.J „DE SLUIKER" (vervolg vaii pag. 1) Hij gevoerd. En het Avondmaal werd door Hem ingesteld. Later kwam voor Hem het kruis Zie het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt En op de eerste dag van de week stond Hij op uit de doden Christus is overwinnaar! De kerk heeft een leven de Heiland. De eerste Joden-Christenen vierden oorspronkelijk nog het Joodse paas feest mee (14 Nisan, de lentemaand, met volle maan). Zij dachten dan aan de gekruisigde èn aan de Opgestane Heer. Een aanwijziging voor ons, dat we sterven en opstanding niet van el kaar mogen losmaken Wij denken op de Goede Vrijdag speciaal aan het kruis en het sterven van de Heiland. Alles is door Hem vol bracht. ,,Door Zijn bloed maakt Hij mij vrij en Zijn sterven zaligt mij." Pascha: redding, voorbijgang. Maar op ons Pasen, op de zondag, vieren wij de verrijzenis van Christus. ,,Het heerlijk morgenlicht brak aan, de Zoon van God is opgestaan." Over de datum van het Paasfeest is in de Christelijke kerk veel verschil van mening geweest. Een verschil, dat tot een openlijke strijd tussen Oost en West uitgroeide. De détails ervan zal ik u besparen. Het grote conflictpunt was In het Oosten (Klein Azië, b.v. met Polycarpus van Smyrna) vierde Pasen op 14 Nisan (de Joodse Paas- datum). In het Westen (Rome) ging men het feest van de Opstanding vie ren op de zondag na deze datum, dus de eerste zondag van volle maan in de lente. Want, zo zei men, Jezus is toch op een zondag uit het graf verrezen, dus moet men deze dag aanhouden. Dit laatste standpunt heeft het ge wonnen. Het bekende concilie van Ni- cea (325) gaf nog eens officieel aan deze traditie haar goedkeuring. En zö is het nog. We hebben dus een wisselende Paasdatum (van 22 maart tot 25 april). Elk jaar weer anders. In 1943 was er een late Paas (25 april) en men heeft berekend, dat dit D.V. pas weer in 2038 voorkomtEr zijn enige tijd geleden weer stemmen opgegaan voor het kiezen van een vaste Paas datum. Daar zou wel wat voor te zeg gen zijn. Er zou meer liturgische regel maat ontstaan. Maar de zaak is nog in studie. Een beslissing kan nog wel een poosje uitblijven. Dit is overigens zo erg niet. Want het gaat om de zaak Pasen, het feest van Christus' op standing werd zo het middelpunt van een cyclus, de Paaskring. Over de tijd er aan voorafgaande, de lijdensweken, schreef ik reeds. De zogenaamde .Stil le week" heeft hierin nog weer een apart karakter. We spreken van de Witte Donderdag (waarop het Heilig Avondmaal werd ingesteld, en ook ge vierd). De Goede Vrijdag, waarop wij in gedachten staan bij het Kruis van Golgotha, heeft een eigen liturgie ge had. Het Gloria (loflied) verstomt, al les wordt even stil bij de diepte van Jezus' lijden. Het is de grote verzoen dag van de Nieuw-Testamentische kerk. De Stille Zaterdag (sabbatum magnum, de grote sabbat) is de overgangstijd. Het einde naar de mens het begin INDUSTRIEZONDAG. Wij kennen in ons kerkelijk leven zo langzamerhand tal van speciale zonda gen als daar zijn Zendingszondag, Evangelisatiezondag, Jeugdzondag en in de kerk van Overveen hielden wij enige jaren geleden ook eens een bejaarden zondag. Verder worden in vele van onze Kerken de bid- en dankstond voor het gewas op zondag gehouden en dan zijn er last not least ook onze Avond- maalszondagen, al konden die er wel wat méér zijn dan 4 a 6 X per jaar.- Het is wel raak Wij moeten het ook maar niet gaan overdrijven. Toch zou ik er wat graag één aan toegevoegd zien, n.l. een industriezon- dag. Is dit nu echt wel nodig M.i. brood-nodig Dr. Zielhuis, onze industriepredikant in algemene dienst liet ons in opdracht van de generale deputaten voor Kerk en industrie weten dat de idee om een speciale industriezondag te houden hier en daar begint te leven. Enige tijd geleden ging de hervormde Kerk van Arnhem er reeds toe over en de Gere/. Kerk van Eindhoven heeft op 21 maart j.l. de jaarlijkse bidstond voor gewas en arbeid speciaal gericht op het industriële leven, nadat een com missie deze „industrie-zondag" even serieus als boeiend heeft voorbereid. Dit werd pracht-werk Ten dienste van de predikanten werd een serie teksten aangegeven met in dustriële toepassing. Ook de dienst der gebeden werd tevoren zorgvuldig over dacht en aan de voorganger als alge mene richtlijnen, uiteraard geheel vrij blijvend, aangeboden. Ik ben hierover als part-time "- industriepredikant van de Classis Mid delburg bizonder enthousiast en dat zal- stellig ook het geval zijn bij het depu- taatschap ,,Kerk en Industrie", dat door onze Particuliere Synode van Zeeland d.d. 17 maart j.l. benoemd werd, nadat zij een voortreffelijke uitspraak had ge daan. Deze uitspraak luidt ,,dat de oprich ting van een Stichting .Evangelie en Industrie" noodzakelijk is teneinde in samenwerking met andere protestantse christelijke kerken te komen tot ves tiging van een nader te bepalen aantal i n d u s- triepredikantsplaatsen. Enorm Let wel „Noodzakelijk" Wat is onze Particuliere Synode „bij de tijd" De 5 benoemde deputaten zullen hier aan handen-vol werk krijgen, maar deze broeders staan hun mannetje ter dege daar ben ik niets bang voor Hun samenroeper, Ds. H. Scholing, die sinds vele jaren in onze provincie waar lijk niét bekend staat als „de bonte hond" en die straks in onze Middel burgse Schouwburg en in de „Blije we- relt" te Lunteren zijn entrée hoopt te houden als lid van de a.s. Generale Synode, is niet van gisteren, maar zeer bepaald van heden en morgen. Het werk, dat onze deputaten voor .Evangelie en Industriete wachten staat, ook in het kontakt, dat zij voors hands zullen zoeken met de provinciale kerkvergadering der Nederlandse Her vormde Kerk, vereist onze voorbede, niet het minst in onze Erediensten. Zou het nu echt geen overweging verdienen om in onze Zeeuwse Geref. Kerken een aparate zondag gemeen schappelijk te reserveren als .industrie zondag" In gebed en prediking kan dan speciaal worden gedacht aan de vele duizende gemeenteleden, die op fabrieken en kantoren hun problemen en zorgen hebben. Het is niet zo eenvoudig, ja, het is uiterst moeilijk om in de wereld van industrie Gods Naam te heiligen en een leesbare brief van Christus te zijn. In de sociaal-oecoumenische sectoren wordt allerwege gezocht naar nieuwe wegen. Er is .honger en dorst naar de gerechtigheid" en wij snakken naar „vredestichters", hoe dankbaar we ook zijn voor de toepassing der moderne technologie alsook voor tal van verbe terde sociale verhoudingen. Onze kerken, predikanten en gemeen teleden moeten maar veel bidden om een rechtvaardige structuur der onder nemingen, opdat gestalte gegeven wor de aan de gemeenschappelijke verant woordelijkheid van werkgevers en werk nemers, die allen als mensen, als beeld dragers Gods hun spanningen hebben. Er mag ook wel veel gebeden worden voor onze talrijke gezinnen, waarvan man en vader in ploegendienst werk zaam zijn. Kunnen onze ploegenarbeiders nog wel van een vrije zondag genieten, al was het maar 1 X per maand Wor den zij in hun kerkelijk en huiselijk en cultureel leven niet ernstig gehandicapt door de continu-dienst Ds. Brederveld en ondergetekende trekken door heel onze provincie met lezingen voor de N.C.R.B. over Mens en arbeid" Laten onze Kerken toch in dit opzicht niet achter blijven bij onze christen vrouwen Aan de Zeeuwse Synode zal het niet liggen Een „Industriezondag" zou zo prach tig zijn en zo nodig als bidstond voor het bewaren van een waarachtige men selijkheid in de steeds gecompliceerder wordende industriële wereld en in de commerciële bedrijven van onze „zelf standigen". Op ons heerlijk Paasfeest grijpen wij allen onder meer naar 1 Corinthe 15, maar dan ook naar vs. 58 „wetende dat onze arbeid niet vergeefs is in de Heer". D. R. Gods zoals Van der Leeuw opmerkt. En dan wordt het jubelend Pasen Daar juicht een toon Christus, onze Heer, verrees Na Pasen kent de kerk een vreugde tijd van vijftig dagen (tot Pinsteren Pentekoste vijftig). Trouwens ook het Oude Testament ging ons al op deze wijze voor in het tellen Leviticus 23 16 Tot de dag na de zevende sab bat zult ge tellen Hemelvaart en Pink steren staan dus in het licht van de ver hoogde Heiland. Let U bijvoorbeeld eens op de Pinksterpreek van Petrus in Hand. 2 het is ook een Paaspreek Pasen is dus het centrum van de li turgische tijd. Zo wordt het niet meer door iedereen aangevoeld. De kerst nacht wordt door velen hoger gewaar deerd dan de Paasmorgen. Het feest der feesten is in het Westen voor ve len dus het Kerstfeest, terwijl het in de Oosterse kerken anders is daar neemt het Paasfeest inderdaad nog de cen trale plaats in. Het is de moeite waard om de Paas- liturgie in de Oosters-orthodoxe kerken eens nader te bestuderen. Als u er meer van wilt weten, zie het artikel over deze zaak in het boek In het licht van Zijn verrijzenis, van Ds. Delleman e.a. De vreugde van Pasen overheerst alles. Men roept elkaar toe Christos wos- kresse, wat betekentDe Heer is op gestaan In de liturgie keert deze uit bundige roep telkens terug. Nog steeds zijn er vele Russen, die zich aangespro ken gevoelen door de oer-christelijke gedachte van de Opstanding. En wij Wij mogen ook weer het Paasfeest vieren. En we willen Pasen niet vervlakken tot een idee, een sym bool, een lentestemming. Er zijn vrij zinnigen, die stellen, dat het niet gaat om een feit, maar om ons levensbesef, ons komen op hoger niveau, in een existentiële relatie. De Heilige Schrift stelt het feit voor op. De feitelijkheid van Jezus' overwin ning Maar dan ook in de realiteit van ons leven. We zijn niet klaar, als we „het feit wel geloven". Dan geloven we het feitelijk wel. Dan doen we er niets mee. Pasen is meer dan een historische herinnering. Het raakt het leven in al lerlei verbanden. Het zet de kerk in be weging. Het vervult ons hart met vreugde. Het stimuleert tot een bestaan, een existeren uit de kracht van Jezus' verrijzenis.Alleen zo kunnen we ook met een vrijzinnige verder komen. Feit èn getuigenis èn activiteit De liturgie van de Christelijke kerk wil ons daartoe aansporen. Ons iets van die „ervaring" meegeven In een oude liturgie wordt over de Paasnacht gezegd „O, waarlijk geluk zalige nacht, die alleen de tijd en het uur mocht kennen, waarop Christus uit het graf verrees. De heiligheid van deze nacht verdrijft de misdaden, wast af de schuld. Ze geeft aan gevallenen de on schuld weer en blijdschap de bedroef den. Ze verbant de haat, bereidt de eendracht, en buigt de machten der we reld Hippolytus zegt in een Paaspreek „Zo doet God grote dingen, opdat men kan erkennen, dat alleen Hem alles mo gelijk is". Hij ziet in Pasen „de gemeen- FEUILLETON Vrij bewerkt naar P. Visser Jzn. 63) Dan rijden zij zwijgend de smalle straatjes van het oude stadje door, veel sneller dan de bejaarde poten van de merrie toelaten. Het beest begrijpt er niets van. Op het bekende sukkeldrafje zijn ze naar Goes gekomen en de dokter heeft haar haar gang laten gaan en nu, op de terugreis, moet het zo vlug waarom nu toch Daar kan haar paardenverstand niet bij. Zij vertikt het dan ook, maar onmiddellijk klinkt de niet bepaald vriendelijke stem van de dokter „Allo, vort peerd Aanvankelijk vindt ook Heilman het doen van zijn dok ter enigszins vreemd behalve een stevige handdruk heeft hij nog geen enkel woord van welkom uit zijn mond ver nomen. Maar als hij hem dan van terzijde even aankijkt en een paar vochtige ogen ziet, weet en begrijpt hij ge noeg de gevoelige man weet zich niet goed een houding te geven. „Ho, Jans", klinkt even buiten de stad, het bevel, als zij een „Uitspanning-' naderen. De merrie vindt het prach tig en gehoorzaamt voorbeeldig. „Hier drinken we een glas bier, Jaap. Kijk maar eens even, of Jans je nog kent." De gewezen koetsier streelt het paard „Wel, mijn oudje, hoe maak je het Jans keert de kop een paar keer óm, kijkt Zijier met goedige ogen aan en hinnikt een paar malen. „Ik mag een Fransman zijn, als ze je niet herkent", zegt dokter Stellaard. „Geen ogenblik aan te twijfelen, dokter", antwoordt Zijier, de kop van het dier strelend. „Maar wat de mager heid betreft, waarover u mij hebt geschreven, die valt mij toch wat mee." „Zo", is het laconieke antwoord. Zij gebruiken een glas bier en gaan dan weer verder, waarbij Jaap de leidsels nemen moet. „Probeer of je het nog kunt, jongen maar rijd niet te hard, we hebben de tijd of je nu een uur vroeger of later in het dorp komt, is krek hetzelfde." Nu is hij weer de oude. Van stukje tot beetje moet Heilman vertellen, hoe het met zijn ontvluchting is toe gegaan. De olijkerd Hij houdt zich, of hij er niemendal van weet en toch heeft hij alles reeds, tot in de kleinste bizonderheden van Jan Hekman vernomen. „Kerel, kerel, wat heeft die Jan Hekman zich kranig gehouden", zegt hij herhaaldelijk en dan, zoals zijn ge woonte is, op de knie van zijn koetsier slaande „Je mag hem bij gelegenheid wel eens gaan bedanken. Wat heeft hij die lui aardig om de tuin geleid. Wat kent die de zwakke kant van dat soort creaturen Ha, ha, getracteerd op warm bier met rum of liever rum met bier Je moet maar op het idee komen Je was anders voor de haaien geweest, kameraad en zie, dat zou mij gespeten hebben, al was het alleen maar voor je vrouw en kinderen Hier stokt de drukparatende man. Juist het moment, denkt Zijier, om nu eens ernstig de dokter te bedanken voor al hetgeen hij voor hem gedaan heeft. Maar als hij een enkel woord in die richting begint te zeggen, is het al mis. „Ho, man, niets te beduiden en wel zo hard, dat Jans niet beter weet of het geldt haar, waarop zij dan ook stokstijf stilstaat. „Ben je gek, paard roept de dokter, schaterlachend. „Hallo, vort En als de lachbui voorbij is „Neen man, geen woord meer daarover. Jan Hekman, vriend Ga hem bij gelegen heid maar eens opzoeken, da's je man." Maar al hij dan, op verzoek van Heilman, vertelt hoe „die Franse honden" zich afgesloofd hebben, om het ont vluchte wild te vangen hoe zij heggen en wegen, hutten en hoeven hebben afgelopen en afgezocht, en hun fijne neus overal hebben ingestoken, is het aan alles te bemer ken, hoe hij in alles de hand heeft gehad..!... Marina, de oude huishoudster, glundert van genoegen, als zij Heilman de hand drukt. En de voormalige koetsier vindt het helemaal niet gek, dat er een traan vloeit. De dokter natuurlijk wel„Geen grillen, oudje, 't Zou al te kinderachtig zijn, tranen te storten voor iemand, die in de verste verte geen familie van je is." ,,'t Is enkel van blijdschap, dokter", beweert de goeie ziel. „En het gaat je tegenwoordig niet al te best, hé Altijd nog koorts en veel quinine gebruiken? Toch moet ik zeg gen, dat je me meevalt. Slecht zie je er niet uit." „Wat bazel je nou, Jacob Ik ben goddank, heel ge zond. Nu ja, even in de war geweest, toen je gepakt werd. Maar toen de dokter vertelde, dat je ontvlucht was, was dat weer in orde. Hoe kom je er bij, dat ik ziek ben?" „Wel, de dokter schreef mij een en ander en De eigenaardige wijze van hoesten en snuiten van de dokter „Och", zegt hij met het leukste gezicht ter wereld, „wat ik daarvan schreef was zo maar bij manier van spreken. Zie je, ik dacht zo als hij verneemt, dat zijn zielsvriendin wat tobbende is, zal hij eerder geneigd zijn het prachtige Rotterdam te verwisselen met ons nederig dorpje. Ik wist niet, hoe vast je je daar al genesteld had. Maar 't valt je nu eer méé dan tegen, hé. Spring nu maar eens gauw uit je slof en maak een behoorlijk maal eten voor ons klaar, want we rammelen van de honger. En dan gaan we zien, Jaap, wat ze op de molen te vertellen hebben." Natuurlijk zijn ze daar van harte welkom. De gehele avond zijn ze aan het bomen over alle mo gelijke onderwerpen. En de dokter doet er het hardst aan mee. Hij denkt aan geen tijd. Het kan hem ook niet schelen. Maar vanzelf is hij het ook weer, die een dwaze opmerking moet maken. „Hoe heb ik het eigenlijk, Jaap, ben je van plan hier te blijven slapen of ben je daarginds aan het nachtbraken al zo gewend, dat je dat hier ook straffeloos meent te kunnen doen Snap je niet, dat de mensen hier met on geduld verlangen, dat je verdwijnt En denk je niet aan je oude Marina Als ze niet een zenuwtoeval heeft ge kregen, dan zit zij zeker al lang over haar warme stoof te dutten en misschien te dromen van marechaussees, die doodonschuldige mensen, sluikers genoemd, kunnen ge vangen nemen (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1965 | | pagina 2