Uit de Gemeenten
Dit zijn de kosten van de Tabernakel
Instructie G. J. O. Goes
Spaart U
PROVINCIALE DAG
NIEUWS
LAAT VOORJAAR
Mozes heeft in de woestijn een com
missie van beheer aangesteld. Dat was
nodig, want de woning Gods stond te
midden van zijn volk en die woning van
God was een duur huis, waarin het fon
kelde van edel metaal. Zoiets heb je
niet voor niets. Daar moet geld, veel
geld voor op tafel komen.
De bijbel is een nuchter boek, dat
God en het goud in één adem durft te
noemen. Wie God wil dienen, moet in
de beurs tasten óók. Dat hoort er bij.
Daarom is het heel gewoon, dat in
Exodus 38 21 staat„dit zijn de kos
ten van de tabernakel". En dan wordt
er zo het een en ander opgenoemd, dat
bewijst, dat de Israëlieten gewéten heb
ben van vaste vrijwillige bijdragen. Zo
dra je 20 jaar was, moest je er aan ge
loven en méédoenHet leven in de
woestijn was hard en vol ontberingen.
Het brood van die mensen was lang
niet altijd zeker en hun water niet steeds
gewis. Maar ze hadden wel wat geld.
Herinnering aan het diensthuis in Egyp
te. Ze hebben de sieraden meegezeuld
door het pad door de Rode Zee. Ze
zijn er mee aan de voet van de Sinaï
gekomen. Aaron heeft er voor het zon
dig bedrijf met het gouden kalf een deel
van opgeëist. En dan komt de HERE.
Hij gaat wonen temidden van zijn volk.
Dat is ondoorgrondelijke genade. Dat
volk moet wel begrepen hebben dat
doet God echt niet voor Zijn eigen ple
zier, dat doet Hij voor ons. De hoge
Gast treedt op als Gastheer, Hij houdt
het heft in handen. Hij regelt ook Zelf
de inrichting van Zijn woning. En
dat kost geld
Nu, daar weten wij ook van. Ons
kerkelijk leven is echt niet goedkoop.
Het is indrukwekkend wat per jaar sa
men wordt gebracht voor de kerk, voor
de diakonie, voor de zending, voor aller
lei arbeid in het wijde Koninkrijk Gods.
Dat is dan dus nog steeds een uitvloei
sel hiervan, dat God onder ons wil wo
nen. Hij is ons in Jezus Christus zeer
nabij gekomen en wie zich naar hem
christen noemt en er bij hoort, bij die
kerk van de levende Heer, die wordt
wel niet aangeslagen, maar dan toch
wel aangesproken en men verwacht, dat
het goed tot hem door zal dringen dit
zijn de kosten van de tabernakel en
komt u nu maar over de brug
Er moet orde zijn, ook in de dingen
van het Koninkrijk Gods. Mozes wist
daar al van en stelde een soort commis
sie van beheer aan, Levieten onder de
leiding van hun voorzitter, een zekere
Ithamar. En met grote nauwkeurigheid
wordt berekend hoeveel er nodig zal
zijn en wat men van ieder verwacht.
Er zullen onder dat woestijnvolk ook
wel verschillende mensen geweest zijn.
Mensen, die er blijmoedig mee aan kwa
men dragen en zeiden dat is zo gewel
dig, dat de HERE bij ons wonen wil,
daar heb ik alles voor over. Als het niet
genoeg is, zegt u het maar. En anders
komt u maar terug. Maar ook mensen,
die allerlei bedenkingen hadden en von
den, dat de zuinigheid wel wat zoek
was. Moest dat nu allemaal zó royaal.
Het leek wel, alsof het geld niet op
kon. Is het zo nóg niet genoeg Nou,
het spijt me wel, maar ik kan heus niet
meer missen. Ze staan tegenwoordig
elke dag met de kollektebus aan de deur
van je tent
Ik heb wel eens gehoord, dat het geen
sinecure is om in de commissie van be
heer te zitten, vooral dan niet, als het
er om gaat de vaste bijdragen te innen
en helemaal niet, als er een aktie tot
verhoging op touw gezet wordt.
Zon broeder zei eens tegen me als
u uw mensen wilt leren kennen, dominé,
moet u maar eens mee gaan, als we om
geld komen. Dan zou u schrikken Ik
ben maar niet mee gegaan
Boze tongen beweren, dat de broe
ders van de commissie bij predikanten
helemaal geen prettige ervaringen op
doen. Maar dat zijn dan ook boze ton
gen, die echter soms pijnlijk ware din
gen naar voren kunnen brengen.
Ik weet niet of dat nu altijd van die
royale mensen zijn, die verrassend veel
geven, meer dan verwacht werd. Deze
week nog werd me verteld van een ar
beidersgezin, waar elke maand 25,—
klaar ligt, als de broeder van de
commissie komt. Ik dacht zo die men
sen zijn niet royaal, maar ze zijn blij en
dankbaar, dat God bij hen wil wonen.
En dat kost geld, dat weten ze. God
wil bij hen wonen in de woestijn van
schuld, in de wildernis van hun zonde.
God heeft zijn eigen heilig Kind voor
hen tussen de doornen en de distels in
gelegd en dat kost óók geld. Ze weten:
wat God bloed kostte, dat kost hun
geld. Geen geld als ristitutie, geen geld
om „een spiering uit te werpen en een
kabeljauw te vangen", geen geld om er
zélf beter van te worden, geen geld als
„plaatsengeld in het Vaderhuis hier bo
ven", maar geld als de meest vanzelf
sprekende zaak, als konsekwentie van
Gods inwoning dit zijn de kosten van
de tabernakel.
Ik weet niet of dat altijd wel gierige
mensen zijn, die de portemonnaie maar
moeilijk open kunnen krijgen, als het
gaat om de kerk. Maar ze hebben
(klein- en ongeloof is altijd dom) niet
dóór, dat hun „offer" voortvloeit uit
hét offer. Ze verstaan niet, dat Gods
gevende liefde gevende liefde wil los
maken in mensen, die van huis uit er
boven op gaan liggen, op het geld
Ze beleven de vreugde van de in
woning Gods en daarom beleven ze ook
niet de vreugde van het meedoen aan
de kosten van de tabernakel.
De tabernakel was een heiligdom, hét
heiligdom. Dat was later in uiterlijk
veel heerlijker vorm de tempel ook. Dat
is vandaag de Kerk van de Here Jezus.
Een heiligdom in een onheilige mensen
wereld. Dat is het wonder. En de kon-
sekwenties van dat wonder zijn van
daag nóg dit zijn de kosten van de
tabernakel.
De kerk kómt er altijd, ook financi
eel. Dat komt natuurlijk, omdat God
ons goud niet nodig heeft. Hij kan het
er best zonder. Hij is niet afhankelijk
van hen, die van Hém afhangen. Maar
de bijbel wijst ons de weg, dat het zó
moeteen nauwkeurige berekening van
de kosten en een van harte geven, om
dat je elke dag blij mag zijn, dat God
onder ons wonen wil.
Als God zich zou terugtrekken, zou
den we ons geld kunnen houden. Maar
God trekt zich niet terug. Hij blijft en
dus blijven de kosten van de tabernakel.
En het is een oude waarheid, dat de
beste goudzoeker vóór alle dingen God
zoeker is. Maar ook dat de echte God
zoeker, als 't er op aankomt, al het goud
gestolen kan worden, behalve dan dat
kleine beetje, dat hij graag wil bijdra
gen in de kosten van de tabernakel.
WantGod bij ons in de woes
tijndat is hec duurste wat zich den
ken laat.
de V.
(„Ons Kerkblad", Classis Arnhem)
Nicuwerkerk.
1. Aan Ds. TiemersmaOok op deze
plaats wil ik een enkel woord wijden
aan het vertrek van de pastor van Zie-
rikzee naar Vlaardingen. Om nog eens
uit te spreken, dat we het allen boeiend
vonden, om met je te kunnen meewer
ken in een commissie, op de classis, op
kerkvisitatie, enz. Je uiteenzettingen
werden door ons graag beluisterd. Har
telijk dank voor alles wat je ons gaf.
God zegene al je werk te Zierikzee en
daarvanuit, gedaan, en stelle tot een
zegen in de nieuwe plaats
2. Oogstcollectedeze bracht op voor de
kerk ruim 600 gulden, buiten de gewone
collecte voor de kerk op die dag. De
kerkeraad is daar erkentelijk voor. Im
mers, in november komt nog pas de
eigenlijke dankdag-collecte. Ook de
diaconale collecte bracht meer op dan
op een gewone zondag. Hebben we
daarmee willen uiten, dat het alles komt
van Gods hand en niet buiten Hem
(Pred. 2:24, 25)?
J. H. B.
Oosterland,
De bezoeken zullen worden voortgezet,
niet alleen bij de zieken of ouden, maar in
alle gezinnen. Wij hebben allen onze strijd,
onze vragen, onze gevaren, onze nood, ook
onze weldaden. Toch wens ik Gods ge
nade apart aan zieken, met name aan br.
Stuy Sr. Dat de gemeente daarin ook mee-
leve, elk op eigen manier
J. H. B.
Zaterdag 28 september zal een instructie
gegeven worden voor de leidsters en lei
ders van de G.J.O.-clubs. We zullen spre
ken over „Hoe leid ik een club" o.l.v. de
heer W. van der Loon. Enkele vormen
van creatief spel zullen beoefend worden.
Na de koffietafel maken we een clubavond
mee. De kosten zijn vrij reisgeld wordt
vergoed. Plaats van samenkomstOoster-
kerk in Goes. Aanvang 14.15 uur. Einde
plm. 20.30 uur.
Spaart u suikerzakjes, postzegels, luci
fersmerken, speldjes, kaarten met kinder
kopjes enz., en weet u niet wat u er mee
moet doen
Hebt u ergens op zolder nog een oud
album liggen, waar u nooit meer iets mee
doet
Weet u dat u de jongens en meisjes, die
lid zijn van de postclubs van het Gerefor
meerd Jeugdcentrum, daarmee een enorm
plezier kunt doen
Het gereformeerde jeugdwerk kent sinds
1950 deze postclubs, waarvan langdurig
zieke en invalide jongens en meisjes in de
leeftijd van 825 jaar lid zijn. In deze
clubs circuleert iedere maand een post-
clubschrift. Hierin staan interessante arti
kelen, een handenarbeidrubriek, gedichten,
puzzels enz. Door dit clubschrift wordt de
wereld van onze zieken groter dan hun
ziekenkamer of sanatoriumzaal. Vaak rui
len ze onderling suikerzakjes, sigarenband
jes, postzegels enz. en corresponderen ze
daarover met elkaar.
Kent u jongens en meisjes in uw omge
ving die al een poos ziek zijn Geeft u
hun naam en adres dan door aan de zieken-
dienst van het Gereformeerd Jeugdcentrum,
Biltseweg 8, Huis ter Heide (U.).
En denkt u ook aan de suikerzakjes
U doet de postclubleden daarmee een
groot plezier. Namens hen, bij voorbaat
hartelijk dank.
A. van der Hoek,
secretaresse werkgroep - Postclubs.
Op 1 oktober a.s. hoopt de Bond van
Geref. Vrouwenverenigingen een Provin
ciale Toogdag te houden in een der zalen
van „Vrederust" te Bergen op Zoom, aan
vang circa 10 uur.
Ds. Boerma (nog) te Haamstede zal een
en ander vertellen over„Wat doet de
kerk op 't strand".
Mevrouw M. BerrevoetsDuin uit Zie
rikzee zal declameren.
Na de pauze om circa 2 uur zal Mej.
Mia van Oostveen laten zien en zelfs horen
wat er 'zoal in ons hart kan omgaan.
Volgens het ons toegezonden program
ma zult U na afloop dankbaar naar huis
gaan. Een reden, om deze samenkomst niet
te missen
UIT DE
KERKEN
Beroepen te Schiedam (vac. J. Nawijn):
C. Klapwijk te Apeldoorn te Beilen
J. van Dalen te Uithoorn te Utrecht-
Noord S. van Bekkum te Monster
te Gorredijk-KortezwaagC. Houtman,
kand. te Zwolle te Marknesse (N.O.P.):
J. v. Drie te 's-Gravenmoer te Oude
Pelcela C. H. v. d. Berg te Lollum c.a.
te Amsterdam-Z. (arbeid onder stu
derenden V.U.): L. Ringnalda te Bussum.
Aangenomen naar Meppel (vac. J. van
Tuinen): K. Snoey te Maasdijk, die be
dankte voor Oost- en West-Souburg
naar Bovensmilde J. Jonker te Terzooi
naar Winsum (Fr.): J. Geel, kand. te Am
sterdam, die bedankte voor Drijber, Elim
(Dr.), Meeden, Sellingen, Wijckel, Zwar-
tewaal en voor Zweeloo naar Leeuwar
den (vac. H. van Benthem): Dr. J. Rinze-
ma te Aalten.
Bedankt voor Emmeloord (vac. J. C.
Schouten): R. Ypma te Amersfoort
voor UithuizermeedenC. Brilman te
Treebeek voor Luttelgast-Kuinre W.
Haverkamp te Anna Jacoba Polder.
Benoemd tot hulpprediker te Bad
hoevedorp T. Zuidema, kand. te Amstel
veen.
Afscheid en intrede. Wegens zijn be
noeming tot predikant in algemene dienst,
nam Ds. G. F. Hajer afscheid van Beilen
met 1 Cor. 15:58. Wegens vertrek naar
Andijk nam Ds J. Wolven afscheid van Urk
FEUILLETON
door
HUGO KINGMANS
50)
Hij geeft bevel, het zoeken te staken en geen tien minuten
later is het hele stel ijlings verdwenen. Alleen de Landwachter
heeft de commandant gevraagd, of er geen wacht moet blijven,
maar deze laatste heeft hem zo vernietigend aangestaard, dat de
Oesburger niets meer durfde zeggen.
Marie wacht nog geruime tijd met het sein „veilig" te geven.
Maar dan durft zij het toch doen. Jannes en Symen hebben
reeds een deel van het hooi en stro vergaard, zodat zij de
schuilhoek binnen kan gaan en de opening naar het tweede hol
vrij maken.
„Komen jullie er maar uit, ze zijn verdwenen," roept Marie.
Stijf en stram komt het viertal tevoorschijm Ruim twee uur
hebben zij, schier roerloos, in dat hol gezeten en gelegen.
„Die kerels hebben weer een behoorlijke ravage aangericht,
maar niets ontdekt," zegt Marie opgewekt.
„Met man en macht zullen we helpen de boel weer op pootjes
te zetten, meid," merkt Klaas op, die erg familiaar is met Marie.
„Juffrouw," zegt de piloot, „als nu dit hol leeg gevonden was,
wat was er dan gebeurd
„Ja, dat weet ik niet," antwoordt Marie. „Niet veel goeds,
denk ik."
„In elk geval was het hele stel meegenomen," zegt Gerrit.
„Zo niet erger. Dat risico lopen we allemaal."
„Maar ik vind het toch geweldig," verbaast Fred Hoeksema
zich. „Als ik gevonden was dan
„Hadden we allemaal de kogel gekregen, behalve jij," vult
Klaas aan.
„Om diep respect voor te hebben voor dit allemaal."
„Twee van je makkers uit de machine zijn dood," zegt Marie
zacht. „En drie zijn er gepakt."
„Twee doodDrie gepaktEn ikFred Hoeksema
staart zwijgend voor zich uit. „,Hoe weet je dat, Marie
vraagt Gerrit. „Van die drie kwam een Duitser op een motor
zeggen. Van die twee vertelde Petrusman uit Oesburg, je
weet wel
„Die vuile Landwachter? Was die er bij? Als ik hem alleen
tegenkom krijgt hij onmiddellijk een blauwe boon van mij," sist
Klaas.
„Ho, ho, jongen, dat gaat mis. Je weet wel dat het zo niet
moet en niet mag."
„Verschil van mening Marie. Ik denk er anders over."
Later vernemen zij, dat Jannes en Symen tegen de muur heb
ben gestaan en dat het misschien een haar heeft gescheeld, of
ze waren dood geschoten. Want natuurlijk zouden ze niets
verteld hebben. Nog hoger, stijgen de bewoners van deze boer
derij in achting van Fred Hoeksema.
Enkele dagen vertoeft hij er nog. Hij is er zelfs een avond
en een nacht geheel alleen. De hele ploeg illegalen is in actie,
waarvoor weet hij niet, evenmin als Marie.
„Ik vraag zo weinig mogelijk," zegt ze. „Wat niet weet, wat
niet deert. Ze vertellen ook zelden wat."
Maar de volgende avond komen er vier zó vergenoegd terug,
dat de piloot vragen moet: „Jullie konden wel eens een goede slag
geslagen hebben
Het hele stel zit dan in de ruime keuken. Meta, de koerierster,
is nu ook aanwezig en heeft hele gesprekken met de piloot.
„Wat er precies gebeurd is, ja dat wordt niet verteld, maar ik
weet, dat er een geslaagde overval op de gevangens in Arn
hem is gedaan," antwoordt Gerrit. Frits (dus de dominee,
denkt de piloot) is bevrijd en nog enkele anderen meer. Wat
zullen die Moffen woest zijn
Meta knipoogt naar Fred Hoeksema.
En dan begrijpt hij: het edele viertal heeft aan die overval
meegedaan. Maar die praten daarover met geen woord
Intussen wordt er gewerkt, om de piloot weg te krijgen. Hij
heeft besloten, over Delfzijl te gaan. Misschien kan hij nog con
tact krijgen met zijn ouders in Groningen.
Als het tijdstip van vertrek daar is hij is gekleed als zee
man, zoals zijn persoonsbewijs en paspoort luidt houdt hij
lang de handen van Marie Saalmink vast: „Dank, dank voor
alles, ehMarie; ik mag je wel bij je voornaam noemen,
hé, zoals de anderen, 'k Hoop je nog eens te ontmoeten onder
betere omstandigheden. Je bent een dappere vrouw, net als
Meta
„Opschietenbuldert Gerrit. „Complimentjes hebben we
niet nodig. Zorg maar, dat de invasie spoedig komt. Anders
is de hele illegale beweging hier opgerold. De tijd nijpt. Zegt
dat in Engeland. En je komt hier niet weer vóór we bevrijd
zijn, begrepen
Niet aleen in Holland en zelfs niet alleen in de bezette landen
van West-Europa, maar ook in Engeland en Canada snakt men
naar de invasie. Het is aangenomen, dat ze gelukt, het enige
middel, om geforceerd, een einde te maken aan het Duitse ge
weld.
Op de farm „Zwolle", in de buurt van Granum, wordt ook
hevig naar het einde verlangd.
Het is precies zo gegaan, zoals het gezelschap het die avond
op het terras besprak: de oorlog brak uit; Canada stond direct
aan de zijde van Engeland en later, toen de partner Japan even
eens aan de oorlog deelnam, zaten ook de Verenigde Staten er
in. Bovendien dat alleen was niet verwacht rukten Hitiers
troepen Rusland binnen. Het nauwelijks een jaar geleden ver-
-drag tussen die twee landen was niets dan een vodje papier.
Over de ganse wereld was er een hel.
In Ottawa, tenminste in een landhuis in de buurt van de
hoofdstad, woonde prinses Juliana der Nederlanden met haar
kinderen. De toekomstige koningin, ver van land en volk.
Overigens is in Canada zelf niet zoveel van de wereldkrijg
te merken. Enkele artikelen in de distributie, maar op de farms
heeft men daar zo goed als geen last, of het moet zijn, dat de
suiker schaarser wordt.
Het enige wat benauwt in talloze gezinnen is, dat duizenden
jonge mannen naar Engeland zijn getransporteerd nadat zij eerst
een korte tijd in eigen land zijn gedrild. In Engeland wachten
zij opja, waarop Dat weet feitelijk ieder en toch weet
men niets, op de invasie. Die moet er komen, hoe dan ook.
Vele vrijwilligers melden zich aan. Jongelingen als Jim
Davidson en Bill Red. Ook ouderen, die als legerpredikant
dienst doen. Maar de overgrote meerderheid is niet vrijwillig
gegaan. Evenals in Engeland is ook in Canada de algemene
dienstplicht ingevoerd en zo is ook John Stelmaker, ongeveer
een jaar na het uitbreken van de oorlog, opgeroepen.
Reeds drie maanden later is hij naar de overzijde gezonden,
om in Engeland verder te worden opgeleid. Het land is over
dekt met militaire kampen en vliegvelden Evenals in Amerika
en Canada is vrijwel alle industrie oorlogsindustrie geworden.
Bij reusachtige hoeveelheden wordt er o.m. munitie vervaardigd.
(Wordt vervolgd)
0