eeuwóe
^Cerkbocle.
Balans der gevraagde beoordeling van de Proeve.
Wankelend Pausdom?
Dl AKONAAT
Hl] KREEG WEL TELEVISIE,
MAAR Zl] NIET
10 MEI 1963
17e JAARGANG No. 42
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Haitem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48.
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, Woerden Dr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo
"Ikwo[stel„ Ds. B. Wentsel, Brouwershaven.
en ontkom
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
Naar aanleiding van enkele uitspra
ken rondom het drama van Hochhuth
„De plaatsbekleder" stelden we in de
kerkbode van 12 april de vraag of het
Pausdom wellicht begon te wankelen.
Nu lijkt deze vraag op het eerste ge
hoor, juist in de tijd van het Vaticaans
Concilie, een vreemde vraag. Voor ve
len heeft het er alle schijn van dat juist
nu het aanzien en de autoriteit van de
pauselijke stoel niet gering zijn, waar
bij vooral de spectaculaire daad van
Johannes XXIII in het bijeenroepen
van dit concilie veel gewicht in de
schaal legt. Toch bemerkt men bij ken
nisname van bepaalde publicaties een
zekere reserve in r.k. kringen, die niet
altijd zonder kritiek is. Iets hiervan ho
ren wij doorklinken in de woorden van
prof. C. F. Pauwels. die naar aanlei
ding van de koers, die Johannes XXIII
ten aanzien van de communisten is be
zig te gaan varen het volgende opmerk
te:
,,Paus Johannes zal in nationale aan
gelegenheden de bisschoppen de tac
tiek laten bepalen, maar tegenover
een wereldprobleem als het commu
nisme bepaalt hij de grote lijn, hetzij
door zijn persoonlijk optreden, het
zij langs diplomatieke weg. Zijn hou
ding kan, vooral als zij van die van
zijn voorganger afwijkt, de gelovigen
verwonderen, en wanneer zij in bij
zonder moeilijke omstandigheden ver
keren, wellicht verbijsteren; het ge
loof verplicht bovendien niet te den
ken dat deze tactische houding de
juiste is. Maar in het geloof aan het
primaat ligt wel opgesloten dat de
Paus ook op deze manier de Kerk
in Gods opdracht bestuurt."
Nu moge dit voor westerse oren heel
aannemelijk klinken, in Duitsland echter
gaan andere stemmen op, daar is men
Als ik me zet om in een tweede ar
tikel verder de balans op te maken om
trent hetgeen bij me inkwam inzake
de proeve moet ik toch eerst weer de
aandacht schenken aan de pers. Trouw
toch was zo actief om op mijn eerste
artikel te reageren met een vriendelijk
schrijven van de kerkrubriek redactie in
dit blad. Deze maakt me er opmerk
zaam op dat niet, zoals ik schreef, Flex,
doch hijzelf schreef hetgeen ik vermeld
de. Accoord; dan deelt hij me mede
naar aanleiding van mijn vraag hoe hij
er toe kwam te beweren dat het bij Ds.
Hasper ging om alles of niets van diens
berijming, datmaar laat ik hem het
woord geven: Hoe ik daaraan kom
Toen ik de Asser synode van de vrij
gemaakte gereformeerde kerken bij
woonde deden enkele synodeleden een
soortgelijke suggestie en bij die gele
genheid is van de kant van de betrok?
ken synodale commissie met nadruk uit
eengezet dat in een eventuele bloem-»
lezing Ds. Hasper zou moeten ontbre
ken, omdat deze duidelijk verklaard had
dat men zijn psalter óf in zijn geheel óf
helemaal niet heeft te aanvaarden. In-
mijn synode-overzicht in Trouw" heb
ik dit ook bericht. Toen ter gerefor?
meerde synode in Apeldoorn de kwes-
tie-Hasper weer ter tafel kwam, is o.a.
ook mededeling van Ds. Haspers stand
punt gedaan.
Tot zover de kerkredactie van
.Trouw". Uiteraard heb ik geen enkele
reden deze mededeling in twijfel te trek
ken. Toch klopt er ergens iets niet;
want Ds. Hasper verklaart hier niet
van te weten als hij schijft dat de Geref.
Kerken hem nooit iets dergelijks heb
ben gevraagd.
Nu is het hart des mensen arglistig
zelfs geneigd om de kwestie rond ,,De
Plaatsbekleder" door te trekken tot op
Paus Johannes en zoals Oudejans
in de Volkskrant schrijft diens va
derlijke geneigdheid Russische kerkver-
volgers en godloochenaars te ontvan
gen en met hen te spreken of te onder
handelen". Zo sprak prelaat Kinder-
mann, geestelijk verzorger van de vele
vluchtelingen, van een „tot het uiterste
doorgedreven naastenliefde" van Paus
Johannes.
Pauwels mag dan wel trachten om
het geloof in het primaat te scheiden
van de verwondering en de verbijste
ring, waarbij men zelfs niet behoeft te
denken, dat de gedragslijn, die hij, die
met het primaat bekleed is de juiste is.
Men zal dit moeilijk aan de verwonder
den en nog minder aan de verbijster
den duidelijk kunnen maken. We den
ken daarbij aan de vele Hongaren voor
wie kardinaal Midzenty de geestelijke
leidsman is. Een geruisloos verwijde
ren van hem, waarvan steeds meer
sprake is, zal voor hen toch moeilijk
te aanvaarden zijn als een in Gods op
dracht uitgevoerde bestuurstaak der
Kerk. Eerder zullen zij zich door het
primaat van Rome in de steek gelaten
achten. En velen zullen zo spreken,
daar het voor hen niet mogelijk is om
het geloof in het primaat te scheiden
van de taktiek ervan, die men niet juist
behoeft te vinden.
Mogen we dit nu een wankelen van
het Pausdom noemen In zekere zin
wel, daar vele gelovigen met alle res
pect voor het goede dat in hun ogen
door de Paus verricht wordt, niet kri
tiekloos meer aan het primaat voorbij
gaan. Hierdoor wordt op den duur het
Pausdom teruggebracht tot het mense
lijk leiding geven aan een grote wereld
kerk, komt het plaatsbeklederschap van
Christus op de achtergrond en het meer
menselijke van deze mens op de voor
grond, waardoor ook aan gezag en aan
zien wordt ingeboet.
vH.
meer dan énig ding, hetgeen me een
ogenblik deed vragen of er dan ergens
door iemand wie dan ook gelogen
wordt. Maar die gedachte is me toch
te kras. Ik ga dan liever de kant uit van
het misverstand. Een afschuwelijk mis
verstand dan. Kan het ook zijn verklar
ring vinden in het te maken onderscheid
tussen Ds. Hasper en de stichting aan
welke zijn psalter werd toevertrouwd
Ik vraag maar omdat de zaak toch wel
heel belangrijk is.
Houdt iemand wie dan ook en waar
dan ook vol aan het „alles of niets" dan
vrees ik namelijk dat het niets straks
van toepassing zal zijn op heel de zaak
van de psalmberijming. Een Babylo
nische zangverwarring zal het gevolg
zijn, hetwelk elk gezond denkend mens
zou moeten betreuren niet alleen, doch
moet trachten te voorkomen.
Nu dan mijn correspondenten. Er
zijn na mijn eerste publikatie van de
balans nog een paar vriendelijke brie
ven bij gekomen. Van een zuster en
van een jongere broeder. Een eerste op
merking die ik doorgeef is die van ie
mand die het pleit voert voor de hand
having, althans voor een belangrijk ge
deelte van de oude berijming, omdat
hierdoor het contact van telkens nieuwe
generaties van jongeren met de oude
dichters wordt bewaard. Die oude dich
ters leverden veel goeds, zodat het
verlies zou betekenen als we deze
kwijtraakten. Een verlies dat nog
zou zijn te dragen als de nieuwere dich
ters zulk uitstekend werk leverden dat
iedereen moest zeggen dat het beter is.
Het betere is toch de vijand van het
goede, maar d.i. kennelijk gelezen de
vele juiste critiek, zeker niet het geval.
Deze briefschrijver is dan ook niet
bereid het oude in te ruilen tegen het
nieuwe. Een ander had liever gezien
dat de proeve enkele zwakke plekken
van de oude berijming had weggeno
men, hetgeen in sommige gevallen in
derdaad is geschied, doch veel en veel
te weinig.
Behalve het contact-verlies met de
oude dichters vreest men ook contact-
verlies met de z.g. gereformeerde ge
zindte. Onze voormannen moeten welis
waar vooruitzien, maar ook hun ver
antwoordelijkheid beseffen tegenover
de te nemen besluiten én de uitwerking
ervan in de praktijk van het politieke,
maatschappelijke en familiaire leven
van de kleine dorpsgemeenschappen
met soms vertegenwoordigers van een
vijftal kerken in vergadering bijeen, het
zij van school of huwelijksfeesten.
't Is me wel duidelijk geworden, voor
zover ik dit nog niet wist, dat onze nu
begonnen synode voor een uitermate
moeilijke beslissing staat; want het „zo
veel hoofden zoveel zinnen" geldt ook
wat een eventuele nieuwe psalmberij
ming betreft. Laat ik echter, al dade
lijk mogen zeggen, dat naar mijn ge
voelen die beslissing nu wel niet val
len zal ten gunste van de een of andere
berijming.
In elk geval zal de proeve wel volledig
op de helling komen. Maar ik sprak
van vele hoofden en zinnen. Ja, d.i. leuk
dacht ik zo. Een broeder schrijft: „als
ik zie hoe men met Hervormd in al zijn
geledingen optrekt. Met de R.-K. Kerk,
het is om er bij te huiveren." Daarte
genover stel ik het schrift van een zus
ter over de berijming van Gabriël Smit.
„Waarom nemen we die dan niet Dat
zou meteen nog eens eucomenisch zijn.
Voor sommige mensen is Rooms nu
eenmaal Rooms. Maar ik vond het fijn
dat u het ook zo voor Prof. Berkouwer
opnam." Weer een broeder voert het
pleit voor Datheen vanwege diens juis
te schriftuurlijke weergave, maar wilde
dan een duidelijker spelling. Ja, ja; ga
nu eens met dit laatste drietal schuitje
varen.
Wat Gabriël Smits berijming betreft
is de dichting der psalmen door deze
hoog begaafde dichter geleverd, niet
zingbaar. Evenzeer als men Vondels
gedichten op een enkele uitzondering
na, niet zingen kan.
Laat ik het hierbij nu mogen laten
en al die correspondenten hartelijk dank
zeggen voor het feit dat ze in de pen
geklommen zijn.
Sommigen schrijven over nog heel
andere zaken dan de psalmberijming
en ze doen het zo dat ik erg graag nog
eens met ze zou willen praten o.a. ook
om mogelijke misverstanden weg te ne
men. Misschien groeit uit hun gegevens
nog wel eens een artikel voor de Kerk
bode.
Wat dient nu mijn conclusie te zijn
uit de ontvangen brieven Ik zou zeg
gen in de eerste plaats dat de proeve
door niemand zo zonder meer aanvaard
baar wordt geacht. Dan dat een enke
ling het bij 't oude wil laten zij het met
enkele verbeteringen. Ten derde dat
men sterk geïnterresseerd is voor een
bloemlezing uit vele dichters.
En tenslotte dat men het veelvuldig
voor Hasper opneemt. Men verwijt de
synode het psychologisch moment te
hebben verzuimd en dat ze zich door
de afwijzing van de Herv. Synode in
een moeilijke situatie heeft laten drin
gen en er nu onnodig vele weerstan
den werden opgeroepen.
Al met al is er mijns inziens reden
te over tot veel gebed voor de synode
om de leiding des Heiligen Geestes,
opdat alle schade van onze kerken ge
weerd worde die van een overijld of
doorgedreven besluit het gevolg zou
kunnen zijn.
Er is een broeder die vraagt: is dit
nieuwe gedoe dan zoveel meer ter ere
van God Ik vind dit een schone vraag
van deze broeder, doch zou hem wil
len antwoorden, och broeder houd het
er voor dat dit heus wel de bedoeling
is van degenen die zich met deze moei
lijke aangelegenheid bezig hebben te
houden. Ze hebben het er niet gemak
kelijk mee en kwaad neen, dat bedoelt
niemand hoe zijn houding ook zijn mo
ge-
Het „laus Deo, salus populo" van de
oude berijming staat allen hierbij wel
voor ogen. Dan alleen ook kunnen onze
kerken er wel bij varen hoe het besluit
ook uitvalle; dan alleen is er zegen op
te verwachten. j.
Brouwershaven [j j B. WENTSEL.
De diakenen zijn die avond niet vroeg
thuis. Een week geleden hebben zij een
vraag van zuster Y gekregen om hulp
voor 't kopen van een t.v.-toestcl, en
nu ligt er net zo'n verzoek van broeder
X op tafel.
Och, op zichzelf ligt de zaak niet zo
erg ingewikkeld. Broeder X is een oud
man en daardoor zo gehandicapt, dat
hij moeilijk meer naar buiten kan. Zijn
verstand is nog helder, hij ziet nog goed,
maar ook al omdat het praten niet zo
best meer wil, krijgt hij vrijwel nooit
bezoek. Zo leeft hij geïsoleerd tussen
de vier muren van zijn woonkamer, en
zijn dagen slepen zich voort. Voor hem
zou televisie echt een uitkomst beteke
nen, nieuw contact met de buitenwereld.
Wat zuster Y aangaat, zij is een alleen
staande vrouw, die graag televisie wil
om wat afleiding te hebben op de avon
den dat ze alleen is. Maar vaak komt
dat niet voor, ze is goed gezond, kan
zich vrij bewegen en heeft voldoende
mensen, met wie ze geregeld in aanra
king komt.
Dus: klaar, broeders Hij wel tele
visie, maar zij niet
Maar zo vlug zijn de broeders diake
nen er niet uit. Een ander, een alge
meen probleem komt opdoemen. Past
het geven van hulp bij de aanschaf van
een t.v.-toestel nog wel in het diakona-
le werk, temeer omdat er genoeg men
sen zijn die zich geen televisie kunnen
veroorloven en er toch niet aan denken
bij de diakonie aan te kloppen Brengt
de tegenwoordige welvaart nu werke
lijk mee, dat zaken als het kopen van
luxe dingen als een t.v.-toestel in een
diakonaal kader vallen Heel huiselijk
gezegd: waar blijven we dan om nog
maar te zwijgen over de vraag, hoe zo
iets in de gemeente opgenomen zal wor
den.
Toch heeft en daarin speelde ook
het bij het algemeen diakonaal bureau
ingewonnen advies een rol broeder
X zijn televisie gekregen en zuster Y
niet.
Niet omdat men van oordeel was dat
van nu voortaan t.v.-toestellen, wasma
chines en wat nu al, rustig „aange
vraagd" kunnen worden bij de diakonie.
Er zijn vandaag niet meer van die kant
en klare antwoorden op alle vragen te
geven. Maar omdat men de beslissing
heeft laten afhangen van de strikt per
soonlijke (en hier zijn we al uit de sfeer
van het algemene) behoeften en om
standigheden van de betrokkenen. Door
aan 't verzoek van broeder X te vol
doen, verstond, in dat geval, de diako
nie haar taak. Had zij gehoor gege
ven aan de vraag van zuster Y, dan zou
alweer: in dat geval sprake zijn
geweest van vrijgevigheid, die niets met
aiakonale zorg te maken heeft.
We kunnen ons voorstellen dat de
diakonie bemiddelt bij het verkrijgen
van vervoer voor een invalide, die daar
door zijn werk kan blijven doen en als
gevolg ervan niet afhankelijk wordt.
Toch zal niemand gaan beweren, dat,
als je graag een wagentje voor de deur
hebt staan, je dan maar eens naar de
diakonie moet schrijven. We kunnen
ons indenken dat, zeg maar, een was
machine voor de één dringende levens
behoefte is en voor de ander niet meer
dan wat extra gemak.
II