere. De zondagen zijn de pijlers, waarop ons christelijk leven rust. En die pijlers rusten in de grond van Gods genade en trouw in Jezus Chris tus, onze Heer. A. D. de referent brengt. Want je kunt wel de dominee als topfiguur door de vóór deur uitdrijven, maar dan moet je niet weer vijf, zes mensen met de dominee's mantel omhangen. Goed - de dominee topfiguur afMet de consequentie dat hij ook staat-blote af, klusjes-man af wordt. Ik geloof, dat de bespreking van de pastor-figuur op de diaconale conferentie alleen dan effect zal hebben, als we van alle top figuren verlost worden. Eén is uw Koning, en Hij draagt de banier boven tienduizenden. Wat heeft de heer van Vliet dat prachtig uitééngezet. Och, U moet niet denken, dat de dominee's op de diaconale conferentie te Goes ook maar één pijnlijke opmerking moesten incasseren. Trouwens, wat waren er weinig predikanten, èn op de diakenen- èn op de ouderlingen-conferentie Heel wat collega's schijnen het artikel van de eenheid der ambten nog niet te kunnen beleven. Ofschoon dit nog een oud artikel moet zijn. Mijn afwezige collega's - voorlopig gebruik ik deze betiteling alleen nog maar voor de pre dikanten - hebben heel wat gemist. Zolang we nog in deze mildheid de problemen met elkaar bespreken, raken we niet in de dommel. En we raken elkaar niet kwijt. Kunnen we nog twee funeste zaken op een afstand houden. De dommel en de scheuring. Zegt de Hebreën-brief niet, dat we op elkaar acht moeten geven, tot opscherping van de liefde en van de goede werken Komen we dan niet uit onze problemen, zolang we er nog samen in zitten, kan serieuze en broederlijke bespreking ons niet van elkaar scheiden. Een warm hart krijgt geen kramp onder een hete bespreking. G. S. O. (slot) De vorige keer ben ik geëindigd met een balans. Daar is een zin uit wegge vallen (vermoedelijk mijn schuld). Alleen de winst van de Reformatie werd genoemd. Maar een balans heeft ook een verlies-kant. De conclusie moest daarom zijn: De winst van de Reformatie op dit punt is geweest, dat het kerkvolk weer leerde communiceren, wanneer het H. Avondmaal bediend werd. Het verlies was, dat dit sacrament voortaan maar spaarzaam bediend werd in plaats van wekelijks. Duidelijk is uit al het voor gaande, hoe ver we ons in dit opzicht verwijderd hebben van de praktijk uit de tijd der apostelen. Waarom is dit zo'n verlies? Men spreekt wel eens smalend over „sacra- mentalisme" en meent de zaak te kun-

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1969 | | pagina 1