Van de Orgelbank Mei elkaar vergaderen FEEST 'm de Qeref. Vrouwenbond „HONDEMASTATE" Zaterdagmiddag 27 april kwam de Kring Zeeland van de G.O.V. bijeen o.l.v. dhr. T. Fraanje. De vergadering vond plaats in de Gcrcf. Kerk te Souburg, waar we kennis konden maken met een pas geres taureerd orgel. Dit werk was uitgevoerd door de Firma Verscharen te Heyfhuizen (L.). Geen onbekende in het Zeeuwse land. Na de huishoudelijke zaken gaf dhr. Maarten Arendse een korte toelichting over de restauratie van het orgel. Na de koffie, die ons gratis door de kerkeraad was aangeboden, begaven we ons naar de speeltafel. Alle aanwezige col lega's speelden iets uit de orgelliteratuur over het koraal „Vater Unsen in Himmel- reich". Hierna was er gelegenheid om nog concertwerl: te spelen, waar vele collega s gebruik van maakten. We kunnen terug zien op een prettige en goede Kringver gadering. De volgende Kringvergadering hopen we D.V. 8 juni in Oostkapelle te houden, waar een nieuw „Heiliger"-orgel staat. Alle collega's willen we alvast porren om 8 juni vrij te houden. Verdere mededelingen volgen per convocatie nog Begin alvast met studeren, collega's. Noteer nog even collega's 18 mei a.s. Jaarvergadering G.O.V. in „De Doelen te Rotterdam, waar Arie J. Kcijzer voor ons zal improviseren en concerteren op het 4 manuaalsorgel van de Firma Flentrop, een van onze grote Nederlandse orgelbou wers. Nu kunnen we dus van het Zuiden allemaal zoveel mogelijk aanwezig zijn. Kringcorrespondent, P. Th. v. B. De jubileumbondsdag, ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van de Bond, zal feestelijk gevierd worden op 6 juni a.s. in de Margricthal te Utrecht, aanvang 10.15 uur. De morgenvergadering bestaat uit de documentaire „Dienst in het midden van de gemeente 30 jaar bondsleven". De middagvergadering heeft als motto „Present". De vrouw present in de kerk, in het V.Z.T., in de wereld (Pakistan, Indonesië, Afrika), enz. De uitslag van de enquête over„De Christelijke dagbladpers" zal worden uit gebeeld en bekend gemaakt. De prijswinnaars van de collagcwedstrijd zullen de prijzen ontvangen. Aan dit programma verlenen medewer king als sprekers Drs. G. N. Lammens, Ds. P. A. E. Sillevis Smitt, Mr. Dr. J. Ozinga, verder de dames mevr. E. M. Heuzeveldtv. d. Lelie, mevr. F. M. L. Nawijnvan Dijk en mevr. H. A. M. BaxHorjus. Muzikale medewerking o.a. Utrechtse Politiekapcl en Klein Stichts Dameskoor. Verder werken mee een West-Friese Folkloristische dansgroep, de Chr. Gymn. ver. „Fraternitas", dansgroepen van de Ambonnezen, en veel leden van de Bond. Het programma staat o.l.v. Tom van Maaren en wordt gepresenteerd door Jo- han Bodegraven en Goos Kamphuis. Op deze dag zal afscheid genomen wor den van de presidente, mevrouw W. M. Ridderbosde Rooij te Amsterdam. De nieuwe presidente, mevrouw J. G. KraaijeveldWouters zal geïnstalleerd worden. Inlichtingen over deze dag Bondsbu- reau. Steynlaan 8, Baarn, tel. (0 21 54) 336 66. II Ja, elke vergadering in de kerk moet zijn onder de glans van Hand. 28:15: „En vandaar kwamen de broeders, die van onze aangelegenheden gehoord hadden, ons tot Forum Appii en Tres Faberna tegemoet, en toen Paulus hen zag, dankte hij God en greep moed". In vreugde en dank bij elkaar komen en met vele riemen onder het hart thuis komen. Hoe is het dan ter wereld mo gelijk, dat iemand de gemeente-avond de schrik van het kerkelijk leven ge noemd heeft Is het van „vreugde en dank", dat je een vergadering, die van acht tot twaalf in de avond duurde, nog over enkele uren van de nacht laat con tinueren. In de nacht zijn alle katten en alle problemen zo grauw. In het ver- gaderpak zit zware rooklucht. Dat pak kun je buiten de kamer hangen. Maar wat in je gemoed gedrongen is, tart elk wel-te-rusten. O die gelukkige Ds. L. Kuiper van Kampen Die kon'zeggen „Ik heb nooit een kerkeraad mee naar bed genomen". Een collega in de Ach terhoek had voor zichzelf een probaat slaapmiddel gevonden. Hij las onder de bedlamp elke avond zo'n half uur in de Synode-Acta. Dr Colijn kwam vaak met een detective in slaap. De qustibus nil disputandum. Vrij vertaald ieder z'n meug. Als de slaap maar komt. Wat natuurlijk niet zeggen wil, dat Synode- Acta en detective's vergelijkbare waar den zijn. Het mag weer mijn taak zijn de ouderlingen-conferentie in Goes te ver slaan. Verwacht U na,het somber aan loopje een triest verslag? Maar het is toch ook zo, dat een juweel op zwart fluweel gelegd wordt We wachten af. G. S. O. We hebben in de laatste dagen heel wat herdacht. De verjaardag van de Koningin. De bevrijding van ons vader land. Het twintigjarig bestaan van de staat Israël. We hebben een officiële dodenherdenking gehad en we hebben 1 mei, de dag van de arbeid, gevierd. En misschien is er nog meer. We herdachten of vierden dat alle maal, terwijl de bombardementen op Hanoi met nieuwe kracht werden voort gezet, het nazisme in Duitsland weer duidelijk toeneemt (Von Thadden, de nieuwe Adolf), de rassenonrust in Ame rika een lange, hete zomer tegemoet gaat, de arbeiders in Engeland protes teren tegen arbeiders met een niet- blanke huid (proletariërs alle landen!) en door de nauwe straten van Jeruza lem, de stad des vredes, een militaire parade wordt gehouden. Enz. enz. Maar de boer. hij ploegde voort. En het Woord is ongebonden. Herdenken en vooral „vieren" is moeilijk. Het is een soort blikverenging. Je haalt een paar bepaalde dingen naar voren en zet die apart. De bijbel noemt dat „heiligen". Het is als met een foto. Je knipt bij komstigheden weg van het negatief en je vergroot het onderwerp, waar het om ging. Zo kunnen wij als Nederlanders de bevrijding alleen maar vieren door een heleboel te vergeten. Door niet te den ken aan al de Joden, die we niet hebben verborgen. Door niet te denken aan de handtekening, die we gezet hebben om te verklaren, dat wij heus echt helemaal Arisch waren. Door niet te denken aan de kranten, waar we op geabonneerd bleven, waardoor wij de Nazi-propa ganda zelf betaalden. Al de medewerking, die we nood gedwongen of om vuil gewin verleend hebben aan het Nationaal-Socialisme. Dat moeten we allemaal vergeten om te kunnen vieren, dat we bevrijd wer den dat wij vrij zijn. Dat we geen hon ger meer hebben en geen angst. Dat we hardop mogen zeggen, wat we denken. Dat we uitgekleed naar bed durven in plaats van met je kleren aan, gereed om te vluchten, als een auto stopt in de straat. Het is goed, dat onze bevrijdingsdag wordt voorafgegaan door een doden herdenking. Ieder doet dat op zijn eigen manier. Het is moeilijk om het samen te doen. De eerste jaren na de oorlog deden we het in een samenkomst in de kerk. Maar al spoedig werd er bij de rondvraag op de kerkeraad geïnformeerd „Hoe lang moeten we dat nog volhouden Ik antwoordde toen „Tot de volgende oorlog". Maar die kerkdienst is nu toch al weer lang afgeschaft. Wie zelf in de onderwereld geweest is, vergeet hen z'n leven lang niet, die er niet uit zijn weergekeerd. Hun ge zichten blijven altijd bij je. Voor dat de slagboom in Vught om hoog ging om me uit te laten uit het kamp, heb ik afscheid genomen van Ds. Boot en van Ds. Versteegt en van Ger. Goldschmeding (een ouderling van mij) en van zoveel anderen. Afscheid voor goed. Er gaat zo iets door je heen van öf allemaal öf geen van allen. Het heeft lang geduurd voor ik van mijn eigen vrijheid echt genieten kon. Ik zag die anderen mij nakijken, toen ik de poort uitging. Het was er mee als met' de zaligheid. Het is prachtig dat er mensen zijn, die naar de hemel gaan als ze sterven. Maar wat verandert er daardoor op aarde Daarom verlang ik veel meer naar de wederkomst van de Here Jezus dan naar de hemel, en kan ik me zo inden ken, dat ook de zaligen zuchten „Hoe lang nog, o heilige en waarachtige heer ser (Openb. 6 10) Het is moeilijk om aan het jaarlijkse herdenken der bevrijding stijl te geven. Grootscheeps feestvieren zo vlak na Koninginnedag, gaat niet. Toespraken aanhoren van hoge pie ten Kom nou De jongeren voelen er niet veel voor en voor veel ouderen is het toch vooral de herinnering, dat er eindelijk een end kwam aan de narigheden doordat de moffen wegtrokken. Maar bevrijdingsdag is meer dan een nationale feestdag De strijd ging niet zo zeer tegen Duitsland als wel tegen het Nationaal- Socialisme, met alles wat daar aan vast zat. En daar zat vrijwel heel Duitsland aan vast. De strijd, die het verzet heeft ge voerd was een strijd niet van macht te gen macht, maar van geest tegen macht, waarbij de geest helaas gebruik moest maken van geweld. Vlak na de oorlog werd een tijdlang een blad uitgegeven door antirevolutio naire jongeren onder de (Nederlandse!) titel NU. In een van de eerste nummers stond een artikel „Duitsland heeft de oorlog niet verloren". De bedoeling was het Duitse leger is wel verslagen, maar de geest van het Nationaal Socialisme is nog niet ver slagen. Die wordt niet verslagen door tanks en bommenwerpers. We moeten maar ophouden met aan onze kinderen te vertellen, hoe ellendig we het hadden door de honger en het levensgevaar. Dat is in alle oorlogen zo. Maar we moeten hen waarschuwen te gen de geestelijke gevaren, die altijd dreigen. Ik dacht, dat we zo onze be vrijding het beste „vieren" konden. A. D. BRIEF VAN PAULUS AAN DE CHRISTENEN IN AMERIKA. In zijn boek Wandelt in de liefde schreef Dr. Martin Luther King onder staande „Brief van Paulus". II. Komend op de kerken hekelt King het bestaan van 250 sekten in de V.S., spreekt zijn vreugde uit over allerlei oecumenische arbeid ,en vervolgt Een ander ding dat mij verontrust is, dat ge een blanke èn een negerkerk hebt. Hoe kan er binnen het Lichaam vam Chris tus scheiding van rassen zijn In de krin gen van het amusementsbedrijf en andere organisaties is er ten uwent, naar ik ver nam, meer integratie dan in de Kerk. Hoe ontzettend is dat Ik verneem, dat er onder u christenen zijn die zoeken naar bijbelse gronden om de rassenscheiding te rechtvaardigen en die zeggen, dat de neger van nature min derwaardig is. O mijn vrienden, dit is gods lasterlijk. Wat ik eerder heb gezegd her haal ik „In Christus is er geen sprake van Jood of Griek, slaaf of vrije, manne lijk en vrouwelijkgij allen zijt immers één in Christus". Of beter nog, kan ik de woorden herhalen die ik eens uitsprak op de Areopagus „De God die de wereld gemaakt heeft en al wat daarin is, heeft uit één enkele het hele menselijk geslacht gemaakt om op de aarde te wonen". Daarom, Amerikanen, dring ik er bij u op aan, dat gij u onthoudt van elke vorm van rassenscheiding die een brutale ont kenning is van de eenheid die wij in Chris tus hebben. Deze mentaliteit stelt voor de „ik-gij" verhouding de „ik-het" verhou ding in de plaats en verlaagt mensen tot de staat van dingen. FEUILLETON door HERMAN DE MUINCK 21) ,,'k Zal maar beginnen met mijn kamertje," zei Lucie, opstaand. „Heus, tante, ik moet wat doen." Mopperend gingen Hcleen en Hermien zich verkleden, om daarna wat huiselijk werk te verrichten, al ging dat, vooral bij Heieen, met de „Franse slag". Zij geloofde het wel. Trouwens, Lucie bemerkte al spoedig, dat tante ook niet veel uitvoerde, 't Was hier wel een wonderlijk huis houden. Na het koffiedrinken, het was toen zo goed als elf uur, werd er niets meer gedaan, alleen de koffietafel klaar gemaakt. Om kwart over twaalf kwam kleine Lucie van school thuis. „We hebben afgesproken, je Loes te noemen," zei haar moeder. „Anders komen we in de war." „Leuk! 't Is eens wat anders," vond Loes, zich tot Heieen wendend „Zullen we direct na de koffietafel de lessen doen „Waarom? Ik denk er niet aan." ,,'t Is zulk mooi, zacht weer. 'k Wou vanmiddag een uurtje naar Scheveningen." „Hermien en ik gaan een paar uur slapen," besliste Heieen. „Wc hebben een korte nacht gehad. En van avond wordt het voor mij weer laat." „Moet je vanavond weer uit?" vroeg haar moeder. „Ja, het liefst naar Leiden. Ik ben uitgenodigd." „Maak het niet al te bont, Heieen." ,,'k Weet wel, wat ik doe, mama," antwoordde Heieen uit de hoogte. „Dus niet direct les vroeg Loes. „Neen. vandaag liever helemaal niet." „Ook al goed." De toon waarop in tantes gezin gesproken werd, ge viel Lucie helemaal niet. Dit was onder en met elkaar geen hartelijkheid. „Ik ga dan direct mijn huiswerk maken en dan naar Scheveningen. Ga je soms mee, Lucie „Dat is geen gek idee," vond mevrouw Van Adrigem. „Tenminste als Lucie wii. Je bent volkomen vrij, te doen en te laten wat je wilt," voegde zij er aan toe. „Ik wil heel graag. Ik houd van de zee." HOOFDSTUK X. Hermien ontmoette Loes boven op de gang, toen deze naar haar kamertje ging, waar ze niet alleen sliep, maar ook vaak haar huiswerk maakte. „En vroeg Hermien belangstellend. ,,'t Was leuk. Mooi weer. Helemaal niet kbud op de boulevard. En het hele uitje heeft mij geen cent gekost. Lucie wilde niet, dat ik iets betaalde. De tram ook niet. We hebben in Palace thee met gebak gebruikt." „Nu ja, ze kan het best betalen. Beter van een stad dan van een dorp. En jij hield je armzalig zakcentje in je zak. En hoe bevalt het nichtje „Ik vind Lucie een schat. Jullie hadden het er verleden week over, dat zij met zeven paarden uit de Zeeuwse klei getrokken moest worden, maar 'k heb er niets van gemerkt. Zij zou wel een Haags meisje kunnen zijn." „Ze is mij ook erg meegevallen. Wel ernstig, maar ja, als je je moeder pas hebt verloren, en dan zó, en je vader is voor zijn gezondheid naar het buitenland. En nou ja, haar kleren, niet bepaald de nieuwste mode, maar toch smaakvol." „Zij geeft misschien niet zoveel om kleren als mama en jullie. Maar hoor eens even, jullie hebben, ik weet niet wat gekocht, zelfs ook nog iets voor mij waar komt dat geld ineens vandaan Of moeten we het op de een of andere manier bezuren „Er is zeker een schip met geld gekomen," antwoordde Hermien op luchtige toon. „Maak dat de kat wijs Ik loop er niet in. Hoe zit dat, Mien? Toch niet op de pof gekocht?" „Ik weet het nietnou ja, niet weten. Ik vermoed..." Op de trap klonken schreden, dus zweeg Hermien. Lucie verscheen, om naar haar kamertje te gaan. Zij had, evenals Loes, een frisse kleur en bracht de zeelucht mee. „Loes staat net verslag te doen," zei Hermien. ,,'t Was gezellig, hé „Ja, heerlijk weer. En als je met Loes bent, behoef je, als je wilt, niets te zeggen," glimlachte Lucie. „Die praat voor twee." „De leeftijd, moet je rekenen," plaagde Hermien, die een tik op de arm kreeg van Loes, ook plagend. Uit uitlatingen van Loes en uit wat zijzelf opmerkte was Lucie tot de conclusie gekomen, dat die twee zusters het beste met elkaar konden opschieten dat Heieen en Hermien het niet steeds met elkaar konden vinden en dat er tussen Heieen en Locs een permanente toestand van gewapende vrede was, die zo nu en dan uitbarstte in een oorlog. Heieen domineerde in het gezin. Zelfs haar moe der had, ten opzichte van haar weinig in te brengen. En oom Jochem zou het dan zeker niet hebben. Als zij eerlijk met zichzelf te rade ging, moest zij erkennen, dat Heieen haar ook maar matig beviel, hoewel zij, wandelend op de boulevard en luisterend-' naar de praatzieke Loes, deze verschillende malen had vermaand, niet zo minachtend over haar oudste zuster te spreken. Na zich verkleed te hebben, ging zij naar beneden. Oom Jochem, van het departement thuisgekomen, zat in „Het Vaderland" te lezen en tante dekte de tafel voor het diner. Van Adrigem legde de krant neer en informeerde, hoe Lucie zich voelde en hoe zij de middag had doorgebracht. Heieen, binnenkomend, bleek niet zo snibbig te zijn als des morgens en schertste met haar vader, wiens blik evenwel versomberde, toen hij vernam, dat zij die avond weer uitging. „Ja, en het liefst naar Leiden," merkte mevrouw Van Adrigem op. Het leek Lucie toe, dat haar toon triom ferend klonk, hoewel zij daar uiteraard niets van be greep, omdat zij die morgen nog gezegd had maak het niet te bont, Heieen. „Naar Leiden?" vroeg oom Jochem verbaasd. Wat moet je daar gaan doen „Alfred heeft een avondje met studenten. Ik ben ook uitgenodigd," antwoordde Heieen lachend. „O." (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1968 | | pagina 2