Zondagsviering
GEBROKEN TROTS
(vervolg van pag. 1)
Wij spreken over Pinkster^roepen.
Er bestaan namelijk veel gemeenten en
groepen, onder verschillende namen:
Pinkstergemeente, Volle Evangelie Ge
meente, Philadelphiagemeente, Gemeen
te Gods, Bethel Pinksterkerk, enz.
In de nummers 3 en 4, 29e jaargang
van Kracht van Omhoog" heeft Petei
Bronsveld twee artikelen gepubliceerd
over de gemeentevorming in de pink
sterbeweging. Hij heeft naar voren ge
bracht, dat gemeentevorming absoluut
noodzakelijk is.
Als regel wordt een gemeente ge
sticht door een evangelist, die in de ont
staansperiode van zo'n gemeente als
apostel werkzaam is. Zo gauw het
enigszins mogelijk is zal de .stichter"
van de gemeente zich echter moeten
terugtrekken, en het werk moeten over
laten aan de oudsten, die hijzelf moet
aanstellen. Vanzelfsprekend zal hij
daarvoor de mensen nemen, die krach
tens hun geloof en gaven daar het meest
voor geschikt zijn.
De verschillende groepen en gemeen
ten hebben een grote mate van zelfstan
digheid. Uit het artikel van Bronsveld
blijkt ook, dat men niets van kerkelijke
vergaderingen wil weten, omdat men
,,het idee van de eenvormige kerk" ver
werpt. Bronsveld drukt zich in deze zeer
scherp uit: ,,Het hedendaagse streven
naar uniformiteit is satanisch". Hij stelt
de zaak zo, dat er scheuringen ont
staan door het streven naar eenvormig
heid, die God niet gewild heeft. ,,Het
evangelie is een persoonlijke zaak,
vraagt persoonlijk geloof en persoonlijk
handelen".
Sinds 1943 bestaat de Broederschap
van Volle Evangelie Gemeenten in Ne~
derland, waardoor de mogelijkheid be
staat landelijk een gemeenschap te vor
men. Men mag deze broederschap ech
ter niet zien als een soort synode, en
in de praktijk komt het hierop neer. dat
niet alle gemeenten zich daarbij aan
sluiten, en de band tussen de aange
slotenen vrij los is.
Men wil een eenheid vormen, waar
binnen iedere gemeente tenvolle haar
eigen karakter kan hebben.
In een krantenbericht (april 1965)
werd melding gemaakt van een gemeen
schappelijke samenkomst van acht pink-
stergroepen in Amsterdam. De organi
satoren vestigden er de aandacht op,
dat deze vergadering niet in de eerste
plaats als evangelisatie-samenkomst
was bedoeld, maar als een manifestatie
van de eenheid van deze pinkstergroe-
pen, die in kerkelijke kringen wel eens
in twijfel wordt getrokken.
Ook op andere manieren wil men to
nen, dat men een eenheid vormt. Zo
werd bijvoorbeeld door de Vereniging
van Volle Evangelie Zakenlieden reeds
enkele malen een grote bijeenkomst ge
organiseerd in het centrum van ons
land. Daar kwamen niet alleen zaken
mensen samen, maar mensen uit alle
mogelijke groepen, terwijl ook de spre
kers van verschillende groepen uit bin
nen- en buitenland waren. Op deze
wijze is gebleken, dat, ondanks veel on
derlinge verschillen, de broeders en zus
ters uit de pinksterbeweging tóch. een
eenheid willen vormen, en zich aan el
kaar verbonden weten.
Afzonderlijk dienen we de beweging
Stromen van Kracht'\e noemen.
De centrale figuur hierin is Karei
Hoekendijk.
Ten aanzien van de tongentaai be
staat er verschil van mening tussen
Hoekendijk en de pinksterbeweging in
het algemeen. In het tijdschrfit Stro
men van Kracht" heeft hij een belang
rijke serie artikelen gepubliceerd over
de glossolalie. Daarin blijkt, dat hij wil
waken voor het optreden van hysterie
en extase. In tegenstelling tot anderen,
die hierover geschreven hebben, betoogt
hij, dat het geloof, en het gerechtvaar
digd zijn door het geloof centraal is bij
het spreken in tongen. Wanneer iemand
in tongen spreekt is niet de Heilige
Geest aan het woord, maar de gelovige
zélf. Die gelovige wordt natuurlijk door
de Geest geïnspireerd, maar hij kan het
gebruik van deze gave zélf regelen. Hij
kan dus in bepaalde gevallen zwijgen
(Vgl. 1 Cor. 14).
Aanvankelijk stond men in kerkelijke
kringen niet afwijzend tegenover deze
beweging. Het was ook de bedoeling
van Hoekendijk om naar de kerk toe
te werken. Hij heeft het zelf zó ge
schreven: ,,Wij evangeliseren naar de
kerken toe, en hopen dat ieder op zijn
of haar plaats tot overwinnend geeste
lijk leven komt. Zo willen wij meewer
ken aan een geestelijke opleving in alle
kerken".
Helaas is men er in deze beweging
toe overgegaan om in eigen kring het
avondmaal te vieren en de doop te be
dienen.
Als reactie hierop hebben verschil
lenden, die eerst met deze beweging
sympathiseerden en er hun medewer
king aan verleenden, zich teruggetrok
ken. Daarna is een ander blad versche
nen, ..VUUR dat het goede uit de
pinksterbeweging in de kerk wil bren
gen. Aan dit blad wordt meegewerkt
door predikanten en leden van verschil
lende kerken.
In de rij van tijdschriften moet ook
het blad .Kracht van Omhoog'' ge
noemd worden. Het wordt omschreven
als gewijd aan de vervulling met de
Heilige Geest en de verwachting van
de komst van Christus". Hoewel we er
vele artikelen in vinden, die onmisken
baar de opvattingen van de pinkster
beweging propageren, kunnen we het
toch niet een specifiek pinksterblad"
noemen. We vinden er soms ook artike
len in, die op bepaalde punten van de
algemene opinie in deze kringen afwij
ken. De redacteur heeft eens geschre
ven, dat iedere scribent zijn mening in
het blad mag publiceren, ook al is de
redactie het er soms niet mee eens.
Door de stichting Volle Evangelie
Zending, „opgericht om het Volle Evan
gelie te verbreiden over de gehele we
reld in de Naam van Jezus Christus",
wordt het blad ..Nieuw Leven" uitge
geven. Het staat onder redactie van
evangelist Johan Maasbach.
Evangelist Maasbach treedt de laat
ste jaren bovendien op als radiospreker.
Via radio Luxemburg spreekt hij iedere
zondagochtend voor de Volle Evange
lie Zending in „Een half uur Goed
Nieuws".
Reeds eerder hebben we de Vereniging
Van Volle Evangelie Zakenlieden ge
noemd. Het eerste doel van deze ver
eniging is: het behartigen van de gees
telijke belangen van de zakenmensen.
Gelovige zakenlieden worden erop ge,-
wezen, dat zij hun collega's geen gro
tere dienst kunnen bewijzen dan hen,
in de kring van collega's, in aanraking
te brengen met het volle evangelie.
Tenslotte willen we de naam „Beu-
kenstein" noemen. Dit is een landgoed
in Driebergen, waar regelmatig samen
komsten en weekends worden gehou
den. Er is een vast team om de gasten
te ontvangen en hen met raad en daad
bij te staan. Er zijn echter ook dik
wijls gastsprekers.
Op zichzelf genomen is het zeer toe
te juichen, dat er een gelegenheid be
staat om zich buiten de eigen kring,
waarin men dagelijks leeft, met anderen
bezig te houden met allerlei levensvra
gen en geestelijke problemen.
Een bezwaar tegen „Beukenstein" is
echter, dat men zich niet daartoe be
perkt. Regelmatig worden door het team
doopdiensten georganiseerd, waarvoor
niet alleen zij worden uitgenodigd, die
Jezus Christus als hun Heiland hebben
aanvaard mede door de arbeid van
„Beukenstein", maar ook kerkleden,
wier verzoek om als volwassenen te
worden gedoopt (dus het zgn. over-
dopen) door hun kerkeraad werd ge
weigerd.
A. G. K.
VAN DE VELUWE
Weer mocht ik een zitting van de
Generale Synode Middelburg-Lunteren
bijwonen.
Het was een middag, waarop twee
interessante rapporten aan de orde kwa
men. Eerst de zaak van de intercommu
nie, waarover ik indertijd in dit blad al
eens mijn mening gaf. Met dit onder
werp is men op het moment, dat ik dit
schrijf, nog niet klaar gekomen. Als u
dit leest zullen de beslissingen al wel in
de krant hebben gestaan. We hopen
daarop nog wel terug te komen.
Het tweede rapport, dat in bespre
king kwam, en waarover op die woens
dagmiddag, 16 maart, wel uitspraken
werden gedaan, was dat van de zon
dagsviering.
Sommigen van u zullen in de pers al
wel het een en ander daarover hebben
gelezen. Misschien zelfs even geschokt
zijn door een kop met grote letters
Zondagsarbeid is als zodanig niet zon
dig. Hebben velen daarover vroeger
niet anders gedacht Is er hier weer
van een koerswijziging sprake Of
meer nog is dit niet in strijd met het
vierde gebod Op de Sabbath zult ge
geen werk doen
Ik kan mij zo voorstellen, dat er spon
tane, zeer critische reacties zullen ko
men. Heeft de Synode zich door de tijd
geest laten beïnvloeden
Toch ben ik van mening, dat de Sy
node richtlijnen heeft gegeven, met pas
torale conclusies, die bijbels gefundeerd
zijn en juist voor onze tijd van bijzon
dere betekenis zijn.
Ons werd vroeger ngal eens voorge
houden, dat de zondag de Nieuw-Tes-
tamentische Sabbat is. Het vierde gebod
werd dus zo maar op de zondag toege
past. Alleen zaten we wat moeilijk met
de zevende dag. Maar we kwamen er
wel uit. Het scheppingsrythme is zes
dagen werken, één dag rust. In het
Nieuwe Testament werd dat de zondag,
de dag van de opstanding van Jezus
Christus. Maar de Sabbathgedachte,
met vaak zeer wettische inslag bleef.
Wat heeft dit voor velen de zondag ge
maakt tot een dag van verveling, met
een uitgebreide casuïstiek dit niet, dat
niet
Het was voor mij een bevrijding,
toen ik een heel andere visie kreeg. Im
mers nergens in het Nieuwe Testament
wordt ons geleerd, dat de Sabbat zich
voortzet in de zondag. Wel het tegen
deel, waarbij zeer belangrijk zijn plaat
sen als Rom. 14:5: Er zijn in de ge
meente van Rome mensen die de ene
dag boven de ander stellen, anderen ach
ten alle dagen gelijk. De eersten zijn
de zwakken, de tweede de sterken, en
Paulus staat aan de kant van de laat-
sten. En vooral Col. 2 16 en 17 is van
beslissende betekenisLaat dan nie
mand u blijven oordelen inzake eten of
drinken, of op het stuk van een feest
dag, nieuwe maan, of sabbat, dingen
die slechts een schaduw zijn van het
geen komen moest, terwijl de werkelijk
heid van Christus is. Hier is het vol
komen duidelijk dat Paulus de Sabbat
vervuld acht in Christus. De schaduw
is voorbij, er is een heerlijker werkelijk
heid De rust is er, in Christus, alle
dagen, voor ieder, die in Hem gelooft
(Hebreën 4).
Betekent dit nu, dat we met het vier
de gebod niets meer te maken hebben
Dat we onze gang kunnen gaan, dat de
zondag dus geen betekenis heeft
Zo is het stellig niet. De wettische
fundering van de zondag, vanuit de
Oud-T estamentische sabbatsgedachte,
is ons ontnomen.Gelukkig maar, want
bijbels was die niet. De eerste Christe
nen stonden in dit opzicht in een nieu
we vrijheid. Maar wel is er iets anders,
en de Synode heeft dit zo uitgesproken:
De zondag is onder de leiding van de
Heilige Geest geworden tot de dag,
waarop we de opstanding van de Heer
in het bijzonder herdenken (4). Wij
aanvaarden de zondag dus niet als
„verplaatste Sabbatdag (conclusie 3),
maar als een geschenk uit de historie.
In het Nieuwe Testament ligt er de
oorsprong van, als over ,,de dag des
Heren" wordt gesproken (Hand. 20:7,
Openb. 1 10). Het werd gewoonte om
op die dag samen te komen als gemeen
te, soms 's avonds, omdat de Christenen
overdag vaak moesten werken. (Van
daar ook die stelling Zondagsarbeid
kan als zodanig op grond van de Hei
lige Schrift niet worden verboden of
als zondig worden gekwalificeerd.)
De Synode heeft alle nadruk gelegd
op de betekenis van de zondag voor
ons. De gemeente komt nog steeds op
die dag samen. Ons gehele leven komt
FEUILLETON
door
HERMAN NOORMAN
39)
,,Ja, vader. Wij hebben geregeld briefwisseling met el
kaar, hoe, dat doet er niet toe en ik heb hem de laatste
maanden ook een paar maal gesproken. U vraagt mij er
nu naar en ik zeg U de waarheid. Ik misdoe daar niets
mee, want..'...."
,,Je misdoet er niets mee Je beliegt je vader en moe
der Ik heb je verboden, toen je naar Tiel ging... Schreef
hij daar ook heen
„Neen, vader. In Tiel heb ik geen letter van hem ont
vangen, dat is de waarheid."
„Hebben jullie dan met elkaar afgesproken, dat hij hier
weg zou gaan, om
„Neen, vader, ik wist er niets van dat Abel solliciteer
de, dat is ook de waarheid. Ik hoorde er van toen hij in
Zwolle al benoemd was. We hadden geen enkele af
spraak, geloof mij, want het is de volle waarheid."
Arend Steendam staat even perplex. De houding van
Kea verrast hem toch. Die weet wat zij wil. Kea ziet zijn
verslagenheid en maakt er gebruik van.
„Vader," smeekt zij, „maak het ons nu niet moeilijk.
We horen bij elkaar. We zijn er van overtuigd, dat God
ons bij elkaar heeft gebracht. Geef nu uw toestemming,
vader."
„Eer stort deze boerderij in puin, eer ik jou toestemming
geeftroept Steendam woedend uit. „Laat je dat nu eens
en voor altijd gezegd zijn."
„Houden jullie nu op met die ruzie," zegt de boerin
schreiend. „Wees toch eens verstandig, Kea. Je ziet, dat
je vader niet wil. Je moet gehoorzamen."
„Neen, hierin behoef ik niet te gehoorzamen, moeder.
Vader mag dat niet van mij vergen."
„Hoe je mond, brutale feeks. Kort en goed, je krijgt
tijd tot morgen. Denk er goed over na, want ik krabbel
niet terug, meisje. Je deelt mij morgen mee dat je afziet
van die vent in Zwolle en dat je tot man zult nemen, die
ik hier breng. Ik kan altijd nog met Voerman praten. Hij
is een goeie voor jou. Jullie zullen 't best met elkaar vin
den. Dus morgen en geen dag later, goed begrepen Het
moet nu afgelopen zijn. Ik ben al gek genoeg geweest,
om zo lang geduld te hebben."
„En als ik morgen weiger, vader?" vraagt Kea, die
begrijpt, dat thans het hoogtepunt van de crisis bereikt is.
„Dan erken ik je niet langer als mijn dochter en kun je
„Westhove" verlaten. Is dat duidelijk of niet?"
„Arend," huilt zijn vrouw. „Weet wat je zegt."
„Dat weet ik heel goed. Als Kea nu maar zo verstandig
is om te gehoorzamen. Het ligt aan haar."
Woedend verlaat Arend Steendam de kamer, waar de
boerin schreiend met Kea praat.
„Kind, geef toch toe. Vader voert zijn bedreiging uit.
Wat een ellende komt er dan Laat Lasterie nu maar va
ren. De wonde heelt met de tijd wel. Denk er toch eens
over na
Kea zit met opeengeklemde lippen. Dan vliegt zij plot
seling op en rent naar boven, naar haar kamer, waar zij
bij haar bed ligt te huilen van pijnigende smart.
Dan pakt zij resoluut haar handkoffer en vult het met
de allereerste benodigdheden. Tevens voegt zij er geld bij,
na gezien te hebben, dat in haar tasje voorlopig vol
doende is.
De stemming aan tafel is ondragelijk. Steendam laat de
bijbel liggen als zij klaar zijn en spreekt een formulier
gebed uit. Er is geen woord gezegd. En stilzwijgend brengt
Kea de borden en het andere gerei naar de keuken, waar
de dienstbode haar nieuwsgierig aanziet. Het personeel
heeft de ruzie gehoord. Het vermoedt wat er aan de hand
is. Waar moet dat op uitdraaien
Steendam heeft de fiets genomen en rijdt naar het dorp.
Vermoedelijk heeft hij er geen boodschap. Hij wenst er
uit te zijn. Misschien, hoopt Kea, die haar vader naziet,
komt hij tot andere gedachten.
Rustig spreekt moeder weer met haar. Zij staat thans
aan de kant van haar man. Lasterie raakt geheel op de
achtergrond. Zij wéétals een van deze twee karakters
niet buigt, dan is zij Kea kwijt
„Ik zal straks nog eens met vader spreken", zegt Kea
vermoeid.
„Geef je dan toe
„Ik'hoop, dat vader alsnog kan inzien, dat zijn eis lief
deloos is. Ik kan niet toegeven, moeder, onmogelijk. Weg
lopen doe ik niet, hoe verschrikkelijk het leven hier ook
wordt, maar toegeven, neen, dat gaat niet," zegt ze be
slist. „Abel en ik willen nog wel wachten, maar van el
kaar afzien en ik dan trouwen met iemand anders, moe
der, dat kan niet
Tegen negen uur, het begint te donkeren, komt de boer
terug. Weer heerst in het vertrek het angstig zwijgen,
zoals in de natuur stilte heersen kan vóór de onweersbui
losbreekt.
„Vader," zegt Kea dan, „kunnen we nu niet praten
zonder die ruzieachtige toon U houdt toch veel van mij
en begrijpt toch wel, moet toch begrijpen, dat er voor mij
veel op het spel staat. Als Abel en ik
Steendam gaat in de mening verkeren, dat Kea aan het
doordenken is geweest. Nog verzet zij zich, maar dat ver
zet wordt zwakker. Zijn dreigement schijnt geholpen te
hebben.
Zij weet wel dat hij doorzet, als het er op aankomt.
Dus moet hij nu voet bij stuk houden en geen enkele
zwakheid tonen.
„Ik heb vanavond mijn laatste woord gesproken, meisje.
Morgenochtend verwacht ik je antwoord. En als dat wei
gerend is, dan weet je het, wat je te doen staat. Dan kun
je vertrekken naar Zwolle voor mijn part. Van mij zul
je geen cent zien, reken er op. Morgen nog laat ik alles
bij de notaris beschrijven. Het is afgelopen. Je hebt nog
één nacht om te bedenken."
Angstig en onzeker kijkt de boerin haar man aan. Die
wendt evenwel het hoofd af. Geen woord wordt er meer
gesproken.
Bij haar weten heeft Kea voor het eerst in haar leven
een geheel slapeloze nacht.
Aanvankelijk hoort zij beneden zich de zachte, smeken
de stem van moeder, die misschien bezig is, een woordje
ten gunste van haar te zeggen.
(Wordt vervolgd)