eeuwóe
S^erkbode
Onze Kerken en de Wereldraad
KANSEL en POLITIEK
Onze Kerken en de Wereldraad. II.
3 MEI 1963
17e JAARGANG No. 41
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48.
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, Woerden Dr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo
„ik worstei g Wentsel, Brouwershaven.
en ontkom
A
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
In de maand augustus van het vorig
jaar werd in Amsterdam het vijfde
plenaire congres van de Internationale
Raad van Chr. Kerken (I.C.C.C.) ge
houden. De op dit congres aanvaarde
resoluties en sommige aldaar gehouden
referaten waren toen voor ons aanlei
ding om in enkele artikelen in te gaan
op de vraag naar de houding die we
ten opzichte van deze Raad hebben in
te nemen en we meenden te moeten
concluderen, dat aansluiting bij de I.C.
C.C. geboden noch gewenst was.
Ten aanzien van de Wereldraad van
Kerken hebben we ons in die artikelen
niet verder uitgesproken doch zegden
toe een ander maal deze materie aan te
snijden. Dit omdat wij de Wereldraad
netzomin uit krantenverslagen wilden
beoordelen als de I.C.C.C. Toen wij
onze artikelen over de I.C.C.C. schre
ven konden wij putten uit de tekst van
de resoluties en referaten, het materi
aal van New Delhi kwam ons niet eer
der onder ogen dan dezer dagen. Wel
werd er veel over New Delhi gepubli
ceerd, maar de volledige tekst van de
rapporten der drie secties, kwamen ons
nog niet eerder onder ogen. Met het
verschijnen van het 24ste deeltjes der
Carillonreeks zijn deze rapporten als
mede de Boodschap van de Wereld
raad en zijn oproep tot de regeringen
en volken volledig én in Nederlandse
vertaling voor ieder toegankelijk. We
kunnen dus nu met de officiële stukken
op tafel over de Wereldraad gaan spre
ken.
Allereerst echter nog een opmerking
vooraf ten aanzien van het alternatief
óf Wereldraad óf I.C.C.C. Er zijn ve
len, die menen, dat we persé in deze
positie moeten kiezen zodat je wanneer
je tegen de ene raad kiest automatisch
vóór de andere zou zijn. Met klem wil
len we dit alternatief als het enig mo
gelijke afwijzen.
Alsof er geen andere keuze zou
zijn en alsof we nu bepaald ergens bij
moeten horen. Het opdringen van het
alternatief óf de ene Raad óf de andere
doet ons teveel denken aan het voor
en in de oorlogsjaren door de N.S.B.
gestelde alternatief van Mussert of
Moskou. Zonder daarbij de ene Raad
met Mussert of de andere met Moskou
te willen indentificeren. U voelt echter
waarom het gaat. Het was niet óf het
één óf het ander maar men beperkte
eigenmachtig de keuze-mogelijkheid.
Men wilde het doen voorkomen alsof
er geen andere mogelijkheden meer wa
ren. Zo doen ook zij, die zeggen of vóór
de Wereldraad óf de I.C.C.C. Dan
drukken voorstanders van de Wereld
raad de tegenstanders in de I.C.C.C.-
hoek en omgekeerd worden de tegen
standers van de I.C.C.C. in het kamp
der „valse oecumenisten" gedrongen.
We zullen dit niet mogen doen el
kaar niet mógen aandoen, evenmin als
we hen, die tussen deze beide raden
niet kiezen willen, met het predicaat
„zwevend" of „besluiteloos" mogen
versieren.
Maar nu terug naar New Delhi. Zo
als bekend waren er drie secties, die res
pectievelijk rapporteerden over „Ge
tuigen", „Dienen" en „Eenheid". De
rapporten dezer secties werden door de
plenaire vergaderingen overgenomen en
zijn dus officiële uitspraken van de We
reldraad van Kerken, waarnaar wij de
ze Raad mogen beoordelen, temeer,
daar de Wereldraad deze rapporten bij
de aangesloten kerken ter overweging
heeft aanbevolen.
Wie deze rapporten leest ontkomt er
niet aan om vragen te gaan stellen,
vragen waarop we eigenlijk geen ant
woord krijgen -althans niet in de rap
porten van New Delhi.
We lezen:
„Omdat God in Christus de wereld
met Zichzelf verzoend heeft, mogen
wij niet langer onze medemens naar
de gebruikelijke maatstaven oordelen.
God heeft ons niet veroordeeld, daar
om mogen wij niemand veroordelen.
Alleen de opstandige wil van de mens
staat tussen ons mensen en de ver
wezenlijking van ons ware mens-zijn
en onze bestemming. Met vreugde
erkennen wij onze solidariteit met
alle mensen, omdat onze Heer door
mens te worden één is geworden met
ons allen. De solidariteit met alle
mensen van elk volk, klasse, huid
kleur en godsdienst zonder onder
scheid in ons gemeenschappelijk
mens-zijn is het uitgangspunt van de
vernieuwing van het leven en getui
gen van onze kerken door de Heilige
Geest" (blz. 91).
We vragen:
Is inderdaad deze solidariteit het uit
gangspunt van de vernieuwing van
leven en getuigen? Wat verstaat men
in New Delhi onder gebruikelijke
maatstaven Is dit een vrije wil die
tussen ons en de verwezenlijking van
ons mens-zijn staat
We lezen:
„Binnen de kerken is er maar weinig
begrip voor de wijsheid, liefde en
kracht die God geschonken heeft aan
mensen van een ander geloof of zon
der geloof; of voor veranderingen in
andere godsdiensten ontstaan door
hun langdurige ontmoeting met het
christendom. Wij moeten het gesprek
over Christus met hen beginnen, we
tende dat Christus zich door hen tot
ons richt, en door hen tot ons" (blz.
93).
We vragen:
Waar staat dat in de Bijbel dat Chris
tus ons aanspreekt door mensen van
een andere religie of zelfs mensen
zonder religie
We lezen:
„De Kerk wordt gezonden in de we
tenschap dat God Zichzelf niet zon
der getuigen laat, zelfs onder men
sen, die Christus niet kennen, en ook
wetende dat de verzoening, door
Christus tot stand gebracht, de hele
schepping en heel de mensheid om
vat" (blz. 92).
We vragen:
Wat moeten we hier onder „heel de
mensheid" verstaan, „alle mensen"
of „de wereld" naar de zin van Jo
hannes 3:16?
Zo zouden we kunnen doorlezen en
vragen blijven stellen. We willen ech
ter onze lezers aanraden om zelf eens
dit pocketboek door te nemen, om zich
op grond van het daarin geponeerde
te beraden.
Het aansluiten bij enige oecumenische
organisatie mag immers niet uit ge
voelsoverwegingen geschieden en teveel
nog zijn het juist deze overwegingen,
die tot een pleidooi voeren voor aan
sluiting bij de Wereldraad van Kerken.
In plaats van zich door het gevoel te
laten leiden zal men zich hebben te be-
zinnea op.-de_uitspraken_van deze Raad,
uitspraken waarvoor wij als Gerefor
meerde Kerken, indien wij ons bij de
Wereldraad zouden aansluiten, mee
verantwoordelijk zouden zijn.
Dan rijst de vraag of wij de oecu
mene geen groter dienst bewijzen door
niét tot deze Raad toe te treden. Zo
lang wij immers buiten de Wereldraad
staan kan ons getuigenis uitgaan tot
deze Raad, eenmaal als lid toegetreden
zullen wij als Gereformeerde Kerken
mee verantwoordelijk zijn voor de uit
spraken van deze Raad.
Nu kan men natuurlijk zeggen: ja
maar als lid kun je toch in de Wereld
raad getuigen en daarom behoren we
toe te treden. Dit houdt echter in dat
men zich als lid zal moeten neerleggen
bij de besluiten van de grote meerder
heid, dus verantwoordelijkheid dragen
voor uitspraken, die men zelf niet on
derschrijft. Dit laatste achten wij- de
grootste moeilijkheid, naar onze mening
is zoiets als een vrijblijvend lidmaat
schap, waarin men zich distancieert van
de uitspraken van de Raad onmogelijk.
Juist daarom is het zo dikwijls aange
voerde argument dat je toch getuigen
kunt binnen deze Raad wanneer je toe
treedt niet houdbaar. Dit zou er ten
slotte op uit kunnen lopen, dat we na
een korte tijd van lidmaatschap deze
Raad weer verlaten omdat we ons met
de uitspraken ervan niet kunnen vereni
gen.
New Delhi roept vragen op, vragen
waarop bezinning geboden is en ten
aanzien waarvan we niet mogen zeg
gen, dat zien we wel als we lid van de
Wereldraad geworden zijn. Eerst als
deze zaken doordacht en doorsproken
zijn zal het tot definitieve besluitvor
ming ten aanzien van de Wereldraad
kunnen komen.
Zolang echter nog vele vragen open
blijven, zolang nog vele bezwaren in
verband hiermee onweerlegd blijven, zo
lang menen wij, dat voor ons in deze
Raad geen plaats is.
In het „Veluws Kerkblad" is ds. van
Herksen ook ingegaan op de vraag naar
de verhouding tussen onze kerken en
de Wereldraad van Kerken. Hij heeft
daarbij gebruik gemaakt van de in Duit
se tekst verschenen „Acta" van New
Delhi en schrijft:
„In dit boek van ruim 500 bladzijden
komt men dingen tegen, die een ge
reformeerde belijder toch wel, om het
nu maar zo zacht mogelijk te zeggen,
te denken geven en tot serieuze be
zinning nopen".
Na enkele stukken geciteerd te heb
ben o.a. ook enkele van de hierbo
ven gegeven citaten merkt hij op:
Bij mij rijst de vraag: „Is deze com
municatie, deze mededeling van het
evangelie zó, bijbels te verantwoorden
Is dit nog verkondiging (kerugma)
Leert Gods Woord ons ergens, dat
Christus ons door de andere religies,
zelfs door mensen zonder religie aan
spreekt Leert het, dat het licht van
Christus de drager van het evangelie
vooruitging Wat is de inhoud van de
christelijke boodschap Is de naam van
Jezus de enige Naam waardoor we za
lig worden Is het evangelie absoluut
Is de waarheid algemeen-geldig en defi
nitief of is' ze relatief en moet ze wor
den opgebouwd uit „waarheidselemen
ten", die ook in andere religies te vin
den zouden zijn Moet Christus' Kerk
in de allerdiepste ootmoed van haar
goddelijke verkiezing het evangelie niet
brengen met goddelijk gezag Ont
komt ze op de weg „New Delhi" aan
de gevaren van een misleidend syncre
tisme en een het evangelie tot in zijn
kern uithollende synthese. Erkent New
Delhi de antithese
We vragen slechts. Maar het zal
duidelijk zijn, dat hier bezinning nodig
is. En zou deze bezinning moeten lei
den tot de conclusie, die Prof. Zuidema
in een breed gedocumenteerd artikel
over „New Delhi" trok: „De Gerefor
meerde Christenheid past in New Del
hi niet Ik vrees, dat hij gelijk heeft
en houdt het daarop, tenzij zijn gefun
deerd betoog door een „deskundige"
met klemmende argumenten en feiten
wordt ontzenuwd. Maar zulkeen tegen
betoog kwam ik nergens tegen"
We zijn het volkomen met ds. van
Herksen eens, niet omdat we nu maar
persé tegen de Wereldraad willen zijn,
zoals anderen er persé vóór willen zijn,
maar omdat we met hem nog nooit een
gefundeerde tegenargumentatie hebben
vernomen. De redenen die worden aan
gevoerd op gevoels- of opportunistiche
gronden zijn naar onze mening secun
dair. Hier zullen primair principiële ar
gumenten de doorslag moeten geven.
vH.
„BROOD VOOR HET HART"
Uw bijdrage zal worden gebruikt voor de volgende projecten:
Interkerkelijke Lectuurdienst in Djakarta
Lectuurdienst in Midden-Java
Lectuurverspreiding op Soemba
Lectuurcentrum in Rwanda
Lectuurwerk in Brazilië
Lectuurwerk in Argentinië
Een gevaarlijk onderwerp Ja, wan
neer men al te rechtlijnige consequen
ties uit dit opschrift zou trekken; ook
de felste „politicus" zal niet zo vlot
meer betogen, dat op de kansel een
rechtstreekse propaganda voor 't stem
men op een bepaalde politieke partij
moet worden bedreven. Neen, wanneer
we ervan uitgaan en dat doen we
als lezers van onze Kerkbode toch al
len dat de Kerk een boodschap
heeft, ook voor het politieke en maat
schappelijke leven.
Dat was het onderwerp van een m.i.
uitermate prettige gedachtenwisseling,
die op donderdag 25 april j.l. heeft
plaatsgevonden tussen een bescheiden
aantal min of meer „politieke" figuren
en een 25-tal Zeeuwse predikanten van
de Gereformeerde gezindte. Het over
grote deel van de pastores behoorde tot
onze kerken, maar het verblijdde ons
grotelijks ook een enkele Ned. Herv.
en Chr. Geref. predikant te mogen ver
welkomen.
Bewust was de min of meer traditio
nele vorm van vergaderen verlaten; er
was geen referaat van een hooggeleer
de, gewoon geleerde of ongeleerde spre
ker, maar een open en eerlijk gesprek,
een vraag-en-antwoordspel, dat we
gaarne nog wat langer hadden voort
gezet, als het klokje van gehoorzaam
heid ons om half zeven niet tot een an
dere belangrijke bezigheid had geroe
pen. Om een volkomen vrije menings
uiting te bevorderen was er geen pers
uitgenodigd, maar u zult het me niet
euvel duiden, als ik een enkele impres
sie op papier zet.
Het was verblijdend, dat duidelijke
meningsverschillen niet naar voren kwa
men; hoogstens zou men van enig nu
anceverschil kunnen gewagen. Alle aan
wezigen waren het er over eens, dat
de Kerk niet alleen een boodschap heeft
voor het leven na dit leven, maar ook
voor het leven op aarde; zij zal moeten
getuigen van het Koninkrijk Gods, dat
in alle gebrokenheid reeds op aarde
zichtbaar moet worden om straks ten
volle tot openbaring te komen bij Chris
tus' wederkomst. Moet de Kerk haar
leden niet oproepen om mede te werken
aan de metamorfose van het leven, ook
in maatschappelijk, politiek en cultureel
opzicht? En mag de Kerk niet een waar
schuwend woord doen horen nu het
werk van de Chr. organisaties, ook van
de Chr. politieke organisaties, op het
kerkvolk in het algemeen minder beslag
schijnt te leggen dan vroeger
Terecht stelde een der aanwezige
predikanten het zo, dat de Kerk voor
zichtig moet zijn met het noemen van
bepaalde politieke strijdpunten. In dit
verband werd kritisch gewaagd van het
schrijven der Ned. Herv. Synode in
zake de kernbewapening; naar veler