eeuwóe
3£erkbocle
Dogmatische Belangstelling
PREEKSTOF
De a.s. vierde zitting van het tweede Vaticaans concilie
HET GEZANG VAN DE ZONDAG
20e JAARGANG No. 5
30 JULI 1965
„Ik worstel
en ontkom"
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
RedactieDs. W. H. Gispen, TerneuzenDs. B. Wentsel, BrouwershavenDs. G. van Wilgenburg, Middelburg.
Correspondentie-adresLittooij Olthoff, Spanjaardstraat 47, Middelburg.
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, St. Laurens
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. W. Kats, Goes Ds. A. G. Kornet, Vlissingen
Dr. P. C. Kraan, VlissingenDs. G. S. Oegema, AmemuidenDs. D. Ringnalda, Middelburg
Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo.
Abonnementsprijs
3,50 per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
15 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 15 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
Men kan het zich niet ontvijnzen dat
er ondanks de minachting die van be
paalde zijde wordt getoond als men
over het dogma spreekt wel degelijk
grote dogmatische belangstelling bij het
kerkelijk meelevend publiek bestaat. De
uitgeverij n.v. J. H. Kok te Kampen laat
haar persen maar draaien en komt met
de ene uitgave op dogmatisch terrein na
de andere. Wat men van Karl Barth
eens schreef dat zijn kerkelijke dogma
tiek geen boek is maar een bibliotheek,
geldt zeer zeker van de uitgaven van
deze uitgeverij. Alleen al de werken
van Prof. Berkouwer kunnen hiervoor
genoemd worden. Dan wat Prof. Pol
man deed verschijnen en nu de Korte
Dogmatiek" van Prof. K. Dijk. Iemand
zei me ietwat kleinerend ,,Wie leest
dat nu Kijk, dacht ik, begin jij er
maar eens mee met deze opmerking
wil ik maar zeggen dat heel velen, jon
geren en ouderen, daar goed aan zou
den doen. Naast de exegetische belang
stelling toch blijkens de reeks kommen-
taren op de Bijbel, en Boeken bij de
Bijbel, mag de dogmatische interesse
niet vergeten worden. En ze is er naar
ik meen, zowel in Hervormde als Gere
formeerde kring.
In dit verband moge ik al dadelijk
verwijzen naar hetgeen Prof. Dijk op
bladzijde 62 van zijn boekje schrijft
„een jongere generatie moge, omdat zij
voor andere vragen staat, tot een an
dere probleemstelling komen, zij zal
zich altijd eerst moeten afvragen, hoe
Kuyper en Bavinck geoordeeld hebben,
en hun eigen van hen afwijkend stand
punt kritisch bezien.
De gereformeerde dogmatiek is in
Nederland nog niet „uitgestorven" zij
is met het heengaan van Kuyper en
Bavinck niet geluiquideerd aan haar
voortbouw en ontplooiing wordt hard
gewerkt en het is een zegen Gods, dat
er van de Theologische Hogescholen te
Kampen en Apeldoorn en van de Vrije
Universiteit te Amsterdam, en ook nog
van de Rijksuniversiteiten een invloed
ten goede uitgaat in heel de wereld voor
de diepe en warme belangstelling voor
een reformatorisch-gereformeerde dog
matiek, die de vertolking wil zijn van
de waarheid der Schrift in de taal en
de vormen van deze tijd".
Prof. Dijk noemt verschillende namen
van deze werkers van het zoveelste uur;
wel ik zou zijn naam daar graag aan
toevoegen. Mij dunkt dat het een
vreugde, een feest voor hem moet zijn
geweest juist op zijn 80e verjaardag
deze pockets (twee nummers 76 en 77)
gedrukt te zien en aan het publiek aan
geboden. 't Boek heeft twee delen een
historisch en een thetisch deelhet eer
ste telt 70 bladz., het andere 225.
Beide zijn van belang tot het verstaan
van wat dogmatiek en inzonderheid ge
reformeerde dogmatiek is. Ik moge wat
het eerste deel betreft verwijzen naar
zijn bespreking van de moderne richting
in haar begin en haar voortgang de
nieuwe moderne richting van welke
Prof. Dijk zegt ,,dat men wel gebro
ken heeft met het oude modernisme,
maar dat de tegenstelling ten opzichte
van het oud-kerkelijk belijden niet is
opgeheven.
De houding der rechts-vrijzinnigen
moge milder zijn, er blijft tussen hen
en de Schriftgelovigen helaas een kloof
gapen, die theologisch èn kerkelijk geen
overbrugging toelaat".
Ik kan niet anders zeggen dan dat ik
dit eerste deel met heel veel genoegen
heb gelezen al was uiteraard een en an
der me niet onbekend, maar het in ge
regelde orde nog eens weer voorgescho
teld te krijgen deed me deugd, zodat ik
de lezing en bestudering gaarne aanbe
veel.
Het tweede deel is, zoals gezegd, van
geheel andere aard.
In elf hoofdstukken wordt de dogma
tiek uiteengezet. In de inleiding wordt
uiteraard de vraag behandeld wat een
dogma en wat dogmatiek is. Daarin
wordt gezegd dat er wisselwerking tus
sen kerk en theologie, tussen volk en
wetenschap dient te zijn. Ze kunnen el
kaar niet missen, omdat ze één zijn in
Hem, in Wie al de schatten der kennis
en der wijsheid verborgen zijn.
Ik kan er natuurlijk niet aan denken
een en ander wat Prof. Dijk geeft weer
te geven. Men leze het zelf. Eén proeve
wil ik echter wel geven. Gevraagd
wordt hoe is nu de verhouding van het
besluit der verwerping tot de verkiezing
van eeuwigheid ten eeuwigen leven
Hier is veel misverstand doordat men
beide besluiten naast elkander stelt.
Ze worden naast elkaar gecoördineerd.
Ze worden twee zelfstandige delen in
Gods besluit, en gevolg hiervan is een
averechtse beschouwing van zonde en
straf, en ook van genade en evangelie,
die tot een afstotende leer voert. De
verkiezing is primair en de verwerping
is er de donkere keerzijde van.
Ik hoop dat de gemaakte opmerkin
gen tot de aanschaf van dit boekje mo
gen meewerken. Ik wens de uitgever
een ruim debiet en ben Prof. Dijk zelf
dankbaar voor de moeite die hij zich op
hoge leeftijd gegeven heeft om tot deze
uitgave te geraken.
Brouwershaven B.'WENTSEL.
„Waarover heeft de dominee ge
preekt Een vraag, die ouders soms
aan hun kinderen stellen na de kerk
dienst. Een verstandige vraag tevens,
want het stimuleert de kinderen om al
op jeugdige leeftijd aandacht te hebben
voor de prediking. En soms kan deze
vraag uitgangspunt zijn voor een posi
tief gesprek over de inhoud van de
preek. Ook dat „napraten" heeft im
mers betekenis. De boodschap roept om
antwoord, om reactie, niet alleen in de
eredienst, ook daarbuiten.
Waarover wordt gepreekt Over
stof, over teksten uit de Bijbel natuur-'
lijk. Verkondiging zonder tekst komt in
onze kerken in officiële diensten niet
voor. Bij een evangelisatietoespraak is
het wel toegestaan, en meestal ook de
gewoonte dan nemen we een onder
werp In de kerk nemen we een tekst.
Onlangs preekte ik ergens in Zee
land en in de kerkeraadskamer kwam
het na afloop ook tot een gesprek. Een
van de broeders maakte daarbij een bij
zondere opmerking. Hij zei „Sommige
predikanten hebben een grote Bijbel,
anderen een kleine". U begrijpt zijn be
doeling. In het eerste geval komen ook
onbekende „stoffen" aan de orde, in
het tweede beperkt men zich veelal tot
bekende, en dan vaak Nieuw-Testa-
mentische teksten.
De predikanten in onze kerken zijn
geheel vrij bij de keuze van hun tekst.
Hier is niets voorgeschreven. Men kan
alle kanten uit. Alleen het kerkelijk jaar
zorgt in de periode van Advent tot
Pinksteren voor enige aanwijzingen ten
aanzien van de stof, evenwel houdt dit
ook geen verplichte tekstkeus in.
In andere kerken ligt dit soms anders.
In de Rooms-Katholieke kerk staan de
Schriftlezingen voor elke zondag in het
missaal. De prediking is meestal ook
ten nauwste met deze gedeelten verbon
den.
Ook in sommige reformatorische ker
ken kende men preekroosters. Een voor
deel is voor de predikant, dat hij niet
naar een tekst behoeft te zoeken. Die
is hem immers voorgeschreven. Verder
wordt een subjectieve voorkeur van een
predikant voor bepaalde stoffen uitge
sloten. Hij moet ook teksten „bepre
ken"' die hem niet „liggen".
Een nadeel is, dat bij zo'n rooster
geen rekening kan worden gehouden
met de behoefte van een bepaalde ge
meente, of met de situatie op een be
paalde zondag. En bij het Rooms-Ka-
tholieke systeem keren jaarlijks dezelf
de lezingen terug, terwijl de rest van
de Bijbel niet aan de orde komt. Dit
is niet bevorderlijk voor het verkrijgen
van meer Schriftkennis. Er blijft veel
„onontgonnen" terrein over.
Maaris dit ook niet het geval
bij de totaal vrije tekstkeus, zoals die
in onze kerken mogelijk is
Onlangs las ik, dat een kerkganger
in den Haag vijftien jaar lang de tek
sten genoteerd heeft, waarover hij in
die jaren heeft horen preken. Naast
kerkganger was hij dus administrateur
van preekstoffen. In het kerkblad van
de Gereformeerde Kerken van 's-Gra-
venhage werd zijn overzicht gepubli
ceerd.
Het is wel interessant om zijn gege
vens eens te memoreren. Daaruit kun
nen we enige conclusies trekken over
de genuanceerdheid van de prediking.
Het gaat hierbij alleen over de vrije-
stof-teksten, de catechimuspreken wor
den uiteraard buiten beschouwing ge
laten.
In totaal werden 1059 preken gere
gistreerd. Een voldoende groot aantal
om een behoorlijk beeld te krijgen van
de „stoffenkeuze".
Uit het Oude Testament werd 324
maal, uit het Nieuwe Testament 735
maal gepreekt.
Hoewel het Oude Testament groter
is dan het Nieuwe (39 boeken O.T. en
27 N.T.), kwam dus het Nieuwe Tes
tament meer dan twee maal zo vaak
aan de orde dan het Oude. Men kan
zeggen vanzelfsprekend, want we le
ven in de Nieuw-Testamentische ge
meente. Inderdaad, En rond de heils-
feiten (Advent tot Pinksteren) zal dus
automatisch veel uit het Nieuwe Testa
ment worden gepreekt. Toch is het de
vraag of de rijkdom, die ook het Oude
Testament bezit, wel voldoende naar
voren komt.
Genoemde kerkganger maakte ook
een nadere specificatie naar bijbelboe
ken. En wel de volgende
Genesis 47
Exodus 11
Leviticus 3
Numerie 5
Deuteron. 5
Jozua 3
Richteren 10
Ruth 2
1 Samuël 12
2 Samuël 7
1 Koningen 15
2 Koningen 12
1 Kron. 2
2 Kron. 4
Job 3
Psalmen 72
Spreuken 2
Prediker 8
Hooglied 1
Jesaja 26
Jeremia 19
Klaagl. 4
Ezechiël 9
Daniël 11
Hosea 6
Amos 4
Obadja 1
Jona 5
Micha 2
Habakuk 3
Zacharia 5
Maleachi 5
Hieruit blijkt, dat de Psalmen, Gene
sis en Jesaja duidelijk favoriet waren
(samen 145), terwijl 7 boeken niet aan
de orde kwamen Ezra, Nehemia,
Esther, Joël, Nahum, Zefanja, Haggaï.
Wat het Nieuwe Testament betreft,
daarvoor is de specificatie de volgende:
Mattheüs 111
Markus 31
Lukas 170
Johannes 121
Handelingen 57
Romeinen 26
1 Cor. 29
2 Cor. 17
Galaten 15
Efeze 13
Filippenzen 9
Colossenzen
1 Thess. 6
1 Tim. 4
2 Tim. 6
Hebreën 32
1 Petrus 13
2 Petrus 5
1 Joh. 4
2 Joh. 2
Jakobus 1
Openb. 40
Zondag 1 augustus Gezang 96.
Vergissingen die men in deze melo
die wel hoort zijn in de zesde regel
'lo-hof vermeer" i.p.v. 'lof-ve-hermeer'
en het zingen van een doorgangsnoot
in de laatste regel tussen 'gedaan' en
'heeft'. De notatie van deze melodie in
Bes is aan de lage kantin B of C
gezongen is het klinkend effect wel zo
opgewekt.
o—
Zondag 8 augustus Gezang 89.
Gaarne aandacht voor het aan elkaar
zingen telkens van twee regels en voor
al voor het aanhouden gedurende drie
volle tellen van de noot op 'verlichten'
en 'richten'.
Als we deze getallen bekijken, dan
zien we dat de Evangelieën en de Han
delingen samen 508 maal de tekst op
leverden (dus bijna de helft van het
totaal uit de gehele Schrift). Verder
springen er uitHebreën en Openba
ring (niet Openbaringen, zoals vaak
gezegd wordt). Geen tekstmateriaal
werd gekozen uit2 Thess., Titus, Fi-
lemon, 3 Johannes, Judas.
Dat was dus het resultaat van 15
jaar „preekhoren". Wel duidelijk is,
dat bepaalde boeken veel aandacht
hebben gehad (Lukas wint het met gro
te voorsprong (170 keer) daarna komt
Johannes met 121 keer. Wel begrijpelijk,
zoals gezegd, want van Advent tot na
Pasen spelen deze boeken een grote
rol.
In het Oude Testament komt het
grootste aantal voor bij de Psalmen.
Ook al weer geen wonder, want in dit
boek vinden we schuld en boete, troost
en vermaan, lof en dank, op bijzondere
wijze bijeen.
Toch is het jammer, dat uit bepaalde
boeken helemaal niet werd gepreekt
(b.v. Nehemia, Haggaï, waaruit toch
een bijzondere oproep tot activiteit, tot
meedoen in het Koninkrijk tot ons
komt)
Andere bijbelboeken kwamen beslist
te weinig aan de orde. Ik noem Spreu
ken (2 keer in 15 jaar), dat toch een
boeiende, niet systematisch, maar wel
vaak actuele ethiek, ook nog voor ons,
geeft. Immers levenswijsheid voor alle
tijden Ook kwamen b.v. Jakobus met
één maal en Colossenzen met vijf maal
zeker niét tot hun recht.
Wat moet onze conclusie zijn Moe
ten we weer preekroosters ontvangen,
b.v. door de Synode voorgeschreven
Ik noemde al enkele bezwaren tegen
dit systeem.
Maar het overzicht, dat ik u doorgaf,
zal predikanten zeker stimuleren wat
meer genuanceerdheid in onze tekstkeus
te betrachten.
En hebt u als gemeentelid eens een
wens voor een bijbelboek of een tekst,
geeft u het eens aan uw predikant door.
Als u een niet al te moeilijke keus doet,
zal hij wellicht uw wens willen over
wegen. Misschien helpt u hem op deze
wijze bij het „vinden" van een tekst,
want ondanks de rijkdom van de Schrift
is dit voor een predikant soms nog niet
eens eenvoudig
W. KATS.
Meer dan waarschijnlijk wordt de
vierde zitting van het tweede Vaticaans
concilie ook de laatste. Naar aanleiding
van verschillende decreten begint ech
ter de lijn, die het concilie zal uitstippe
len, vaste vormen aan te nemen en we
mogen dan ook zeggen dat 'n gedeelte
van het werk, zij het dan niet officiéél,
dan toch officieus reeds geëindigd is.
We kunnen dan nu ook reeds aan de
hand van verschillende decreten vast
stellen waarheen Rome thans wilt. Al
lereerst moet gezegd, dat het bij 'n stre
ven naar innerlijke vernieuwing is ge
bleven. De echte oecumenische gedach
te, als we daaronder verstaan 'n samen
opbouwen aan wat samen gedaan kan
worden, is niet aan haar trekken geko
men. Misschien zal men denken dat ik
de zaken nu toch wat al te pessimistisch
bekijk, en op het eerste zicht zijn er
misschien ook wel redenen om dat te
denken, maar bij nadere beschouwing
geloof ik toch niet dat ik het bij het ver
keerde eind heb.
Om te beginnen zou men kunnen zeg
gen, dat er dank zij dit concilie, er nu
toch 'n secretariaat is die als opdracht
heeft het bestuderen van de hereniging
met de niet rooms-katholieken. Zonder