^ieeuwóe
S-lij zag een man
jv.
nr
De Here Jezus als Jongen
Onbegrijpelijk
KIEKEBOE
Christelijke Organisatie
r
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERK IN ZEELAND.
Hoofd-Redacteur Dr. A. DONDORP, Gapinge, Telefoon (0 1189) 4 70.
Redactie en medewerkers Ds. B. Wentsel, Brouwershaven J. A. v. Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen;
Ds. J. Bosman, Vrouwenpolder Ds. M. V. J. de Craene, St. Laurens Ds. H. Eikelboom, Heinkenszand
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds./ W. H. Gispen, Terneuzen Ds. W. Kafcs, Apeldoorn Ds. A. G. Kornet, Vlissingen
Dr. P. C. Kraan, Vlissingen Ds. G. S. Oegema, Arnemuiden Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo.
Dr. J. H. Becker, Nieuwerkerk Drs. M. Beinema, Middelburg.
Adres voor opgave advertenties en predikbeurten Littooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg.
22e JAARGANG No. 29
1 FEBRUARI 1968
„Ik worstel
En voorbijgaande zag hij een man, die
sedert zijn geboorte blind was.
Joh. 9:1.
U moet het slot van Joh. 8 er bij betrekken, om dit woord te verstaan.
De Here Jezus kwam de tempel uit en op die tempeltrappen zat die blinde.
Het was in de tempel, n.b. op Sabbath zó hooggelopen, dat ze de Here Jezus
wilden stenigen.
Hij had gezegd, dat Abraham naar hem had uitgezien (8 56). Dat was al
te dol en ze scholden hem uit voor alles wat lelijk was.
De Here Jezus ontkomt maar net aan de stenen en gaat de tempel uit en
ziet daar een blindgeboren bedelaar en blijft bij hem staan.
Had de Here Jezus niet genoeg aan zijn eigen moeilijkheden
Er kan nog meer bij
Hij is niet zo vervuld van zijn eigen moeilijkheden of hij interesseert zich
voor de nood van een ander.
Voorbijgaande, gaat hij niet voorbij, maar ziet die man. Dat is een bepaald
soort van zien.
Wij hebben vaak zoveel aan ons hoofd en zoveel eigen zorg in hel hart, dat
we de naaste niet meer zien.
Maar Jezus ziet hem en blijft staan.
De discipelen denken onmiddellijk aan zonde. Bij de ouders van die man
of bij die man zelf. Maar de Here Jezus ziet in de eerste plaats ellende.
En dat op Sabbath
U moet er eens op letten, hoe veel genezingswonderen de Here Jezus juist
op de Sabbath verricht heeft
Wie er gezondigd heeft, doet er niet toe, maar die man moet op de Sabbath
de zon zien. En het licht dat met de Here Jezus over de wereld is opgegaan
Wij worden in onze daadwerkelijke hulp zo dikwijls geremd, door dat aller
lei stakkers ,,het er naar gemaakt hebben"En zijn dan meer verontwaardigd
over eventuele zonden, dan bewogen over de ellende. Maar de Here Jezus kan
op de Sabbath geen ellende zien. Dat is toch de dag, dat God wil zien, hoe
goed en mooi alle dingen zijn
En daarom moet die blinde genezen worden. Ook al wordt daardoor het
conflict met de schriftgeleerden weer verschept.
Op Sabbath moeten de werken Gods openbaar worden alles wordt nieuw
A. D.
Abonnementsprijs
4,per halfjaar
bij vooruitbetaling.
Advertenties
15 cent per mm.
Bij abonnement lager.
Losse nummers 15 cent.
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
v
Hoe langer hoe meer breken de grenzen
open en worden wij betrokken bij de
noden der gehele wereld, die in som
mige delen bijzonder groot zijn. Het is
heerlijk te weten, dat via het wereld-
diaconaat ook de kerk daar present is.
Laat ons bidden voor dit werk van de
kerk ,,tot aan de einden der aarde". En
laten wij bij dit gebed de daad voegen
in de collecte voor het werelddiaconaat
op 4 februari a.s.
De Here Jezus is door Maria niet
alleen gevoed geworden, maar ook op
gevoed.
In Nazareth is hij als jongen opge
groeid en zichzelf bewust geworden.
Wanneer we eerbiedig proberen in
te denken, hoe dat geweest is, zien we
voor ons, hoe de Here Jezus als jongen,
zeg van 9 a. 10 jaar, op een keer thuis
komt.
Maria is bezig met huishoudelijk
werk.
De jongere broers en zusjes spelen
voor het huis.
Hij helpt, als oudste, zijn moeder een
handje. Als ze klaar is en in de scha
duw gaat zitten tegen de muur van hun
huisje, vraagt hij of Maria hem weer
van vroeger, van hun volk, gaat vertel
len.
Over Mozes en David en Salomo en
Hiskia.
Over de verwoesting van de tempel
en de ballingschap.
En wanneer Maria dat dan weer ver
telt, eindigt ze haar verhaal telkens
weer met de geschiedenis van wat er
gebeurd is vlak voor en vlak na zijn
geboorte.
Ik meen, dat het echt bijbels is, als
AVONDGEBED
De groeten aan mijn
schrijftafel
de groeten aan mijn
zorgen
de groeten aan mijn
zorgenkind
de groeten aan de
lichtjes in de verte
de groeten
Heer, wilt U
morgen maar eerst
wakker worden
Cora Terpstra-Luiten
U dit huiselijke tafereel fantaseert. De
betekenis van Maria is immers niet al
leen geweest, dat ze de Here Jezus ter
wereld heeft gebracht en heeft gevoed
en geholpen, maar ook, dat ze hem
heeft opgevoed.
Het was onder haar leiding, dat hij
gekomen is tot zijn gelovig zelfbewust
zijn als Messias.
Tegen deze achtergrond krijgt nu
ook het verhaal van de reis naar en het
verblijf in Jeruzalem relief.
Wat is de twaalfjarige blij, als hij
voor het eerst mee mag naar de heilige
stad
Als hij voor het eerst de tempel ziet.
Dat was voor hem nog heel wat meer
dan voor de andere jongens, die mee-
mochten en de liederen Hamaalooth
meezongen
I-Jij gaat als zoon van God naar de
stad van God en hij komt als zoon van
God in het huis van God.
Het zijn hier allemaal ,,de dingen van
zijn Vader".
Hij beleeft het alles intens.
En met een zeer persoonlijke betrok
kenheid. Daarom is hij er niet vandaan
te slaan.
Hier geniet hij.
Al die psalmen, die zingen van de
vreugde om Gods huis komen in hem
tot vervulling. Die worden nu in eens
„vol".
Hij aanschouwt Gods vrije gunst en
lieflijkheid en schone dienst Ps. 27 enz.
enz.
Voor hem staat alles wat hij hier ziet
en hoort op dit paasfeest in verband met
wat Maria hem allemaal had verteld.
En daardoor staat het in verband met
hem persoonlijk. En met zijn taak en
toekomst.
Het verhaal is bekend genoeg.
Als Maria hem eindelijk vindt, is hij
in gesprek met de Schriftgeleerden, die
versteld staan over zijn verstandige
vragen en antwoorden.
We maken daar geen vroegrijp won
derkind van.
Elk eenvoudig gelovig kind kan soms
door één enkel gezegde of door een
vraag, de zaak zó in zijn kern raken,
dat andere, knappe mensen met al hun
geleerdheid verwonderd en dikwijls be
schaamd staan. „Elk woord staat tril
lend in de roos" (C. Rijnsdorp).
En dan die wedervraag aan Maria
„Wist U niet
Zij had hem zijn achterblijven in de
tempel verweten en had gesproken van:
„uw vader en ik".
Wist ze het dan niet meer
Was zij vergeten, wat zij zelf hem
zo dikwijls had verteld
Daarover verwondert de jongen Je
zus zich „Hoe kan dat nu Wist gij
niet, dat ik bezig moet zijn in de dingen
van mijn Vader
Zo antwoord hij met een wedervraag
in echte kinderlijke verwondering.
De leerling is verder dan zijn leraren.
De Here Jezus weet het beter dan
Maria.
En bij al de woorden, die ze heeft te
onthouden en te verwerken, komt nu
ook dit woord van Jezus zelf, wiens
zelfbewustzijn door dit voorval tot volle
ontplooiing is gekomen.
Maria' verwijtende vraag riep zijn
eerste belijdenis naar voren „ik ben
de Christus, de zoon van cle levende
God".
De knop ging open.
Als kind is hij verbaasd over zijn een
zaamheid met betrekking tot dit zijn be
lijden.
Bovendien tekent zich af een eerste
afstandnemen tegenover Maria.
Hij moet alleen verder.
Ook als hij meegaat naar huis en Jo
zef en Maria onderdanig is en toeneemt
in grootte en in wijsheid en in genade
(d.w.z. gunst) bij God en mensen, is
hij bezig in de dingen van zijn Vader.
Het vijfde gebod is een gebod van
zijn Vader en hij weet zich geroepen dat
te volbrengen.
Met alle andere geboden, die Ieren
hoe men God moet liefhebben boven al
les en de naaste als jezelf.
Zo ging hij ook iedere Sabbath „naar
stig" naar de synagoge en luisterde.
Hij genoot en had verdriet.
Hij genoot van de rijkdom van Gods
verbond en woorden.
Want wat had hij Gods wet lief
(Vergelijk al de refreinen van Psalm
119.)
Maar hij leed ontzettend onder het
menselijke geknoei met de wet van zijn
Vader.
Zo groeide zijn eenzaamheid.
Zijn broers en zuster lachten hem uit
om zijn geheim. En zo begon al in Na
zareth zijn lijden, dat des te erger was,
omdat hij die mensen allemaal zo lief
had. A. D.
Lang heb ik geaarzeld, welk woord
hier boven moest staan. Ik heb er een
aantal weer doorgestreept. Ik bedoel
voor de houding, die onze synode heeft
aangenomen tegenover Dr. Buskes c.s.
Waren al die kerkrechterlijk zo gesle
pen mannen samen niet in staat om een
oplossing te vinden, waar onze kerken
zich over konden verheugen
Ik heb mij 42 jaar gegeneerd over de
affaire Assen (ik denk aan de misera
bele tuchtoefening van de classis Haar
lem over Ds. W. C. van den Brink,
een oergereformeerd man). Maar mijn
blijdschap over de terzijdestelling van
de klaar blijkelijke exegese, werd be
dorven door de onbegrijpelijke onmacht,
die de synode vertoonde, om gemaakte
fouten te herstellen.
Ik vraag me af hoe komt dat Waar
zit dat in
Het ingezonden stuk van collega
Wielenga in „Trouw" van een week
geleden was me uit het hart gegrepen.
In brede kringen heerst onbehagen over
dit onbegrijpelijke besluit.
Is daar nu niets meer aan te doen
A. D.
GELUKKIG
Gelukkig is er intussen iets aan ge
daan
En heeft de Synode een betere weg
gevonden. A. D.
De generale synode heeft besloten
om nog niet toe te treden tot de We
reldraad van Kerken. Daarmee spelen
we een onsympathiek spelletje kieke
boe. We sluiten ons niet aan. nee, maar
we doen wel mee. Ons wereldwijde zen
dingswerk kunnen we onmogelijk doen
zonder voortdurende samenwerking met
de organen van de Wereldraad van
Kerken. En dat geldt net zo ook voor
het bijbelgenootschap en ons wereld
diaconaat. Dank zij de sportiviteit van
de Wereldraad kan dat allemaal zonder
officiële aansluiting. Gelukkig kan alles
gewoon doorgaan, vanwege onze feite
lijke aansluiting. En ondertussen doen
we „net alsof".
Een heel eigenaardig accent krijgt dit
onwaardige gedoe door ons lidmaat
schap van de Wereldbond van gerefor
meerde kerken, waar nu ook de congre-
gationalistische kerken in opgenomen
werden.
Het is prachtig, deze speciale concen
tratie van gereformeerde kerken in de
wereld. Maar men moet niet doen. alsof
de bezwaren tegen aansluiting bij de
Wereldraad (aanwezigheid van vrijzin
nige elementen) hier ineens afwezig
zijn.
Want tot die Wereldbond van Ge
reformeerde Kerken hoort ook de Her
vormde Kerk van Nederland en tal van
andere kerken, die als volkskerk heel
anders denken over en doen met de
tucht dan wij en waarin de vrijzinnige
elementen waarlijk ook niet ontbreken.
We kunnen de aansluiting bij de
Wereldraad rustig uitstellen en er mee
wachten, tot de Kerk van Urk er ook
geen bezwaar meer tegen heeft. Want
het werk gaat toch wel door.
A. D.
Onze synode heeft uitgesproken, dat
het lidmaatschap van maatschappelijke
en politieke organisaties een quaestie
was voor ieders persoonlijke verant
woordelijkheid, maar dat zij toch de
voorkeur geeft aan de keuze van chris
telijke organisaties.
Zij heeft geen enkele organisatie bij
name genoemd. Wat de politiek betreft,
zijn er in Nederland minstens 5 partijen,
die publiek beweren, dat ze van de
christelijke beginselen uitgaan drie
grotere en twee kleinere.
Maar het is ook zonder dat de synode
man en paard noemde wel duidelijk,
welke partij bedoeld werd de A.R.P.
Ik heb geen enkel bezwaar om de
voorkeur van de synode te volgen en
ben dan ook sinds jaar en dag lid van
deze partij.
Bovendien is de A.R. van de vijf de
minst conservatieve. En „je kunt maar
beter houden wat je hebt, want bij een